De aanslag te Münclten opgehelderd Qeavtesieetde uwidacfite zou fakend, hekfafi Vernuftig aangebrachte Installatie WOENSDAG 22 NOVEMBER 1939 31ste Jaargang No. 9497 e Ccid^cli^Soii^cmt Bureaus Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Adv. en Abonn.-tarleven rle pag TL Giro 103003. Postbus 11. IN DE KNEL Het minder aangename vermoeden, dat wij gisteren uitspraken^ doch waaraan wij toen nog liever niet wilden gelooven, be gint aan waarschijnlijkheid te winnen. Duitsohland sohynt een nieuw wapen in het oorlogsspel gebracht te hebben, dat de scheepvaart op de zeeën rond Engeland zóó riskant moet maken, dat practisch el- scheepvaart onmogelijk wordt gemaakt. Het groote aantal schepen Britsahe zoowel als neutrale dat in korten tijd tot zinken is gebracht, wijst erop, dat men hier niet te doen heeft met enkele door dien storm losgeslagen mijnen, doch dat doelbewust mijnen in zee zijn gelegd. Er wordt zelfs gewag gemaakt van een nieuw soort mijn, de z.g. magnetische mijn, wel ke scheepvaart onmogelijk wordt gemaakt, e" omhoog getrokken wordt, rood ra de metalen romp van een schip erover heen vaart. Deze mijnen zouden een bijzonder explosief vermogen bezitten. Dat zou het geheime wapen zij waarop Hitier eenige weken geleden beeft gezin speeld in zijn radio-rede. Het vermoeden dat men hier met een doelbewuste Duitsche actie te doen heeft, wordt versterkt door mededeelingen van Duitsche radio-stations, die o.a. de vol gende zinsneden moeten hebben bevat. „Duitsohlands doel is zijn vijanden te treffen in maritieme wateren. Engeland is niet in staat de neutrale schepen te be veiligen in de wateren, die de Britsdbe eilanden omgeven. De resultaten zijn vrij ongunstig voor neutrale schepen. Duitsch- land betreurt deze ontwikkeling, voor zoo ver het neutrale schepen betreft, maar is niet in staat er iets tegen te doen. De oogst moet worden binnengehaald." Een Duitsche marine deskundige heeft in een artikel in de Essener National Zei- tung bevestigd, dat het Duitschland is, dat thans vlak ondier de Engelsohe kust zulke harde slagen aan de scheepvaart toe brengt. Volgens Berlijn moet men aan die wat onbesuisde triomfantelijke uitlatingsin niet al te veel gewicht hechten, maar in Engeland doet men dat wel. Chamberlain heeft in een verklaring voor net Lagerhuis gisteren gewezen op het illegale karakter van deze Duitsche oorlogsmethode en heeft reeds represailles aangekondigd. „De Britscbe regeering is niet voorne mens, zoo zeide bij, toe te laten, dat deze methodes van oorlogvoering voortduren zonder vergeldingsmaatregelen. Ik moge het huis er aan herinneren, dat gedurende den vorigen oorlog bij wijze van gerecht vaardigde represaille voor de duikboot- aanvallen op koopvaardijschepen exporten van Duitschen oorsprong of van Duitsche eigenaars op zee in beslag zijn genomen. De vele schendingen van het internatio nale recht en de meedioogenlooze ruwheid der Duitsche methoden hebben ons er toe doen besluiten thans een dergelijken koers te volgen.'' Daar Duitsobe exporten op Duitsche schepen toch reeds in beslag werden geno men, kan de Engelse he represaille-maatre gel niet anders inhouden, dan een ver scherping van de controle-maatregelen ten opzichte van de neutrale schepen, en een straffere inmenging in de handelspolitiek der neutralen. Een prettig vooruitzicht is dat aller minst. Het Katholiek Comité van Actie „Voor God" schrijft ons: Het gezin, kiemcel der samenleving. Predikt en onderricht zooveel gij wilt, indie.i het huiselijk leven het goede zaad niet beschermt en koes tert, zal uw aangewende moeite meestal als water in zand verloren gaan. Ja. ik weet niet, of er voor het gedijen van den godsdienst nog hoop bestaat, indien deze kostbare gave Gods niet in den kuischen schoot van uitmuntende huisgezin nen wordt bewaard en verzorgd. A. Kolping. De dader inwoner van Münctien PUBLICATIE VAN DE DUITSCHE POLITIE. Terugkeer naar Miinchen werd den dader noodlottig. De Rijksleider der S.S. en chef der Duit sche politie maakt bekend: „Onmiddellijk na den snooden. aanslag in den .Buergerbraeukeller" op 8 Novem ber zijn maatregelen getroffen, welke voor de opheldering van het misdrijf noodig le kken en konden leiden tot arrestatie van dader of daders. Bij deze opsporingsmaat regelen ging men onverwijld over tot slui ting van de geheele Duitsche grens en een verscherpte grenscontrole. Onder de nog in dienzelfden nacht ge arresteerden bevond zich een man, die trachtte langs illegalen weg naar Zwitser land te vluchten. Het was de 36-jarige Georg Eiser, laatstelijk wonende te Muen- chen. De inmiddels bereikte resultaten van de speciale commissie, die door de vei ligheidspolitie naar München was gezon den, verschaften talrijke aanwijzingen be treffende voorbereiding en ten uitvoerleg ging van de daad. Als dader scheen iemand in aanmerking te komen, van wien reeds op 12 November een nauwkeurig signale ment gepubliceerd kon worden. Nieuwe ontdekkingen versterkten de verdenking, dat Georg Eiser ten minste in eenig ver band met den aanslag moest staan. Onder den last van het bewijsmateriaal, dat de speciale commissie op de plaats van de misdaad en in de intusschen bekend ge worden schuilplaatsen van Eiser verza meld had, alsmede na verscheidene con frontaties legde Eiser, die eerst hardnekkig ontkende, op 14 November een volledige bekentenis af. Op een wijze, die in de geschiedenis der criminologie eenig is, had hij in een ar beid, die wekenlang duurde, in een der pilaren van den Buergerbraeukeller een tijdbom aangebracht, waarvan het uur werk op zes dagen of 144 uur was gesteld. Het ontwerpen van de misdaad gaat terug tot September resp October 1938, in Augustus 1939 werd de ruimte voor de helsche machine gereed gemaakt. De la ding bracht Eiser op den zevenden dag vóór de bijeenkomst in den Buergerbraeu keller aan. Zes dagen tevoren beproefde hij voor het eerst, de op tijd gestelde bom in de aangebrachte holte te plaatsen, dit mis lukte. Ook de vijfde nacht voor den aan slag was hem ongunstig gezind. In den daarop volgenden nacht echter kreeg Eiser gelegenheid zijn helsche machine te plaat sen. Hij vertrok daarna onmiddellijk om zich over Stuttgart naar Zwitserland te begeven, waar zijn opdrachtgevers reeds op hem wachtten. Om zekere redenen keerde hij in den middag van den zeven den Nov. nog eens naar Muenchen terug. Hij slaagde er in, in den nacht van 7 op 8 November opnieuw in den Buerger braeukeller binnen te dringen om zich nogmaals van het tikken van het uurwerk te overtuigen. De misdadiger had niet ver zuimd er voor te zorgen, dat het geluid van het uurwerk gedempt werd. Hij her haalde zijn controle eenige malen in dien zelfden nacht. Des morgens ontbeet hij in een koffiehuis te Muenchen om vervolgens per spoor over Ulm naar de grens te rei zen. In den nacht van 8 op 9 November trachtte hij in de nabijheid van Constanz over de Zwitsersche grens te komen. Het algemeene alarm, dat intusschen gemaakt was, verijdelde deze poging echter en leid de tot de arrestatie van Eiser. Opdrachtgever, respectievelijk financier voor de daad, was de Britsche Intelligence Service, organisator van het misdrijf Otto Strasser. Het onderzoek naar opdrachtge vers en medeplichtigen heeft mededeelin- gen daarover nog niet gewenscht doen voorkomen. Een deel van de individuen, die met de misdaad in verband staan, is echter reeds gearresteerd". De chef der Duitsche politie roept de be volking daarna op, alles mede te deelen, wat men van Eiser weet. DE „DEUTSCHE DIENST" GEEFT NADERE BIJZONDERHEDEN. In verband met de opheldering van den aanslag in Muenchen verneemt de Deut- scher Dienst nog de volgende bijzonder heden: Onmiddellijk na den aanslag op den avond van 8 November kwamen op bevel van den rijksleider der S.S. alle deelen der Duitsche politie in hoogsten alarmtoestand in actie. Er begon reeds in het uur van den misdaad van buiten naar binnen als het ware een omsingeling van den dader. Alle grensovergangen werden gesloten, open grenssectóren bijzonder scherp be waakt. In uiterst korten tijd waren daar mede dus de deuren, die den toegang naar het buitenland konden geven, hermetisch gesloten. Tegelijkertijd begaf zich een spe ciale commissie der crimineele pclitie naar Muenchen, waar eveneens onmiddellijk na het vervoer van de dooden en gewonden de plaats van het misdrijf volledig werd afgezet. Er begon toen hier nog in de nachtelijke uren van Dinsdag op Woensdag een bij zonder moeilijk werk. Alle puin werd zorgvuldig gezift en systematisch door zocht en geordend. Ne methodisch zceken gedurende dagen en nachten en met de meest nauwkeurige drukberekening, waar bij aandacht geschonken werd aan den aard der ontploffing, kwam de politie in het bezit van enkele, deels onbelangrijk schijnende splinters, schroefjes en deelen van een veer, die de voorwaarde vormden voor de eerste reconstructie van het ob jectieve feitenmateriaal. Er kon thans een eerste duidelijk beeld verkregen worden omtrent het uurwerk, dat de ontploffing tot stand bracht, van den aard en ongeveer van den omvang van het springstofmate riaal, evenals van de vermoedelijke plaats waar de helsche machine was aangebracht en de eigenlijke constructie van den bom. Gevonden deelen van een speciaal uurwerk maakten het mogelijk belangrijke conclu sies te trekken ten opzichte van de fir ma's, die het vervaardigd hadden, en ga ven daarmede zeer bijzonder waardevolle vingerwijzingen voor Hp oosporing van den dader Op dezen grondslag uouwde de commis sie der veiligheidspolitie, bestaande uit ambtenaren van de Geheime Staatspolitie, haar verdere werkzaamheden op en nu konden de duizenden mededeelingen uit het geheele Duitsche volk nagegaan wor den. De omsingeling van den misdadiger werd steeds nauwer. Toen de kring van verdenkingen om Eiser gesloten was, toen alle persoonlijke contacten, zijn levensweg, zijn milieux tot op de seconde nauwkeurig vastgesteld konden worden, kon weer in nieuwe herhaalde verhooren en confronta ties de overtuiging verkregen worden, dat men de werkelijke dader in handen had. Onder den druk van het bewijsmateriaal en de intusschen op de plaatsen, waar de dader een toevlucht gezocht had, vastge stelde bijzonderheden kon de bekentenis van den misdadiger nog slechts een be vestiging geven van het resultaat van het onderzoek. Hoe nauwkeurig en systematisch Eiser gewerkt heeft, blijkt uit de volgende bij zonderheid, die in den loop van het ver hoor aan het licht is gekomen. Na zijn eigenlijke bekentenis zou Eiser ter ophel dering van eenige kwesties naar den Buer gerbraeukeller in Muenchen gebracht wor den. Eiser verklaarde, dat dit overbodig was, en vervaardigde ten bewijze daarvan in het locaal, waar hij verhoord werd, uit de vrije hand en uit het hoofd een tot in de kleinste bijzonderheden nauwkeurige schets van de plaats waar de daad ge pleegd is, en die het geheele technisch ge compliceerde moordplan nauwkeurig en waarheidsgetrouw inhield. Het was do politie in den loop van de opsporing een raadsel gebleven, waarom de dader met het oog op den langen loop tijd van het uurwerk in zijn helsche ma chine onderweg naar het buitenland nog eens terugkeerde. De dader heeft dit punt opgehelderd. De eerste openbare bekendmaking van het afzeggen van de plechtigheid in de Buergerbraeukeller en de latere verande ring van den termijn voor de redevoering van Hitier op den avond van 8 November had hem ertoe gebracht zich nogmaals naar de plaats van den midaad te begeven. De gelukkige omstandigheid, zoo besluit de Deutscher Dienst, die den Fuehrer en daarmede ons allen behoed heeft voor een ontzettenden rampspoed, werd den misda diger noodlottig. Hij kon gegrepen worden vóór hij zich in het buitenland aan een arrestatie kon onttrekken. Wij allen moe ten deze omstandigheid dubbel dankbaar zijn, want de arrestatie van dezen man heeft in al zijn consequenties een beteeke- nis, welker strekking in het geheel niet te schatten is. EEN MEDEDEELING VAN HET BRITSCHE DEPARTEMENT VAN BUITENLANDSCHE ZAKEN. Het Britsche departement van buiten- landsche zaken publiceert een mededee- ling betreffende het bericht over de ar restatie van een Duitscher in verband met de bomontploffing in Muenchen. Gezegd wordt: „Officieele kringen beschouwen de verklaring van de Duitsche regeering als volkomen onbegrijpelijk. Noch de Britsche regeering noch eenig agent van de Brit sche regeering wist iets van den gearres teerden Duitschen onderdaan. Het publiek zal in staat zijn zijn eigen conclusie te trekken uit zijn langdurig verhoor door de Duitsche politie". V De nare kunst Het St. Bernulphusgilde heeft in een al gemeene vergadering te Utrecht, waarop priesters en kunstenaars bijeen waren, zijn 70-jarig bestaan herdacht. De Deken van het Gilde, pastoor C. Meysing van Wassenaar, betoogde in zijn openingswoord, dat de kerkelijke kunst een deel van de zielzorg is. Wij moeten ook „bidden in schoonheid", vol gens het woord van Paus Pius X. Nadat prof. Henneman van Warmond een lezing had gehouden over de geschiedenis van het St. Eernulphusgilde en dr. K. Smits over samenwerking van geestelijken en kunstenaars in het Gilde, sprak ten slot te de Aartsbisschip, Mgr. de Jong. In deze vergadering behoeft eigenlijk, al dus Mgr., niet over de hooge roeping der kerkelijke kunst gesproken te worden. Het is een groot apostolaatswerk, dat uitdruk king geeft aan de leer der openbaring. Daarom heeft de Kerk de kunst in hooge eer gehouden en het is vooral op dit ter rein, dat Zij Haar bewonderenswaardige cultuurkrachten heefi getoond. Na het herstel der kerkelijke hiërarchie was voor het St. Bernulphusgilde een prach tige taak weggelegd, die het ook schitterend heeft vervuld. Katholiek Nederland is het St Bernulphusgilde daarvoor dankbaar. Mgr. weet, welke moeilijkheden de eco nomische crisis voor de kunst en den kun stenaar heeft gebracht, waarom spr. aan spoort om te bidden voor een betere toe komst. Intusschen mogen we den moed niet verliezen. Ieder, die er toe in staat is, moet zijn steun blijven verleenen aan de christelijke kunst, een der kostbaarste ga ven van het christendom. Moge de kunste naar steeds het schoonste blijven geven, waartoe hij in staat is. Wij brengen gaarne op deze plaats deze woorden onder aller aandacht. De ware kunst is „een groot apos tolaatswerk, dat uitdrukking geeft aan de leer der openbaring"! V De taak van de politie Bij de besprekingen in de Tweede Ka mer heeft de heer Wendelaar, die als bur gemeester van Alkmaar hoofd der gemeen telijke politie is geweest, eenige opmerkin gen gemaakt over de gemeente-politie. Deze opmerkingen komen overeen met wat wij eenigen tijd geleden, en ook reeds daarvoor, ook als ónze meening hebben neergeschreven. Wij schreiven toen n.l., dat het niet de voornaamste taak der politie is, als 't wa re een jacht te houden op overtreders van kleine misdrijven, teneinde die te bekeu ren. Tot onzen spijt (voor de betrokke nen zelf spijt 't ons het meest!) meen den twee Leidsche politie-agenten deze goed-bedoelde opmerkingen van algemee- nen aard te moeten beantwoorden door.... voor het abonnement op „De Leidsche Courant" te bedanken! Een niet speciaal voor hun klaar gezetten schoen hadden zij blijkbaar aangetrokken, terwijl hun dat pijn had veroorzaakt; maar dat was niet ónze schuld. Doch dit terloops. De heer Wendelaar dan betoogde in de Tweede Kamer, dat er een door hem zeer gelaakt streven is, om de politie uit de handen der gemeenten te halen, teneinde Dit nummer beslaat alt vier bladen. VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland VOLGENS MEDEDEELING VAN DE DUITSCHE POLITIE IS DE AANSLAG VAN MÜNCHEN OPGEHELDERD. (Ie blad). NIEUWE STRIJDMETHODE VAN DUITSCHLAND. (2e blad). HET STANDRECHT IN HET PROTEC TORAAT OPGEHEVEN. (2e blad). Binnenland DUITSCHE OFFICIEELE LEZING OM TRENT DE BEKENDE SCHIETPARTIJ BIJ VENLO. (Ie blad). NA DE RAMP VAN DE „SIMON BOLI VAR". (2de blad). er een Rijksdienst onder Rijkstoezicht en Rijksleiding van te maken. Degenen, die een gecentraliseerde politiezorg voorstaan, vergeten te zeer, aldus de heer Wende laar, dat de eerste taak van de politie niet ligt in het opsporen van de misdaad, doch in het voorkomen er van. Elke gepleegde overtreding is een verliespost op de rekening der politie, schreef mr. Van Deventer. De politie moet zorgen, niet dat de justitie zoo véél, doch dat zy zoo wei nig mogelijk te doen krijgt. En die taak de handhaving der openbare orde ver vult zij het best in gemeentelijk verband. Deze opmerkingen van den heer Wende laar onderstreepen wij gaarne. Van de politie moet allereerst een zekere leiding uitgaan, waardoor overtredingen of herhalingen van onbewust bedreven overtredingen worden voorkomen. Het incident bij Venlo TWEE LEDEN VAN DEN ENGFLSCHEN GEHEIMEN DIENST DOOR DE DUIT SCHE POLITE GEVANGEN GENOMEN. Bij een poging om over de Duitsch Nederlandsche grens te komen. Het D. N. B. seint uit Berlijn, d.d. 21 No vember. Officieel wordt bekend gemaakt: De in den Haag aanwezige centrale van de Britsche Intelligence Service voor West- Europa heeft sinds geruimen tijd getracht in Duitschland complotten te doen smeden en aanslagen te organiseeren resp. contact tot stand te brengen met door hem ver moede revolutionnaire organisaties. Op grond van een even misdadige als onnooze- le inlichting door Duitsche emigranten leefde men bij de Britsche regeering en de onder haar staande Intelligen e Service in de meening, dat zich in den staat, in de party en bij de weermacht een opDOsitie bevond, die het doel had in het rijk een revolutie te doen ontstaan. Onder deze omstandigheden werden ambtenaren van den veiligheidsdienst der S.S er mede belast contact t-* zoeken met deze Britsche terreur- en revolutiecentrale in den Haag. In de meening werkeliik te onderhandelen met revolutionnaire Duit sche officieren onthulden de vertegen woordigers van de Britsche Intelligence Service den Duitschen ambtenaren hun voornemens en plannen, ja, om een duur zaam contact met ^eze vermeende Duitsche off'cieren te kunnen onderhouden lever den zij hun bovendien een bepaald draad loos- zend- en ontvangtoestel, waarmede de Duitsche geheime staatspolitie tot op den dag van vandaag het contact met de Britsche regeering in stand heeft gehouden. Op 9 November nu trachtten de leiders van dezen Britschen Intelligence Service voor Europa, de heeren Best en kapt. Ste vens, de Nederlandsche grens hij Venlo naar Duitschland te overschrijden. Zij werden daarbij door de hen bewakende Duitsche organen overweldigd en als ge vangenen der staatspolitie afgeleverd. De met elkander in strijd zijnde mede deelingen betreffende hun gevangenne ming, of deze nog op Nederlandsch ge bied, dan wel op Duitsch gebied geschied is. worden op het oogenblik onderzocht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 1