D rie mannen en hun noodlot 3)e £cicbofve6ou^cmt Om kwart over twee vertrok Z. M. koning Leopold van België Dins dagmiddag weder van het paleis Noordeinde te den Haag na zijn onderhoud met H. M. de Koningin Een millioen bloembollen is ter beschikking gesteld van het Arnhemsch gemeentebestuur. - Bij het Lorentzmonument op Sonsbeek is reeds een begin gemaakt met het afbakenen der perken Moge het geen toekomstbeeld zijn. Het personeel van de Amsterdamsche gemeentetram ontvangt onderricht in het gebruik van gasmaskers. Op den wagen met het in tijden van luchtaan vallen onmisbaar apparaat Oogsttijd in het gebied van de Siegfried-linie. Duitsche soldaten helpen bij het binnenhalen van de aardappelen op de landerijen aan de Westelijke grenzen in de Koningszaal van .Artis" te Amsterdam hield de Ned. Chrysanthemumclub een keuring. Een kenner beoordeelt de .Nona", een tros-chrysant, welke naar het motief van een margriet gekweekt is Het internationaal probleem. Daladier in gesprek met de Monzie na de jongste zitting van het Fransche kabinet onder leiding van president Lebrun FEUILLETON door A. J. HUISMAN. (Nadruk verboden). 27) „Wel", merkte Schmidt op. „ik heb van die inbraak bij Chester gehoord. Het lijkt me toe, dat die brief die u me gebracht hebt nogal verdacht is." „Dat ben ik met u eens", lachte O' Mal- ley. „Maar hij was niet aan mij geadres seerd en niet voor mij bestemd. En ik heb uw woord en dat van Brady, dat dit strikt vertrouwelijk tusschen ons blijft, niet waar?" „Dat is de reden", knikte Schmidt, „dat ik de politie niet hier had, toen u kwam. Maar het is mijn plicht om ze op de hoog te te brengen." Hij tipte tegen zijn borst. „Ik sta zelf ook in dienst van de politie, begrijpt u?" „Precies", bevestigde O' Malley. „Maar u bent ook een man van uw woord. Er zit achter deze zaak meer, dan u kunt besef fen. En is de mogelijkheid niet bij u op gekomen, dat ik ook wel tot de politie in betrekking kan staan en dat er een afdoen de reden kan zijn om dien brief voor het oogenblik als vertrouwelijk te beschouwen? Vergeet u niet dat ik met een introductie van inspecteur Brady bij u ben geko- O' Malley zag dat Schmidt geimponeerd scheen en onzeker. Dus voegde hij nog iets aan zijn suggestieve argumentatie toe. „Maak u geen zorgen, mr. Schmidt; deze brief en de ontcijfereing er van zullen in Brady's handen komen voor we tien da gen verder zijn. Het is alleen maar een noodzakelijk uitstel in het belan gvan de zaak." Schmidt liet zich overtuigen. „Goed dan", gaf hy toe. „Ik zal tegen nie mand iets zeggen." „Mooi", zei O' Malley van harte. „En hier zijn uw vijf dollar, ik ben u dankbaar voor uw vlugge werk; maar Brady zei dat ik me op u kon verlaten." Schmidt liet de revolver los en accep teerde het geld en het compliment. Na een paar minuten was O' Malley weer op straat. Hij had een strijd gevoerd met zich zelf om zijn zelfbeheersching te bewaren en alle listigheid waarover hij beschikte moeten aanwenden om den brief uit de handen van de politie te houden? Waar om? De reden was niet ver te zoeken. Ward Barett was een dief, daar hoefde niet meer aan getwijfeld te worden. Alles wees in die richting. Indirect was hij een moordenaar Maar hij was Claudia Hunts broer, of half broer. En Claudia Hunt, lief en bekoorlijk, trotsch, moedig en vol zelfvertrouwen, had hij, O' Malley, lief. Voor het eerst was hij het zich ten volle bewust. De kracht van dit besef schuimde als een golf over hem heen, bedekte zijn gezicht met een bran dend rood. En direct daarop zag hij de si tuatie in al haar afschuwelijkheid, zoodat het bloed weer uit zijn gezicht wegtrok en zijn wangen vaalbleek werden. En dan Louise! Ze hield nog van den man. Ze geloofde in hem, zelfs tegen haar vaders uitgesproken overtuiging in dat Barrett de hand in de diefstal had gehad. Chesters intuitie had hem niet bedrogen. De brief vormde een aanwijzing voor Bar rett's schuld, want hij was aan hem ge adresseerd. Maar wat een geluk dat O' Malley zijn naam weggelaten had, toen hij een afschrift van den brief had gemaakt. Maar wat nu? Barrett te waarschuwen zou beteekenen Louise te verraden. Doch het gestolen geld was van haar. En Bar rett bij de politie aangeven? in zijn ver beelding zag hij Claudia Hunts lief gezicht in de rechtszaal, bleek en vertrokken door schande en verdriet, terwijl zij luisterde hoe het net werd samengetrokken om haar broer. Een gevoel van oproer tegen het nood lot welde in O' Malley omhoog; hij onder drukte het echter dadelijk. Deze' zaak ver- ejschte vóór alles een koel hoofd. Toen kwam er een nieuwe gedachte bij hem op. Zou Louise Chester willen dat Barrett ver raden werd? Barrett wfcs de man, dien zij liefhad de man, dien ze altijd zou blij ven liefhebben, zooals hij haar kende. En tegelijk hiermee kwam een defini tief besluit. Evenals Schmidt beloofd had te doen, zou hij voor het oogenblik tegen niemand iets zeggen. Ten slotte was zelfs met den brief het b e w ij s tegen Barrett nog allerminst geleverd. Er waren hoog stens aanwijzingen tegen hem het was volstrekt niet zeker dat hy de' brand kast leeggestolen en zoo Chester's dood op zijn geweten had. Hij had immers te veel te verliezen. Over tien dagen zou hij den brief aan Brady geven. In dien tusschen tijd zou hy Barrett schaduwen .Er kon nog wel een andere oplossing van het mysterie zijn. Als Barrett niets tegen Bindles of Schenk ondernam, zou dat in zijn voordeel zyn, maar dat zou hem toch nog niet van den diefstal vrijpleitte, want het was welbe schouwd onwaarschijnlijk, dat hy nu al di rect tegen de anderen zou beginnen. Zoodra hij in zijii kamers terug was, nam O' Malley het telefoonboek om twee adressen op te zoeken. Dat van Schenk had hij direct. Zijn privé-woning lag vlak bij Fifth Avenue. Maar Bindles stond niet in het telefoonboek. O' Malley belde een kennis op, die ver slaggever aan een der avondbladen was en werd doorverbonden naar de adressenaf- deeling. Na een oogenblik te hebben ge wacht gaf een meisje hem het gevraagde adres. Bindles woonde in een klein, be trekkelijk onaanzienlijk huis in Amster dam Avenue, geen zes blokken van het flatgebouw verwijderd, waar Barrett zijn appartementen had. De Ier noteerde beide adresen in een adresboekje, dat hij altijd bij zich droeg, maar hij prentte ze ook goed in zijn geheu gen. Toen ging hij zitten en dacht na. Even kwam het idee bij hem op om Loui se alles te vertellen, maar direct verwierp hi; dat weer. De aanwijzingen tegen Bar rett zouden haar ongelukkig maken. Ze had genoeg geleden. Als Barrett gearres teerd werd en aan een verhoor onderwor pen, zou ze het vanzelf wel hooren. Maar tegen dat het zoover was, zou ze zich eenigszins van den schok van haar voder's dood hebben hersteld. Zoo bleef de heele verantwoordelijkheid op O' Malley rusten. En nu begonnen voor den Ier dagen en nachten van ingespannen wachten. Hij bleef op zijn post tot de vroege ochtend uren en drie nachten lang bleef hy voor Barrett's huis schilderen. Maar behalve het feit, dat Julian laat op bleef, kwam hij niets te weten. Eenigszins tot zyn verbazing had hij van Claudia Hunt en haar broer niets gehoord. Hij had verondersteld eenig bericht van een van hen te zullen krijgen na Barrett's hartelijke dankbetuigingen. En van Louise had hij evenmin bericht gehad. Maar op een nacht, ongeveer een week na Chester's dood, zat hij plotseling weer midden in het mysterie. Hij had zooals ge woonlijk zijn post betrokken en zag Bar rett tegen elven thuiskomen. Toen ging de tijd langzaam en zonder wederwaardighe den voorbij tot twee uur. O' Malley maakte juist aanstalten om naar huis te gaan, toen hij de voordeur van het flatgebouw zag opengaan en een man naar buiten komen. Een portier viel er in de vestibule niet te bekennen. Onmiddellijk was O' Malley op zijn qui- vive, want de man was groot en forsch, een autoritair type. Na een oogenblik kwam hij voor den ingang in het licht. Hij keek naar echts en links, toen naah de lucht. O' Malley floot zachtjes. Het was Bar rett. Toen hy scherper keek, zag hij dat de financier een donkere voorjaarsjas droeg en een slappen hoed op had. Maar hij had geen tijd meer om verdere details op te merken. Zijn handen in de zakken stekend, draaide Barrett zich om en liep naar Riversire Drive, met zoo snelle pas sen, dat hij al dadelijk een heel eind ver wijderd was van de plaast waar O' Malley stond. Nog even wachtte O' Malley om hem een goeden voorsprong te geven, toen zette hij de vervolging ir (^»ordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 8