VRIJDAG 3 NOVEMBER 193»
31ste Jaargang No. 9481
^eÊcidóclveSou^nt
Bureaux Papengracht 32. Adv. en Abonn.-tarieven zie pog 2.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN gi» - pet»» u.
Dit nummer bestaat alt
vier bladen.
Politiek in dezen tijd
In „De R.K. Staatspartij" komt V.
(partijvoorzitter mr. Verschuur) er tegen
op, dat in dezen tijd niet mag worden ge
daan aan politiek in den gewonen zin.
Gelooft men in de roeping van de volks
vertegenwoordiging, dan kan men zelfs
zeggen: is er ooit een tijd, waarin het volk
door middel van zijn vertegenwoordigers
moet meeleven en meewerken met de Re
geering, dan zeker toch wel als het lot der
natie zoozeer op het spel staat.
Als wij echter vaststellen, dat ook
zelfs juist in dezen tijd „aan politiek
moet worden gedaan", dan moet óók wor
den opgemerkt, dat ook vooral! in
dezen tijd de partijen-politiek zichzelf
strenge beperking moet opleggen.
Wij willen hier mr. Verschuur citeeren:
„Intusschen spreekt het van zelf, dat de
politiek met bijzondere matiging moet wor
den beoefend. Ook, dat het Ministerie meer
dan in gewone tijden op tegemoetkoming
en medewerking kan rekenen. Licht, dat het
eenige „oorlogswinst" maakt, waar juist de
oorlog zijn taak zoo extra verzwaart.
Als er één gebied is, waarop men zich
moet matigen in de kritiek, dan zeker dat
van de landsverdediging. Toch zal men zich
niet tot lofprijzingen behoeven te bepalen.
Kritiek, welke geen geheimen aan het bui
tenland verraadt, is toelaatbaar. Verschei
dene maanden vóór het uitbreken van den
oorlog hebben wij op deze plaats de ziens
wijze aangegeven,, dat de oorlog reeds be
stond, al was er nog geen veldslag begon
nen. Op aanschaffing van materieel en nog
eens materieel hebben wij aangedrongen.
Slechts met ver-gaande mechanisatie is er
van ons leger een weermacht te maken.
Veel artillerie hebben wij noodig. Veel ma
chinegeweren, anti-tank-geschut, luchtaf-
weer-geschut. Wat dit materieel, onmisbaar
materieel, betreft is de voornaamste vraag:
of het te verkrijgen is. Tot de grens van een
behoorlijke voorziening is bereikt, is dat de
eenige vraag. Nu moet ons in dit verband
een ergernis van het hart over het gehas
pel in verschillende groote steden met het
luohtafweer-geschut. Is het te verkrijgen,
ja of neen? Zoo ja, dan moet het Rijk óók
voor deze defensie degelijk zorgen. Zoo
ineen, dat dan de bedel-campagne ophoude,
welke aan het buitenland op luidruchtige
wijze bekend maakt, wat er ten onzent ont
breekt. Men zal elders, waar men zeer in
tens gewapend is, wel glimlachen over dit
zielig gedoe. Wij laten toch maar zelden een
gelegenheid, waarin een klein volk klein
kan zijn, ongebruikt voorbij gaan."
Tot zoover de heer Verschuur.
Gelijk men bemerkt, heeft de schrijver
in de laatste alinea van het geciteerde arti
kel een gelegenheid gezocht, om z'n hart
'ns te luchten over de defensie.
Speciaal wat hij zegt over de „bedel-cam
pagne" voor luchtafweer-geschut zal bij
velen instemming vinden. Tot op zekere
hoogte terecht. De opmerkingen van den
schrijver schijnen ons echter toe, niet ge
heel en al van eenige overdrijving te kun
nen worden vrijgepleit.
DE KLOKKEN IN HET RIJNLAND
ZWIJGEN.
Op bevel van de nationaal-socialistisohe
autoriteiten mogen de kerkklokken in het
Rijnland niet meer geluid worden. Ook
het luiden van de Angelus en bij begrafe
nissen is verboden. De autoriteiten mee-
nen, dat de sirenes van de luchtbescher
ming eventueel niet goed gehoord zouden
worden, wanneer er tegelijk klokken wer-
cen geluid. Bovendien zou het luiden van
de klokken een verkwisting van electri-
sche stroom zijn, waarmede men in oor
logstijd zoo spaarzaam mogelijk moet om
gaan.
In sterke tegenstelling hiermede staat
het feit, dat de kerkelijke autoriteiten ge
dwongen worden de klokken te laten lui
den bij zuiver politieke en militaire aan
gelegenheden. Op 1 September, den dag
van het uitbreken van den oorlog, moesten
de klokken een uur lang geluid worden, om
uiting te geven aan de vreugde over de
terugkeer van Danzig bij het Derde Rijk.
Ook op 6 October, na de rede van Hitler in
de Rijksdag moesten de klokken een uur
lang luiden. Na de inname van Warschau
moesten de klokken een geheele week lang
iederen dag een uur achter elkaar geluid
worden.
AMERIKA'S
NEUTRALITEIT
Het belangrijkste feit uit de oorlogskro
niek van vandaag is de goedkeuring van
de opheffing van het wapenembargo door
het Amerikaansche Huis van Afgevaardig
den.
De Neutraliteitswet, zooals deze in ge-
wijzigden vorm is voorgesteld door de
regeering van Roosevelt, is thans in kan
nen en kruiken.
De Senaat heeft een volledige neutrali
teitswet goedgekeurd, terwijl het Huis van
Afgevaardigden nog slechts eenige amende
menten, welke een afwijking inhielden
van de door de regeering voorgestane wij
zigingen, heeft verworpen.
Een gemengde commissie uit het Huis en
c.en Senaat is thans bezig om de definitieve
tekst van de nieuwe wet op te stellen,
waarna deze aan 'n eindstemming zal wor
den onderworpen.
Het lijdt geen twijfel; de wet is reeds in
veiligheid. Want het voornaamste struikel
blok, het verbod van wapenleveranties, is
vervallen.
Het Huis heeft de opheffing van het ver
bod goedgekeurd met 243 tegen 181 stem
men. Datzelfde Huis van Afgevaardigden
had zich in Juni jL nog met 214 tegen 173
stemmen tegen de opheffing verzet!
Maar toen was de oorlog nog niet uitge
broken; toen meende men, dat het wel los
zou loopen. De openbare meening is in-
- tusschen radicaal omgeslagen, sinds de
Amerikanen hebben gezien, dat het En
geland en Frankrijk ernst is geweest by
hun verzet tegen de steeds voortschrijden
de agressie. Duitschland heeft den laatsten
tijd weinig sympathie gewekt in de Ver-
eenigde Staten en dat is er niet beter op
geworden door de torpedeering van de
„Atheniaen het opbrengen van de „City
of Flint". Men begon zich te verzetten te
gen het denkbeeld, gedwongen te zijn tot
stopzetting van elke hulpverleening aan
de bevriende mogendheden en aldus be
haalde het standpunt van Roosevelt, die
zich altijd tegen het wapenembargo had
verzet, de overhand.
De „New-York Herald Tribune" be
spreekt in eei: hoofdartikel de nieuwe neu
traliteitswet en schrijft: „De natie heeft
niet geloofd, dat dit een stap in de richting
van oorlog is, doch eenvoudig een ratio-
neele en practische herziening van de po
litiek ten einde beter het hoofd te bieden
aan de problemen, welke de oorlog moet
medebrengen. Het was in dien geest, dat de
Senaat haar heeft aangenomen en het
Huis nu zijn voornemen heeft uitgesproken
mede te werken. Noch de wet, noch de
stemmencijfers hebben een verder reikende
beteekenis.'
In Amerika meent men, dat de opheffing
van het wapenembargo de beste waarborg
zal zijn voor het vermijden van incidenten,
omdat men dan reden heeft om Amerika
als tegenstander te duchten.
In Engelan den Frankrijk wordt de zaak
echter anders opgevat en ziet men voorna
melijk naar de mogelijkheid o'm te kunnen
putten uit het rijke arsenaal der Vereenig-
de Staten.
HET KATHOLICISME IN ENGELAND.
In zijn predikatie ter gelegenheid van
het honderjarig bestaan van de Katholie
ke kerk in Derby verklaarde de bisschop
van Nottingham, Mgr. McNulty: „Toen deze
Kerk gebouwd werd, bedroeg het aantal
Katholieken in Engeland en Wales 450.000
zielen. Nu is dit aantal gestegen tot meer
dan 2.000.000. In 1840 telde Engeland 469
kerken en kapellen, thans 2475. Destijds wa
ren 500 geestelijken in Engeland werk
zaam, in het midden der 19de eeuw 788,
en nu 5642. De katholieke bevolking in
Engeland en Wales is in de laatste honderd
jaar twee maal zoo snel gestegen als de
totale bevolking. De toename van scholen,
colleges, en kloosters heeft hiermede ge
leken tred gehouden. Wanneer wij tevens
de aandacht vestigen op de groeiende in
vloed van de katholieken in het openbare
leven, in de universiteiten, in de wereld
van kunst en letteren en de wetenschap
pen, dan komen wij tot de conclusie, dat
de verwachtingen, welke dr. Wiseman 100
jaar geleden in deze kerk uitsprak, niet
zijn teleurgesteld."
Christus-koepel in het
„Geldersch Landschap"
Door een particulier, die onbekend
wenscht te blijven, wordt in het landgoed
Mariëndaal (bij Oosterbeek) een koepel
gebouwd. In een persconferentie te Arnhem
heeft de voorz. van het Geldersch land
schap mr. S. baron van Heemstra, Commis
saris der Koningin daarover nadere mede-
deelingen gedaan.
De gedachten van den onbekenden par
ticulier zijn de volgende:
De denkbeelden van een volk krijgen
gestalte in zijn monumenten. Wat er leeft
aan idealen en verlangens in een ordelijke
gemeenschap gaat niet enkel in hoorbare
leuzen van mond tot mond, maar wordt
ook zichtbaar uitgebeeld in kunstwerken
van openbaar bezit. Behaive dat deze de
voorname punten van onze samenleving
versieren, maken ze die ook zinrijk.
Een gedachte, die niet krachtig genoeg
onder het Nederlandsche volk gewekt en
versterkt kan worden, is een algemeun
verlangen naar nationale eenheid en saam-
hoorigneid en wei op den hechten grond
slag van een oprecht doorleefd christen
dom.
ünze geëerbiedigde Koningin, wie het
hooge peil van haar volk bijzonder ter har
te gaat, heeft dat verlangen het eerst en
het naarukkeiijkst uitgesproken, jaren ge
leden reeds door haar edel woord:
„Le Christ avant tout" (Christus vóór
aLesj en in de laatste tijden door haar
kracnuge aansporingen tot geestelijke her
bewapening en innerlijke verbondenheid.
Dit iaeaai zoo wil onze Landvrouwe en
zoo wihen met haar de besten van haar
onderdanen moet het heele Nederland-
scne volk, bij al zijn onderlinge verschil
len, in een waren cftristelijken geest over
koepelen en verbinden.
De nood der tijden, die wij beleven,
heeit dien koninxiyken oproep voor ieder
weidenxende overtuigender kiem en actu-
eeler beteekenis gegeven. Als cnristenmen-
scnen en ais goeae vaderlanders benooren
wy aiien ons op zinlceen dringende uitnoo-
diging te bezinnen. >;"et enkel in het vluch
tige woord, maar ook in de vastheid van 'n
duurzaam en voor ieder toegankelijk mo
nument moet ze daarom worden uitgespro
ken.
Zoó is de gedachte gerezen, op een der
aantrekkelijks ie punten van de wonderbaar
schoone Geloerscne natuur de koninklijke
vermaning vorm te geven in een klein
maar weisprekend monument: een Chris
tuskoepel.
Met volledige instemming en moreelen
steun van het bestuur van „Het Geldersch
Lanuschap" zal deze koepel in steen wor
den uitgevoerd naar een ontwerp van den
bouwmeester A. J. K ro p h o 11 e r en met
beelden van den beeldhouwer M a r i An-
driessen.
Het gebouwtje wordt opgetrokken op
een zevenhoekig grondplan, overeenkom
stig het bijbelwoord: „De wijsheid heeft
zien een huis gebouwd, haar zeven zuilen
uitgehouwen" (Spreuken, IX:1).
De ontwerpers van het kunstwerk willen
dit zóó verstaan, dat de eeuwige wijsheid,
Christus, het gebouw van het christelijk
leven m iederen mensch en in de heele ge
meenschap wil zien opgetrokken op de
geestelijke hoedanigheden, die wij kennen
als geloof, hoop en liefde, en als gerechtig
heid, voorzichtigheid, matigheid en sterkte.
Ieder kan gemakkelijk nagaan, hoe onze
eerbied en beoefening van deze zeven in
nerlijke voltooiingen de verheffing van
mensch en maatschappij zullen bevorderen.
Van deze treffende grondgedachte uit
zijn dan ook zoowel de versieringen als de
Christuskoepel zef ontworpen. Die versie
ringen immers zijn niet louter van decora
tieven, maar veeier van constructieven
aard, en dit tegelijk in stoffelijken en in
ideologischen zin. Het beeld van den ver
rezen Heiland vormt de hoofdfiguur en is
centraal, dus midden in den koepel ge
plaatst. De zinnebeeldige, in steen gehakte
voorstellingen van de zeven aangeduide
geestelijke eigenschappen omringen het
beeld van den Christus als de nadere uit
drukkingen van zijn verheven leer en van
de gedachte, dat Christus de bron is van
alle waarachtige deugd.
Het prototypisch karakter van den mees
ter krijgt den vollen nadruk door de spreuk
van H. M. de Koningin, welke in het voet
stuk wordt aangebracht: „Le Christ avant
tout", terwijl boven den hoofdingang aan
de buitenzijde van den koepel de bekende
bemoediging „Sursum corda" (de harten
omhoog) den wandelaar zal uitnoodigen,
zijn gedachten van Gods heerlijke schep
ping naar het onzichtbare op te heffen.
Men mag verwachten, dat de geloovige
mensch in dezen Mariëndaalschen Chris
tuskoepel de uitdrukking zal vinden van de
grootsche gedachte aan geestelijke vernieu
wing, waarop het Nederlandsche volk bij
herhaling van zoo hooge zijde gewezen is.
De koepel is in aanbouw en zal na vol
tooiing aan het Geldersch Landschap wor
den overgedragen.
De Staat van Beleg
BURGERLIJKE AUTORITEITEN BLIJVEN
TAAK VERVULLEN.
Uit het in Staat van Beleg verklaren
van een aantal gemeenten heeft men hier
en daar den indruk gekregen, dat in die
gebieden thans een soort militaire dictatuur
zou ontstaan.
Dit is geenszins het gevaL
De burgerlijke overheden behouden in
het bedoelde gebied haar bevoegdheden
en blijven haar taak vervullen.
Daarnaast krijgen de autoriteiten, be
last met 't militair gezag, eenige bevoegd
heden, welke zij behoeven om de landsver
dediging zoo goed mogelijk te kunnen voor
bereiden. Zoo zullen zij verordeningen
kunnen vaststellen en bevelen kunnen ge
ven om te beletten, dat te nieuwsgierige
personen zich met de inrichting van de stel
lingen op de hoogte stellen, zij zullen ge
rechtigd zyn zoodanige personen uit dat
gebied te verwijderen. Naar ons werd me
degedeeld, gaat het in hoofdzaak hierom.
Voor het gewone leven brengt on
der de tegenwoordige omstandigheden
het in Staat van Beleg verklaren vrijwel
geen verschil.
Het feit, dat gedurende den oorlog van
19141918 overeenkomstige bepalingen
hebben gegolden, toont meer dan duidelijk
aan, dat geen enkel bijzonder feit of aan
leiding bij het afkondigen er van in bet spel
was.
Geen vreemde militairen in
het in staat van beleg ver
klaarde gebied.
De Opperbevelhebber van Land- en Zee
macht, overwegende, dat de aanwezigheid
van militairen van vreemde nationaliteit in
het in staat van beleg verklaarde gebied in
dier voege voor de algemeene veiligheid
gevaarlijk moet worden geacht, dat hun het
verblijf aldaar in het algemeen behoort te
worden ontzegd, terwijl daarnevens de toe
gang tot en het verkeer binnen dat gebied
in het belang van de algemeene veiligheid
behoort te worden beperkt, heeft het ver
blijf in dat gebied aan militairen van
vreemde nationaliteit, al dan niet in uni
form, ontzegt, voor zoover zij niet voorzien
zyn van schriftelijke vergunning.
Deze vergunning is echter niet noodig
voor het reizen per spoor en het daar
aan verbonden verblijf op de spoorwegsta
tions.
Aanvragen tot het verkrijgen van een
vergunning als bovenbedoeld, moeten wor
den gericht tot den Opperbevelhebber van
Land- en Zeemacht en schriftelijk worden
ingediend bij het hoofd van JSectie 3 van
de afdeeling Landmacht van het Algemeen
Hoofdkwartier.
Ontruiming van kanalen in
Noord-Brabant gelast.
De opperbevelhebber van Land- en Zee
macht heeft op grond van het Koninklijk
Besluit van 1 Nov. 1939, waarbij een ge
deelte van het grondgebied des Rijks in
Staat van Beleg is verklaard, het wegvoe
ren bevolen van de vaartuigen uit het Ju-
lianakanaal, de Maas en het Maas-Waalka-
r.aal, welker aanwezigheid naar zijn oor
deel schadelijk kan zijn voor de belangen
der landsverdediging.
De uitvoering van dit bevel is opgedra
gen aan den inspecteur-generaal voor de
scheepvaart.
Met dezen maatregel wordt beoogd eeni
ge opstoppingen van in genoemde water
wegen liggende schepen op te heffen.
De puzzle met onze
kustplaatsen.
Intusschen is nog niet bekend geworden,
of de Staat van Beleg, die, gelijk medege
deeld, ook geldt voor de kust van de Pro
vincie Zuid-Holland, mede betrekking
heeft op een gedeelte van het grondgebied
der aan de kust grenzende gemeenten.
Waarschijnlijk is dit niet het geval,
aangezien géén der zee-plaatsen eeni
ge aanschrijving in dien zin heeft ge
kregen.
Vermoedelijk wordt dus onder kust
verstaan de zee, in zoovere deze ligt
binnen de grenzen van ons Rijksge
bied.
Een kleine puzzle doet zich hierbij
voor, of daarbij gerekend is met de
hoogwater- of met de laagwaterlijn.
Houden de militaire autoriteiten vast
aan de laagwaterlijn, dan valt het
strand erbuiten; in het tweede geval
echter niet tenminste ten tijde
van de eb!
VOORNAAMSTE NIEUWS
Buitenland
HET AMERIKAANSCHE HUIS VAN
AFGEVAARDIGDEN HEEFT EEN AMEN
DEMENT TOT HANDHAVING VAN HET
WAPENEMBARGO VERWORPEN. (2de
blad).
CHAMBERLAINS WEKELIJKSCH RAP
PORT. (2de blad).
WEINIG NIEUWS VAN HET WEST
FRONT. (2de blad).
Binnenland
WAT BETEEKENT DE STAAT VAN
BELEG. (1ste blad).
EEN CHRISTUS-KOEPEL IN HET
„GELDERSCHE LANDSCHAP". (1ste
blad).
DEBAT IN DE TWEEDE KAMER OVER
NATURALISATIE EN OVER WERKVER-
RU1MING. (Iste blad).
VOORLOOPIGE MOBILISATIE
VRIJSTELLINGEN.
Zijn verlengd tot 1 Mei 1940.
De regeeringspersdienst meldt:
Ten einde tegemoet te komen aan en
kele practische bezwaren, gebleken by de
uitvoering van het mobilisatie-vrijstellings-
besluit van 18 April 1939, zijn, in afwach
ting van nadere voorzieningen, alle voor-
loopige mobilisatie-vrijstellingen van be
perkten tijdduur, welke een ingangsdatum
flragen van vóór 27 October 1939, ook al zou
deze tijdduur reeds verstreken zijn, ver
lengd tot 1 Mei 1940, voor zoover de vry-
steuingen verleend zijn aan gewone dienst
plichtigen der landmacht, die behooren of
geacht worden te behooren tot de lichtin
gen 1924 tot en met 1938, aan die der zee
macht die behooren of geacht worden te
benooren tot de lichtingen 1925 tot en met
1938.
Hieronder zijn uit den aard der zaak
niet begrepen aie mobilisatievrijstellingen,
weike op grond van militaire onmisbaar
heid intuSicnen zijn ingetrokken of nog in
getrokken zuiien woraen, dan wel door de
desbetreliende instanties of bedrijven zelf
intusschen reeds zijn opgegeven als geëin
digd, omdat de reden, op grond waarvan de
mooilisatie-vrijstehing werd verleend, niet
langer meer bestond.
Voor de gewone dienstplichtigen der
overige lichtingen en voor de buitenge
wone dienslplicmigen blijft de mobilisatie
vrijstelling gelden, zooals deze aan ieder
van hen afzonderlijk werd verleend.
Overeenkomstig het bovenstaande zijn
of worden de dienstplichtigen, die onder
deze veriengingsregeiing vallen en inge
volge den beperkten tijdduur hunner mo
bilisatievrijstelling zich thans wederom in
werkelijken dienst bevinden, onverwijld
met klein verlof tot 1 Mei 1940 huiswaarts
gezonden.
HET A.S. INI ARIACONGRES
TE MAASTRICHT.
Prijsvraag voor een Marialied.
De stichting „Het Graf van St. Servaas"
te Maastrioht, door Z. H. Exc. Mgr. dr. G.
Lemmens, Bisschop van Roermond, belast
met de technische organisatie van het in
Augustus 1940 te houden Maria-Congres
en van de daarmee gepaard gaande niet-
kerkelijke feestelijkheden, heeft besloten
over te gaan tot het uitschrijven van de vol
gende prijsvraag: Voor een Nederlandschen
tekst van een joed, volksch Marialied, wel
ke tekst naderhand door een dan aan te
wijzen componist op muziek gezet zal wor
den.
Omtrent het aantal versregels van elk
couplet is niets voorgeschreven. Evenmin
omtrent het keervers of refrein. Doch het
aantal coupletten mag niet meer dan drie
bedragen. De bekroonde tekst wordt eigen
dom van de stichting, die er een bedrag van
50.voor ter beschikking stelt. De niet
bekroonde worden geretourneerd. De jury
wordt gevormd door de H.H. Frans van Ol
denburg Ermke, Henri Hermans, Alph.
Tuinstra, Dr. Ch. Thewissen en L. Linssen.
Pastoor. De inzendingen moeten onder mot
to en zonder vermelding van naam en adres,
in vijfvoud en in machineschrift vóór 8
December 1938 worden toegezonden aan den
secr. der jury, L. Snackers, van Hasseltka
de 7, Maastrioht.
Wel moet worden toegevoegd een mot
motto geteekende gesloten enveloppe, waar
in briefje met herhaling van motto bene
vens naam en adres van den inzender.
Over de uitspraak, die tezijner tyd in de
pers en aan de inzenders bekend gemaakt
wordt, kan niet gecorrespondeerd worden.