STADS NIEUWS KERKNIEUWS DINSDAG 3 OCTOBER 1939 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 5 PATER S. BOOMS. Woensdag 4 October herdenkt de wel- eerw. pater S. Booms den dag, waarop hij veertig jaar geleden is getreden in de Orde der Minderbroeders. Wie pater Booms kent, veronderstelt wellicht, dat wij ons hier vergissen. Men geeft dezen Franciscaan met zijn jeugdig- frissche verschijning fceker geen zestig jaar! Pater Booms is kapelaan aan de „Harte- brug" sedert Augustus van het vorig jaar. Ondanks dezen korten tijd, kennen en waardeeren de parochianen van de „Hartebrug" den pater zeker reeds zóó, dat zij den aanstaanden jubileum-dag met hem hartelijk zullen mee-leven. Pater Booms is geboren 29 Juni 1880 te Overveen, trad in de Orde van den H. Franciscus 3 October 1899, werd priester gewijd in Weert 25 Maart 1906. Van 1907 tot 1927 is pater Booms met een korte onderbreking assistentie-pa- ter geweest in het klooster te Nieuwe Niedorp. In die bijna 20 jaar heeft hij tal- looze retraiten gegeven, tridua geleid, en er zijn in Noord-Holland betrekkelijk wei nig parochies, waar niet het welsprekend woord van pater Booms het goede zaad heeft uitgestrooid. De twintig jaar zijn onderbroken door een één-jarig verblijf te Weert, waarheen pater Booms geroepen werd om aan de fraters de kerkelijke muziek te doceeren. In 1927 werd pater Booms kapelaan te Zaltbommel, waar hij verbleef tot 1934, in welk jaar hij werd benoemd tot gardiaan van het klooster te Megen. In 1937 werd hij als gardiaan overgeplaatst naar Sittard, om in Aug. 1938 te worden benoemd tot kapelaan te Leiden. En hier arbeidt pater Booms met groo- ten ijver en stichtende toewijding op elk terrein van den parochieelen priesterlijken zielzorg; speciaal is hij belast met de vrou welijke jeugdbeweging. Wij wenschen den hooggeachten jubila ris toe nog vele jaren van vruchtdragende priesterlijke werkzaamheid. Morgen om 7.45 draagt pater Booms de plechtige Hoogmis op; om 12 uur is er re ceptie in de pastorie. EEN NIEUW THERESIABEELD IN DE HARTEBRUGSKERK. Gestadig werkt de pastoor der Harte- brugskerk aan de verfraaiing van zijn kerkgebouw. Na het zeer mooie Antoniusbeeld, dat door Albert Termote werd gesneden, is nu in de kerk een nieuw beeld geplaatst van de H. Theresia. Het staat achter in de kerk, op de plaats waar het oude There- siabeeld stond en het staat er in de kunst zinnige opstelling, welke tegelijk met het plaatsen van den Antonius van Termote werd aangebracht. Het Theresiabeeld is Van Van Bokhoven en evenals het beeld van Antonius uit hout gesneden. Van Bokhoven heeft echter een heel wat moeilijker taak gehad dan Ter mote. Termote trof het met zijn opdracht in zooverre, dat hij voor de geestelijke rust en de ascetische bezonkenheid met eenvoudiger lijnen kon volstaan dan Van Bokhoven, die Theresia juist uitbeeldde in een oogenblik van helpende activiteit. Deze laatste opgave was ongetwijfeld zwaarder, al zal het daarbij moeilijk uit te maken zijn of de geestelijke diepte en de uitdrukking der zielebewogenheid aan Termote of wel aan van Bokhoven zwaardere eischen zal hebben gesteld. Ook van Bokhoven is met zijn Theresia wonderwel geslaagd en de grootste bewon dering moet men wel hebben voor de wij ze, waarop aan het harde, stugge en moei lijk te bewerken materiaal als hout, zulk een actie werd gegeven. Van Bokhoven beeldde Theresia uit in haar rozenregen. Zij zou haar hemel door brengen met goed te doen op aarde en van uit den hemel rozen strooien. Zulk een oogenblik heeft hij gekozen en de ge- heele gestalte, al het gebaar van de hei lige verraadt dit oogenblik. Zooals zij hier staat op de wolken, gaat zij werkelijk rond. Zij strooit haar rozen waarvan zij er een heeft in haar rechterhand. Met de linterhand houdt zij haar mantel op, in welker val nog meer rozen liggen; en deze oplossing is een zeer gelukkige, omdat zij natuurlijk is. Verder behoeft de uitbeelding niet te gaan, zoo is het vol doende. Suggestief. De rozen behoeven niet te vallen en bijvoorbeeld blijven han gen aan het kleed. Beeldhouwkunst is een kunst van rust, al sluit dit vooral de actie niet uit, maar deze moet natuurlijk blijven. De zwevende houding der gestalte, de sierlijkheid van het gebaar, de volmaakt natuurlijke val der mantel vormen samen de volmaakte uitdrukking van een mild dadige activiteit. Daarbij vertoonen de ge laatstrekken een zuivere, geestelijke weer gave. Zoo kan men zich Theresia mensche- lijk indenken. Met de moeilijkheden, welke het harde lindenhout biedt, heeft de kunstenaar ook de voordeelen vakkundig benut. Hij heeft zijn schaduwen niet nagepenseeld, maar deze aangebracht door de steek van den beitel en dus de natuurlijke kleur van het hout bewaard. Dit beeld vertoont kunstenaarschap en vakkunde; voor den biddenden mensch zal dit beeld een bron van geestelijke vreugde kunnen zijn. De devotie tot de H. Theresia, reeds mede door het vorige beeld opgewekt, zal zeker ook in deze beeltenis bevrediging vinden. OOK LEIDEN DIENE ZIJN EIGEN LUCHTAFWEERGESCHUT TE HEBBEN Uiteenzetting van luit-generaal Carstens Op uitnoodiging van de Luchtafweer- commissie, welke zich hier ter stede ge vormd heeft, werd gisteravond in den foyer der Stadsgehoorzaal een bijeenkomst ge houden, waar luit.-generaal Carstens een uiteenzetting zou geven over het nut en de noodzakelijkheid der particuliere lucht afweer. De belangstelling voor dit vraagstuk van den dag was niet zoo groot als wij redelij kerwijs hadden mogen verwachten, hetgeen wel zeer te betreuren is, omdat men hier ongetwijfeld meer over deze kwestie kon te weten komen en men bovendien allerlei vragen, welke men later beantwoord wil zien, hier opgelost had kunnen krijgen. Prof. E. M. Meyers, voorzitter van de Luchtafweercommissie, heette in zijn ope ningswoord de aanwezigen welkom, onder wie wij o.m. opmerkten wethouder mr. A. Tepe, den heer H. Simonis namens de Ka mer van Koophandel, den heer R. Meyer, commissaris van politie en hoofd van den luchtbeschermingsdienst, inspecteur Couzy, leider van dezen dienst en den directeur en den adj. directeur van Gemeentewerken, de heeren A. M. de Bauw en ir. D. Boogerd. Luit.-generaal Carstens, die onmiddellijk het woord verkreeg, zette allereerst uiteen het onderscheid van luchtbescherming en luchtverdediging. De luchtbescherming is passief, b.v. door het toepassen van verduistering, het aan brengen van schuilkelders en schuilloop- graven, het verstrekken van gasmaskers, het voorkomen van branden, het zorgen voor gasontsmetting enz. De luchtverdediging is actief. Daarbij gaat men de vijandelijke vliegtuigen te lijf, daardoor tracht men de vijandelijke lucht aanvallen af te weren en tegen te houden en alzoo bombardementen te voorkomen of te verhinderen. Alleen over dit laatste wilde spr. een en ander zeggen, na verklaard te hebben, dat luchtverdediging en luchtbescherming el kaar niet uitsluiten, maar aanvullen. De luchtverdediging heeft in de eerste plaats ten doel om de troepen te velde te beschermen, militaire objecten te verdedi gen, als vliegvelden, bruggen, artillerie inrichtingen enz. Dit geschiedt door het luchtdoelgeschut van het leger. De verdediging van heel het land is evenwel zeer kostbaar en daarom heeft de Vereeniging voor Nationale Veiligheid het vorig jaar de idee geopperd om de industrie te animeeren om zelf over te gaan tot aan schaffing van luchtdoelgeschut. Bij voorbaat zegt spr., dat dit geschut eenmaal door de burgerij aangeschaft niet door het leger opgevorderd kan wor den. De bediening van dit geschut geschiedt door burgers, door personen uit verschil lende bedrijven ter plaatse of andere bur gers. Zij moeten een verbintenis aangaan bij het Vrijwillig Lan^stormcorps Luchtaf- weerdienst en zoo worden zij onderdeel van de weermacht Alle kosten voor de oplei ding van het desbetreffend personeel wor den door de regeering gedragen. Hierna zet luit-gen. Carstens uiteen hoe luchtaanvallen kunnen worden uitgevoerd en hoe zij bestreden moeten worden. Spr. deelt hierbij verschillende interes sante bijzonderheden mede over het uitvoe ren van horizontale en duikvluchten, over het benoodigde afweergeschut en de gra naten welke gebruikt worden. Het geschut dat hiervoor het meest geschikt is, is dat van 2 en 4 c.M. (het geschut van V/i c.M. is veel te kostbaar). Dat van 2 c.M. heeft een draagwijdte van 1500 M., dat van 4 c.M. reikt 3500 M., doch dit laatste is viermaal zoo duur. Als men echter overweegt, dat de bewol king in ons land over het algemeen zeer laag is, waardoor vijandelijke vliegtuigen om grooter trefkans te hebben zeer laag althans beneden het wolkendek moeten vliegen, dan kan men uitstekend afweerge schut met de 2 c.M.-machines hebben. Leiden valt buiten de werkingssfeer van het legergeschut. Evenwel is het ingesloten door de militaire geschutprojecten van Den Haag, Amsterdam en straks ook van het vliegveld Valkenburg. Over de te gebruiken granaten zegt spr., dat dit automatische zijn. die na eenigen tijd wanneer ze geen doel hebben ge troffen ontploffen en verder geen scha de zullen veroorzaken. Over de verschillende mogelijkheden over de aanschaffing op de meest doelma tige wijze zegt spr., dat er plannen voor bereid zijn voor resp. 10, 6 en 4 batterijen. Naar gelang van het aantal aan te schaffen machines kan de verdedigingskring van Leiden grooter of kleiner worden. De kosten van 6 batterijen van 3 stuk ken 2 c.M. geschut bedragen 275.000, van 6 batterijen van 2 stukken of 4 batterijen van 3 stukken 200.000, terwijl 4 batte rijen van 2 stukken 125.000 kosten. Daarna bespreekt luit.gen. Carstens nog de kans van bombardementen van Leiden, welke door de aanwezige industrieën niet gering te schatten is. Vooral die der voed selvoorziening zijn hier ruim vertegenwoor digd. Een en ander maakt het volgens spr. niet alleen nuttig maar ook noodzakelijk, dat de burgerij zich financieele offers getroost. Zij zullen zeker verantwoord blijken. Na een korte pauze, waaronder er gele genheid bestond tot het indienen van vra gen, kreeg de heer Carstens gelegenheid om deze te beantwoorden. Er was een vrij ruim gebruik van gemaakt. Aan de verschillende vragen ontleenen we de belangrijkste. Of de gemeente niet verplicht is tot aan schaffing over te gaan? Dan zullen de kos ten gezamenlijk door de bevolking worden gedragen. Hierop antwoordde spr. dat over het algemeen de gemeenten hiertoe niet be sluiten, doch dat zij het particulier initia tief we lsteunen. Of Leiden zijn karakter van open stad niet zal verliezen? Volgens spr. niet, omdat de stad niet door troepen van den grond verdedigd wordt en dus geen militaire stelling vormt. Hoe de personeelsorganisatie geschiedt. Deze is in handen van den commandant van het Vrijw. Landstormcorps Luchtaf- weerdienst Wie de munitie voor het luchtafweerge schut betaalt? De batterijen worden geheel stelling- klaar door Defensie geleverd met 400 scho ten per stuk. Voorts zijn voor elke batterij 1600 schoten per stuk opgelegd, waarvan de kosten voor rekening van de regeering zijn. Na beantwoording der vragen dankte prof. Meyers den spreker voor zijn uiteen zetting en wekte de burgerij op de com missie financieel te steunen, nu het nog niet te laat is. Indien niet tot aanschaffing van het geschut wordt overgegaan, dan krijgt men zijn geld terug. Tenslotte dankte de voorz. de leden van het L. S. C., van „Sanctus Augustinus" en de V. V. S. L., voor de hulp, welke zij heb ben verleend bij het rondbrengen van de circulaires en het ophalen daarvan. Na een algemeen dankwoord volgde sluiting der bijeenkomst. Bultenlandsctie berichten MIJNRAMP IN MEXICO. In de mijn Palau in den Mexicaanschen staat Coahuila heeft zich Zondag een mijn- gasontploffing voorgedaan, waarbij 69 ar beiders omgekomen en twee zwaar gewond werden. Bovendien zijn nog 60 mijnwer kers opgesloten. Het reddingswerk is in vol len gang, doch stuit op groote moeilijk heden. KOSTBARE KIPPETJES. In Columbia zijn onlangs de kroppen der kippen van een bepaald dorp tot staats eigendom verklaard. Om dezen zonderlin gen maatregel te begrijpen, moet men we ten, dat in Columbia de grootste smaragd velden der wereld liggen, en wel bij het dorp Murzo. Zoodra men vastgesteld had, dat de kippen van het dorp kleine sma ragd-splinters uit den humus oppikten, legde de staat beslag op de kroppen het pluimvee. Wanneer nu een kip naar KARDINAAL MUNDELEIN GESTORVEN. Een vooruitstrevend bisschop. Kardinaal George William Mundelein, aartsbisschop van Chicago, is gisteren op 67-jarigen leeftijd gestorven. De kardinaal, die èn als Amerikaan èn als persoonlijkheid in het kardinalencolle ge een typeerende figuur was, werd den tweeden Juli 1872 te New York geboren. Hij voltooide zijn theologische studie aan het college der Propaganda Fide te Rome, waar hij doctoreerde en in het jaar 1895 de priesterwijding ontving. Hij keerde onmiddellijk naar de Ver- eenigde Staten terug, waar hij tot secreta ris van mgr. McDonnell, bisschop van New York, benoemd werd. Op 21 November 1906 werd hij door den paus om zijn bij zondere organisatorische verdiensten tot huisprelaat benoemd; den 21sten Septem ber 1909 werd hij tot de bisschoppelijke waardigheid verheven, toen Rome hem tot hulpbisschop van Brooklyn en titulair bis schop van Loryma benoemde. In 1915 werd hij aartsbisschop van Chicago. Op 24 Maart 1924 creëerde paus Pius XI hem tot kardinaal. Bij vele gelegenheden is het gebleken, dat dit nieuwe lid van het kardinalen-college een zeer vooruitstre vend priester was, die, met behoud van kerkelijke traditie en de kerkelijke wet, voor vele moderne ideeën toegankelijk was en ze ook geestdriftig toepaste. Kardinaal Mundelein was sinds het in ternationale Eucharistische congres van Chicago, waaraan ook vele Nederlanders hebben deelgenomen, een in heel de we reld bekende figuur. Het seminarie, dat hij aan het meer te Mundelein, een naar hem noemd dorp in Illinois, liet bouwen, be hoort tot het kostbaarste en modernste, dat de Katholieke Kerk kent. Toen paus Pius XI gestorven was, waren er velen vooral natuurlijk in Amerika die in hem den nieuwen opvolger za gen. Doch zijn uitgesproken politieke op vattingen hebben zijn kans aanmerkelijk verkleind, afgezien nog van het feit, dat nog nimmer een Amerikaan en in de laat ste eeuwen ook nimmer een niet-Italiaan den pauselijken troon hebben beklommen. De kardinaal was een uitgesproken te genstander van de nationaal-socialistische politiek en heeft dit ook verscheiden ma len, o.a. bij den Anschluss van Oostenrijk, duidelijk laten blijken. Zijn redevoeringen hebben indertijd in Duitschland groote ontstemming verwekt. Kardinaal Mundelein heeft er ook steeds naar gestreefd, dat de diplomatieke be trekkingen tusschen het Vaticaan en de V.S. hervat zouden worden. Zijn pogin gen zijn tot nu toe niet met succes be kroond, doch volgens sommige Vaticaan- sche kringen bevinden de besprekingen hierover zich thans in een vergevorderd stadium, mede, omdat de huidige paus, Pius XII, in de V.S. zeer gezien is. den soeppot verhuist, moet dit altijd ge schieden in tegenwoordigheid van een ambtenaar. De „Jan van Gelder" na aankomst van het transport uit Terschelling aan de werf te Den Helder. Duidelijk ziet men de be- De mijnenveger „Jan van Gelder" is Maan dagmiddag, gesjord tusschen twee sleep- schaciging van den achtersteven en de geweldige ravage, welke aan dek werd aangericht. booten en gesleept door twee andere sleep booten, van Terschelling naar den Helder getrans porteerd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 5