VEILIGHEIDSMAATREGELEN
x'; -
£cidóck<i (Boii/ta/nt
Het Koninklijk Paleis op den Dam te Amsterdam onder bewaking van de
Vrijwillige Burgerwacht
*3581»
Loopgraven worden In de Engelsche hoofdstad aangelegd voor de bescher
ming tegen eventueele aanvallen Zakken worden met de uitgegraven
aarde gevuld
Particuliere vrachtauto's door de mili
taire autoriteiten gereauireerd, worden
thans allerwege gebruikt voor defensie
doeleinden. Stroozakken worden uitge
laden voor den hoofdingang van het
Concertgebouw te Amsterdam
Aan jhr. J. A. de Jonge van Zwijns-
bergen is eervol ontslag verleend als
intendant van het particuliere paleis en
domein Soestdijk
Jhr. mr. D. J. de Geer, de minister-president, bespreekt
op het Buitenhof te Den Haag den internationalen toestand
met den minister van Buitenlandsche Zaken, mr. E. N. van
Kleffens, onder het genot van een kopje koffie.
Het noodweer in België richtte ernstige schade aan. Vooral de spoorlijnen in
de omgeving van Brussel hadden het zwaar te verduren. Op verschillende
plaatsen werd de rails losgeslagen en het treinverkeer ontwricht
Talrijke openbare gebouwen in Nederland zijn onder bewaking van de Vrij
willige Burgerwacht gesteld, welke daartoe is opgeroepen. Een der posten
voor het hoofdpostkantoor te Amsterdam
feuilleton
Toen de
scheidsmuur viel!
door
ISABEL C. CLARKE.
46)
Cymbeline luisterde zwijgerid. Hij daoht
aan den man dien hij eens had zien vlie
gen over de heid.e, als een grooten vogel,
zoemend en snorrend. Hij keek omhoog
naar de grijze herfstlucht, die al een vio
lette avondtint aannam. En met die her
innering, die zooals hij wist, hem zoo diep
be invloed had, kwamen er plotseling ge
dachten aan Angela, van den dag, dat hij
neergezien had op Valleylands, eens het
beloofde, nu het verboden land.
Wat had Angela al die maanden ge
daan, daar diep in de eenzaamheid. Het
was onwaarschijnlijk, dat zij zijn naam in
de lijst van benoemden had gezien. Er
waren en iederen dag honderden en hon
derden en niemand kon eigenlijk de hee
ls lijst doorlezen. Maar misschien had zij
het wel geraden of gehoord, dat alle ca
detten van een bepaalden rang, hun aan
stelling kregen.
O, hij moest haar spreken. Daarom was
hij naar Pagdon gekomen. Hij moest zijn
trots maat inslikken, zich tot in het stof
vernederen en haar opzoeken. Nu was hij
niet langer bevreesd, Sir Roger te ont
moeten, of tegen de wensdhen van Lady
Weste in te gaan. Hij wilde Angela dezen
laatsten keer bezoeken.
Hij perste zijn lippen op elkaar.
Mijnheer Harriman stond in de hal van
ed Towers op hem te wachten. Hij zag er
veeT ouder, magerder en zorgelijker uit,
zijn optreden had ook die gedwongen har
telijkheid verloren, die zij allemaal zoo
benauwend vonden. Hij kuste Viola en
Primula en schudde Cymbeline de hand.
Dan legde hij zijn hand op den schouder
van den jongen en er lichtte iets in zijn
oude, doffe oogen.
„Blij, dat je er bent, mijn jongen. We
hebben al dat jonge volk hard noodig
vóór het vaderland."
„Dank u wel, grootvader", zei Cyimlbe-
line vroolij'k. „Ik zal 'tenminste probeeren
wat ik kan. En kijk eens naar Prim, klaar
om me te vertroetelen, zoodra ik het
maar noodig heb. We zitten er nu alle
maal in;; tot aan onzen hals."
Hij ladhtte, hij alleen was opgewekt, hij
juist, die spoedig de volle zwaarte van den
last zou ondervinden.
Er volgde een kleine stilte. Mijnheer
Harriman keek naar Cymbeline met een
zekere nieuwsgierigheid, vermengd met
iets dat veel weg had van goedkeuring.
Dan verbrak de stem van den jongen het
korte zwijgen met een voorbedachte non
chalance.
„Ik heb mijn vliegbrevet gehaald, vleu
geltjes gekregen, zooals tze het noemen. Ik
verwacht al gauw mijn aanstelling in het
vliegenierscorps, daar vragen ze om meer
lui. Daar had ik van het begin af aan
mijn zinnen op gezet."
Zoo vertelde hij him zijn geheim, dat hü
zoo lang bewaard had. Hij had al dien
tijd geweten, dat dit zijn einddoel zou
zijn, al sinds hij op de heide boven Pag
don stond en naar dien menschelijken vo
gel had staan staren, die sneller dan de
wolken zijn weg door de lucht ploegde,
naar de Noordzee. Het was onmogelijk,
dat zulke heerlijke opwindende avontu
ren in de wereld beleefd werden, en hij
dat genot niet zou smaken. Het verhaal
van wat het vliegcorps in de eerste dagen
van den oorlog had gepresteerd, vervulde
hem met een brandende gevoel van na
ijver. Zij waren de oogen van het leger,
zij trokken bij zonsopgang er op uit, als
trekvogels en kwamen 's avonds moe er
soms vleugellam, soms ook niet, terug om
te vertellen, wat zij hadden gezien.
Het scheen Viola toe, dat haar hart stil
stond. Zij keek naar Lambert. Haar ge
laat vertrok spierwit en haar lippen beef
den, een oogenblik stond hij doodsangst
uit, vreezend, dat zij in tranen zou uilbar
sten.
Hij kwam een stap naderbij en glim
lachte geruststellend. Het scheen haar
toe, dat hij er haar aan wilde herinneren,
'dat zij dit offer hadden gebracht, het of-
tfer van hun eenigen zoon, op het altaar
van het vaderland, eerst omdat hij er zelf
cm vroeg, nu, omdat een grooter ideaal
hem opeischte.
Als in een visioen zag Viola hem opstij
gen door de luchten, die nog nimmer een
imensch bezocht, hooger dan de toppen der
bergen, stijgen tot aan de sterren.
Het stak als een vlijmende pün door
haar heen, de gedachte, dat dit van het
begin af aan zoo had moeten zijn.
„Je schoonmoeder is ziek, zij ligt al een
maand in bed", zei de oude heer Harri
man tegen Viola. „Ik kan het haar maar
maar niet aan het verstand brengen van
Daniël. Ik heb haar gezegd, dat we bang
zyn, dat hij krijgsgevangene is, maar zij
meent maar, dat hij in de gevangenis zit,
omdat hij iets verkeerd heeft gedaan. Zij
kent nu niemand meer".
„En Suze, hoe maakt zij het?" vroeg
Viola.
Mijnheer Harriman lachte voor den eer
sten keer.
„Suze schrobt vloeren in het hospitaal
van Pagdon en zegt, dat zij gezonder en
flinker is, dan ze haar heele leven geweest
is."
De oorlog had hem geraakt, fel en diep,
de bezorgdheid had hem al zachter ge
maakt. Dat was die zaak met Daniël. Hij
was zoo bang voor hem alsof hij aan het
front stond. Er liepen al sombere geruch
ten over de behandeling van Britsche ge
vangenen. Maar natuurlijk, voor Daniël
v/erd toah zeker goed gezorgd. Met zijn
kennis van Duitschland en zijn oude
vriendschap voor de DuitsChere.
Nooit had hij met zooveel vertrouwen
gesteund op Lambert als nu. Die oudste
z oon van hem was vast en onwrikbaar als
een rots. En hij troostte hem over Da-
niëL
HOOFDSTUK XX.
Viola wachtte af, hoe lang het nog du
ren zou, vóór Cymbeline verdwijnen zou
om zijn onafwendbaar bezoek aan Valley
lands af te leggen. Hij bleef maar zoo
kort op de Towers, dat, als hy van plan
was er heen te gaan, het geen uitstel lij
den kon. Tot nu toe had er in geen enkele
krant iets gestaan over het aanstaande
huwelijk van Angela En kort geleden
had zy door Diok gehoord, dat allebei de
oudere Trustcotts in dienst waren en de
derde, de jongste, adelborst.
Tot nu toe wist mijnheer Harriman nog
niets van de hoop die Cymbeline koes
terde in betrekking tot Angela, het was
hem volkomen onbekend, dat zijn klein
zoon de Westes kende, of ooit op Valley
lands was geweest. In hoeverre hij er nu
nog over in woede zou ontsteken, was niet
te voorspellen.
Zondagmorgen verdween Cymbeline
zoodra hij met het ontbijt klaar was.
Viola en Primula keken hem vanuit het
venster na en zagen hem snel over de
weiden verdwijnen. Het was prachtig
weer, 's nachts had het gevroren en het
gras glinsterde nog a!ls kristal. De damp,
die in de hoeken en onder de boomen was
blijven hangen, by de Frent, zweefde nog
als ijle sluiers over het land. De eiken en
olmen in het park waren als bedekt met
stofgoud en de bosschen in de verte droe
gen een koperen gloed. De lucht was
zwaar en opwekkend als wijn, men voelde
de nabijheid van de heide als van de zee.
Cymbeline had al dien tijd al precies
geweten wat hij doen zou. De kapel op
Valleylands was Zondags altijd open voor
het publiek, niemand kon hem den toe
gang ontzeggen. Al zou zij weigeren hem
te spreker, dan zou hy Angela toch zien.
In zijn handelwijze was een groote hoog
moed en tegelijkertijd een diepe nederig
heid.
(Wordt vervolgd).