De ministers van Nederland houden
buitengewonen ministerraad
IZk Staatóhaafden dei dójCa-g,%oep
schudden bet weteidyeuteten
utabbe*
Radio-rede van Koning Leopold
„Gaat ons werelddeel zelfmoord plegen?"
BUITENLAND
Onwrikbare
uitspraken
DONDERDAG 24 AUGUSTUS 1939
DE LE1DSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 5
Om 12 uur's nachts komt een telegrambesteller van
Defensie een telegram voor deo ministerraad brengen.
De ministerraad is gisteravond om tien
uur bijeengekomen ter bespreking van de
internationale politieke situatie.
De beraadslagingen van den ministerraad
in het departement van Justitie hebben ge
duimd tot kwart voor één. Op dat uur ver
lieten de ministers Dyxhoorn, Genbrandy,
Albarda, Weiter, Bölkestein, Steenberghe
en Van den Tempel het ministerie van"
Justitie. De beide laatstgenoemden zeiden
ons, desgevraagd, geen enkele mededeeling
omtrent de besprekingen te kunnen doen.
De ministers De Geer (premier), Van Boey
en en Van Kleffens hebben, voor zoover
•wij konden nagaan, aan den ministerraad
niet deelgenomen. Zooals men weet, be
vond de laatstgenoemde bewindsman zich
nog op de conferentie der Oslo-staten te
Brussel.
Nadat de radio had bekend gemaakt, dat
ministerraad werd gehoudens verzamelden
tientallen belangstellenden zich voor het
departement van Justitie op het Plein, het
gebouw, waa rde vergaderingen van den
ministerraad gewoon plaats vinden.
Minister Steenberghe ver aat na afloop het departe
ment van Algemeene Zaken.
V.l.n.r.: de ministers Albarda, Bolkesteijn en Gerbrandy bij het verlaten van het
Departement van Algemeene Zaken na afloop der besprekingen.
Problemen kunnen beter
vóór dan na een oorlog
worden opgelost.
In verband met de gisteren te Brussel
gehouden bijeenkomst van de vertegen
woordigers der Oslo-staten, heeft gister
avond 8.20 uur (Ned. tijd), Koning Leo
pold voor den Belgischen omroepzender
N.I.R. een radiorede gehouden. Wij laten
hier den officieelen Nederlandschen tekst
van deze radiorede volgen:
De verklaring, waarvan ik voorlezing ga
doen, wordt afgelegd in het Paleis te Brus
sel in tegenwoordigheid van de ministers
van Buitenlandsche Zaken en uit naam der
Staatshoofden van de Oslogroep.
De wereld beleeft een tijdperk van zoo
danige spanning, dat elke normale samen
werking onder de staten onmogelijk dreigt
te worden. Groote mogendheden treffen
maatregelen die bijna gelijk staan met de
mobilisatie hunner gewapende macht.
Moeten de kleine mogendheden niet vree
zen het slachtoffer te worden van een even
tueel conflict waarin zij, tegen hun eigen
wil in, zouden worden meegesleept, niet
tegenstaande hun politiek van onbetwist
bare onafhankelijkheid en hun vasten wil
onzijdig te blijven? Zijn zij er niet aan
blootgesteld het voorwerp te worden van
buiten hen om getroffen schikkingen?
Zelfs zonder dat er vijandelijkheden ge
opend worden, wordt de wereld door een
economische instorting bedreigd. Alom
heerschen wantrouwen en argwaan. Onder
onze oogen vormen zich de strijdkampen,
stellen de legers zich op, wordt een afschu
welijke strijd in Europa voorbereid. Gaat
ons werelddeel zelfmoord plegen door zich
te storten in een ontzettenden oorlog, waar
in er noch overwinnaar noch overwonnene
zou zijn, maar waarin alle geestelijke en
stoffelijke waarden door de beschaving van
eeuwen geschapen ten onder zouden gaan?
De oorlogspsychose dringt alle huizen
binnen, en alhoewel de openbare meening
er zich zeer goed van bewust is welk een
ondenkbare ramp een volkenstrijd voor de
gansche menschheid zou beteekenen, laat
zij zich meer en meer over aan de gedachte
dat wij er onvermijdelijk in meegesleurd
zullen worden. Het is van belang tegen een
zoo noodlottige gelatenheid op te komen.
Er bestaat geen volk wij leggen hier
sterk den nadruk op dat zijn kinderen
den dood zou willen inzenden om aan an
dere natiën het recht op het bestaan te ont
nemen, dat het voor zich zelf opeischt.
Stellig zijn de belangen van alle Staten
niet allen dezelfde. Maar zijn er wel belan
gen die niet op vredelievende wijze tot
overeenstemming kunnen gebracht worden,
en kan dat niet oneindig veel beter vóór
dan na een oorlog?
Dat het geweten der wereld wakker
worde. Maar de tijd dringt. De evolutie der
gebeurtenissen kan weldra elk recht
streeksch contact nog moeilijker maken.
Dat men zich niet vergisse. Wij weten dat
het recht, om te kunnen leven op een hech
ten grondslag moet steunen, en de vrede
dien wij wenschen, is de vrede welke be
rust op den eerbied van alle Staten. Een
duurzame vrede kan niet gevestigd zijn op
de macht, maar enkel op een zedelijke
orde.
Gebiedt niet de wijsheid op dit oogen-
blik een eind te stellen aan den strijd met
woorden, aan ophitsingen en bedreigingen,
ten einde te besluiten om over de gestelde
vragen te beraadslagen? Wij vormen plech
tig den wensch dat de mannen, waarvan
de loop der gebeurtenissen afhangt, bereid
zullen zijn him geschillen en eischen te
onderwerpen aan een onderhandeling, in
gezet in een geest van broederlijke samen
werking.
Het is uit deze overwegingen, dat Ik in
naam van
Z. M. den Koning van Denemarken,
den President der Finsche Republiek,
H. K. H. de Groothertogin van
Luxemburg,
H. M. de Koningin der Nederlanden,
Z. M. den Koning van Noorwegen,
Z. M. den Koning van Zweden,
en in Mijn eigen naam, ieder onzer in over
eenstemming handelend met zijn Regeering,
dezen oproep doe. Wij drukken de hoop liit
dat andere Staatshoofden hun steun bij den
onzen zullen voegen, bezield door dezelfde
zorg voor den vrede en de veiligheid van
hun volkeren.
Straks zullen honderden millioenen men-
schen van harte met ons zijn om den wed
loop naar den oorlog te stuiten.
Mogen degenen in wier handen het lot
der wereld berust, deze gevoelens beant
woorden en den door hen menigmaal uit-
gedrukten wensch verwezenlijken, de moei
lijkheden, die hen scheiden op vredelieven
de wijze te regelen.
En dat de ramp, die de menschheid be
dreigt, vermeden worde.
DE CONFERENTIE GEëINDIGD.
Deze plechtige verklaring, door koning
Leopold afgelegd namens de staatshoofden
van de te Brussel bijeengekomen Oslo-
u—uw V I. j
Hore Belisha, dc Engelsohe minister van Oorlog bij zijn aankomst in Downingstreet
te Londen ter bijwoning van de bijeenkomst van den kabinetsraad in verband
met den internationalen toestand.
DUITSCHLAND
VOORBEREIDINGEN VOOR PARTIJ
CONGRES TE NEURENBERG.
Alsof er niets aan de hand was.
Rijksorganisatieleider dr. Ley heeft me-
dedeelingen gedaan over de voorbereidin
gen voor den Rijkspartijdag in Neuren
berg. Het tentenkamp en de massakwar
tieren zijn reeds klaar. Driehonderdvijftig
duizend partijdaggangers zullen in tenten
slapen. 170.000 in andere massakwartieren.
De treinenloop is geregeld. De posterijen
hebben voorbereidingen getroffen.
ARBEIDSDIENSTPLICHT IN HET
PROTECTORAAT.
Een jaar, desnoods twee.
Uit Praag meldt het D. N. B.: De regee
ring hèeft een verordening op den algemee-
nen arbeidsdienstplicht gepubliceerd, wel
ke bepaalt, dat bij uitvoering van bijzon
der belangrijke werkzaamheden voor alle
tot arbeiden bekwame onderdanen van het
protectoraat tusschen 16 en 25 jaar een
arbeidsdienstplicht van een jaar wordt in
gevoerd.
In geval van bijzonder belang der werk
zaamheden kan deze dienst tot twee jaar
verlengd worden.
De dienstplichtigen ontvangen het ter
plaatse van hun arbeid gebruikelijke loon,
voor eventueele gezinsleden wordt een on
derhoudsbijdrage gegeven.
De verordening wordt onmiddellijk van
kradht.
De regeering van het protectoraat heeft
voorts een proclamatie gepubliceerd waar
in zij het volk aanspoort, in het huidige
oogenblik volkomen kalm te blijven. Ieder
onberaden gebaar, aldus de proclamatie,
zou tot ernstige gevolgen kunnen leiden.
In welingelichte kringen meent men, dat
de proclamatie is ingegeven door de vrees,
dat onlusten zouden kunnen worden uit
gelokt, door een zeker deefc der bevolking,
dat tot dusver gehoopt had, dat de Sovjet-
Unie het oude Tsjedho-Slowakije zou her
stellen.
ENGELAND
DE SPOORWEGSTAKERS IVILLEN GEEN
UITSTEL.
De vakvereeniging van machinisten en
stokers, die besloten heeft Zaterdag te mid
dernacht de staking af te kondigen, heeft
het voorstel van het ministerie van arbeid,
om dezen datum uit te stellen, afgewezen.
Men gelooft, dat de regeering met het oog
op den internationalen toestand in geen ge
val een staking zal toestaan. Het is moge
lijk, dat een verbod tot staking zal worden
opgenomen in de bijzondere volmachten,
die de regeering van het Parlement zal
vragen.
VIER MAAL HITLER.
De Führer zeide 21 Mei 1935:
„Het Poolsch-Duitsche accoord van 1934
zullen wij absoluut respecteeren. Meer nog,
wij verlangen dat het voortdurend zal
worden verlengd en dat de vriendschap
pelijke betrekkingen tusschen Polen en
het Rijk steeds beter mogen worden".
De Führer op 20 Februari 1938:
„Ik zou niet willen dat de Duitsche natie
in de andere naties historische realiteiten
leerde zien, die zich niet laten onderdruk
kenIk zou willen dat zij het als een
verderfelijke zaak beschouwde, omdat het
eenvoudig onmogelijk is, aan een natie van
33 millioen zielen een toegang tot de zee
te weigeren. Sinds de Volkenbond heeft
opgehouden in Dantzig troebelen te ver
wekken, heeft dit onrustige punt zijn drei
gend karakter ten opzichte van den vrede
verlorenDe Poolsche staat eerbiedigt
de nationale voorwaarden van Dantzig, en
hunnerzijds eerbiedigen de Duitschers de
rechten van Polen. Op deze wijze is men
erin geslaagd de weg te openen voor een
entente, waarvan Dantzig het uitgangspunt
n waarvan de uitwerking de verwijde
ring beteekent van het vergif, dat de be
trekkingen tusschen Polen en Duitschland
vertroebelde".
De Führer op 26 September 1938:
,Een overeenkomst, die voorloopig ge
sloten is voor den duur van tien jaar, sluit
in beginsel het gevaar van een plotselinge
verandering uit. Wij zijn er allen van
overtuigd dat deze overeenkomst zal bij
dragen tot een duurzame vrede. Het Rijk
en Polen zijn twee naties, waarvan de een
den ander niet zou kunnen vernietigen.
Een staat, die 35 millioen inwoners telt,
zal altijd een toegang tot de zee blijven
zoeken. De weg der overeenkomst moest
gevonden worden. Zij is nu gevonden. Zij
wordt steeds breeder".
De Führer op 30 Januari 1939:
(Over het verdrag van Duitschland met
Polen, dat vijf jaar tevoren gesloten werd):
„Alle vrienden van den vrede zijn het on
getwijfeld eens over de waarde van dit
accoord. Het is reeds voldoende zich af te
vragen, waar Europa nu misschien zou
zijn, indien men vijf jaar geleden deze
waarlijk heilzame overeenkomst niet zou
hebben bereikt".
AMERIKA
DE PRESIDENT VAN BOLIVIA
OMGEKOMEN.
Ongeluk of zelfmoord?
De president van Bolivia, Busch, is gis
termiddag tèn gevolge van een pistoolschot
om het leven gekomen.
Officieel wordt verklaard, dat het schot
staten vormde het sluitstuk van de confe
rentie.
Heden keeren de ministers naar hun lan
den terug.
In een verklaring, door de gedelegeerden
afgelegd, wordt o.a. nog gezegd:
De beraadslagingen, die zooeven hebben
plaats gehad, hebben den wil bevestigd van
de vertegenwoordigde staten, met elkander
contact te houden voor de vrijwaring hun
ner gemeenschappelijke belangen".
aan een ongeluk moet worden geweten.
Uit La Paz: Na den dood van president
Busch, die door het bij ongeluk afgaan van
een revolver om het leven is gekomen,
heeft generaal Quintanilla, de chef van
het leger, zich aan het hoofd der regeering
gesteld.
Volgens een nader bericht heeft de mi
nister van Propaganda aan de pers ver
klaard, dat president Busch zelfmoord
heeft gepleegd.
CHINA
ONGEREGELDHEDEN IN SJANGHAI?
Het tot nu toe nog niet bevestigde ge
rucht doet de ronde, dat in het gebied van
Sjanghai meer dan 10.000 Japanneezen zijn
aangekomen. In de stad hebben zich onge
regeldheden voorgedaan in verband met de
stijging van den rijstprijs.
Buitenlandsche berichten
SCHEEPSRAMP EISCHT
59 SLACHTOFFERS.
Uit Rio de Janeiro wordt gemeld: In de
baai van Ileos is een jacht vergaan, nadat
het op de zuigbuis van een zandzuiger was
gestooten. Veertig van de 42 passagiers en
19 van de 26 leden van de bemanning zijn
verdronken.