3)e Keid4che(2oii/fca/rtt De juiste afstand wordt gemeten tusschen het gelaat van een der medespeelsters en het .oog van de camera tijdens de laatste opnamen voor de nieuwe Neder- landsche film „De Spooktrein", welke te Heerhugowaard plaats vonden De historische locomotief .De Arend", die den eersten Nederlandschen trein zal trekken op de Spoorwegtentoonstelling te Amsterdam, is Dinsdag van het Weesperpoortstation naar het Frederiksplein vervoerd. Het transport vond plaats op een tractor met oplegger Het eerste „publiek" op de tribunes, welke op de Nieuwmarkt voor het Waaggebouw te Amsterdam gebouwd worden voor de aanstaande openluchtvoorstellingen van de .Gijsbreght van Aemstel" In verband met de verplaatsing van de Delftsche Poort te Rotterdam wordt de drinkwaterleiding naar Vlaardingen verlegd, waartoe de tramrails ter plaatse met een 1000 K.G. wegende stalen balk worden gestut De oud-premier dr. H. Colijn bevond zich onder de reünisten van den hoofd cursus, die Dinsdag te Kampen bijeen kwamen. De oud-cursisten stelden zich aan de Korenmarkt op, waarna een marsch door de stad werd gemaakt Voor de nieuwe rolbascule-brug over de Noord te Hendrik-ldo-Ambacht, de grootste van dit type in Europa, is Dinsdag het 320 ton wegende brugklapgedeelte aangevoerd en terstond gemonteerd. De 700 meter lange oprit met op den achtergrond de twee drijvende bokken, die het bruggedeelte transporteerden Ex-koning Zogu van Albanië heeft bij het graf van den Onbekenden Soldaat te Parijs een krans gelegd, waarna hij zijn handteekening plaatste in het gulden boek feuilleton Toen de scheidsmuur viel! door ISABEL C. CLARKE. 43) Rusteloos liep zy de kleine huiskamer op en neer en wenschte, dat Dick in Lon den was. Dan zou zij haar hoed hebben kunnen opzetten, even naar zijn huis over wippen en luisteren naar zijn bedaarde, nuchtere woorden. Wat zou hij om haar angst lachen en haar dwaze moederlijke vrees wegblazen. Zou hij... en hier scheen haar hart stil tr staan... zou hij ze weg blazen? Dikwijls had zij hem heel ernstig hooren spreken over de mogelijkheid van een Europeesahen oorlog, soms had: zij ge meend, dat het voornamelijk aan zijn in vloed te wijten was, dat Cym de militaire loopbaan gekozen had. Hij was sterk voor een nationaal leger, voor persoonlijken dienstplicht, zijn mee- ninig stond lijnrecht tegenover dde van den ouden heer Haniman, Carnegie en Da niël. Hij had Lambert overtuigd, dat hij ge lijk had en Lambert had de defaitistische denkbeelden van zijn jeugd laten varen. Neen, hij zou nu zeker niet om haar lachen, nu al die opwindende praatjes de ronde de den. Op zijn minst zou hij haar vertellen, dat Cymbeline te jong was voor actieven dienst. Allicht zou het noodig blijken om te mo- biliseeren, omdat alle ander landen het schenen te doen, dat zou, zoo trachtte Vio la zichzelf vrije te maken, niet meer dan een verstandige voorzorgsmaatregel zijn. De zaak zou zich spoedig oplossen. Klaar zijn voor den oorlog was de beste manier om vrede te houden, was dat geen oud en afgezaagd gezegde? Het DuitscShe leger werd geteld bij millioenen. Het Britsche telde op zijn hoogst eenige honderddui zenden, eerder minder dan meer. Een papieren leger? Zoo had iemand het, nog niet zoo lang geleden genoemd Wat dwaas, dat zij dit nu juist onthouden moest. Te klein om van eenig nut te zijn. Zoo netig, dat het zonder blaam buiten een conflict kon blijven, dat Engeland eigen lijk niet aanging. De dagen van Goliath en David waren voorbij, men viel geen reus aan, zes millioenen reuzen, met een steen en een werpslinger. Had Napoleon al niet gezegd, dat God aan de zijde van de groote bataljons stond? Een cynisoh gezegde, maar zonder twijfel waar. En als Engeland nu toch e$ns meedeed aan dat groote avontuur? Dan zouden de kleine bataljons de zijne zijn.O, Cym... lieve Cym, de oudste en meest beminde, waarom waren zij zoo gek geweest om hem het leger te lazen kiezen als beroep? Zon der vrees, zonder voorgevoel. Zij hadden hem zelfs aangemoedigd, totdat het hun zelf offers kostte. Dan schoten haar opeens zonder verband de woorden van Sdhulz te binnen, dat Krupp kanonnen maakte, die over het Ka naal konden schieten en Dover vermorze len met een paar goedgerichte granaten. Opnieuw scheen de schrik haar te ver lammen. Was het leger groot genoeg om een inval tegen te houden? Dat het een doorbraak door België en Frankrijk zou moeten stuiten, kwam niet eens bij haar bP. Zij zat alleen in de kleine huiskamer. Beide vensters stonden open, maar geen zuchtje woei naar binnen van de rivier. Het was heet en benauwd in Londen, zij hadlden eerder weg moeten trekken naar hun dorp in Devonshire en Cym later laten volgen. In Devonshire met haar kinderen zou zij niet zoo bang zijn geweest. Er scheen nu over Londen een ademlooze spanning te hangen. Dan zou zij niet die eindelooze edities van de kranten hebben gezien, die den heelen avond rond gevent werden en haar bezorgdheid maar ver grootten. Zondag was het beter, dan bleef zij niet zoo veel alleen. Lambert braoht den dag natuurlijk thuis door. Hij scheen het niet prettig te vinden, dat zij doorging met toe bereidselen te maken vor hun reisje, den volgenden Woensdag. Het zou beter zijn te wachten en te zien, wat er gebeuren ging. Mogelijk liep de heel zaak nog met een sisser af. Maar in de City scheen iedereen er vast op te rekenen, dat er oorlog zou komen. Er was al een groote prijsverhooging ge weest. De geldmarkt was ook buitengewoon gevoelig voor politieke situaties. Neen, Lambert bracht ook niet veel troost. En over Cymbeline zelf hing ook eei waas van onderdrukte opwinding: het verontrustte haar en todh durfde zij hem er niet over ondervragen. Zijn vrooljjke oogen en zijn lachje vol zelfvertrouwen deden haar pijn. Al heel spoedig na de oorlogsverklaring aan Duitschland ontving Lambert een tele gram van zijn vader, dat hem onmiddellijk naar het Noorden riep. Hy gaf geen reden op, maar die boodschap was dwingend en klaarblijkenlijk was er haast bij. Lambert kreeg met moeite een paar dagen verlof van zijn firma en reisde met den nachttrein naar Pagdon. Hij was maar een uurtje thuis om zijn goed te paken. Alleen zijn vrouw trof hij, want Prim en Cymbeline waren uit, zij hadlden hem niet verwacht. Viola was alweer alleen, toen Cymbeline een paar minuten voor het eten binnen kwam. „Wel, mijn jongen", zei zij. Zoodra zij hem weer zag, bekroop haar weer die angst. Maar waarom zou zij bang zijn? Hij kon toch de Academie de eerst volgende zes maanden nog niet verlaten? „Paps nog niet terug?" „Ja, hij is hier een uur of zoo geweest om zijn spullen te halen, is is nu naar Pagdon." „Naar Pagdon?" herhaalde hy. „Ja grootvader telegrafeerde hem, dat hij dadelijk moest komen. Ik weet niét waar om." „Ik hoop maar, dat hy Sdhulz wegstuurt of opsluit. Zij zijn vreeselijk bang voor sa botage op de spoorlijnen, nu al die soldaten vervoerd moeten worden." „Vervoerd?" vroeg zij zwakjes. Haar stem stierf weg. „Voor de mobilisatie. Wij moeten ons haasten. Er is geen tijd te venliezen." Zij riep uit: „Ik kan het niet gelooven. Ik kan het niet gelooven." Zyn heele leven had hij haar niet zoo buiten zichzelf gezien. Hij ging rustig naar haar toe en nam haar hand. Waarom was zij zoo koud, vroeg hij zichzelf af. De avond was warm, er was geen zudhtje wind. „Mams, u moet er heusch flinker over denken. Er i6 een gjoedie kans, dat ik da delijk mijn aanstelling krijg. Ik ben al ta melijk ver." „Jy?" vroeg zy. Nu was zij kalmer door zijn bijzijn. „Ze zullen ons allemaal noodig hebben", zei hy. „Allemaal? Zelfs jongens van negen tien?" „We (Zijn allemaal brandend om te gaan", zei hij glimlachend. Er hing een onderdruk te opwinding om hem heen. Maar zij meen de zoo nu en dan een nieuwen trek van vastberadenheid in zijn gezicht te zien. Nu voelde zij hoe hij van haar wegdreef. Hij ,was geen jongen meer, hij was man ge worden. Menige jongen van twintig zag er jonger uit dan hij. Hy was een van de strijders voor EngelandEen misschien van de twee honderd duizend. „Wanneer lcomt Paps thuis?" „Ik héb er geen denkbeeld van. Het ver baasde hem vreeselijlk, dat ze hem riepen. Grootvader heeft niet geschreven.sinds we uit Pagdon zijn weggegaan. Misschien is het omdat Daniël er nu niet js." „Er niet is? Waar zit oom Daniël dan?" „Hij is een maand geleden naar Duitsch land gegaandat hadden we via de be dienden geboord. Hij reisde met Herr Sdhiulz die dit jaar vroeger dan anders op vacantie is gegaan. Daniël zal nu wel gauw terug komen, hij zal het nu niet pleizierig vinden in Duitschland." „Als ze hem laten komen. Men zegt, dat ze 't lui van dienstplichtigen leeftijd lastig maken om het land uit te komen." „Maar bij is geen soldaat", sprak zij hem tegen. (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 5