NIEUWS
Letteren en Kunst
SPORT
RECHTZAKEN
AGENDA
WOENSDAG 2 AUGUSTUS 1939
DE LE1DSCHE COURANT
EERSTE BLAD - PAG. 2
Abonnementsprijs: voor Lelden 10
cent per week; 1 2.50 per kwertaal
Bij onze agenten 20 cent per week;
2.60 per kwartaal. Franco per posrt
1 2.95 per kwartaal. Geïllustreerd
Zondagsblad 0.50 per kwartaal.
Losse nummers 5 cent, met geïLL
Zondagsblad 9 cent.
Advertentiën: 30 cent per regel.
Ingezonden mededeelingen dubbel
tarief. Telefoontjes hoogstens 30
woorden, 50 cent per plaatsing, al
léén Woensdag en Zaterdag.
HOE WORDT HET WEER?
REGEN EN ONWEERSKANS
De Bil! seint:
Verwachting:
Regenbuien met kans op onweer, tijde
lijk opklarend, weinig verandering in tem
peratuur, meest matige Westelijke tot
Zuid-Westelijke wind.
De weers toestand van hedenmorgen
7 20 uur:
Den Helder: zwaarbewolkt, matige W. Z.
W. wind, 16 gr. C.
Vlissingen: zwaarbewolkt, krachtige Z.
W. wind, 16 gr. C.
De Bilt: zwaarbewolkt, matige Z. Z. W.
wind, 15 gr. C.
Groningen: matige regen, matige Z. Z.
W. wind 12 gr. C.
Maastricht: halfbewolkt, matige W. Z.
W. wind, 16 gr. C.
BÜITENLANDSCH WEEROVERZICHT.
Het gebied van hoogen luchtdruk bij de
Azoren hield onveranderd stand. Een uit-
looper hiervan strekt zich uit over Frank
rijk en Zuid-Duitschland. In deze omge
ving heerscht over het algemeen windstil
te of is de wind zwak en veranderlijk. De
lucht is er zwaarbewolkt tot betrokken,
terwijl de temperatuur hier over het alge
meen tseeg. Over de Britsche Eilanden is
de luchtdruk gisteren aanmerkelijk geste
gen. Een front, dat gistermorgen over Ier
land lag, bracht hier en daar nogal wat
regen en plaatselijk onweer (Bristol had
16 m.m.). Dit front bereikte hedenmorgen
vroeg onze kust en passeerde ons land,
hetgeen gepaard ging met regen en in het
Noorden ook met onweer. De IJslandsche
depressie trok in Zuid-Oostelyke richting
en vulde daarbij wat op. Zij doet vanmor
gen de luchtdruk in Ierland en Schotland
dalen, terwijl het daar ook al regent. De
depressie, welke gisteren in het Noorden
van de Botnische Golf was gelegen, is in
Noord-Oostelijke richting weggetrokken
en daarbij flink opgevuld, zij bracht nog
zwaren neerslag met onweer (te Sodanky-
lae 32 m.m. en te Haparanda gisteren over
dag 13 m.m.).
LUCHTTEMPERATUUR,
18.2 gr. C.
LICHT OP VOOR FIETSERS ej.:
Van Woensdagnamiddag 9.22 uur tot
Donderdagmorgen 4.51 uur.
HOOG WATER.
Te Katwijk aan Zee op Donderdag 3 Aug
voorm. 5.30 en nam. 5.55 uur.
WATERTEMPERATUUR.
Zweminrichting ,.De Zijl" 19.5 gr. C.
Zweminrichting „Poelmeer" 19.5 gr. C.
Maan op 21.16 uur Woensdagavond.
Maan onder 8.51 uur Donderdagmorgen.
L. D. W. S. Comb.—Leidsche Bakkers
gezellen 3—4.
Gisteren speelden de Leidsche Bakkers
gezellen een vrienschappelijken wedstrijd
tegen een L. D. W. S.-Comb. De rust ging
m met een 3—0 voorsprong voor de Bak-
kersgezellen. Na de rust haalde L. D. W. S.
W. S. na prachtig samenspel mooi op, maar
tenslotte wonnen de Bakkersgezellen met
4—3.
Het Schild Apologetisch Maand
schrift. Uitg. der A.V. „Petrus Ca-
nisius".
In de Augustus-aflevering van „Het
Schild" vinden wij een rood papiertje tus-
schen de bladen geschoven, waarop ver
meld staat, dat het propaganda-secreta-
riaat gedurende de maand Augustus is ge
sloten. Een teeken des tijds, Augustus is
vacantie-maand!
Hetzelfde, verschijnsel, dat de sluiting
van het secretariaat op zijn geweten heeft,
is ook debet aan het feit, dat wij nog geen
aandacht hebben geschonken aan het nieu
we gewaad, waarin reeds het Juli-nummer
verschenen is.
Het Schild is een geheel nieuw tijd
schrift geworden, slechts de gedegen in
houd is dezelfde gebleven. Het uiterlijk,
het formaat, de band, zoomede de druk der
pagina's hebben een verjongingskuur on
dergaan, welke in verschillend opzicht een
verbetering beteekent. Ook een tijdschrift
als „Het Schild" moet uiterlijk inner
lijk gebeurt dat vanzelf en onophoudelijk
zoo nu en dan gelijk gezet worden met
den modernen verschijningsvorm der pe
riodieken. De Commissie van Uitgaven van
de Apol. Ver. „Petrus Canisius" heeft dat
begrepen en een frisch initiatief genomen.
Misschien zou menig lezer een minder
forsch lettertype op den omslag hebben
gewenscht en zal men eenige moeite heb
ben met de lange regels, welke het vast
houden van het gedachtebeeld niet bevor
deren. doch smaken verschillen nu een
maal en men zal niet kunnen ontkennen,
dat het geheel een degelijken, krachtigen
en goed verzorgden indruk maakt.
Behalve het uiterlijk heeft ook de Re
dactieraad een vernieuwing ondergaan.
„Praeses Feron en pastoor Metz zijn, we
gens drukke werkzaamheden uitgetreden,
nadat zij jarenlang hebben meegewerkt,
om ons tijdschrift groot te maken", aldus
zegt prof. Verhaar in zijn inleiding. In hun
plaats komen twee jonge krachten: de pro
fessoren Fortmann en Steur, van wier me
dewerking de lezers van „Het Schild" veel
goeds zullen mogen verwachten. De laatst
genoemde opent den nieuwen jaargang
reeds met een reeks interessanto artikelen
over „Onsterfelijkheid".
De gedachte aan de onsterfelijkheid
heeft den menschelijken geest van de al
leroudste tijden af bezig gehouden, het
geen prof. Steur aantoont met een greep
uit de praehistorie en in de Augustusafle
vering met een verwijzing naar de opvat
tingen van oude cultuurvolken, zooals de
Chineezen en de Indiërs. Het is merkwaar
dig te lezen, hoe de opvattingen van aller
lei volken, zij mogen nog zoo varieeren en
gescheiden zijn door eeuwen tusschen-
ruimte, in dit ééne punt alle overeenstem
men, dat de ziel van den mensch niet sterft
bij den dood, doch voort blijft leven.
In het Juli-nummer komen voorts arti
kelen voor van dr. W. Theunissen over
„Het genie Chesterton en het Katholicis
me", van prof. dr. L. Bender over „Pas
toors-optreden en geloofsverslapping" en
van dr. M. Bruna over „Onze Vader".
In de Augustus-aflevering is, behalve
prof. Steur in zijn reeds genoemd serie-
artikel over de onsterfelijkheid, wederom
aan het woord prof. dr. L. Bender over
het Godsbestaan onder den titel van.„God
op zijn post?" De menschen ontkennen
wel eens het bestaan van een God, omdat
er iets gebeurt of niet gebeurt, waarmede
zij het niet eens zijn en wat naar hun
meening niet had mogen gebeuren of niet
achterwege had mogen blijven. Zij ver
geten echter, dat Gods wegen onnaspeur
lijk zijn en dat niemand Gods gedachten
kent. En als iets niet past in ons voorstel
lingsvermogen bewijst dat niet, dat de ar
gumenten, die het bestaan van God aan-
toonen, onjuist zijn geworden.
Prof. Verhaar constateert terecht, dat de
moderne hagiografie (beschrijving van de
levens der heiligen) heel wat beter is ge
worden dan vroeger.
Wanneer men oudere levensbeschrijvin
gen leest, prikkelt deze lectuur soms al
lerminst tot navolging. De laatste jaren
heeft men evenwel begrepen, dat heiligen
ook menschen waren en hebben de schrij
vers ook het licht laten vallen op het men-
schelijke in hun strijd om de volmaakt
heid en hebben zij er leesbare boeken van
gemaakt. Prof. Verhaar noemt in dit arti-
een paar voorbeelden van moderne
heiligenlevens, o.a. „De heilige pastoor van
Ars" door Henri Ghéon, welk boek is uit
gegeven bij de „Leidsche Courant".
Tenslotte behandelt Sophie Boas het
thans wel zeer actueele onderwerp „Onze
Joodsche medeburgers".
De rubrieken Op den Uitkijk, Vragen-
bus, Boekbespreking en Correspondentie
hebben eveneens een ander aanzien ge
kregen; deze rubrieken zijn thans verdeeld
over 2 kolommen op één pagina. Hun in
houd is even belangwekkend en interes
sant gebleven.
Het eerste Summer Institute
voor Amerikaansche
studenten in Nederland,
Zich ten volle bewust van de groote
waarde van persoonlijk contact tusschen
jeugdige onderdanen van verschillende
landen en met name tusschen aankomende
intellectueelen, werd ongeveer een jaar ge
leden door de Amerikaansche professoren,
prof. dr. J. Anton de Haas en prof. dr. A.
Fagginger Auer, beiden van Haivard Uni
versity (Cambridge, Mass.) in samenwer
king met de hoogleeraren prof. dr. Nj. Po
lak te Rotterdam en prof. Th. Limperg te
Amsterdam, het initiatief genomen tot het
organiseeren van zomercolleges voor Ame
rikaansche studenten aan onze oudste uni
versiteit, gevolgd door excursies door ons
land.
Dit denkbeeld vond onmiddellijk gewil
lig gehoor bij jhr. dr. H. A. van Karnebeek,
die zich bereid verklaarde, op te treden als
chairman of the committee of patronage of
the first summer institute in Holland.
Een serie voordrachten, in Leiden te
houden door een aantal vooraanstaande
mannen der Nederlandsche wetenschap en
twee Amerikaansche hoogleeraren, werd
georganiseerd door de gezamenlijke sena
ten van alle Nederlandsche universiteiten
en hoogescholen. Voor de verdere organi
satie van het summer institute werd de
medewerking verkreger. van de Neder-
landschAmerikaansche Kamer van Koop
handel te Amsterdam en het Nederlandsch
Bureau voor buitenlandsche studenten be
trekkingen te Leiden.
In de Vereenigde Staten was prof. de
Haas, die als leider van de Amerikaansche
groep zou optreden, er aanvankelijk in ge
slaagd ruim 100 deelnemers te verzamelen,
maar de in dit voorjaar toenemende vrees
voor oorlog in Europa, deed dit aantal te-
rugloopen tot ongeveer 35 studenten en af
gestudeerden, waaronder verschillende da
mes Deze groep arriveerde op 11 Juli jl.
per s.s. „Volendam" in Rotterdam, om ge
durende de zomercolleges, die van 12 tot
en met 19 Juli werden gegeven, hun in
trek te nemen in Noordwijk.
Te Leiden werden voordrachten ge
houden door prof. Geyl, dr. Brandt,
prof. van Regteren Altena, prof. Tin
bergen, prof. L. Polak, prof. Veraart,
prof. C. W. de Vries, prof. G. M. Ver
rijn Stuart, prof. Levenbach, prof. Ger-
brandy, alsmede de Amerikaansche
hoogleeraren Madden en de Haas.
Voorts gaf prof, W J. de Haas een de
monstratie in het Kamerlingh Onnes
laboratorium. Een voordracht van dr.
Knuttel in het gemeentelijk museum te
Den Haag en voordrachten van de pro
fessoren Schiecke e|g.Weyer in het Ko
loniaal Instituut te Amsterdam beslo
ten den zomercursus. De voordrachten,
hoewel op zeer verschillend gebied,
werden tot een geheel gemaakt door
het gemeenschappelijk hoofdmotief:
Internationale interdependentie. De
colleges waren, ieder voor zich op
nieuw, voor de deelnemers een openba
ring Levendige discussies, naar Ameri-
kaanschen trant, ontwikkelden zich
na menige voordracht. Somtijds werd
zelfs een geheelen avond voor zulke
discussies gereserveerd.
Na een verblijf van enkele dagen in
Amsterdam, ving onder leiding van
prof. L. van Vuuren uit Utrecht de ex
cursie door Nederland aan, waarbij
sightseeing van plaatsen, waar alle
Amerikaansche toeristen „who are
doing Holland in a few days'" plegen te
komen, angstvallig vermeden werd. Het
leidend motief van de excursie was: de
strijd van de Nederlanders tegen het
water, door een voorafgaane voordracht
van prof. van Vuuren toegelicht.
Noord-Holland met zijn oude en nieuwe
droogmakerijen, de Zuiderzeewerken en het
Friesche nieuwland, waar eens de middel
zee was, maakten diepen indruk.
Onder leiding van Leeuwardens burge
meester, jhr. van Beyma, bezocht het ge
zelschap vervolgens een groote boerderij
in het Noorden van Friesland, vanwaar het
op boerenkarren een tocht maakte langs de
landaanwinningen van de Waddenzee en
de veerijke weide van het reeds inge
dijkte gewonnen land.
In Groningen werden de deelnemers ont
vangen door den senaat van de universi
teit. Een rondrit door de provincie, langs
de veenkoloniën, de groote landbouwbe
drijven op de kleigronden, de landaanwin
ningen en het groote gemaal de Waterwolf
werd gemaakt onder leiding van ir. L. H.
de Layer, directeur van de Noordelijke eco
nomische technologische organisatie.
Van Groningen leidde de tocht via de
hunnebedden van Havalte, de ruilverkave
lingen van de schilderachtige dorpen Giet
hoorn en Staphorst-en de kasteelen van den
Achterhoek, naar Arnhem. De rivierbeddin
gen met haar zomer en bandijken werden
getoond gedurende een reis van Arnhem
via Nijmegen, naar 's Hertogenbosch .van
waar naar Rotterdam werd gereden over
de bruggen, die de riviermondingen over
spannen. Vanuit Rotterdam werden behal
ve de havens ook het typische polderland-
cshap bij Kinderdijk en de aalscholversko
lonie bij Lekkerkerk bezocht.
Natuurlijk werd ook aan de verschillen
de takken van kunst de noodige aandacht
geschonken. De musea in de drie groote ste
den en de voornaamste bouwwerken, die
in de route liggen, werden onder deskun
dige leiding bezocht.
Het eerste „Summer institute" mag als
volkomen geslaagd beschouwd worden. De
Amerikanen hebben in twee weken tijds
Nederland leeren kennen op een wijze,
waaraan tallooze Nederlanders een voor
beeld zouden kunnen nemen.
HAAGSCHE POLITIERECHTER.
Hij kwam om zijn koffers.
Meneer van S. uit L e i d e n had bij mej.
H. een kamer gehuurd, maar met die con
ditie, dat hij alleen op de laatste van een
maand kon vertrekken, onvoorziene om
standigheden voorbehouden.
Maar meneer van S. kon blijkbaar beter
en dus zeide hij, dat hij nog heden vertrok
en dat was op 1 April. Een en ander -was
niet naar den zin van juffrouw H., die
meende dat zij dan nog een gelheele maand
huur tegoed had, want dan had hij maar
een dag er voor moeten vertrekken, zijnde
de laatste van een maand. Maar meneer
ging toch en zeide later zijn koffers wel te
zullen komen halen. En eenige dagen later
was hij inderdaad gekomen voor zijn kof
fers, maar toen was tevens de ellende be
gonnen want de juffrouw wilde de koffers
niet afstaan alvorens er een maand buur
betaald was. Nu moet men weten, dat het
een bovenhuis was en dat men dus om
boven te komen gebruik moest maken van
een trap waarin halverwege een draai was.
De juffrouw ging heel strategisch juist
in die draai staan, dus hoe moest de me
neer nu bij zijn koffers komen.
Hij begon op vredelievende toon een heel
pleidooi te houden, maar dit maakte ab
soluut geen indruk, waarna bij het pro
beerde met een bliksemsnelle aanval. Kunt
ge net begrijpen. Floep zat hij weer be
neden met een losse tand. Hij weer naar
boven, onversaagd en met mannenmoed en
nu kreeg hij de juffrouw eventjes te pak
ken met als gevolg, dat zij een oog kreeg
hetwelk van kleur veranderde.
Maar aangezien de juffrouw zoo schit
terend stond opgesteld belandde hij weder
om onder aan de trap, thans met een buil
op zjjn hoofd.
Alle goede dingen bestaan in drieën, dacht
hij blijkbaar. Dus toog hij ten derde male
ten strijde en warempeltje nu kwam hij
de juffrouw voorbij, zij bet dan ook met
een beschadigd oog. Toen de koffers ge
pakt, om naar beneden te gaan. Voorloopig
ging alles reusachtig, maar toen hij hal
verwege was werd hij, volgens zijn zeggen,
plotseling bij een been gegrepen en dook
dius, vergezeld van zijn koffer, het laatste
gedeelte der trap af. Hoe het nu ook zij, me
neer had een strafbaar feit begaan door bij
de juffrouw binnen te dringen tegen haar
wil en haar daarna te stompen en te slaan.
Er was nog een getuige, de dienstbode en
deze vertelde, dat zij niet anders bad ge
zien dan dat haar „mefrou geslagen wier".
De juffrouw gaf een omstandig verbaal
van de gebeurtenissen, dat hier op neer
kwam dat zij ontzettend mishandeld was
en zelf niets gedaan had.
Waar of die buil op het hoofd, het ge
kleurde oog en de losse tand dan vandaan
kwamen, wilde de Politierechter van de
juffrouw weten.
„Ja hoor es effentjes meheer, daar is
maar een verklaring foor en wel deze: hij
zwaaide onder an de trap zoo woest met z*n
koffers dat hij struikelde over een fiets die
in de gang sting en toe heeft hij sicb na
tuurlijk beseerd; mot die ook maar niet
zoo wild zijn en dan heb tie me nog in me
band getoete ook", pakte de juffrouw uit
De Officier vond, dat de meneer nu be
paald niet als een gentlemen was opgetre
den en eischte een geldboete van 25.
sutos. 25 dagen.
De Politierechter geloofde het gepeper-
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken te Leiden wordt van 29 Juli
tot en met 4 Aug. a.s. waargenomen door
de apotheken Boekwijt, Breestraat 74, tel.
20552 en J. E. ten Dijk, Haven 18, tel. 20085.
Te Oegstgeest: Oegstgeestsche Apotheek,
Wilhelminapark 8, teL 262774.
de verhaal van de dame niet voor de volle
honderd procent en hield rekening met de
losse tand e.a. zoodat het vonnis werd een
geldboete van f 3.subs. 3 dagen.
Bij het verlaten der zaal wilde de me
neer de juffrouw beleefdheidshalve voor
laten gaan, maar dit ging niet door, want de
juffrouw zij „na uwes meheer, want ik sie
je liever foor me as achter me".
Drukte om een luisje.
Het woordenboek noemt het een woeker-
diertje of een Snaelinsect, maar 't imensch-
dorn noemt bet in de wandeling een wand
of weegluis zeer onsmakelijk overigens,
maar het is zoo. Maar aangezien dit diertje,
of is het buisdiertje, de oorzaak van een
beele herrie geworden is, moet het wel ge
noemd worden, want in een huis te Lei
den 'huisde zulk een diertje en de huis
baas wilde het beest en zijn familieleden
niet gevangen nemen volgens den be
woner, een ouden man, hetgeen nog al
eenige strubbelingen had veroorzaakt. Dat
was zoo een tijdje doorgegaan, toen plots
de oude man ziek kwam te liggen en dus
geen gelegenheid meer kreeg om den buis
baas over zijn dierentuin te onderhouden.
Omdat de man op leeftijd verzorgd moest
worden, waren een zoon en een dochter ge
arriveerd om hem te helpen met alles en
daar was ook het luizen-vraagstuk bij in
begrepen dat zij opvatten, figuurlijk ge
sproken, waar hun vader bet had laten
liggen. Toen dan ook de buurophaler om
de buur kwam, meende broeder en zuster,
dat eerst het gedierte verwijderd moest
worden, want gsbeunöe dit niet, dan werd
er ook geen buur 'betaald. De 'buurophaler
zeide van de aanwezigheid dezer diertjes
niets af te weten; trouwens hij was niet
aangesteld om op jacht te gaan, maar om
huurpenningen te beuren. De buurophaler
moet een en ander nu bepaald niet erg
netjes gezegd hebben en hierover waren
broer en zus in woede ontstoken met als
gevolg dat het mannelijke familielid den
buurophaler een daverende kaakslag ca
deau deed, terwijl zijn zuster deze gelegen
heid benutte om aan des buuropbalers
baren te gaan trekken.
Voor de Politierechter staande izeide de
'broer, dat 'hij alleen maar een duwtje ge
geven had en zus voegde daaraan, toe, dat
zij dacht, dat de buurophaler struikelde en
zij wilde hem dus opvangen subs, steunen.
Deze verdediging klonk wel wat naief
vond die Officier en bij noemde het mis
handeling. De eisch werd dian ook tegen elk
een geldboete van f 15 subs. 15 dagen.
De Politierechter nam aan dat het wel uit
een en dezelfde bekrompen beurs moet
komen, maar niettemin mogen zulke dingen
niet toegestaan worden'.
De uitspraak werd dan ook tegen elk een
geldboete van 5. subs. 5 dagen.
Of de insecten inmiddels gevangen 'geno
men zijn, vermeld de geschiedenis niet.
CENTRAAL ISRAëLIETISCH WEES- EN
DOORGANGSHUIS.
De jaarlijksche ledenvergadering.
Onder voorzitterschap van dr. J. Tei-
xeira de Mattos uit 's-Gravenhage, vice-
voorzitter der vereeniging, had de jaar
lijksche algemeene ledenvergadering plaats
van het Centraal Israëlietisch Wees- en
Doorgangshuis gevestigd alhier.
Na er op gewezen te hebben, dat de
voorzitter der vereeniging prof. dr. J. L.
Palache, verhinderd was aanwezig te zijn,
hield dr. Teixeira de Mattos een uitvoe
rige rede, waarin hij uiteenzette met wel
ke moeilijkheden de vereeniging te kam
pen heeft. Hij gaf daarbij een financieel
overzicht van de laatste vijf jaar, waaruit
bleelc, dat de uitgaven over die jaren lang
zaam maar zeker zijn gestegen, terwijl de
inkomsten niet zoo langzaam maar nog
zekerder zijn gedaald. Daar van verder
gaande bezuinigingen geen sprake kan
zijn, zou er slechts één oplossing over blij
ven en wel: in beduidende mate inkrim
ping van het werk der vereeniging. De
taak, die de vereeniging vervult, en welke
grootendeels niet door andere weeshuizen
kan worden overgenomen, kan zij op den
duur op deze wijze niet langer vervullen.
Het bestuur had er tot heden op ver
trouwd, dat het Nederlandsche Jodendom,
de moeilijkheden van het Leidsche wees
huis kennende, de helpende hand zou heb
ben toegestoken, doch de hulp wordt min
der in plaats van grooter. Spr. deed een
beroep op alle weeshuisvrienden om te
voorkomen, dat het weeshuis niet langer
meer zou kunnen zorgen voor de weezen,
zoowel heele als halve weezen, voor de
door hun ouders veriatenen, voor de Jood
sche voogdijkinderen, afkomstig uit alle
provincies in ons land, kinderen die vaak
den leeftijd van twee jaar nog niet heb
ben bereikt. Behalve de vaste inkomsten
heeft de vereeniging nog een jaarlijksche
bijdrage van f 20.000 noodig.
De secretaris der vereeniging mr. W. G.
Belinfante uit Den Haag, bracht hierna
het jaarverslag uit dat nog door zijn voor-
ganger, den heer L. Levisson is opgemaakt.
Zoowel aan het begin als aan het einde
van het verslagjaar bedroeg het aantal
verpleegden 44. Op 31 December 1938 wa
ren er 8 Duitsche vluchtelingetjes aanwe
zig. In den loop van het jaar werd ernstig
de mogelijkheid en de wenschelijkheid
onderzocht van uitbreiding van het aan
tal beschikbare jongensplaatsen, daar deze
afdeeling bij voortduring overbezet is.
Uit het verslag van de penningmeeste-
resse, mevr. R. CosmanMendes da Costa
uit Leiden bleek, dat de uitgaven hebben
bedragen 28.450, en de inkomsten
24.597, zoodat het tekort f 3850.heeft
bedragen. Het nominaal effectenbezit steeg
tot 97.600.met een aankoopwaarde
van 84.610.Het saldovermogen be
droeg op 31 December 1938 86.736. Ge
bouw, terreinen en inventaris staan voor
één gulden geboekt. Gelet op een nijpend
gebrek aan kasmiddelen zal een gedeelte
van het effectenbezit te gelde moeten wor
den gemaakt. Ook de penningmeesteresse
deed een beroep tot verleening van direc
te daadwerkelijke hulp. Het gironummer
van de penningmeesteresse van het Cen
traal Isr. Weeshuis te Leiden is 60583.
Beide verslagen werden onder dankzeg
ging aan de samenstellers goedgekeurd.
De aftredende bestuursleden dr. F.
Mannheimer te Amsterdam, S. E. Duits te
Dordrecht en mevr. M. StibbeBloch te
Vught, werden herkozen terwijl tot be
stuurslid werd benoemd mevr. J. Rozen-
daalHaldinstein te Enschede.
Bij de rondvraag deed de heer E. Loeb
uit Leiden het voorstel uit propagandisti
sche overwegingen de jaarlijksche leden
vergaderingen in verschillende groote ste
den van qns land te houden. Het bestuur
zal dit denkbeeld in overweging nemen.
De afd. recherche van het politiebureau
alhier, verzoekt den man, die de vorige
week tijdens het ongeluk bij de Vink op
de Waddingerbrug zat te visschen zich bij
haar te vervoegen om eventueele inlich
tingen over het ongeluk te verstrekken.