S)e Êci^boKe6oii4cmt PRINS BERNHARD TE DOETINCHEM. Te Zandvoort werden Zondag op het Gem. Sportterrein groote windhonden- rennen gehouden, waarvan hierboven een interessant snapshot D'e propagandacommissie voor ruilver- kavering in het gebied van den polder Assendelft hield een excursie naar Overijsel en genoot een koffiemaaltijd in Staphorst Een fraaie sprong tijdens het concours hippique, dat Zondag te Oss werd gehouden ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan der vereeniging „Concours Hippique Oss" F. A. de Ruyter verbeterde het Ned. record 1500 meter hardioopen tijdens de nationale athletiekkampioenschappen in het Feyenoord-stadion te Rotterdam met 1 seconde In optocht werd de vlag, welke Zaterdag door de vereeniging „De Prince- vlag" werd aangeboden voor het m.s. „Oranje" te Amsterdam, naar het schip qedraaen Het waterpolo-tournooi te Doetinchem om den Horthy-beker. Een aardig moment uit een der internationale ontmoetingen Het défilé der Nederlandsche waterpolo spelers voor Z. K. H. Prins Bernhard, die Zaterdag te Doetinchem het waterpolo-tournooi om den Horthy-beker opende feuilleton Toen de scheidsmuur viel! door ISABEL C. CLARKE. li) „Je moet zorgen, dat Cym je niet te moe maakt". „O, ik ben heelemaal niet moe. Ik zou den heelen nacht kunnen dansen". Haar stem leek niets op die van haar moeder, zij sprak vlug en zacht. Van dichtbij gezien, was zij zonder twijfel aan trekkelijk op haar delicate manier, al was zij nog zoo teer en bleek. Haar haar was overvloedig en glanzend goudblond, haar oogen diep blauw, met lange wimpers, waardoor haar gezichtje niet onbeduidend scheen. Tegen haar zin in vond Viola haar aardig. Aardig was niet alleen de wijze waarop zij sprak, maar vooral de eigen aardigheid die zij had, om haar kin om hoog te steken bij het praten. Zij zag er ook buitengewoon goed verzorgd uit. Dat leek Viola een goed teeken, voor Prim was zij ook altijd erg precies geweest. Liefst had zij een fout ontdekt, maar het scheen haar niet te zullen lukken, het optreden van het meisje, niet verlegen, maar ook niet te vrij, ontwapende haar volkomen. „Toe, kom hier bij me zitten," zei ze en schoof een beetje op zij, „je kent mijn majoor Chasemore, geloof ik?" „Neen, maar ik heb dikwijls van u hoo- ren spreken." Zij glimlachte Dick vriend schappelijk toe. „En natuurlijk heeft Cymbeline me ver teld. „Hoe ik mijn arm ben kwijt geraakt," vulde Dick aan, ook glimlachende. „Neen, hoe u uw ridderorde won. Hij is er vreeselijk trotsch op, dat weet u wel." „Hjj moest er heelemaal niet over pra ten," zei Dick en trok zijn wenkbrauwen samen. „Die kletskous." „O, maar het was heusch geen kletsen. Ik vroeg het hem. En moet je daar niet over praten, als je zooiets in de familie hebt?" Zij was absoluut niet meer verlegen. Zij babbelde met Dick Chasemore met de zelfde openhartigheid als ze met Cymbe line zou gedaan hebben, die met de armen over elkaar stond toe te zien. „Toch moet dat niet," zei Dick, schijn baar ernstig. „Maar hij ziet tegen u op. Nietwaar, Cymbeline?" Zij betrok hem bij het ge sprek. „Dat laat ik hem niet merken," zei Cym beline, haar bijvallende. „En als je goede vrienden met hem wil worden, moet je hem een beetje ontzien." „Je moeder is vanavond niet hier, wel?" vroeg Dick, op iets anders overgaande. „Neen, ik kwam met mevrouw Trust eott. U had allebei haar dochters uitge- noodigd en Tine had kou gepakt en kon niet komen. Daarom ben ik maar mee gegaan. Het is toch goed, niet?" Dat weet ik nog niet," lachte hij. „Ik vind je heelemaal geen goede plaatsver vangster." „Dat is niet aardig van u. En ik heb nog wel zoo myn best gedaan om veel goeds te zeggen van den oom van Cymbe line." „Je hebt je schandelijk gedragen, ten opzichte van mijn neef. Hij heeft bijna met niemand anders gedanst. Ik sta er verbaasd over, dat mevrouw Trusteott je al niet lang naar huis heeft gestuurr." Zij schrok heelemaal van zijn onom wonden woorden. Dick vond er haar te aardiger om. „Wij dansen zoo graag samen. En Ernst Trusteott kon geen verlof krijgen. Hij is juist opgeroepen. Als hij hier geweest was, zou ik met hem hebben moeten dansen. Ik ben blij, dat hij niet kon komen. Ik wou graag veel met Cymbeline dan sen. Ziet u eens hier, thuis mogen we el kaar niet eens zien." Zelfs Viola stond een beetje te kijken, dat zij het geval zoo open en bloot be handelde. Zij voelde, dat de terughoudend heid van haar eigen jeugd voorbij was. Maar zij hield wel van de moderne kame raadschap, het vrije en ongedwongen om gaan van jongens en meisjes. „Wij zijn het slachtoffer van een idiote oude familie-ruzie," ging Angela onver stoord verder. „Zoodra we meerderjarig zijn, doen we het toch. Niet, Cymbeline?" „Ja en dan vragen we den ouden Schulz om een van zijn prachtige kanonnen en rammen dien gekken ouden muur neer, dan komt er eens wat frissehe lucht in Pagdon." Frissehe lucht. Viola voelde al, hoe de ruime en geurige wind van over de hei door haar geest woei en alle oude, muffe hoeken en kanten opfrischte. Zü was de twee dankbaar voor hun eenvoudige, vroolijke opvattingen. Maar Dick zei, met een lach: „Kalm aan, jonge man. Je bent nog geen heer van Pagdon Towers." „Daar zullen we niet op wachten." Hij stak Angela zijn hand toe en zij stond on middellijk op. „Kom mee, dan dansen we een beetje, Angela. Dit is een heerlijke step." Toen zij weg waren, keken Dick en Viola elkaar zwijgend, maar vergenoegd aan. „Beste Vi, de jongere generatie wordt het prachtigste wat de wereld ooit gezien heeft," zei hij rustig. Zij keken hen na onder den dans. Het meisje danste verrukkelijk. Zij was net een meisje waar Cym op verliefd kon wor denen toch zag Viola het niet graag. „Zij is moderner dan Prim", zei Viola nadenkend. „Je hebt voor haar niet bang te zijn. Zij zal niet op Cym wachten. Zij zal wel dadelijk trouwen, als zij het volgend jaar de wereld in gaat!" zei Richard. Maar die gemoedelijke woorden troost ten Viola niet zoo goed als hij gemeend had. Haar lieve jongen moest niets akeligs ondervinden. Natuurlijk was hij waard, dat een meisje tien of zelfs twintig jaar op hem wachtte. Waar in de heele wijde wereld kon men een tweeden Cymbeline vinden? HOOFDSTUK XI Cymbeline had genoeg van dansen, hij wilde veel liever met Angela praten. Tot nu toe had zij heel handig een gesprek ontweken. Maar nu liep de partij op een einde, al gauw zou hij met zijn moeder en Prim naar huis moeten en ook mevrouw Trusttcott zou haar beide meisjes mee nemen. Misschien was zij ook niet erg gesticht door hun gedrag, als zij het tenminste had opgemerkt, maar troostte zij zich er mee, dat zij niet gemakkelijk elkaar weer zou den ontmoeten, zoo lang Angela onder haar bescherming stond. Maar in werke lijkheid rustte haar misnoegen op heel andere gronden. Haar oudste, Ernst, maakte nogal veel werk van Angela; haar man had er al eens een woordje met Sir Roger over ge sproken, die er volstrekt niet afkeerig van scheen te zijn. De Trustcotts erg rijk, zij hadden een aardig landhuis, een kilometer of vijftien van Valleylands verwijderd, midden op de hei. Het zou een goede partij zijn vooi Angela.... Daarom vond mevrouw Trust eott dat plotselinge verschijnen van den jongen Harriman heelemaal niet zoo pret tig. Zij had altijd gemeend, dat de twee families heelemaal niet met elkaar om gingen. Maar dat deze groote vriendschap alleen maar op de kennismaking van één avond zou berusten, kon niemand aan nemen. Zij merkte, dat zij niet langer in de danszaal waren. Zij keek op haar horloge. Drie kwartier later speurde zij nog eens rond, maar kon goen spoor van hen ont dekken. Zij werd een beetje boos op An gela. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 12