Met tZa&ia-acceevtd het £age*huii &tgelanefa politiek fa niet gewijzigd, zegt Ckamkedain BINNENLAND DINSDAG 25 JULI 1939 DE LLIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 7 GROOTE IJVER BELOOND. Middellandsche Zee niet volkomen wil prijsgeven. De gevolgen voor de onder handelingen te Moskou kunnen in Enge land evenmin onderschat worden. Verder zal merkbaar worden, dat iedere vermin dering van den Britschen invloed in Chi na ook een vermindering van de Engel- sche financieele mogelijkheden bij de wa pening en de ondersteuning der „gega randeerde" staten beteekent. Engeland heeft, over het geheel genomen, slechts toegegeven, zonder een werkelijk succes behaald te hebben. Dat is de beste ken schetsing voor de positie van Engeland in Europa en in de wereld". De „Lokal Anzeiger" stelt vast: ,,De En- gelsche terugtocht uit het Verre Oosten tegenover het Japansche volk, dat in Azië tot de hegemonie is gekomen, is uit een oogpunt van wereldpolitiek een ge beurtenis van buitengewone beteekenis". „Britsche tegenwerking slechts voor wendsel", aldus de „Times". De „Times" schrijft in een hoofdartikel, dat de onderhandelingen te Tokio een be langrijken mijlpaal vormen in de ontwik keling van de Britsche betrekkingen met de twee groote landen in het Verre Oos ten, met beide waarvan Engeland op goe den voet wenscht te blijven. Teleurgesteld in hun hoop op een spoe dige, volledige overwinning na zoo veel successen te velde, hebben de Japansche autoriteiten, de militaire, zoowel als de burgerlijke, getracht de verantwoordelijk heid voor hun falen op Engeland te schui ven. De houding, die thans voor de Brit sche onderdanen is geboden, moet dit voor wendsel van Britsche tegenwerking weg nemen ofschoon het denkbeeld kan worden geopperd, dat het werkelijke belet sel voor verwezenlijking van het Japan sche doel is, de niet verslappende onafhan kelijkheidszin van het Chineesche ras, dat heldhaftig door maarschalk Tsjang Kai Sjek geleid wordt en geen teekenen van overgave geeft; doch ook mag de hoop ge koesterd worden, dat de Japansche autori teiten van hun kant zullen bewijzen, dat zij zich aan het accoord, zoowel naar den geest als naar den letter willen houden, door een einde te maken aan de onkiesche anti-Britsche campagnes, die zij zoowel in China als in Japan hebben georganiseerd. De „Times" betoogt ten slotte, dat de positie, die Engeland onder zulke moeilijke omstandigheden verdedigt, niet die is van zichzelf alleen, doch van alle staten, Euro- peesche of Amerikaansche, die zich in het Verre Oosten wenschen te handhaven en de uitgebreide rijkdommen van het Chi neesche vasteland nog verder tot ontwik keling willen brengen, in gezelschap van Japan en natuurlijk met den goeden wil van het Chineesche volk. Fransche pers wijst op Duitsche en Itallaansche reactie. Over het Britsch-Japansche accoord schrijft het „Petit Journal": De Rijkskan selier en de Duce kunnen thans niet meer meenen, dat Japan met handen en voeten door het anti-Kominternpact aan Italië en Duitschland gebonden was. Wij bewonde ren eens te meer de bewonderenswaar dige soepelheid van de Britsche diploma tie als zeelieden of juister kapiteins van de groote vaart. Zij weten te laveeren, te wachten, te ontwijken en terug te komen, slechts rekening houdend met de feiten, doch steeds de oogen gericht houdend op het doel: de verdediging van de militaire en economische belangen van hun rijk. Volgens de „Figaro" is de werkelijke droom van politieke kringen te Tokio een samengaan met de Vereenigde Staten de Stille Zuidzee en met Engeland voor den Indischen Oceaan: het vormen van een consortium van de drie groote rijken en van de drie grootste marines. Men behoeft hiervoor slechts de publicaties te lezen van de Japansche propaganda in Amerika. De .Excelsior" wijst er op, dat de woe dende uitbarstingen van de Duitsche en Italiaansche pers tegen Engeland en ook tegen Frankrijk voldoende zouden zijn om de Britsche diplomatie er van te overtui gen, dat zij geen ongelijk had door een modus vivendi tot stand te brengen, waar van Chamberlain verklaart, dat deze in niets de rechten en belangen van andere mogendheden aantast. NIEUW GEDENKRAAM IN DE HAARLEMSCHE KATHEDRAAL Feestgeschenk van de Ned. Reis- vereeniging voor katholieken Zondagmiddag heeft Z. H. Exc. de Bis schop van Haarlem, Mgr. J. P. Huibers, het hoofdbestuur van de Nederlandsche Reisvereeniging voor Katholieken ont vangen in de Plebanie van Haarlem, om het in de gelegenheid te stellen zijn feest gave, waartoe reeds vorig jaar besloten was, aan te bieden. Deze feestgave is een gebrandschilderd raam in de Sacraments kapel van de Kathedraal. De voorzitter der Reisvereeniging, dr. A. P. J. Hoogeveen, uit Delft, achtte zich ge lukkig zulks te mogen doen ten eerste, in verband met het Priesterfeest, dat Mgr. op 15 Augustus zal vieren, ten tweede uit er kentelijkheid voor de groote sypathie, wel ke de Katholieke Reisvereeniging immer van Mgr. heeft ondervonden. Hij vroeg Mgr. de feestgave wel te willen aanvaarden. Het raam stelt den H. Christophorus voor, het Kindje Jesus dragend. Naar zijn voor beeld hoopt de reisvereeniging de christe lijke beginselen steeds hoog te houden. Tenslotte vroeg spr. de blijvende be scherming van Mgr. voor de vereeniging, zijn steun en zijn gebed. Daarna begaf het gezelschap zich naar de Sacramentskapel, waar de Bisschop 't raam bezichtigde en bewonderde. Zoowel de symboliek als de uitvoering vond Mgr. uit stekend geslaagd. Teruggekeerd in de plebanie, bedankte Mgr. de Katholieke Reisvereeniging in har telijke bewoordingen voor het fraaie ge schenk en sprak de hoop uit, dat de Reis vereeniging, naar het voorbeeld van St. Christophorus, er in zou slagen haar taak zoo goed te vervullen, dat de katholieken van geheel Nederland als vanzelf er toe ge bracht zouden worden, in groot aantal tot de vereeniging toe te treden. Daartoe te bidden beloofde Mgr. als uiting van zijn dank. Nadat van de plechtigheid aanteekening was gehouden in het gulden memoriaal boek van de Kathedraal en de vermelding ervan door de handteekeningen der aan wezigen was bekrachtigd, bleef men nog eenigen tijd bijeen. Het nieuwe raam, ontworpen en uitge voerd door den glazenier Han Bijvoet, uit Haarlem, bestaat uit twee deelen, een groot en een klein glas. Het groote stelt den Beschermheilige der Reisvereeniging voor, terwijl hij met het Kind in de rivier stapt. Vertrouwvol kijkt Christophorus naar het Kind op zijn schouders. Het kleine raam geeft een afbeelding van het moment, waarop Christophorus door een monnik wordt overgehaald zijn liefdadig werk aan te vangen. De conceptie is zeer gelukkig en de kleuren zijn bijzonder goed getroffen. DEN HAAG KRIJGT 20 OPENBARE SCHUILKELDERS. Dezer dagen zal men met den bouw beginnen. Naar de N. R. Crt. verneemt, zal Den Haag binnen zeer afzienbaren tijd de be schikking hebben over twintig openbare schuilkelders. De Haagsche gemeenteraad heeft voor de schuilkelders gelden gevoteerd, en de uitvoering van een en ander is opgedragen aan den Dienst voor Bouw- en Woningtoe zicht. Daarvoor komen in de eerste plaats in aanmerking de kelders van groote gebou wen, die met een betonnen skelet gebouwd zijn. Twintig gebouwen in Den Haag, van voldoende kelderruimte voorzien, beschik ken over dit soort kelders; men heeft hier bij de medewerking van de eigenaars- der gebouwen noodig. Als eerste is begonnen met den bouw van een scherf vrij en schuilkelder onder het flatgebouw Cornerhouse aan den hoek van de Laan van Meerdervoort, Conrad- kade en Reinkenstraat. De kelder zal ruimte bevatten voor 300 personen en van drie zijden bereikbaar zijn. Als tweede schuilkelder zal ingericht worden de kelder onder de oude Electrische Centrale te Scheveningen, waar thans de groote Ford-garage gevestigd is, aan de Ge vers Deynootstraat te Scheveningen. Londen erkent den huldigen toestand In het Britsche Lagerhuis heeft Cham berlain gisteren den tekst medegedeeld van de overeenkomst, die te Tokio tot stand is gekomen tusschen Arita en Craigie. Deze tekst luidt als volgt: „De Britsche regeering erkent ten volle den huidigen toestand in China, waar vij andelijkheden op groote schaal aan den gang zijn. Zij neemt er nota van, dat zoolang die staat van zaken voortduurt de Japansche strijdkrachten in China bijzondere behoef ten hebben ten aanzien van het behoud der eigen veiligheid en der handhaving van de openbare orde in de onder haar controle staande gebieden, en dat zij al die oorzaken of daden dienen te onderdrukken of uit den weg te ruimen, welke hen zullen belemme ren of hun vijand ten goede zullen komen. De Britsche regeering heeft niet het voor nemen eenigerlei daden of maatregelen te begunstigen, welke nadeelig zouden kun nen zijn voor het bereiken van bovenge noemde doeleinden door de Japansche troepen en zij zal gebruik maken van deze gelegenheid om haar politiek in dit opzicht te bevestigen door het aan de Britsche autoriteiten en de Britsche onderdanen in China duidelijk te maken, dat zij zich moe ten onthouden van dergelijke daden en maatregelen". Over de onderhandelingen die tot dit ac coord geleid hebben, zei de premier: Alvo rens zou worden begonnen met de onder handelingen over een regeling van den toe stand in Tientsin( gaf de Japansche regee ring uitdrukking aan de opvatting, dat wanneer vorderingen gemaakt wilden wor den bij de opheffing van misverstanden en de vestiging van betere betrekkingen, het van essentieel belang ^as, dat de achter grond erkend werd, waartegen men den toestand in Tientsin moest zien. Dit, zoo vervolgde Chamberlain, had niets uit te staan met de politiek der Brit sche regeering jegens China, doch was een feitelijke kwestie. Er waren vijandelijk heden aan den gang in China op groote schaal. Het Japansche leger moest voor zieningen treffen \oor zijn eigen veiligheid cn de handhaving -.*an de openbare orde in de bezette gebiedei en was derhalve ver plicht tot het nemen van maatregelen om er zorg voor te dragen, dat geen nadeel werd toegezracht aan deze aangelegen heden. Teneinde den weg te effenen voor bespre kingen over Tientfin, kwam de Britsche regeering bijgevolg tot overeenstemming met de Japansche regeering over de in het accoord neergelegde formule. Op de hem venolgens gestelde vraag, of hij de verzekering wilde geven, dat er niets overeen fekomen zou worden bij de komende onderhandelingen, dat nadeel zou kunnen toebrengen aan de Chineesche valuta of aan de rechten van Groot-Brittannië om credieten te verleenen aan de Chineesche regeering voor welk doel dan ook, antwootdde Chamberlain bevestigend en voegde daaraan toe, dat de besprekingen be perkt blijven tot plaatselijke problemen te Tientsin. Op de vraag van Arthur Henderson, van de labouroppositie, of de concessie niet in feite een de facto erkenning zullen vormen van de Japansche souvereiniteit ten aan zien van deelen van China, die thans on der controle staan van de Japansche ge wapende macht, antwoordde Chamber lain ontkennen. Op de vraag van Greenwood, of er eeni- ge wijziging, welke ook, is gebracht in de Britsche politiek, jegens China, ant woordde Chamberlain: „neen". De overeenkomst is niet alleen van toepassing op Tientsin. Tegenover de Japansche en buitenlandsche pers heeft de Britsche ambassadeur, Craigie, verklaard, dat de BritschJapansche over eenkomst niet alleen van toepassing is op Tientsin, maar op alle andere deelen van China, die onder Japansche controle staan. Hij voegde er aan toe, dat de overeenkomst geen verandering brengt in de politiek der Britsche regeering, die nooit de bedoeling heeft gehad de verrichtingen der Japansche strijdkrachten in China te belemmeren of de veiligheid der Japanneezen in gevaar te brengen en de orde in het door Japan ge controleerde deel van China te verstoren. De overeenkomst heeft ook betrekking op Sjanghai en Koelangsoe. doch zij geldt salechts voor Engelsche onderdanen en be langen en heeft geen beteekenis voor de rechten en belangen van andere nationali teiten. VERKLARING VAN TSJANG KAI SJEK Maarschalk Tsjang Kan Sjek heeft een verklaring afgelegd, waarin hij zeide, dat hij ervan overtuigd is, dat hoe groot ook het verlangen van Engeland is op vreed zame wijze het geschil inzake Tientsin te regelen, het toch alleen concessies zal doen, welke de belangen van China niet hinde ren en welke niet in strijd zfjn met de bepa lingen van het Negen-mogendheden-ver- drag. Hij voegde hieraan toe, dat iedere over eenkomst tusschen Japan en Engeland wekle China betreft en welke tot stand komt zonder dat de Chineesche regeering hierin is gekend en zonder dat zij hieraan haar toestemming heeft verleend, zonder waarde is en niet in werking kan treden. BRITSCHE FIRMA'S MOETEN UIT TSINANFOE VERTREKKEN. Van Japansche zijide wordt gemeld, dat dertig Britsdhe firma's te Tsinanfoe, de hoofdstad van de door de Japanneezen be zette provincie Sjantoeng, bericht hebben gekregen, dat zij binnen veertien dagen uit de stad moeten vertrekken. Deze actie is op touw gezet door de anti-Britsdhe boycot- De Hsin Hoei, de politieke partij, welke door de Japanneezen wordt georganiseerd tot steun van de nieuwe regeering in Noord- Ghina, heeft al haar afdeelingen opdracht gegeven, de anti-Britsche beweging te steu nen door ieder middel van propaganda en boycott. LUCHTGEVECHT BOVEN TSJOENGKING. Gisteren is het boven Tsjoengking tot een luchtgevecht gekomen, toen Japansche vliegtuigen de stad 'bombardeerden. Chinee sche vliegtuigen stegen op en bonden den strijd aan. Tengevolge van den luchtaanval is op eenige plaatsen brand ontstaan. Drie bommen zijn binnen 20 meter afstand van het kantoor van Reuter neergekomen, doch geraakten niet tot ontploffing. DE STRIJD AAN DE MONGOOLSCHE GRENS. Volgens een gistermorgen uitgegeven communiqué van het Kwantoengleger ont wikkelt het tegenoffensief der Japansche en Mandsjoerijsche troepen tegen de Rus sische en Mongoolsche strijdkrachten, die de Khalka zijn overgetrokken, zich gunstig. De Russische en Mongoolsche troepen zijn teruggeslagen over de grens sedert 11 Juli, dodh zij blijven een provoceerende houding aannemen door sterke geschutstellingen in te richten op den Westelijken oever van de rivier en door versterking van hun tank eenheden en artillerie. Zondagmorgen heb ben, volgens dit communiqué, ongeveer 2000 man Russische en Buiten-Mongoolsche troepen met omstreeks 100 tanks de grens gepasseerd en de Japansche en Mandsjoe- rijsohe troepen steil inigen aangevallen, waarop deze laatsten een algemeen en tegenaanval inzetten. Een telegram van de troepen te velde op de Balshagalhoogten, op den Oostelijken oever van den Khalka, meldt, dat de Japan sche bombardementen tot resultaat had den, dat de Russische en Mongoolsche troe pen Zondagmiddag zijn begonnen weer over de rivier terug te trekken, met achterlating van 60 motorvrachtwagens. Hun terugtocht werd echter ernstig belemmerd door de Ja pansche en Mandsjoerijsche strijdkrachten, die er in slaagden de over den stroom ge legde bruggen te vernielden. Maandagmor gen werd het bombardement hervat, doch van Russische en Mongoolsche zijde slechts schaars beantwoord. WAT DE PERS ERVAN ZEGT. Een capitulatie van Engeland, beweert Duitschland. De Duitsche bladen noemen de onder- teekening van de Britsch-Japansche over eenkomst té Tokio een „capitulatie van Engeland in het Verre Oosten". De „Deutsche Allgemeine Zeitung" schrijft: „Het wekt geen verbazing, dat de periode van reorganisatie van een con tinent wordt gekenmerkt als een bijzondere periode, maar het is wel verwonderlijk, dat de' Engelschen voor het feit, dat zij niet handelend optreden, ter verontschul diging aanvoeren, dat er buitengewone omstandigheden bestaan. Zij meenen dus in buitengewone tijden bij hun doen en laten niet meer den maatstaf te moeten aanleggen, dien zij, naar zij doen voorko men, anders gebruiken. Wat zou men er van zeggen, als de Engelschen tot het in zicht zouden komen, dat niet alleen in het Verre Oosten, maar ook in het avond land „buitengewone tijdsomstandigheden" heerschen, waarvoor de gewone middelen der Britsche politiek niet toereikend zijn? Zij zouden er slechts toe behoeven te be sluiten ook in de reorganisatie van Euro pa geen deemoediging van Engeland te zien". De „Nachtausgabe" schrijft, dat de vol ledige capitulatie van Engeland een zware slag voor het trotsche Albion is. In den terugslag op Europa aldus vervolgt het blad kan Engeland geen bijzondere verwachtingen aan de overeenkomst met Japan vastknoopen. De openlijke beken tenis van de Engelsche militaire zwak heid, vooral ter zee, zal geen gunstigen indruk maken op de staten in Europa, die dcfor Engeland gegarandeerd zijn. Practisch bewijst Engeland slechts, dat het de vlootstrijdkrachten, die voor een uitvechten van het conflict in het Verre Oosten noodig zouden zijn, in het geheel niet ter beschikking heeft, indien het de EEN FILM „IN EN OM DE KONINKLIJKE PALEIZEN." In verband met de op handen zijnde blij de gebeurtenis in het prinselijk gezin stelt de N.V. Profilti zich voor om, zooals dat langzamerhand traditie is geworden, een korte documentaire film in circulatie te brengen, gewijd aan ons vorstenhuis. Deze documentaire film brengt de verschillen de koninklijke paleizen in beeld en geeft naast de beschrijving van de belangrijkste voorwerpen in korte trekken een histori sche samenvatting van hun bouw. H. M. de Koningin heeft haar welwillen de toestemming aan Profilti verleend om niet alleen oh, maar ook in de paleizen te filmen en waar een en ander samenge voegd is met de meest treffende gebeurte nissen, die zich de laatste jaren om deze paleizen hebben afgespeeld, is een interes sant geheel ontstaan. De opzet, om het publiek dat zijn aan dacht op de vorstelijke woningen concen treert, bij een belangrijke gebeurtenis in het Koninklijk Huis nu ook eens het in wendige van die paleizen te laten zien, is volkomen gelukt. Deze film zal van den dag der blijde ge beurtenis in de belangrijkste theaters van Nederland worden vertoond. DE VORSTSCHADE IN DE BOOM- EN BLOEMKWEEKERU. Kweekers krijgen dertig procent vergoed uit het Landbouwcrisisfonds. De minister van economische zaken heeft goedgevonden, dat aan boom- en bloem- kweekers, die als georganiseerden zijn aan gesloten bij de Stichting Nederlandsche Sierteeltcentrale, tot bijzondere hulpver leening in December 1938 geleden vorst- schade dertig procent van het door den re- geeringscommissaris voor den groenten-, fruit-, en sierteelt vastgesteld schadebe drag wordt uitgekeerd. Deze bedragen worden betaald uit het landbouwcrisis fonds en mogen in totaal niet meer dan 300.000 bedragen. Voor nadere bijzonder heden zie men de Staatscourant van gis teren. BEZICHTIGING VAN HET M.S. „ORANJE". De directie der Stoomvaart Maatschappij „Nederland" deelt mede, dat het m.s. Oranje tot en met Zaterdag a.s. alleen te bezichtigen is voor degenen, die reeds in het bezit van een toegangsbewijs zijn. Ver dere toegangsbewijzen worden niet meer verstrekt, daar de gdheele beschikbare tijd bezet is. Na Zaterdag a.s. is het m.s. Oranje voorloopig niet meer te bezichtigen. Ministerieel© onderscheiding voor bakkersknecht. Voor het begin der in Mei en Juni van dit jaar gehouden examens ter verkrijging van het middenstandsdiploma algemeene handelskennis werd bekend gemaakt, dat de minister van Economische Zaken be sloten had een zilveren medaille uit te lo ven aan hem of haar die het beste examen zou afleggen. Bij gelijkheid van cijfers zou deze medaille worden toegekend aan de(n)- gene, die onder de moeilijkste omstandig heden zou hebben gestudeerd. Na zorgvuldige schifting onder de duizen den geslaagden is gebleken, dat deze unieke onderscheiding moet worden toegekend aan den heer E. J. van Dijk, geboren 7 Augus tus 1909, wonende te Schouwerzijl ln Gro ningen. Deze candidaat, een wjrklooze bakkers knecht, komt voort uit een behoeftig ge zin met tien kinderen. Hij heeft de lagere school niet geheel kunnen doorloopen, want op zijn twaalfde jaar reeds moest hij het zijne er toe bijdragen om in de behoeften van het groote veedrijversgezin te voorzien. In zijn zestiende levensjaar stond zijn vader hem toe een vak te leeren en de jon geling koos dat van bakker. Hij bleef in dit bedrijf werkzaam tot hij in April van dit jaar buiten betrekking ge raakte. Na de lagere school heeft hij geen an der onderwijs meer genoten dan dat, be- noodigd, voor het thans behaalde diploma. Voor het bezoeken van den cursus moest hü telkens 28 km. per rijwiel afleggen. Aangezien zijn vak hem niet toestond op de werkdagen te studeeren, besteedde hij daaraan den Zaterdagavond en den gehee- len Zondag. Hij behoorde tot de Ijverigste leerlingen en bleek over een goed verstand te beschik ken. Van Dijk heeft zijn lessen zelf moeten bekostigen uit zijn weekloon, want zijn moeder, die reeds eenige jaren weduwe is, was niet in staat iets bij te dragen. Thans ziet deze doorzetter zijn onver moeid streven bekroond met de ministe- rieele onderscheiding. HET VERTREK VAN HR. MS. O. 19 NAAR INDIë. Onder buitengewoon groote belangstel ling vertrok vanmorgen Hr. Ms. O 19, de nieuwste onderzeeboot-mijnlegger van de Koninklijke Marine, van Den Helder naar Indië. Duizenden hadden zich op de kade voor de Atjehloods aan de buitenhaven ver zameld. Niet alleen uit Den Helder waren er vele belangstellenden, ook van elders waren velen gekomen, terwijl, behalve de marine, ook de landmacht ditmaal in groo- ten getale vertegenwoordigd was. MUSEUM IN HET CRUQUIUS- STOOMGEMAAL. Wordt dezen zomer geopend. Het oude stoomgemaal „Cruquius", dat enkele jaren geleden bestemd werd voor museum op het gebied van polderbemaling, zal dezen zomer die bestemming volgen. Men is sinds korten tijd bezig het interieur van het gemaal eenlgszins te wijzigen voor het nieuwe doel. Zoodra dit werk gereed is hetgeen in enkele weken het geval zal zijn zal de datum der officieele opening worden be kend gemaakt. WERKVERGUNNINGEN VOOR VREEMDELINGEN. Kosten met ingang van 1 Augustus as. verhoogd. Bij Koniniklijik Besluit van 23 Juni 193t» zijn de kosten der werkvergunningen voor vreemdelingen verhoogd. Bij dit besluit, dat 1 Augustus ba in wer king treedt, zijn deze bedragen vastgesteld op drie gulden voor iederen vreemdeling, te wiens behoeve een vergunning wordt verleend; twee gulden voor een verlenging van zulk een vergunning. DOORREGEN SPEK-EXPORT NAAR DUITSCHLAND. Sterke verlaging van het Invoerrecht. De „Reichsanzeiger" No. 164 van 18 Juli publiceert een verordening, welke het invoerrecht op doorregen varkensspek, in gevoerd in stukken van ten minste 4 kg., gezouten of gerookt, voor de periode 1 Au gustus a.s. tot 1 October van het volgende jaar verlaagt van 150 op 30 mark per 100 kilo netto. OOK HAARLEMS STATION HEEFT INLICHTINGENBUREAU. Het tweede reisinlichtingsburcau der Ned. Spoorwegen is gisterenmiddag te Haarlem op eenigszins feestelijke wijze officieel geopend. Vlak naast den stations ingang zal het publiek van morgenochtend negen uur af in het keurig ingerichte mo derne kantoor in de gelegenheid zijn alle gcwenschte informaties te verkrijgen om trent binnen- en buitenlandsche reisaan- gelegen heden. Burgemeester van Beemster. Tot burgemeester van de gemeente Beemster is met ingang van 1 Augustus benoemd de heer W. C. Ninaber, met ge lijktijdig eervol ontslag als burgemeester der gemeente Koedijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 7