De Zesde ATTENTIE Ons nieuwe verhaal. De volgende week beginnen we met het lange verhaal dat heet „Loes Kuulkers". De schrijver „Cor van Diest" is voor ons geen onbekende. Hij vergastte onze klei nere en grootere neven en nichten van onzen lezerskring vaak reeds op een mooi verhaal; een tooneelstukje, dat er zijn mocht; op kleine versjes, die getuigden van aanleg in die richting; op opstellen, die waard waren ook door grooteren te worden gelezen, kortom. Cor geeft in dit lange verhaal een stuk leven van „Loes Kuulkers", het eenigst kind van Mevrouw Kuulkers, die alles doet om Loes het leven te maken tot een hemeltje op aarde. Zooals dat gaat, wanneer een familie maar één kind heeft. Zoo leeren we dan, hoe zij met haar twee vriendinnetjes de vacantie doorgebracht heeft. En meer zeg ik er niet van. Lees het zelf en geniet, zooals ik, die het in zijn geheel reeds las. Tevens moet ik mijn neefjes en nicht jes van harte bedanken inzonderheid de Homannetjes voor dit onderstaand geestig stukje als felicitatie bedoeld voor de vele gelukwenschen, die me den 25sten be reikten in den vorm van brief, briefkaart of vers. Oom WDVL CORRESPONDENTIE Annyv. Diest, Sass^nheim. Ik dank jullie allen voor de goede wen schen op den 25sten- ontvangen. En nu wacht ik dien langen brief met allerlei nieuwtjes af. Hoe maakt het Cor, Anny! Zooals je ziet, is hij nu aan de beurt. Kun jij ook niet eens zoo'n lang verhaal ma ken? Jij hebt er slag van om het op jouw manier alleraardigst te vertellen. Ik groet u allen! Dank en hand! Ook dank voor 't samenspraakje! Jo van Santen, Ofwegen. Dat blije gezicht van jou had ik wel eens wil le zien, toen dat prachtstuk arriveerde. Jammer, dat toen precies het ongeluk ge beurd was Een geluk bij een ongeluk Jo! En nu zie ik jullie zeker weer allen, die meedingen kunnen bij den volgenden wedstrijd na de groote vacantie. Jij kunt zeker goed fietsen is wel? Je vriendinne tjes zullen nu zeker ook wel een kansje wagen. Dag Jo! Groet vader en moeder, broertje en zusjes van me! Voor jou de hand! Ursula v. d.' Voort, O e g s t g e e s t. Aan jouw vriendelijk verzoek is vol daan. Ook de naam van Rudi zal op 9 Juli met groote letters in de krant staan. Dan de vlag uit en in den geest vier ik jullie beider feest mee, Dag jongens! Groet je ouders van me! Jo de Wit, H'Woude. Ik heb je verjaardag nog kunnen plaatsen. Het was eigenlijk te laat. Maar, omdat je het leuk vindt en het zoo vriendelijk vroeg, heb ik geprobeerd alsnog ook jouw naam in de lijst van deze week te krijgen. Dag jon gen! Groet je'ouders van me! Beppie van Gent, Sassenheim. Wat ik Jo de Wit hierboven te ant woorden heb, moet ik ook jou zeggen. Nog heb ik je naam in de lijst gekregen, maar het werd een week haast te laat in gestuurd. Iedere verjaardag moet minstens 14 dagen van te voren worden doorgege ven. Dit is noodig voor het „opmaken" van de krant. Maar dat begrijp je nog niet. Dag lief Nichtje! Den 27sten ben ik in den geest bij je en fuif met jullie allen Cathrien v. Haastrecht, Zoe- t er w oude. Zoo Cathrientje, had jij zoo'n schik met het toegezonden prijsje? En nu zie ik je zeker bij den volgenden wedstrijd en jij niet alleen, maar de heele klasse. Daar reken ik op! Ik ben maar wat tevreden over mijn Zoeterwoudsche nicht jes! Dag Cathrien! Groeten thuis! Thea Wagenaar, Wassenaar. Zeker mag broertje de mooie foto's bekij ken uit den gewonnen album. Hoe dikwijls heb je die foto's al voor den dag ge haald, sedert de prijs in je bezit is. Thea? En heeft je toen St. Nicolaas goed be dacht. Schrijf eens, hoe je de Pinksteren hebt doorgebracht en zoo het een en an der van de school en je uitstapjes. Wil je.' Dag Thea! Groet vader en moeder en alle huisgenooten. Ali Bontje, Lange raar. Zoo n Jubileum-boek is toch wel een mooi be zit, hé, Ali! En nu moest jij bij den vol genden wedstrijd weer zoo gelukkig zijn. Dat zou ik fijn vinden. Schrijf mij eens, hoe je de Paaschvacantie hebt doorge bracht. Ben je niet uit logeeren geweest of heb je niet eens een mooien fietstocht gemaakt. Er is zooveel waar men over kan schrijven en daarbij het is een lust jouw schrift te zien. Daar zou ik jaloersch op worden. Dag Ali! Wederkeerig de groeten ^aan je ouders. Tot slot van deze correspondentie geef ik het verhaaltje van Agie Over de Vest uit Z'Woude, die u vertelt, hoe een on deugende kikker gestraft werd. Hoort! daar is Agie. HOE EEN ONDEUGENDE KIKKER GESTRAFT WERD. Kwak, kwak, kwak riepen de kikkers. Vadertje Langpoot en Moeder Kortpoot, zoo heetten de twee oude kikkers, zaten op een groot blad. Ze hadden veel ple zier, want ze kwaakten er maar op los. Er waren nog vijf kleine kikkertjes. Dat waren hun kindertjes. Die zwommen en sprongen en hadden de grootste schik. Maar er was één ondeugende kikker bij. Hij heette kwikstaart. Als vader hem waarschuwde, was hij haast altijd onge hoorzaam. Op een keer stond eens een ooievaar tusschen het riet. De kleine kik kers hadden heelemaal niets gemerkt. Maar vadertje Langpoot had het wel ge zien, dat de ooievaar in het riet was ko men vliegen. Kwak, kwak, kwak, diep de oude kikker. Direct kwamen de kleine kikkers aan gezwommen. Maar één was er natuurlijk weer niet bij. Dat was de ondeugende kwikstaart weer. Tot ja, daar kwam hij toch eindelijk aanzwemmen. Va dertje Langpoot was kwaad, omdat hij zoo lang weg bleef. Luisteren jullie eens goed, zei de oude. Wees allen goed gehoorzaam, want anders kan het wel eens je leven kosten. De oude vertelde alles, wat hij gezien had. Dus jul lie zijn gewaarschuwd. Weer hadden de jonge kikkers de groot ste schik. Wat is dat, riep opeens een van de kleine kikkers. Oriep kwiksaart, dat rode stokje durf ik gerust naar toe te gaan. Nee, nee! doet het toch niet riepen de andere vier kleine kikkers uit. Maar eer dat zij het gezegd hadden, zwom kwik staart op het roode stokje aan. Opeens een schreeuw en een plof in het water. Weg was de stumperd. De ooievaar had hem ingeslikt. De kleine kikkers wisten niet, hoe gauw of ze weg moesten komen. Heb ik het niet gezegd, riep Vadertje Langpoot uit. Hij barste in tranen uit. De kleine kikkers konden hier een goed voor beeld aan nemen. Zoo werd de ondeugende kikker gestraft. Tot de volgende week. Dan gaan we door! Wie een brief schrijft, krijgt een ant woord terug. Oom WIM. OPLOSSINGEN der raadsels van verleden week waren: Opl. I Kantoorbediende, Boekhandeleaar, Be zembinder, Taxichauffeur, Kruideniersbe diende. Opl. 2. Zijn dit versche eieren van eigen kip pen, melkboer? Heerlijk zijn de winteravonden, als de familie rond den haard gezeten is. De raadselwedstrijd van de Leidsche Courant i s de jeugd steeds welkom. De Karimata heeft den hoop opgegeven het verloren goud op te halen. Keurig werk is steeds waard geprezen te worden. Eigen haard is goud waard. Opl. 3. Opl. 4 Opl. 5 Geen een. Opl. 6. 1. Roemenië. 2. Denemarken. 3. Griekenland. NIEUWE RAADSELS ingestuurd door Trees v. d. Geer. Raadsel I. Hoe gaat een kraai in haar nest? Raadsel II. Met k ben ik een dier, Met m ben ik een van je ouders, Met h vraagt men dikwijls? Raadsel III Welke vogel is het vierde deel van een el? Raadsel IV. Waarmee eindigt alles? Raadsel V. Is het in de winter g Dan wordt voor menig 't leven z.... Want er is in huis geen v. En geen geld ook voor de h.... Alles is dan even d.... Keer dan je spaarpot om mijn g.... Dan rolt er voor de armen wat u.... Raadsel VI. Welk woord maakt men hier uit: g.t.u.ij.r.i? Raadsel VII. Welk varken heeft geen staart? De opl. niet opsturen. Deze geeft Trees de volgende week zelf. OOM WIM. Oom Wlm, wij feliclteeren U door Sisca, Riekie, Piet. Sisca: Zeg jongens, luister eens even, Als we Oom Wim eens schreven... Riekie: O ja, iets leuks voor de krant, Of is e riets anders aan de hand? Cisca: Zeg juffertje ongeduld, houd je nu stil! Je weet nog niet eens, wat ik zeggen wil! Piet: Schiet op nou Cis, vertel nou door. Ik brand van nieuwsgierigheid hoor! Cisca: Houden jullie dan even je mond; Zóó praat ik nog wel een wijzertje rond; Ik wou juist gaan vertellen, weet je.... Riekie: Allo nou Cis, toe, haast je een beetje!! Piet: Zeg Riek, als jij nu even wil zwijgen, Zullen we gauw genoeg te hooren krijgen, Wat nieuws onze zus voor ons heeft, Telkens in de rede vallen is niet beleefd. Cisca: Welnu dan, nu geen woord meer, ver staan? Anders is 't met vertellen gedaan! Oom Wim viert zijn verjaringsfeest Dat verheugt ons toch zeker wel 't meest. Riekie: Heb je dat in de verjaardagslijst gezien? Piet: Nee, dat niet! Cis heeft 't gehoord misschien. Cisca: Nee, wel jammer, dat Oom Wim dien datum nooit vermeldt! Men heeft 't mij dan ook verteld En daarom vink ik 't nu een leuk idee (Doen jullie daar dan ook aan mee?) Oom Wim hartelijk te feliciteeren op dien dag. Dat hij toch maar lang onze goede oom blijven mag! Riekie: En dat Oom Wim steeds meer nichtjes en neven! Piet: Allemaal een hand mag geven! Cisca: Ach jij ondeugd, dat hoort hier toch niet bij. Ik zie die heele kinderschaar al op een rij!! Oom Wim, wij hopen dat u nog menig jaar. Tot vreugde van geheel de kinderschaar, Als redacteur van de kindercourant Bij ons moogt blijven en werken! Want Menig mooi verhaal en versjes mochten we van u lezen.... Riekie: En dan de correspondentie! Wie zou niet blij wezen Als een antwoord op zijn briefje daarbij was!? Piet: En dan de wedstrijden met mooie prijzen; steeds van pas! Oom Wim, we kunnen u niet missen, hoor! Maar w ij gaan er nu maar snel van door. Cisca, Riekie, Piet: Oom Wim dus nogmaals onze beste wenschen; Bieden we u van harte aan; Ook namens Pa en Moe, die u felicteeren Hartelijk en spontaan! Nog menig jaar na dezen Zal Oom Wim bij ons wezen! En nu, driemaal hiep, hiep, hoep, hoera! Lang leve Oom Wim in de gloria! Cisca, Riekie, Piet Homan, Sassenheim. Bijdorpstraat 15. U vraagt 1. Waaruit bestaat water? 2. Hoeveel teekenimgen zouden noodig geweest zijn om de film „Sneeuwwitje" te maken? 3. Hoeveel zou zoo'n film wel gekost heb ben? 4. Ik lees vaak van Pierre l'Hermite. Wie is dat eigenlijk? 5. Zouden in Spanje veel wereldgeeste lijken vermoord zijn in dezen oorlog door de rooden? 6. Hoe groot is Transvaal en zijn die allen Protestant? Wij antwoorden 1. Water wil zeggen: een watermolecuul (het kleinst denkbare waterdruppeltje) be staat uit 2 atomen waterstof en 1 atoom zuurstof. In de scheikunde speekt men van H20. 2. 250.000 teekeningen voor een film van 1 1/2 uur. 3. 12 1/2 millioen dollar. 4. Dit is een pastoor in Parijs. Zijn naam is Loutil. Hij heeft reeds in Parijs zijn gou den Priesterfeest gevierd. Als schrijver noemt hij zich „Pierre l'Hermite", vertaald „Pieter de Kluizenaar". 5. Het aantal bekenden loopt op het oogenblik 'tot 6500. Het juiste getal zullen we later (na den oorlog) wel hooren. Ver schrikkelijk hé! 6. In Transvaal wonen ruim 10 millioen menschen. Hiervan zijn er nu 450.000 ka tholiek. In de Missie aldaar werken 600 priesters en 4000 kloosterlingen. Wie zijn jarig? Van 30 Juni tot en met 6 Juli. Op 30 Juni. Jan v. Ulden, N. Rijn 106. Marie Creyghton, Hooigr. 46. Op 1 Juli. Joke Bonnet, Jan v. Houtk. 7a. Dinie Feitsma, Hanzestr. 32. Mien de Bruyn, Broekw. 11, H'Woude. Jan v. Buël, Hugo de Vriesstr. 1. Piet Bakker, Levend. 151. Robbie v. Schaik, Meloenstr. 1. Op 2 Juli. Hans Rippe, Breestr. 106. Harry v. Niekerk, Rijndijk 120, H'Woude. Corry v. Winsen, B 143, Dorpstr. War mond. Rie Koks, Dorpsstr., Warmond. Op 3 Juni. Ursula v. d. Voort, Duinzichtstr. 44, Oegst- geest, Anny v. d. Hulst, H. Morschweg 152. Johanna Elderhorst, Dorpsstr. D 50, Ha- zerswoude. Jootje Uljee, Oud-Ade. Wim Colijn, Hoogmade B 310. Jo en Henk Lubbe, Wijtenb.weg 20. Oegst- geest. Op 4 Juli! Dora van Slingerland, Trompstraat 18. Litta Goddijn, Haarl.straat 105a. Jan v. d. Ploeg, Rynegommestr. H. Rijnd. Zoeterwoude. Simon v. Dijk, St. Jorisst. 10. Ali Berenfenger. Langestr. 10. Truusje Vink, Weid. Pyrmontstr. 33. Op 5 Juli: Riet Eist, Lindelaan 5, Sassenheim. Gerard v. d. Top, Heerensingel 20a. Annie v. Es, Clarast. 20a. Freek Herreur, Willemstr. 32. Aad v .d. Berg, Dorpsstr. 65, Z'woude. Willy de Boer, Lindestr. 40 Annie de Jong, Reeuwijk, Kerkpad D. 5. Theo Vlootman, Lindestr. 5. Piet v. d. Drift, Schenkelw. C 76a. Henni Rozen, Hoofdstr. 267, Alphen. Coolje Voordouw, H. Rijndijk F. 117, Zoe terwoude. Op 6 Juli: Geertruida v. Eyk, Roggebr.hof. 3. Betsy Zwetsloot, Dorpsstr. Zegwaart. Albert v. d. Horst, Lage Rijndijk 19. Rietje Zwetsloot, Haarl. weg 4. Sjaan v. d. Voorn, Hoogmade (Kooipolder) Nellie v. Zwieten, A. 214, Langeraar. Ik feliciteer de jarigen. OOM WIM. EEN HEERLIJK UITSTAPJE door een Nichtje uit H'vvoudc. Jammer ,dat de groote vacantie om is jo! Nou, zeg, ik zou best weer eens zoo'n uitstapje willen maken op de fiets. Ja, dan zouden we Jan en Piet ook meenemen. Toch zouden we dan wel een klein beetje gelukkiger mogen zijn. Eerst ging jouw band stuk, en toen tot overmaat van ramp de mijne ook nog. Toch viel het mij nog een stuk mee dat we nog zoo vroeg thuis waren. Zes uur moest ik thuis wezen voor vader; ik hing me jas op den kapstok, toen de klok binnen net zes uur sloeg. Ik denk, dat gaat goed. Ja hoor, het viel mij ook mee. whnt nu moet je eens na gaan. Twee uur van huis, de Nieuwe Gemeencweg af, de Rijn langs. Groenendijk, Zoeterwoude, Hooge Rijndijk, iets meegenomen van Lei den, want als je over de Wilhelminabrug staat, ben je in Leiden, is 't niet zoo? de Kanaalweg af, het Jaagpad langs. We wa ren net op het Jaagpad, toen ging jouw band stooten, en al heel gauw was ie schoon-leeg; 'n pompje of fiets-spullen had den we geen van beiden bij ons, dus zat er niet anders op, dan loopen. We moes ten dus bijna het heele Jaagpad op den beenenwagen afleggen. Ja, maar het was nog een zoete troost, dat wij bij den fietsen maker niet lang hoefden te wachten. Ja, dat is zoo, die man was ook met ons lot begaan, want wij vroegen nog hoeveel dat kostte, en hij zei: niets, dat heb ik nou voor jullie eens voor niets gedaan. Ja, dat was nog het aardigst van hem. Zooiets tref je overal niet aan, want ik liet verleden week m'n fiets maken, en ik moest veel langer wachten, dan jij nu ,ik vroeg toen: wat kost dat? Nu, hij vroeg maar ijskoud een kwartje. Ik schrok er van, want het was juist alles, wat ik bij me had. Ik gun de het hem niet hoor, maar was toch blij, dat ik weer fietsen kon. Nu zeg, ga verder met ons reisverhaaltje, want we zijn er toch nog niet? ?Oh nee, dat is waar ook, ik zou er weer heelemael overheen ge praat hebben. Waar waren we ook weer. Oh ja, bij den fietsmaker aan de Vink. We zijn weer op de fiets gestapt en reden naar Voorschoten, Veur, Lcidschendam, en zoowaar, daar begaf mijn band het. Ge lukkig hoefden we niet lang te wachten bij den fietsenmaker; we betaalden één dubbel tje, wat die man gauw en goed verdiend had, en we gingen weer verder. De Dam- laan in, de Kerkstraat door, de sluis over, de Veencstraat in, de Kostverlorenweg af, Stompwijk, Zoetermeer, Benthuizen de door Anton Rocls. XIII (Slot). Al werd de eerste wedstrijd tegen de H B S. met 32 verloren, „de Zesde" had de vuurdoop uitstekend doorstaan. En het duurde niet lang, of het optreden van de voetbalclub ..de Zesde" werd een groot succes. Onder leiding van Meneer Fransen, die hoe langer hoe meer plezier in zijn elf tal kreeg, werd er druk geoefend. Een paar minder sterk bezette plaatsen werden aoor anderen ingenomen. Zoo verving Ri- nus Hofman voorgoed Hans Deurling, ter wijl Kees de Jdng het veld moest ruimen voor Henk Schaardenburg. Dat was na tuurlijk niet prettig voor de betrokken jongelui, maar ze begrepen wel, dat er geen onrechtvaardigheid geschiedde. En zoo kon het gebeuren, dat een maand later met een gerust hart een tegenbezoek kon worden gebracht aan de H.B.S. Deze wedstrijd werd door .,de Zesde" met 50 gewonnen! Met veel succes werd deelgenomen aan de winter-schoolcompetitie. Van de tien gespeelde wedstrijden wist „de Zesde" er niet minder dan acht te winnen, terwijl de twee andere, toevallig beide tegen den H.B.S., in een gelijkspel eindigden Zoo had de jonge voetbalclub al spoedig een uitstekenden naam. En dat niet het minst, omdat de jongens prettige tegen standers waren, die niet hielden van ge niepigheden, welke toch zoo vaak op sport terreinen worden toegepast. Allen begrepen natuurlijk, dat het groepje niet altijd bij elkaar zou kunnen blijven. Jan en Piet Verhoeven bij voor beeld gingen over enkele jaren naar de Universiteit en zouden dan hun lidmaat schap moeten opzeggen. Dat was voorloo- pig de schaduwzijde van de gezellige en graaggeziene vereeniging. Toen de zomer in zicht kwam, deed Me neer Fransen onverwacht een uitstekend voorstel, dat deze moeilijkheid volledig oploste. „Luister eens. jongens", zei hij, „jullie hebt indertijd den stoot gegeven tot de oprichting van onze mooie vereeniging. Ze draagt den naam van onze oude. zesde klas. Wat zouden jullie er nu van denken, als we voortaan alle oud-leerlingen van myn klas in staat stelden, lid van onze voet balclub te worden. Zoo hoeven we nooit bang te zijn, dat we een tekort aan leden krijgen. Ik heb hier en daar eens pols hoogte genomen en ik weet bijvoorbeeld zoo goed als zeker, dat er dit jaar onder mijn leerlingen zeker tien zijn, die graag met ons mei- zouden doen. Wat denken jullie ervan?" „Dat het oen schitterend voorstel is!" klonk het in kooi*. En er werd dien mi- dag met nog meer plezier gespeeld dan anders,omdat allen erop durfden hopen, dat hun club nog eens héél groot zou wor den en op den duur misschien wel hon derd leden zou krijgen! Het voorstel van Meneer Fransen werd inderdaad een groot succes! Het ging nog steeds vooruit met „de Zesde" en na kor ten tijd was hel ledenaantal zóó uitge breid. dat er aan vergrooting van ljet club lokaal moest worden gedacht. En.... wat nog mooier was.... thans behoefde niet de hulp te wordetn ingeroepen van enkele belangstellende ouders. De vereenigings- kas was zóó sterk geworden, dat de onkos ten uit de eigen middelen bestreden kon den worden. Er werd een gezellig, ruim vertrek bij gebouwd en het geheel kreeg een nieuw, frisch verfje. De wandelaars, die langs den straatweg naar het dorp toegingen, zagen aan hun linkerhand op een groot bord met mooie, roode letters geschilderd „De Zesde" en ze zagen aan het uitstekend onderhouden voetbalveld en het mooie clublokaal, dat daar een keurige club thuishoorde. Niemand dacht er meer aan, dat deze welvarende vereeniging was opgericht door een groepje schooljongens, die het jammer vonden om aan den gezelügen omgang een einde te maken. Nieuweweg af, Hazerswoude. Toch nog vlug gedaan in tijd van vier uurtjes, en dan nog tweemaal pech. Maar we hebben toch fijn genoten dien middag! O ja, ik zou het best nog eens over willen doen. Ja, maar laten we daar maar niet over den ken, want met de Kerstvacantie is het veel te vroeg donker, en wij hebben geen van beiden een lantaarn. Ja en dan, wij hebben er toch nog geen gebrek aan, dus hindert het mij niet. O nee hoor, en dan wij kunnen toch nog wel eens een fiets tochtje maken. Ja, dan zullen wij het ook nog eens probeeren op de tandem. Ja, maar daar moet ik eerst nog eens een nachtje over slapen, want dat kost een heele boel geld. Nou dat is goed! Nu ik ga naar huis, want ik moet m'n huiswerk nog maken. Kom je mij morgen halen, als je naar school gaat? Ja. Nu thuis gedag hoor! Dag. Is dat uitstapje door die twee in den geest nog eens overgemaakt, niet aller aardigst verteld? Wat dunkt u? OOM WIM.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 15