LUCHTVAART Amerika—Europa door de lucht. BINNENLAND uONDERDAG 29 JUNI 1939 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 7 AMERIKA DE NEUTRALITEITSWET De debaten over de neutraliteitswet In het Huis van Afgevaardigden hebben gis teren den wensch doen uitkomen van de meerderheid der afgevaardigden om terug te keeren naar een neutraliteit, die gedefi nieerd wordt door het volkenrecht en die machtigt tot wapenhandel met de oorlog voerenden. Vandaag zal gestemd worden over het ontwerp van de commissie voor buiten- landsche zaken. De indruk, die verkregen werd, is echter, dat de herziening van de neutraliteitswet in het Huis van Afgevaar digden geschieden zal op de door de regee ring gewenschte wijze. SPIONNAGE IN VLIEGTUIGEN- FABRIEKEN De democratische senator Mac Carran heeft een wetsontwerp ingediend, dat een verbod inhoudt van het in dienst nemen van buitenlanders in vliegtuigfabrieken, die werken voor de regeering. Het ontwerp schijnt vooral gericht te zijn tegen de Duit- sche spionnage in de fabrieken, in het bij zonder aan de Westkust der Vereenigde Staten. In het weekblad „Life" wordt in dit verband geschreven, dat bijna 1000 plan nen en schetsen, die van belang zijn voor de vloot- en luchtdefensie der Vereenigde Staten op geheimzinnige wijze sedert een jaar verdwenen zijn. Het blad verklaart, dat „de autoriteiten van de Amerikaansche Intelligence Service er niet aan twijfelen, dat de consul-generaal van Duitschland, kapt. Wiedemann, de touwtjes in handen heeft van de Duitsche spionnage aan de Amerikaansche Westkust". PALESTINA ARABIERENLEIDER DOODGESCHOTEN. De Arabierenleider Fais Fanoem, die als tegenstander van den verbannen moefti van Jeruzalem op den voorgrond is getre den, is te Nazareth doodgeschoten. De Brit- sche politieman, die hem als lijfwacht ver gezelde, werd ernstig gewond. Ondanks zijn verwondingen wist de lijfwacht echter een van de twee aanvallers dood te schieten. Verder is te Haifa een Arabische spoor wegarbeider door een anderen Arabier doodgeschoten. Tweede Kamer ,OSSv DE DIENST DER CLIPPERS In 18 uur over Langs de Noordelijke zoowel als langs de Zuidelijke route trekken thans de Clippers van het Amerikaansche vasteland naar Europa. Dinsdagavond om 9 uur 55 Cana deesdie ntijd (ongeveed een half uur na middernacht Europeeschen tijd) vertrok de Yankee Clipper voor de eerste regelmatige passagiersreis over den Oceaan uit Bot- wood, na Dinsdagmiddag van Shediae in Nieuw Brunswijk te zijn opgestegen. Gisteravond is de Clipper te Southampton neergestrekeu. Aan boord bevonden zich negentien pas sagiers en een bemanning van twaalf kop pen in totaal dus 31 personen het grootste aantal, dat ooit den Atlantischen Oceaan per vliegtuig is overgestoken. Voorts wordt een lading van naar schatting 60.000 brieven meegevoerd. De meeste passagiers zullen morgenmid dag om 2 uur met de „Yankee Clipper" naar de Vereenigde Staten terugkeeren. De overtocht van Botwood (New Found- land) naar Southampton duurde 18 uur en 42 minuten. De „Atlantic Clipper" Gisteravond is de „Atlantic Clipper", eveneens een vliegboot van de Panamerican Airways, uit New-Yorks luchthaven, Wash ington, vertrokken naar Horta voor haar eerste officieele passagiersvlucht over de Azoren en Lissabon naar Marseille. Dt Atlantic Clipper heeft 22 passagiers aa boord en werd hedenochtend om onge veer 7 uur Europeeschen tijd op de Azo ren verwacht. Tegen 5 uur 's avonds arri veert de vliegboot dan te Lissabon, om Vrij dagmiddag om 3 uur te Marseille neer te strijken. DE POSTVLUCHTEN OP NED.-INDIë De positie der K.L.M.-postvliegtuigen op de Indië-lijn was gisteravond als volgt: Op de uitreis bereikten de „Toren valk" Singapore en dc „Buizerd" Basra. Op de thuisreis landde de „Uil" te Athene en de „Emoe" te Rangoon. maakt men uit één boom, en... één lucifer is ai voldoende om 100.000 boomen te verwoesten ROOKT NIET IK DOSCH OF HEI! Vergadering van gisteren. De heer SCHOUTEN (A.R.) vervolgt zijn rede. Is er dan plotseling een fundamenteele wijziging in de werkmethode der brigade gekomen? Als over alle opsporihgsamb- tenaren zoo werd geoordeeld als over deze brigade in haar toenmalige samenstelling, dan zouden voor allen gelden de woorden van den Psalmist: „Wie zal bestand zijn?" Wat van den H. betreft, hier hebben drie rechterlijke ambtenaren onder eede verklaard, dat er naar hun oordeel reden was voor vervolging; dit kan men niet verwaarloozen. Men kan niet ontkennen, dat de procu reur-generaal invloed uitgeoefend neeft op het sluiten van het onderzoek in de zaak van den beide geestelijken. Er zijn inderdaad fouten gemaakt door de mare chaussee. Doch hun chefs mogen niet bui ten beschouwing worden gelaten. De pro cureur-generaal heeft onder eede ver klaard, dat hij invloed op de stopzetting gehad kan hebben. De commissie zegt hiermede niets over de strafbaarheid van de betrokken personen. Wanneer de Kamerleden allen bij de be sprekingen der commissie aanwezig waren geweest, dan hadden allen aar de zijde der commissie gestaan. De MINISTER: Het verschil is, dat nu achteraf wordt geoordeeld. De heer SCHOUTEN ontkent dit niet, doch verklaart, dat de commissie geen oogenblik uit het oog wi lverliezen, dat men vandaag anders oordeelen kan over het beleid dan op 1 April 1938. Het stelt de commissie teleur, dat de minister sinds dien geen afstand heeft kunnen doen van zijn toenmalige opvattingen. Het is de grootste zorg van de commissie geweest om den minister niet zwaarder te belasten dan noodzakelijk was. In haar materieele conclusie heeft de commissie zich alleen over het beleid van den minister uitgelaten. Het beleiu van den procureur-generaal en anderen moest geheel buiten beschouwing blijven. De Commissie meent, dat haar stand punt juist is. De Kamer beoordeele slechts het beleid van den minister van Justitie en trede niet in een uitspraak over ambte naren, waartoe zij niet bevoegd is. De conclusie is dus niet onevenwichtig of eenzijdig. Het verslag is een toelichting op de conclusie. Spr. sluit zich aan bij de verklaring van den heer De Geer, dat het rapport niet op alle punten even sterk is. Dit kon ook niet. Men mag de commis sie nl. niet kunnen verwijten, dat zij een ongefundeerd oordeel heeft gegeven. Tegen beschuldigingen als zou de minister bevorderen, dat katholieke geestelijken niet onder het gemeene recht vallen, moet de commissie ten sterkste opkomen. Spr. hoopt, dat het van nu af aan uit is met het brengen van vreemde elementen in deze zaak. De religieuze en politieke richting van den bewinsdman heeft geen rol ge speeld. In haar conclusie heeft de commissie slechts uitgedrukt, dat zij den bewusten maatregel niet juist acht, een politieke beteekenis heeft de commissie er niet aan gegeven. Een consilium abeundi bevat de con clusie niet. De Kamer zal goed doen bij de aanvaardig van de conclusie er de beteekenis aan te hechten, welke de commissie eraan geeft en er geen an der karakter aan toe te kennen. De heer KOST VAN TONNINGEN (N. S.B.) bestrijdt de woorden van den heer Schouten, tot hem gericht. Hij ontkent, dat de redevoeringen dienen om de zaak-Oss op te helderen. Hij brengt de zaak in ver band met de dreigende kabinetscrisis. Punt voor punt gaat spr. de rede van den heer Schouten na. De Minister denkt door een perscampag ne het volk te beïnvloeden. Dit is intellec- tueele hoogmoed. (De voorzitter hamert). Spr. kan geen aangifte doen van het door hem aangeduide feit, daar het slacht offer meerderjarig is. Spr. houdt vol, dat de Minister een de putatie uit Oss heeft ontvangen. Spr. geeft de namen, w.o. burgemeester Ploegmakers en notaris Bijvoet. Zij zijn naar het De partement van Justitie gegaan. De MINISTER: Zij zijn misschien aan de deur geweest. De heer ROST: U heeft ze ontvangen. De MINISTER: Dat is onwaar. De heer ROST: De verklaringen van den Minister kloppen niet. De Kamer mag de ze zaak niet laten rusten. Als de minister en de Kamer hun plicht verzaken, dan deu gen zij niet meer voor hun ambt. De Minister en de P.-G. dienen te ver dwijnen. Spr. eischt eerherstel voor de Marechaussee. De heer VAN MAARSEVEEN (R.K.) bestrijdt de rede van den heer Schouten. Zijn eigen betoog acht spr. niet ontzenuwd. Spreker ontkent, onjuist te hebben geciteerd uit het artikel van prof. van Oven. Hij houdt vol, dat geseponeerde dos siers niet aan de Kamer mogen worden overgelegd. Spr. vraagt in de conclusie te redresseeren wat niet evenwichtig is. Het gaat er niet alleen om het beleid van den minister af te keuren, doch ook hoe die af keuring geschiedt. De pointe van het on derzoek is daarom niet juist in de conclu sie neergelegd. De verdediging door mevrouw Mackay- Katz van de marechaussee gaat naar spr.'s oordeel wel wat ver. Wat den P.G. betreft spr. had hem of kunnen verdedigen of aanvallen. Spr. be schikte niet over voldoende gegevens en de P.-G. kon zich niet verantwoorden. De heer DE GEER (C.H.) is van oordeel, dat de minster gesproken heeft als eerlijk man, die zich vergist heeft. Ieder, die niet door geloofshaat is verblind, moet wel on der den indruk van deze tragiek komen. Dat de twee geestelijken er bij betrokken waren, bewijst hoe argeloos en bonafide de minister is geweest. - Het verheugt spr. dat de overgroote meerderheid der Kamer in 's ministers on kreukbaarheid gelooft. De minister heeft zich ook vergist in de noodzakelijkheid van den maatregel. Spr. zal zijn stem voor de conclusie uit brengen. Zoowel tegen de onwaardige als tegen de nobele bestrijding handhaaft spr. zijn standpunt, dat aanneming van de conclusie niet beteekent, dat de minster moet aftreden. (Reeds opgenomen in een gedeelte onzei vorige oplage). De heer VAN DER GOES VAN NATERS (S.D.) meent, dat de minister zich vergist in de reactie van het volk. 's Minister bedoelingen waren zuiver. Doch vanwaar die haast? Deze vraag is voor de beleidsvraag van overwegend be lang. In een maand had de minister heel wat rustiger maatregelen kunnen nemen. De minister heeft aan het drijven van een hoofdambtenaar geen weerstand kun nen bieden. Aan zijn goede trouw wordt niet getwijfeld. Spr. moet zijn conclusie, ook ten aanzien van den P.-G. handhaven. Door het aannemen van de conclusie keurt de Kamer het beleid van den P.-G. af. De heer BIEREMA (Lib.) heeft de goede trouw van den minister niet in twijfel ge trokken. De zakelijke inhoud van de rede heeft spr. echter niet kunnen bevredigen. De grieven tegen den P.-G. zijn allerminst weerlegd. De minister heeft niet aanne melijk kunnen maken, dat de maatregel noodzakelijk was. Integendeel. De brigade- Oss heeft fouten gemaakt. Doch waarom dit sensationeel ingrijpen? Zou de minister dit ook gedaan hebben, als het niet twee pastoors betrof? De MINISTER: Zonder den minsten twij fel. De heer BIEREMA zal zijn stem aan de conclusie geven. Of dit een consilium abeundi zal zijn, hangt van den minister af. Hij denkt er anders over dan de heer De Geer. Mevr. MACKAY-KATZ (C.H.) waar deert het betoog van den minister. Zij be treurt, dat de minister zijn standpunt heeft gehandhaafd. Spr. is van oordeel, dat inzage der dos siers in dit geval wel had moeten worden toegestaan. Voor den P.-G. en de publieke opinie ware het beter geweest, als de amb tenaren wel waren verhoord. Spr. houdt vol, dat de normale rechts gang geschonden is. De leiding van den P.-G. heeft niet gedeugd. De minister had een anderen maatregel minder snel kunnen nemen. De heer VAN HOUTEN (C.D.U.) is van oordeel, dat de minister gepoogd heeft de beteekenis van het rapport te normali- seeren. De kwestie-Oss kan en zal niet af- geloopen zijn, als de minister zich neerlegt bij de conclusie van de meerderheid. Uit niets is gebleken, dat de genomen maat regel niet langer kon wachten. Het rapport is vernietigend. Aanblijven van den mi nister na aanvaarding van de conclusie zou absurd zijn. Het gaat ook om het toe komstig beleid. Als de minister uit de aan vaarding van de conclusie niet de noodige consequenties trekt, zal de zaak bij de be grooting weer ter sprake komen. De heer WIJNKOOP (Comm.) acht een van de ergste dingen, die den minister moe ten worden aangerekend: het weigeren van inzage en verbieden van verschijnen van ambtenaren. De minister mag de Kamer niet als een derde beschouwen. De commissie had ook moeten onderzoe ken, welke rol de N.S.B. heeft gespeeld, hoe zij gebruik heeft gemaakt van gehei me machten in de marechaussee. Spr. twijfelt niet aan 's minister objec tiviteit. In het oordeel van de commissie zit de reden, waarom de minister niet blijven kan. De heer De Geer treedt als wacht meester voor de regeering op: Wachtmees ter De Geer. Het is noodzakelijk, dat deze minister aftreedt. De heer ZANDT (St. Geref.) acht den indruk van de rede denzelfden als dien van de rede van het vorige jaar. Het was geen zakelijke rede. Aan de marechaussee is onrecht geschied, om de belangen van Rome te dienen. De minister heeft daardoor het recht gekrenkt. Het prestige van den minister is te zeer geschokt om den minister te doen aanblij ven. Antwoord van minister Goseling. De MINISTER VAN JUSTITIE, de heer GOSELING, is van oordeel, dat er meer dan genoeg misverstanden zijn in deze zaak. Met het enquête-voorstel heeft spr. niets te maken gehad. Eerst 6 Juli heeft spr. kunnen reageeren op de motie-Albar- da-Oud. Daarin heeft spr. verklaard, gaar ne zijn medewerking te zullen verleenen. Er is dus geen sprake geweest van een toezegging bij de behandeling van het en quête-voorstel. De grootste moeilijkheid is deze, dat het hier gaat om ambtenaren, voor wie spr, aansprakelijk is, doch deze zijn werkzaam m strafzaken. Ook de marechaussee be doelde spr. hiermede. De Kamer moet dus treden in waardeering van strafzaken. Dit is een onmogelijkheid. Nooit komt men tot een oplossing van deze zaak door den aard van de functie van dit college. Het gaat inderdaad om de vraag, of de rechtsgang is geschonden. Debatten over juridische onderdeelen brengen geen uit komst. Ieder, die er buiten staat, vraagt: Hoe is het mogelijk, dat deze zaak zoo'n om vang heeft aangenomen. Men moet er toch oog voor hebben, dat de reactie op de be volking ontstaan is door invloeden van splijtzwammen, waarvoor spr. dit volk te goed achtte. Spr. ontkent, dat hier een kwestie is van corpseer. De lichtgeraaktheid bij de ma rechaussee had spr. ook niet verwacht. Wat de weigering van inzage van stuk- kenn betreft, merkt spr. op, dat men niet mag riskeeren, dat er een soort volksge richt ontstaat. De verbalen en rapporten worden dan beoordeeld door buitenstaan ders. Wanneer de stukken bekend zijn aan honderd menschen, kan met niet meer van geheimhouding spreken. In dit geval kan geen uitzondering gemaakt worden. Zelfs bij een enquête staat niet zonder meer vast, dat alle stukken worden overgelegd. Wat het hooren van ambtenaren betreft, niet wenschelijk is, dat dezen zelfstandig inlichtingen geven. De commissie had een regeling met den minister kunnen treffen. Met nadruk heeft spr. gevraagd de fei ten en gedragingen van de marechaussee als een complex te zien. Er was spanning in de betrekkelijk kleine gemeente Oss, waardoor onrust ontstond. Wanneer de heer Schouten ontkent, dat er onrust was, dan bewijst dit, dat hij de zaak niet ge noeg als complex zag. De matelooze lof moest de menschen uit hun evenwicht brengen. Spr. kan zich niet voorstellen, hoe de heer Rost van Tonningen denkt met zijn rede iets te bereiken. De heer ROST VAN TONNINGEN: Gaat u maar liever weg. (De VOORZITTER roept hem tot de orde). De MINISTER wijst er op, dat de heer Rost van Tonningen eerst een strafbare gedraging noemde en thans verklaard heeft, dat deze gedraging niet strafbaar was. Wat moet er van een volksgerecht te recht komen, als men de zaken zoo ver draait? Uitdrukkelijk ontkent spr., dat de P.-G. het onderzoek tegen pastoor B. heeft doen sluiten. Het blijft spr. verwonderen, dat men niet meer medegevoel heeft gehad voor de methode van onderzoek. In dit verband wijst spr. op het verhoor van de misdiena ren en van de Haagsche dame. Wat de haast betreft, deze was noodza kelijk om in de groeiende onrust in te grij pen. De minister had wel gaarne gezien, dat het contact met het corpscommando beter ware geweest. Er zijn tekortkomin gen. Het gaat alleen om den graad van den ernst daarvan en over den genomen maatregel. Bij verbetering van het contact met het conmmando kan de zaak zeer goed in goede wegen geleid worden. De Ka mer zal spr. niet vragen, tot welke conclu sie hij zal komen. Spr. voelt zich gerust en ook voldaan, omdat de onkreukbaarheid van zijn bedoelingen vastgesteld is. De eerste conclusie komt in stem ming en wordt aangenomen met 62 tegen 28 stemmen. Tegen stemde de R.K. fractie. De tweede conclusie wordt z.h.st. aangenomen met aanteekening, dat dc N.S.B. wenscht geacht te worden te hebben tegengestemd. H.M. DE KONINGIN NAAR SOESTDIJK. H. M. de Koningin heeft zich vanmorgen met een auto naar Soestdijk begeven. PRINSES ARMGARD OP SOESTDIJK. Naar wij vernemen, vertoeft Prinses Armgard thans, in verband met den ver jaardag van Prins Bernhard, op het paleis Soestdijk. VOEDSELVOORZIENING IN TIJD VAN OORLOG. Bescherming van levensmiddelen tegen gassen. Het Rijksbureau voorbereiding voedsel voorziening in oorlogstijd, ressorteerende on der den minister van Economische Zaken, heeft een commissie gevormd, welke tot taak heeft van advies te dienen inzake de bescherming van levensmiddelen tegen oor- logsgassen. Als resultaat van den arbeid dezer com missie, waarin o.a. vertegenwoordigers van den dienst van Volksgezondheid en de in spectie voor de bescherming van de be volking tegen luchtaanvallen zitting heb ben, is thans een algemeene circulaire ge reed gekomen, betrekking hebbende op voorbereidende maatregelen ter bescher ming van levensmiddelen tegen besmetting met strijdgassen, welke zonder veel be zwaar reeds in vredestijd kunnen worden getroffen. Deze circulaire verspreidt het Rijksbureau voorbereiding voedselvoorziening in oor logstijd onder een groot aantal onderne mingen op het gebied der voedselvoorzie ning, waarbij zooveel mogelijk in aanmer king zijn genomen bedrijven, welke naar mag worden verondersteld regelmatig over voorraden van eenigen omvang be schikken. Belanghebbenden, die meenen tot deze categorie te kunnen worden gerekend en de circulaire op 10 Juli nog niet hebben ontvangen, kunnen alsdan een of meer exemplaren bij voornoemd Rijksbureau (Lange Voorhout 3, 's-Gravenhage) aan vragen. Volledigheidshalve worde vermeld, dat om practische rekenen de detaillisten uit sluitend in hun organisaties bij de versprei ding worden betrokken. TARIEFMACHTIGINGSWET. Voorloopige werking der wijziging verlengd. De Tweede Kamer kwam gistermiddag bijeen, onder voorzitterschap van mr. J. R. H. van Schaik. In afwijking met het reglement van or de kwam het wetsontwerp Afwijking van den in art. 1 der Tariefmachtigingswet 1934 opgenomen termijn dadelijk in openbare behandeling, nadat blanco eindverslag was uitgebracht. Het ontwerp werd zonder debat en z.h.a. aangenomen. Deze wijziging der Tariefmachtigingswet heeft ten doel den termijn, binnen welke de Staten Generaal de inmiddels bij voor baat ingevoerd wijziging der Tariefwet moeten goedkeuren, te verlengen, daar de behandeling der Tariefwet binnen den ge stelden termijn van zes maanden niet meer mogelijk was. NAAR EEN ORGANISCHE LEVENS HOUDING. De Alg. Kath. Kunstenaarsvereniging heeft een viertal spreekbeurten voor den K.R.O. geregeld, waarin het belang van den bloei eener organische kunst zal worden besproken. De spreektijden zijn van 19.15 19.35 uur wel op 4 Juli: „Adel en nood van het handwerk" door Wies Moens; op 11 Juli: „Handwerk en machine in de meu belkunst" door P. van Kessel; op 1 Augus tus: „Handwerk en machine in de smeed- knst" door ir. den Boer en op 8 Augustus: „Handwerk en machine in de paramentiek" door Jan Beerends. GEMEENTERAAD VAN GOUDA. In de onder voorzitterschap van wethou der mr. H. P. C. M. de Witt Wijnen gehou den raadsvergadering werd medegedeeld, dat het raadslid, de heer D. C. van Esacho- ten, een operatie heeft ondergaan en in het ziekenhuis ligt. Op zijn verzoek werd aan den heer J. v. d. Griek eervol ontslag verleend als leeraar aan de Handelsavondschool. Naar aanleiding van een verslag over 1939 van het Rusthuis „Huize Juliana", heeft mevrouw van DantzigMelles eenige op merkingen gemaakt over een wrijving, die tusschen de leiding en het College van Re genten is ontstaan. Zij sprak van een voortdurenden strijd en was van meening, dat de houding van de regenten niet de juiste is. Wethouder Koemans zegde toe een onderzoek te zullen instellen. Tot lid van de Commissie van Toezicht op de Stedelijke Musea werd benoemd de heer G. J. van Willigen. Overeenkomstig het voorstel van B. en W. werd besloten om de bedrijven van den Reinigings- en Ontsmettings- dienst en van het Marktwezen met In gang van 1 September a.s. te voeren bij het bedrijf van Gemeentewerken en de leiding van de gefusionneerde bedrij ven op te dragen aan den directeur van Gemeentewerken. In verband hiermede werd aan den heer J. P. Anemaet, in gaande 1 September a.s., wegens ophef fing van zijn functie onder toekenning van wachtgeld eervol ontslag verleend als directeur van den Reinigings- en Ontsmettingsdienst en van het Markt wezen. Met 14 tegen 6 stemmen werd aangeno men het voorstel om niet over te gaan tot invoering van een tap verbod tijdens de a.s. feestweek. Eveneens vereenigde de raad zich met het voorstel tot het verleenen van goedkeuring aan het besluit van het Col lege van Regenten van het Van Iterson Ziekenhuis tot het aanschaffen van een nieuwe ontsmettingsoven en met het voor stel om een terrein aan de Joubertstraat en Herzogstraat te reserveeren voor de stich ting van een nieuw Stedelijk Gymnasium. De Raad heeft voorts aangenomen het voorstel om aan de vereeniging voor Chris telijk Nationaal Schoolonderwijs mede werking te verleenen voor de stichting van een bijzondere lagere school in het stads deel ten noorden van de spoorlijn Gouda- Utrecht, in de wijk van den Graaf Floris- weg. Met het schoolbestuur is overeengeko men, dat in verband met den financieelen toestand der gemeente de school in 1941 zal worden gebouwd. Eveneens werden aanvaard het voorstel tot het vervangen van de gasverlichting van vier katholieke scholen door electri- sche verlichting en het voorstel om voor den bouw van een school voor openbaar la ger onderwijs in het stadsdeel de Korte Ak keren een terrein te bestemmen aan den Koningin Wilhelminaweg en de Da Costa- kade. Het ligt in de bedoeling de gelden voor den bouw van deze school uit te trek- keh op de gemeentebegrooting 1940. Besloten werd tot wijziging van de stroomleveringscontracten m tede gemeen ten Moordrecht en Schoonhoven, welke wij zigingen tariefsverlaging inhouden. Ten slotte besloot de Raad aan B. en W. mach tiging te verleenen tot het aangaan van een onderhandsche geldleening ad 150.000 pari tegen een rente van 3 1/8 en een loop tijd van 10 jaar. R.-K. Leergangen. Aan de Academie voor Beeldende en Bouwende Kunsten der R.-K. Leergangen te Tilburg, slaagden voor het voorberei dend examen architect de heeren F. Brokx, Zundert; W. v. Loon, Tilburg; J. Mulders, Tilburg; W. v. Oosterhout, Breda; C. de Vries, Helmond.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 7