Britsch memorandum
aan Duitschland
BUITENLAND
Bespreking mogelijk, mils goede wil
aanwezig
Wil Hitler geweld
in Dantzig?
De
onderhandelingen
om Tientsin.
Churchill ziet
donkere wolken.
DONDERDAG 29 JUNI 1939
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
ENGELAND
Oorlogsvoorbereidingen
gesignaleerd.
ENGELSCHE EN FRANSCHE PERS
WAARSCHUWT.
De Japanneezen en de
kuststrook.
Antwoord op opzegging
van Vlootverdrag.
Het Britsche Foreign Office heeft gis
teravond den tekst gepubliceerd van een
memorandum inzake de opzegging van het
BritschDuitsche vlootverdrag, dat de
Britsche ambassadeur te Berlijn aan von
Ribbentrop heeft overhandigd.
Hierin wordt o.m. verklaard, dat men
niet kan zeggen, dat in welk deel van
Europa Duitschland ook in een oorlog zou
worden betrokken, Engeland altijd een
Duitsch-vijandige houding zou moeten
aannemen. Engeland zou slechts dan een
vijandige houding kunnen aannemen, als
Duitschland een daad van agressie tegen
over een ander land zou begaan.
Verklaard wordt, dat de in het memo
randum der Duitsche regeering gegeven
beschrijving van de Britsche politiek Jls
een politiek van omsingeling volkomen
ongemotiveerd is. Engeland heeft niet den
wensch, de ontwikkeling van den Duit-
schen handel te belemmeren.
Het memorandum wijst erop, dat reeds
een aanzienlijk bedrag aan vrije valuta
ter beschikking van Duitschland is gesteld
voor de aanschaffing van grondstoffen.
De Britsche regeering ziet uit naar
een bespreking over een verdere verbe
tering van Duitschlands economische po
sitie, zoo slechts wederzijdsch vertrou
wen en goede wil geschapen kunnen
worden. De vaste wensch der Britsche
regeering is, wel verre van bevordering
van een oorlog met Duitschland, het
scheppen van Britsch-Duitsche betrek
kingen op den grondslag van wederkee-
rige erkenning van de behoeften van de
beide landen, natuurlijk met behoorlijke
inachtneming van de rechten van andere
landen.
Het voornaamste doel van het vlootver
drag was het uitvoeren van een element
van stabiliteit ter vermijding van een on-
noodigen bewapeningswedloop. Vandaar,
dat de accoorden geen bepaling inzake
eenzijdige opzegging bevatten, doch duide
lijk alleen maar rekening hielden met be
ëindiging of wijziging door gemeenschap
pelijk overleg.
Het accoord van 1935 was, naar uitdruk
kelijk was verklaard, van permanenten
aard. De eenige bepaling, afgezien van
de bijzondere bepalingen ten aanzien der
duikbooten, welke de mogelijkheid eener
wijziging insloot, had betrekking op het
geval van een krachtige verstoring van
het algemeen evenwicht in de bewapening
ter zee en zelfs dan diende een wijziging
alleen nog maar te geschieden in overleg
met de Britsche regeering.
De Duitsche regeering voert niet 'aan,
dat zulk een toestand in feite bestaat. Nog
minder heeft zij de Britsche regeering uit-
genoodigd den toestand te bestudeeren,
alvorens haar stappen te doen.
In het memorandum wordt verder ver
klaard, dat de vroegere voorafgaande aan
kondiging van de vlootsterkte, die de Brit
sche regeering aan Duitschland heeft ver
strekt, uitsluitend gegeven werd met het
doel, de bepalingen van het accoord van
1935 na te komen.
Geen verdere voorafgaande aankondi
gingen zullen noodig zijn, aangezien zij
slechts beoogden. Duitschland in staat te
stellen, ten volle gebruik te maken van
de quota van 1935, doch als Duitschland
niet langer gebonden is aan de in het ca-
coord vastgelegde limiet van 35 pet., kan
de Britsche regeering zich niet langer ge
bonden achten aan haar vroegere aankon
digingen, welke derhalve als vervallen
moeten worden beschouwd.
Zoo Duitschland bereid mocht zijn, over
een ander accoord te onderhandelen, zal
de Britsche regeering gaarne aanwijzingen
ontvangen omtrent omvang en cloel, welke
de Duitsche regeering voor zulk een ac
coord geschikt zou achten. De Britsche re
geering zou in het bijzonder willen we
ten:
1. Wanneer naar de meening van
Duitschland de besprekingen zouden moe
ten plaatsvinden, en
2. Hoe de Duitsche regeering zich voor
stelt te garandeeren, dat iedere handeling
in den vorm van een opzegging of wijzi
ging van het nieuwe accoord gedurende
den geldigheidsduur de goedkeuring van
beide partijen wegdraagt.
SLECHTE ONTVANGST IN
DUITSCHLAND.
Gemis aan begrip en arrogant".
Het Britsche memorandum aan de Duit
sche regeering heeft in Duitschland een
zeer slecht onthaal gevonden. Het geeft
de pers aanleiding voor een nieuwe anti-
Britsche campagne. De Duitsche bladen
vertoonen koppen als Totaal gemis aan
begrip voor de opzegging van het vloot
verdrag"", „Arrogante Britsche nota aan
Berlijn". Het „Hamburger Fremdenblatt"
schrijft; „Het Britsche antwoord is niet be
moedigend. Het sluit de deur niet, maar
biedt geen uitgangspunt voor onderhande
lingen, die werkelijke beloften voor de
toekomst inhouden".
Volgens de „Lokal Anzeiger" is de Brit
sche nota niet geschikt voor verbetering
van de sfeer en geeft zij den indruk van
gebrek aan goeden wil.
De „Voelkischer Beobachter" schrijft:
„De Britsche nota, overhandigd op den
verjaardag van Versailles, beteekent geen
bijdrage tot den vrede. Het omsingelings-
spel van 1914 herhaalt zich en de nota
rechtvaardigt het met precies dezelfde
holle phrasen als vroeger. De nota is op
gesteld in uitdagenden vorm en de laatste
zin beteekent een onbeschaamdheid. Men
zal in het document tevergeefs een ant
woord op Hitlers rede van 28 April zoe
ken. De nota beperkt zich er toe, op droge
wijze het bestaan der omsingelingspolitiek
te ontkennen en bevat slechts een magere
passage over onderhandelingen, waartoe
Engeland bereid is. Maar de groote fout is,
dat het document het Britsch-Duitsche
Vlootverdrag tracht te verlagen tot een
zuiver technisch instrument ter beper
king van de vlootbewapening, zoodat het
geen enkele beteekenis zou hebben gehad
voor de DuitschEngelsche betrekkingen.
Indien dit werkelijk overeenkomt met de
oorspronkelijke Engelsche opvatting, kan
men slechts constateeren, dat Engeland
reeds in 1935 Duitschland bedrogen heeft.
Voor ons was het document een werktuig
voor een duurzamen vrede tusschen Duit-
schers en Engelschen. De nieuwe nota
toont aan, hoe zeer het noodig was een
einde te maken aan het vlootverdrag van
1935".
Bnltenlandsche Berichten
BRANDEN TE LONDEN
Thans weer een pakhuis
Voor de derde maal in een week tijds is
gisteren in het centrum van Londen een
groote brand uitgebroken. Het opmerke
lijk is, dat deze branden alle drie zijn uit
gebroken in een gebied met 6en straal
van nog geen mijl.
De brand van gisteren heeft gewoed in
een pakhuis in de binnenstad, het vuur
werd door den krachtigen wind aangewak
kerd en binnen korten tijd stonden de der
de en vierde verdieping in lichtelaaie. Aan
de blussching werd deelgenomen door meer
dan 150 brandweerlieden, wier taak be
moeilijkt werd, doordat de drijvende brand
spuiten op de rivier tengevolge van lage
water niet gebruikt konden worden.
Een dozijn menschen heeft zich uit het
brandende pakhuis kunnen redden door op
de modderbanken van de rivier te sprin
gen. De brandweer, die gebruik maakte van
zuurstof apparaten, is er na twee uur in ge
slaagd, het vuur meester te worden en uit
breiding tot debelendende pakhuizen te
voorkomen.
Vier brandweerlieden hebben zich in het
ziekenhuis moeten laten behandelen. Alle
bedienden konden uit het pakhuis ontsnap
pen. De eigenaar heeft verklaard, dat hij
geen reedn had om te vermoeden, dat hier
van brandstichting sprake is.
BRAND IN EEN CHOCOLADEFABRIEK
Gisterochtend is brand uitgebroken in een
chocoladefabriek te Islington, ten Noorden
van Londen. De brand heeft belangrijke
schade aangericht.
EEN TANKSCHIP IN NOOD
Is het van de Britsche marine?
In een S.O.S.-bericht, dat te Rangoon is
opgevangen, wordt medegedeeld, dat giste
ren een tankschip van de Britsche marine
nabij Andaman in brand is geraakt. Men
vreest, dat het schip verloren is.
Vier schepen zijn op weg om hulp te bie
den.
De Britsche admiraliteit deelt echter naar
aanleiding van bovenstaand bericht mede,
dat zich in het opgegeven gebied geen en
kel tankschip der Britsche marine bevindt.
GROOTE BOSCHBRAND IN PALESTINA
Ongeveer 25.000 pijnboomen zijn gister
middag vernield door een grooten brand in
het bosch, dat aangeplant is ter nagedach
tenis van koning George V op het land van
het Joodsche nationale fonds, op de heuvels
van Nazareth. Het bosch werd geplant met
behulp van gelden, bijeengebracht door de
Joden in het Britsche rijk.
Himmler inspecteert de nazi-formaties.
Uit Dantzig wordt gemeld, dat Himmler
gistermorgen daar zou zijn aangekomen.
Hij zou de nat. soc. formaties der Vrije
Stad inspecteeren.
Poolsehe kringen in Dantzig verklaren,
dat het minder gaat om een inspectie dan
wel om een zuivering, die het verwijderen
van twijfelachtige elementen ten doel heeft.
De „Czas", het conservatieve Poolsehe or
gaan, voegt hieraan toe, dat gouwleider
Forster inderdaad een begin heeft gemaakt
met de reorganisatie van de S.A.-een'heden
van het gebied, onder toezicht van talrijke
S.S.-lieden, die uit Duitschland zijn ge
komen.
Geregeld komen te Dantzig convooien
auto's aan uit Oost-Pruisen met verschei
dene honderden jonge touristen, die be
stemd zijn voor het vrij willigerskorps. Deze
jongelieden worden verdeeld over barak
ken in Matzkau, Wieben en Lagfuhr.
Voorts zouden de nat. soc. autoriteiten
een groot aantal paarden hebben gerequi-
reerd, die bestemd zouden zijn voor de een
heid van het vrijcorps. Het Poolsehe recht-
sche orgaan „Goniec Warszawski" verklaart
te dien aanzien, dat oorlogsmateriaal hei
melijk uit Oost-Pruisen de Vrije Stad
wordt binnengebracht. Tevens meldt het
blad, dat de aanwezgiheid der vrijwilligers
in Dantzig tezamen met den invoer van
oorlogtuig een schakel meer vormt in den
keten van provocaties, die deel uitmaken
van den door Duitschland verklaarden
zenuwoorlog. De provocaties kunnen echter
noch de Polen in Dantzig noch elders
enerveeren. Iedere formatie van militaire
organisaties in Dantzig zal stuiten op ca
tegorisch verzet van de Poolsehe regeering.
De „Kurjer Polski" bevestigt, dat ploe
gen arbeiders begonnen zijn met den bouw
van een brug over den Nogat, aan de grens
tusschen Dantzig en Oost-Pruisen. Het blad
wijst op het strategische belang daarvan.
De Engelsche bladen wijden ook aandacht
aan den ernstigen toestand te Dantzig,
waar, naar gemeld wordt, in de aïgeloopen
24 uur vierduizend officieren en manschap
pen zijn binnengekomen. Men gelooft, dat
deze soldaten hulp zullen verleenen bij de
vorming van het vrijwilligerscorps. Verder
wordt gemeld, dat speciale regelingen zijn
getroffen voor de levering van gasmaskers
aan de politie te Dantzig en de Duitschers,
die uit Oost-Pruisen zijn aangekomen.
De „News Chronicle" zegt, dat de natio-
naal-socialisten zich ernstig bedriegen, als
zij denken, dat hun poging om Dantzig met
geweld te nemen, Polen en daardoor En
geland niet tot militaire maatregelen zou
brengen;
De „Daily Telegraph" constateert: „Een
oorlog is nog niet onvermijdelijk, maar de
toekomst is afhankelijk van een ombereken-
baren factor: de gril of de obsessie van één
man. Niemand kan voorspellen, wat zijn
geest zal ontwerpen. En daarom dienen an
deren zich op het ergste voor te bereiden".
De „Daily Herald" zegt: „Het is duidelijk,
dat Hitier een nieuw onheil te Dantzig in
den zin heeft. Wellicht zal het den vorm
van een militairen putsch hebben, die een
crisis van het ernstigste karakter wel zou
moeten verhaasten. Het is Hitier niet te
doe?n om een regeling voor Dantzig maar
om een nieuwe overwinning. Als het tot
een daad van geweld te Dantzig komt, zal
dat een uitdaging aan Europa zijn, die niet
ten tweede male op*de wijze van Muen-
chen kan worden vermeden".
Zelfs de „Daily Express" die gewoonlijk
optimistisch is, zegt, dat de berichten uit
Dantzig ernstige ongerustheid moeten ver
oorzaken. Als een oorlog niet kan worden
vermeden, aldus het blad, moeten wij hem
doorstaan.
Het Fransche blad de „Petit Parisian"
schrijft: „Wij hooren, dat men te Berlijn
speculeert op verschillen in appreciatie, die
zich bij een zeker gedeelte van de Britsche
en Fransche openbare meening zouden ma
nifesteeren voor het geval het tot een con
flict mocht komen naar aanleiding van het
vraagstuk--Dan tzig. Dergelijke berekenin
gen kunnen slechts tot een verkeerde con
clusie leiden. Londen en Parijs hebben,
gesteund door de eenstemmige openbare
meening, besloten zich te verzetten tegen
iedere nieuwe daad van geweld en daar
aan zullen zij zich houden, onverschillig
of die daad te Dantzig of elders wordt ge
pleegd. Engeland en Frankrijk zijn thans
machtig genoeg om dergelijke mogelijk
heden met de grootste koelbloedigheid on
der oogen te zien".
EEN DUITSCH VLIEGTUIG DOOR POLEN
NEERGEHAALD?
In de buitenlandsche pers zijn berichten
gepubliceerd, volgens welke een Duitsch
vliegtuig aan de Oostzeekust door Poolsch
luchtafweergeschut zou zijn neergehaald.
In bevoegde Duitsche kringen toont men
zich ten aanzien hiervan uiterst terughou
dend. Te Berlijn wordt het bericht niet
formeel tegengesproken, doch wel verklaart
men, dat het vliegtuig, waarvan hier sprake
zou zijn, normaal op Duitsch grondgebied
is gedaald, zonder dat er eenig spoor van
kogelgaten op te ontdekken was. Uit War
schau wordt gemeld, dat geen enkel Poolsch
blad het desbetreffende bericht gepublii-
In kringen, die in nauw contact met de
Japansche regeering staan, neemt men als
vaststaand aan, dat bij de komende onder
handelingen te Tokio belangrijk meer zal
worden besproken dan de uitlevering van
de vier Chineezen dcor de autoriteiten van
de Britsche concessie te Tientsin.
Men gelooft, dat de Japansche regeering
zal aandringen op de regeling van de mili
taire, politieke en economisch vraagstuk
ken, die van belang worden geacht voor de
veiligheid der Japansche strijdkrachten in
China en van de Japansche positie daar.
De Britsche consul te Tientsin, majoor
Herbert en de Japansche consul Tanaka,
gaan vandaag per vliegtuig naar Tokio,
om daar deel te nemen aan de besprekingen
over Tientsin.
DE TOESTAND TE SWATAU
Uit Kanton meldt Domei, dat de Japan
sche vice-consul en de consul-generaal een
bespreking hebben gehad over de vraag
stukken door de bezetting van Swtau ge
rezen ten aanzien van de betrekking met
de drie mogendheden, die in Swatau be
langen hebben. Volgens zekere kringen zou
den de Japansche autoriteiten de controle
op de scheepvaart te Swatau kunnen ver
scherpen met het oog op het gebrek aan
samenwerking van Engelsche zijde.
Toen gisteren het Britsche schip „Sie-
stan" voor Swatau aankwam, werden pas
sagiers en mail door den Britschen torpedo
jager „Thanet" aan boord genomen, die ze
de haven binnenbracht. De Britsche sche
pen „Haiching" en „Sinkiang", die te
Foetsjau liggen, hebben geen gevolg ge
geven aan de Japansche waarschuwing om
de haven te verlaten; ook liggen hier nog
twee Britsche oorlogsschepen.
De Noorsche en Italiaansche schepen te
Wentsjau hebben gevolg gegeven aan het
Japansch verzoek.
De Chineesche autoriteiten van Foetsjau
hebben den staat van beleg afgekondigd en
zij maken zich gereed een Japanschen aan
val het hoofd te bieden; met ingang van
daag mogen geen schepen de haven meer in
of uit.
Tusschen Japansche landingstroepen en
Chineesche vei'dedigers op het eiland Joe
Wang bij den ingang van de haven van
Wentsjau wordt op het oogenblik heftig
gestreden.
Naar gemeld wordt komen ten Zuiden
van Tsjaotsjau voortdurend Chineesche
versterkingen aan. Zijn nemen stellingen
in, in de heuvels ten Westen van het ge
bied rond Tsjaotsjau en Swatau met de be
doeling, den Japanneezen te beletten, ver
der landwaarts op te rukken.
DE LUCHTGEVECHTEN AAN DE
MONGOOLSCHE GRENS
Op 28 Juni heeft de Japansch-Mandsjoe-
rijsche luchtmacht met vijftien bommen
werpers, welke beschermd werden door
vechttoestellen, opnieuw de grens geschon
den van de Mongoolsche volksrepubliek in
het gebied van Boeir Nor. De toestellen
werden ontvangen met het vuur van lucht
afweergeschut en door Mongoolsch-
Russische vechttoestellen. De Japansch-
Mandsjoerijsche machines lieten verschei
dene bommen vallen, zonder op eenig doel
te richten, en trokken daarna terug naar
Mandsjoerijsch gebied zonder den strijd
aan te binden, Het luchtafweer haalde twee
Mandsjoerijsch-Japansche vliegtuigen neer
die op het gebied van de Mongoolsch volks
republiek neerkwamen.
Men geeft te Moskou geen enkele ver
klaring voor de herhaalde luchtgevechten
aan de grens van Buiten-Mongolië en
Mandsjoekwo, ook al, doordat het tooneel
van den strijd vrijwel onbewoond is. Tot
dusverre heeft Moskou noch Tokio een
diplomatieken stap gedaan, doch de Rus
sen herinneren aan de woorden van Molo-
tof, die onlangs heeft gezegd, dat de Sovjet
Unie gereed is om een einde aan de Ja
pansche uitdagingen in Mongolië te maken.
Men vermoedt, dat de Russische strijd
macht in Buiten-Mongolië ongeveer 25.000
men telt, De Mongoolsche republiek zou
een honderdduizendtal soldaten kunnen
leveren.
ceerd heeft. Het bericht is van Poolsehe
zijde ook niet officeel bevestigd, terwijl het
te Dantzig is tegengesproken.
Welingelichte kringen te Warschau ver
klaren niet te weten, dat zich een dezer
diagen aan de Poolsehe kust zulk een inci
dent heeft voorgedaan, doch voegen hier
aan toe, dat in het grensgebied talrijke ge
vallen van schending der Poolsehe grens
door Duitsche vliegtuigen zijn geconsta
teerd.
HOE DE POOLSCIIE MINDERHEID IN
DUITSCHLAND BEHANDELD WORDT.
Op bevel van de politie in Frankfort a.
d. Oder zijn de organisaties van de Pool
sehe minderheid in de districten Bohst en
Meseritz bij de Poolsehe grens ontbonden.
De bezittingen der organisaties werden ge
confisqueerd en haar vaandels in beslag
genomen.
DRIE MAANDEN VAN SPANNING
„Wacht u voor een sprong in het
onbekende"
In de City Carlton Club heeft Churchill
gistermiddag een rede gehouden, waarin
hij o.a. zeide, dat Juli, Augustus en Septem
ber moeten worden beschouwd als de maan
den, waarin de spanning in Europa zeer
ernstig zal worden.
„Ik acht den toestand waarin wij ons be
vinden zeer ernstig, zeide hij. Deze toe
stand lijkt veel op die van het afgeloopen
jaar, doch er is een groot verschil, er zijn
dit jaar geen wegen open om terug te
trekken. Jegens Tsjecho-Slowakije hadden
we geen verplichtingen, bij verdrag vast
gelegd, doch thans hebben we Polen een ab
solute garantie gegeven, dat indien het het
voorwerp is van een niet uitgelokte aanval
van het nationaal-socialistische Duitsch
land, wij tezamen met onze Fransche bond-
genooten genoodzaakt zijn den oorlog te
verklaren. Dit is het feit, dat voor ons staat.
Wat zal dan met Duitschland geschieden?
De nationaal-socialisten maken oogenschijn-
lijk alle voorbereidingen om Polen te dwin
gen aan hun verlangens toe te geven en in
dien Polen niet toe zal geven, wordt dag
en nacht en ieder uur gewerkt aan de voor
bereiding Polen aan te vallen met een
groote macht uit het Westen en het Zuiden.
Doelende op de woorden van den Franschen
minister-president zeide Churchill: „Ik ben
het geheel eens met den Franschen minis
ter-president, dat wij verkeeren in een pe
riode van gevaar, welke meer acuut is meer
geladen met allerlei gevaar, dan wij ooit
gekend hebben in onzen bewogen levens
tijd.
Indien men alleen de Duitsche voor
bereidingen zou zien en de ontzaglijke
opeenhooping van menschen, wapens en
munitie alsmede de toon van de door de
regeering gecontroleerde pers, en de re
devoeringen van de partijleiders, dan
is slechts één conciusie mogelijk en wel
het ergste wat kan gebeuren en dat dit
spoedig zal gebeuren".
Churchill zeide verder, dat evenwel alle
voorbereidende maatregelen genomen kun
nen worden, en dat toch het laatste signaal
niet behoeft te worden gegeven. Of het ge
geven zal worden, hangt af van de stem
ming, het temperament en het besluit van
één enkel man, die zichzelf heeft opgewerkt
uit een nederig bestaan tot een hoogte, van
waar hij misschien ik zeg misschien
over het grootste deel van de menschheid
een onmetelijke catastrophe kan uitstorten.
„Indien mijn woorden hem konden be
reiken, zooals wel het geval zal zijn, zou ik
zeggen tot Hitier: „Wacht en overweeg voor
ge een duik neemt in het verschrikkelijke
onbekende, indien ge uw levenswerk om
Duitschland op te heffen uit de vernedering
en verslagenheid tot een punt, waar de ge-
heele wereld met spanning wacht op haar
daden, niet onherstelbaar vernietigd wilt
zien". Ik zou wenschen, dat ik Hitier ervan
kon overtuigen van het feit, dat het Brit
sche rijk de grens van zijn geduld heeft be
reikt. Steeds weer hebben wij ons terug
getrokken na het breken van plechtige be
loften en verdragen. Hitier zou een ernstige
fout maken, indien hij zou meenen, dat al
dit terugtrekken alleen het gevolg zou
zijn van lafheid en ontaarding. We weten,
dat ons lijden hard zal zijn, doch wij zijn
besloten niet schuldig te zijn aan een schok,
welker gevolgen niemand kan voorzien.
Indien de nationaal-socialisten een nieu
we daad van geweld zullen plegen, welke
zal leiden tot een oorlog, dan zullen we niet
in dit land een schuilplaats zoeken.
Churchill voegde hieraan toe, dat men in
zekere kringen bij de berekeningen de Brit
sche macht in de lucht niet moet onder
schatten.
Betreffende het incident van Tientsin
zeide Churchill, dat het Japansche optreden
zeer wel een val kan zijn, om Engeland
weg te lokken van de zeeën, waar de be
slissende slag in geval van een conflict zal
worden geleverd. Engeland mag zijn vloot
niet naar het Verre Oosten zenden, alvo
rens het zeker is van zijn positie in de
Middellandsche Zee en vermoedelijk zou
het dan niet noodig zijn dat de Britsche
vloot werd gezonden".
Sprekende over de onderhandelingen te
Moskou zeide spreker: „Het schijnt mij,
dat het verlangen van de Russen, dat wij
allen tezamen ons zullen verzetten in een
aanval op de Oostzeestaten, juist en ge
rechtvaardigd is en ik vertrouw, dat we
volledig hieraan tegemoet zullen komen.
Ik kan niet begrijpen, zoo voegde Churchill
hieraan toe, waarom we al deze weken ge
treuzeld hebben".
SPANJE
DE BEURS VAN MADRID GEOPEND
Binnenkort zal de beurs van Madrid we
derom worden geopend. Het gebouw is ge
restaureerd. Om te beginnen zal de markt
een particulier karaktei dragen en zullen
alleen de beurs- en wisselmakelaars worden
toegelaten.
De junta van makelaars te Madrid is in
contact getreden met de beide andere of-
ficieele Spaansche beurzen te Barcelona en
Bilbao om de betrekkingen tusschen de
drie beurzen vast te stellen.