DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Petrus en Paulus De Pers over „Oss" r WOENSDAG 28 JUNI 1939 30ste Jaargang No. 9373 Bureaux Papengracht 32. Telefoon: Redactie 15, Administratie Adv. en Abonn.-tarleven zie pag. Z Giro 103003. Postbus 11. Het mysterie van Christus' Kerk. In de liturgie van het feest van Sint Petrus en Paulus komen we telkens in aanraking met het mysterie van de Kerk Gods. Petrus en Paulus zijn de steunpila ren waarop de Kerk gebouwd werd. Zij waren geroepen voor het meest verheven werk en om de heiligste zending te ver vullen. Beiden bouwden in Goddelijke op dracht aan den wereld-omvattenden bouw der Heilige Roomsche Kerk. Sint Petrus als de door Christus geroepen herder en bewaker der kudde, handhaver en be schermer van de rechtzinnige leer, Sint Paulus de rustelooze, actieve apostel en prediker der bijde boodschap. Petrus en Paulus beteekenen de openbaring van het Goddelijk Geheim der Heilige Roomsche Kerk. Wanneer we aan Sint Petrus denken, dan rijst onwillekeurig voor onzen geest het woord van den Heiland: „Aan U zal ik de sleutels van het Rijk der Hemelen geven. En al wat gij op aarde zult binden, zal ook in den Hemel gebonden zijn". Dat was een uitdeeler van de hoogste rechts macht hier op aarde, de instelling van het Pausdom, het leggen van de hoogste waar digheid op de schouders van een zwak ken, sterfelijken mensch. Het Primaat schap van den bisschop van Rome betee- kent de overgave van de hoogste geeste lijke macht aan een zwak schepsel, dat is een indammen van het eeuwig-goddelijke in het begrensd-menschelijke. Het feit, dat het Pausdom niet ten onderging jm- danks de groote, menschelijke, persoonlij ke fouten van enkele dragers van* de Paus- kroon is een bewijs voor de Goddelijke zending der Kerk. Geleid en bestuurd door den H. Geest, krachtens Christus belofte: „Zie ik zal met U zijn tot aan het einde der tijden", aan vaardde St. Petrus de zorg over de eerste Christengemeente. Zijne herderlijke be zorgdheid strekte zich uit over Joden zoo wel als Heidenen. Er is geen plaats voor een nationale kerk overeenkomstig ras, taal of natie. Er is slechts één, heilige, ka tholieke en apostolische Kerk. Naast St Petrus rijst de figuur van den Apostel der Volkeren, die vanaf het eer ste moment, dat Christus hem van een Saulus tot Paulus hervormde, de totali taire aanspraak der Kerk tot uitdrukking bracht in haar wereldomvattende missie actie. Hij beperkte de prediking van het Christendom niet uitsluitend tot de Joden. Volgens zijn afkomst was hij een volbloed Israëliet, volgens zijn# burgerrecht een Ro mein, volgens zijn opvoeding en ontwik keling een Griek en zoo vertegenwoordig de hij in zich al de groote culturen van dien tijd, waarmee het Christendom reeds van den beginne af in aanraking kwam. Beide Apostelen hadden niet onder het Kruis gestaan, toen Gods Zoon het offer bracht, dat telkens herhaald de hartslag vormt van de Kerk, maar God heeft hen tot prinsen der Apostelen uitverkozen. De wereld zal nooit begrijpen, dat het primaat in de Kerk, als voornaamste ambt der apostelen, berust op het nederig af stand doen van eigen kracht, op het dra gen van het Kruis met den Verlosser. Petrus en zijn opvolgers hebben juist daarom zegevierend het Kruis in de we reld kunnen planten, omdat zij -het droe gen met Christus. De zegepralende weg van het Kruis leidt door het dal der ver nedering. De heerlijkste tijden, die de Kerk mee gemaakt heeft, waren niet de perioden van roem, macht en uitwendige schitte ring, maai* steeds het tijdperk van de ver drukking van Gods volk. Want, wanneer de Kerk lijdt, is zij het meest gelijkvormig aan Christus en dan is zij ook de verlos sing het meest nabij. In tijden van nood en verdrukking zoeken wij gaarne naar de zonden, waardoor wij de straf Gods ver diend hebben. Dat is ook juist, doch ver geten we niet, dat Christus onnoemlijk veel geleden heeft, ofschoon Hij iets der gelijks toch niet verdiend had. De verachting der menschen en de on trouw van Zijn vrienden is Hem in over vloedige mate ten deel gevallen. Nooit heeft er meer hoongelach geklonken als toen Hij op Calvarië Zijn Vader de hoogste eer en voldoening aanbood. Daarom zijn in de geschiedenis van Gods Kerk juist die Pausen het grootst geweest, die St. Petrus en Paulus het dichtst nabij kwamen; die het meest smaad en vervol ging moesten lijden. Ja, juist het beeld van dien Paus schittert het meest in den loop der geschiedenis, onder wiens be wind de bouw der Kerk het ergst scheen te kraken tengevolge van de trouweloos heid harer kinderen. In de prinsen der Apostelen was alleen datgene groot, dat van Christus was. Men schen, werk van menschen, menschelijke taal, verzinken in het niet voor de zon van Christus. In de geschiedenis zijn alleen groot zij, die als modellen van Christus optreden. Daarom moeten de Katholieken, die opzien naar het Kruis, geen nood vree zen. Zoolang we op de wereld zijn zullen we moeten lijden. De wereld zal zich nooit dienstbaar voor U maken, omdat gij niet van deze wereld zijt. Bange nood ken- DE WERELD IN VOGELVLUCHT TIENTSIN Onder den met weinig op hef door Chamberlain uitgeoefenden druk is Tokio toch bezweken. Het heeft zich be reid verklaard tot onderhandelingen over de vraagstukken, welke met de blokkade van Tientsin samenhangen. Vandaag wor- denzoowel te Londen als te Tokio desbe treffende communiqué's gepubliceerd. Het feit, dat de onderhandelingen te Tokio zul len worden gevoerd, beteekent reeds een succes voor de Engelschen. Een van de doeleinden van de Japanners was, de En gelschen te dwingen om het Chineesche bewind, dat door de Japansche soldaten was ingesteld, te erkennen door daarmede te onderhandelen. Deze vlieger is niet op gegaan. De Japanners hebben blijkbaar ingezien, dat zij nu aan de gevaarlijke eindstreep waren gekomen, waar het ge duld van de Engelschen ophoudt, en zij durfden er niet overheen te gaan. Er is or der gegeven, dat de onwaardige behande ling van Eritsche onderdanen te Tientsin uit moest zijn. Deze order is blijkens be richten uit de concessie aldaar opgevolgd, zoodat de spanning belangrijk verminderd is. Ook wordt gemeld, dat vanmorgen een nieuwe verbetering in den toestand is ge komen, doordat een aanzienlijke voorraad levensmiddelen grooter, dan sedert ve ie dagen het geval is geweest in de Brit- sche concessie is aangevoerd. Ook visch is op de markt gebracht. De prijzen zijn ge daald. De toestand aan de afzettingen is eveneens verbeterd. Wel staan de Chinee- zenn nog in rijen te wachten doch de con trole is minder streng. De kracht van Engeland blijkt niet alleen te schuilen in zijn kruisers, zij steunt voor een groot deel op economisch overwicht. Japan is zeer kwetsbaar voor economische druk. „Zijn nieuwe industrieën" zijn vrij wel geheel afhankelijk van den buiten - landschen invoer en in zeer groote mate van den invoer van de verschillende dee- len van het Britsche Rijk, schrijft de „Ti mes", zijn invoer komt vrijwel geheel van landen, die, daar zij groote belangen in China hebben, wellicht bereid zouden zijn, zich aan te sluiten bij een embargo op den Japanschen uitvoer. Het Japansche lege: is noodig op het vasteland en kan een langen economischen strijd niet volhouden." Japan heeft tensutte eieren voor zijn geld gekozen. V De rede van minister Goseling De rede, door minister Goseling gisteren in de Tweede Kamer gehouden over „Oss", moet overtuigend zijn voor ieder, die de waarheid en werkelijkheid zien wil, op deze punten: er is zeer ernstig door de marechaussée te Oss (wij geven toe niet alléén te Oss en niet alléén door de marechaussee, maar ook door andere personen met opsporings bevoegdheid in den lande) misdreven ten opzichte van de zoo allerbelangrijkste! rechten der burgers op eer en goeden naam; speciaal is zulks geschied wat betreft twee geestelijken te Oss; er was dus alle aanleiding en er was rechtmatige reden voor den minister, om in te grijpen; de minister heeft zich bij zijn optreden alleen en uitsluitend laten leiden door wat, naar zijn overtuiging, zijn plicht was, door wat, naar zijn overtuiging, 's lands be lang van hem eischte. Wij zijn wel belangstellend naar wat vandaag de discussie verder zal brengen. 't Is te hopen, dat de Kamer zich zal uit spreken voor een motie, waarin, sterker dan in de conclusies van de desbetreffende commissie wordt uitgesproken, vertrou wen in het beleid van den minister tot uit drukking komt. Vertrouwen in dezen bewindsman moet de overgroote meerderheid der Kamer heb ben 't Kan, dunkt ons, niet anders! ook al zullen er in die meerderheid velen zijn, die in zijn optreden inzake „Oss" blij ven zien elementen van te groote doortas tendheid en voortvarendheid. Voorzoo ver wij reeds een en ander kun nen publiceeren, verwijzen wij belang stellenden naar het verslag van de Tweede Kamerzitting de zitting van heden op pag. 3. nen alleen zij, die meenen, dat het welzijn der Kerk nauw verbonden is met aardsche voorspoed en schittering. Wij moeten ver nedering en vervolging liefhebben, want dat is het bewijs, dat we in Christus' voet stappen zijn getreden en dat we den goe den weg volgen, die leidt naar het Vader huis. De Maasbode schrijft in het Kamer overzicht: „Onder een belangstelling, die men in normale omstandigheden bepaald als zie kelijk zou aanduiden, maar die verklaar baar is na al het stof, dat de zaak-Oss deed opwaaien, heeft de minister van Justitie hedenmiddag in een rede, welke drie uur duurde, zijn beleid verdedigd voor een Ka mer, die hem van 't begin tot het einde met de grootste aandacht en op meer dan één oogenblik onder doodsche stilte aanhoorde, terwijl aan het einde applaus klonk van de banken ter rechterzijde. De oude Visser van IJzendoorn zei, dat een advocaat het best pleit met zijn rug te gen den muur. Hier stond niet de advo caat, hier was geen man, die zijn kracht zocht in theatraal effect, in aanval op ver meende tegenstanders of in verdoezelen van zwakke plekken. Hier stond een mi nister, die, tot in den derden graad onder vraagd, rekening aflegde van zijn beleid over een aangelegenheid, die hem en de zijnen ook persoonlijk leed heeft berok kend, al zijn daarnaast ook betuigingen van trouw en sympathie gekomen, niet slechts van katholieke zijde. Het was een parle mentaire rede van werkelijk grootschen stijl: helder, zakelijk, waardig en eerlijk. De minister heeft beseft, dat hij voor een zeer moeilijke taak stond. De moeilijk heid schuilde hier in aangewakkerd wan trouwen, dat elk beroep op nuchter ver stand van te voren illusoir scheen te ma ken. Deze bronnenvergiftiging heeft de minister gestopt. Hij begon met een beroep te doen op allen, die geloof stellen in zijn woord van eerlijk man en dit is gelukkig een beroep, dat de meeste Nederlanders, van welk geloof of welke partij zij ook zijn, verstaan. De minister wist, dat vooral wan trouwen is gezaaid over zijn onkreukbaar heid met het oog op „de pastoors", wier zaak zou zijn gestopt, omdat zij niet aan het gemeene recht zouden zijn onderwor pen. Deze zaak was de angel en dien angel trok mr. Goseling uit de discussie met een kracht, welke onweerstaanbaar was. De minister wees er op, dat hij geen enkele zaak heeft stopgezet; alle wa ren stopgezéï, 'toén de maatregelen werden genomen tegen de brigade. Met niemand heeft de minister daar over gesproken, met geen bisschop of welke kerkelijke autoriteit ook. In alles is de gewone rechtsgang gevolgd; in geen enkele zaak is daarvan afgewe ken. Speciaal ten aanzien van de gees telijken is de afschuwelijkste sensatie gewekt. En juist in die zaken heeft de marechaussee methoden van onderzoek gevolgd, die niemand kan goedkeuren. Tegen den eenen pastoor zijn onderzoe kingen ingesteld omtrent een feit, dat, zelfs als het gepleegd zou zijn, op de grens der verjaring stond. Men heeft gewerkt met op zijn minst dubieuze getuigen en verhooren ingesteld onder kinderen op on toelaatbare wijze. Tegen den anderen pas toor bestonden in het geheel geen aanwij zingen van strafbare feiten. Hij is ook nooit verhoord, maar op gevaar af van ruchtbaarheid is een onderzoek ingesteld op een wijze, die evemin door den beu gel kan. Op deze beide punten stond de minister zóó sterk, dat wij moeilijk kun nen aannemen, dat een redelijk mensch nog twijfelen kan, of hier heeft de mare chaussee ernstige fouten gemaakt." Wij ontleenen aan het ochtendblad van de T ij d: „Een goed deel van zijn betoog heeft de minister gewijd aan de vraag of hij de com missie inzage had mogen geven van de door haar gevraagde dossiers. Twee jaar geleden heeft de heer Rutgers van Rozenburg over air. Goseling gespro ken als over een man, die, indien hij geen moeilijkheden op zijn weg zou ontmoeten, zelf moeilijkheden zou scheppen om ze te kunnen overwinnen Het weigeren der gevraagde dossiers had inderdaad iets van deze figuur weg. De minister was zich zéér wel bewust, dat hij zijn eigen, persoonlijk belang veel meer zou hebben gediend, wanneer hij de documenten rustig had af gestaan. Doch neen: principiis obsta. Rapporten en verbalen in gesepo neerde strafzaken dienen ten eenen male niet, aan welke openbaarheid dan ook, te worden prijsgegeven. Menschen te wier aanzien eenmaal is uitgemaakt, dat zij geen aanleiding tot rechtsver volging, tot strafvordering hebben ge geven, mogen niet het gevaar loopen, tóch nog, bijwijze van volksgericht, dat is dus anders dan langs wegen, door de wet erkenc}, te worden berecht. Bij een interpellatie in 1907 weigerde de Regeering overlegging van het dossier in een wél vervolgde zaak. Hoeveel te meer moet thans het dossier van een niet vervolgde zaak, waarin zelfs de beschuldigde niet werd verhoord, niet de kans tot verdediging kreeg, worden geweigerd. Zou men anders handelen, zou men in dezen een precedent scheppen, den regel laten vallen, dan zou dit een der ernstig ste gevolgen zijn, die de zaak-Oss voor het Nederlandsche rechtsleven kon meebren gen. Niet om bepaalde personen te ont zien, doch om het stelsel te verdedigen heeft de minister het verzoek van de Ka mercommissie geweigerd. Den heer Schouten (A. R.) was dit niet naar den zin. In de rede, die hij na het be toog van mr. Goseling met een half uur tusschenpauze hield en die hij morgen voortzet, bleef hij op dit punt ver beneden de maat van een belangrijken fractieleider. In plaats van ruiterlijk te erkennen, dat de minister een groot goed van onze rechts orde heeft willen beschermen en zich daar bij neer te leggen, bleef hij toch maar vin den, dat de minister de commissie haar zin had moeten geven, voor dat eene onschul dige keertje! Fraai was deze houding alles behalve." De liberale ochtendbladen zijn ook on der den indruk gekomen van den inhoud van 's ministers betoog. Dat blijkt wel dui delijk o.i. Maar zij komen er toch nog niet toe, om te erkennen, dat de minister al thans in hoofdzaken gelijk heeft. Wij ontleenen aan het Handeisblad: „Drie uur lang heeft minister Goseling het woord gevoerd. En een Kamer, die ook wat toehoorders betreft, zeer sterk bezet was', heeft dit breede betoog bijna voortdu rend in groote spanning aangehoord. Na tuurlijk, er waren heuvelen en dalen in deze redenaarskunst. Zoo was er na een gedragen en boeienden aanvang zelfs een periode, waarin de minister, toen hij op formeele gronden zijn weigering tot vol ledige medewerking aan den arbeid der Kamer-commissie verdedigde, kennelijk te gen een gevoel van onwil in de Kamer moest optornen. Maar later al waren dan ook tegen tal van punten der ministerieele rede bedenkingen aan te voeren kwam de Kamer in haar geheel haars ondanks toch weer onder dan ban dezer welspre kendheid. Stellig voegde zich daarbij het gevoel, dat hier een man stond men moge hei met zijn beleid nog zoo oneens zijn die voor zichzelf ten volle over tuigd is, den juisten weg bewandeld te heb ben. De minister heeft in wezen geen nieuwe feiten aangevoerd. Maar volgens zijn mee ning zou de Kamer-commissie de zaan niet voldoende in samenhang hebben be schouwd. Een geheel complex van omstan digheden zou ook retrospectivisch ge zien het ontnemen der opsporingsbe voegdheid aan de brigade-Oss rechtvaardi gen. Zelfs de overhaasting bij het treffen van den maatregel wordt door den minis ter ook nu nog verdedigd. Waarbij men di rect kan opmerken, dat, volgens nadruk kelijke verklaring van minister Goseling zelf, het onderzoek in alle loopende straf zaken reeds vóór het oogenblik der kort- wicking van de marechaussee was afgeloo- pen. (Wij drukken vet Red. ,.L. Crt"> Ook nu nog zijn wij van de urgentie d°r stappen tegen de brigade in geen enkel op zicht overtuigd". Uit het Kameroverzicht van de Nieu we Rott. Crt.: „Bijna drie uren is minister Goseling aan het woord geweest. Het was, uit het oogpunt van compositie en dictie, naar den vorm een goede redevoering, al waren er gedeelten, die mat en bijkans monotoon waren. Het was voor het overgroote deel ook een rustig betoog. Toen hij het over de pastoors had, zette de minister echter zijn slem uit, gaf hij uiting aan zijn veront waardiging tegenover sommige critici bin nen en buiten d*Kamer. En aan het slot werd de emotie hem bijna te machtig. Toen tie minister de verzekering gaf, dat hij over alles heen de rust van zijn geweten behou den had en dat dit zijn steun '.ei, was er ontroering in zijn stem, was er een ner veuze trek in zijn gelaat. Dit gaf aan deze redevoering iets zui- ver-menschelijks evenals het schier-telepa- thisch contact, dat de minister met de loge scheen te onderhouden, waar zijn echtge- noote en zijn kinderen vol belangstelling de rede volgden. Wil dit nu zeggen, dat de minister ons overtuigd heeft? Neen, niet althans ten op zichte van verschillende kernvragen". VLIEGTUIGEN VOOR HONDERD PASSAGIERS. SAN FRANCISCO, 28 Juni. (A.N.P.) Functionarissen van de Boeing-vliegtui- genfabrieken hebben verklaard, dat er plannen bestaan voor het in dienst stellen van reusachtige vliegtuigen op de lijnen tusschen Amerika en Europa. Deze vlieg tuigen zullen 100 passagiers kunnen ver voeren en een kruissnelheid van 320 kilo meter per uur hebben. De spanwijdte zal ongeveer 75 meter bedragen. Dit nummer bestaat alt vier bladen. VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland De Japanners thans bereid tot onderhan delen over het vraajgstuk van Tientsin. (2e blad). Een geweldige brand in de city van Lnden. Acht warenhuizen in vlammen. (2e blad). Binnenland Verhooging van de Defensiebegrooting met 33 millioen. (2de blad). „Oss" in de Tweede Kamer. Rede van den Minister en replieken. (2de en 1ste blad). Het Bisschopsfeest We gaan thans de laatste maand in. Wanneer we de cijfers nagaan, dan moet er nog heel wat gebeuren. Het is te hopen, dat ook hier „het einde de last moet dragen". Hoe grooter de „last" aan binnenkomen de giften gaat worden des te beter. Vooral willen we nog eens herinneren aan het verzoek dat gericht is tot de ver eenigingen op allerlei gebied om ui! hun kas een aalmoes, een gift voor den Bis schop bij te dragen. Meer dan vijfhonderd vereenigingen werden aangeschreven. Twintig zonden een bijdrage, we ver moeden. dat de overige wachten tot op het laatst. We zouden echter vriendelijk willen vragen: Doe het nu! Ook de verschillende godsdienstige ver eenigingen werden langs een anderen weg uitgenoodigd om voor het zoo bitter nood zakelijke doel een gave af te zonderen. Ongeveer 10 Maria-Congregaties ant woordden met klinkende munt, er valt dus nog heel wat te verwachten als alle pa rochies dat voorbeeld eens gaan volgen, en daarom nog eens, wacht niet tot het uiter ste! Laten allen, wier hulp voor het welslag- gen van de actie in de vereenigingen be slissend kan zijn, hun taak toch vervullen. Ook de parochies die al jaren en jaren door den Bisschop worden gesteund, zul len niet willen achterblijven, al was het alleen maar uit dankbaarheid voor al het geen voor hen wordt gedaan. De laatste maand gaat in! Doet uw best! Voor het godsdienstig en kerkelijk leven is uw hulp onmisbaar! Uw achterblijven zou den nood vergroo- ten het gevaar verergeren. Laten allen deze maand nog eens extra hun best doen in echte katholieke, onbaat zuchtige gemeenschapszin. De volgende week verschijnt het Bis schopsnummer, dat ter gelegenheid van het a.s. priesterfeest van mgr. Huibers door Sint Bavo wordt uitgegeven en dat gewijd is aan de jeugdbeweging in ons Bisdom. Een groot aantal aparte nummers zal door de jeugd worden verspreid. De opbrengst komt ook ten goede aan het Bisschopsfonds. Reeds nu vragen wij voor dit nummer belangstelling en medewerking tot ver koop en verspreiding. 53 PERSONEN DOOR BLIKSEM GEDOOD. Opnieuw heeft in het Wilnagebied een hevig onweer gewoed. In Wilna zelf zijn drie personen door den bliksem getroffen en in het gebied Wilna—Troki zijn, naar de „Illustrowanny Curjer Codzienny" be richt, vijftig menschen door het hemel vuur gedood en werden er meer dan hon derd gewond. In talrijke dorpen en ste den van Noord-Oost Polen werden huizen en boerenhoeven in de asch gelegd, ter wijl het dorp Hejnowka volkomen ver nietigd werd. De door den storm aange richte schade loopt in de millioenen. SOLDATEN BRENGEN SOLDATEN KRANT NAAR SOESTDIJK. Morgen zal ter gelegenheid van den ver jaardag van Z.K.H. Prins Bernhard een wielrennersploeg van vijf soldaten te 12 uur van Malden bij Nijmegen vertrekken om het speciale Ftlns Bernhard-nummer van de soldatenkrant van het Ie bataljon vain het 26e regiment infanterie voor Prins Bernhard bestemd, naar Soestdijk te bren- ben. Aankomst ten paleize zal ongeveer 4 uur plaats vinden. Voor het vertrek der soldaten van Mal den zal aldaar een parade worden gehou den, gevolgd door het plaatsen van een Prins Bernhardboom, waarbij prof. Mol- kenboer een feestrede zal uitspreken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 1