DINSDAG 11 APRIL 1939
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
EERSTE PLECHTIGE H. MIS
AARLANDERVEEN.
VAN PATER LIBERTIUS ROZESTRATEN
O. F. M.
Aarlanderveen was Zaterdagavond op
zijn Paasch-best.
De huizen en derzelver inwoners hadden
de jaarlijksche schoonmaak weer doorstaan,
de tuintjes en erven waren aangeharkt. Al
les glom als opgepoetst, tot zelfs de neuzen
van de kinderen, welke vol verwachting van
de groote dingen, die komen gingen, reeds
een uur tevoren op dammen en bruggen
hadden postgevat.
De voorbereidingen van den intocht van
den jonggewijden priester, den weleerw.
pater Libentius Rozestraten O.F.M., waren
trouwens de moeite van het bekijken
waard. In de Dorps-straat was men zijn le
ven niet zeker; het leek wel mobilisatie
maar van een vreedzamen en feestelijken
aard. Telkens draafden onwennige ruiters
op onwennige paarden over den weg naar
het Zuideinde. Met koperen instrumenten
beladen muzikanten verdwenen in dezelf
de richting, gevolgd door een vroolijke
reeks jongedames en door vreugde-vol bel
lende knapen op prachtig-versierde fietsen.
Aan het Zuideinde werd orde gebracht in
de chaos en tegen den tijd, dat de neomyst
en zijn familie zou arriveeren uit Bodegra
ven, stond de geheele stoet in 't gelid.
Daar, aan 't begin van 't dorp, heeft de
Pastoor, de zeereerw. heer Jac. Omtzigt,
den jongen Minderbroeder het eerste wel
kom geheeten namens alle parochianen, en
we mogen wel zeggen, namens alle ingeze
tenen.
Verwelkoming in het
Zuideinde
Jaren gingen alweer voorbij, aldus spr.,
sinds den dag, dat een pas-gewijde priester
na voleindiging van zijn studies zich huis
waarts begaf om zijn plechtige eerste H.
Mis te doen en zijn priesterfeest te vieren.
Ik acht mij gelukkig en reken het mij tot
een groot voorrecht om als pastoor u aan de
grens van mijn parochie te begroeten eiT
hartelijk welkom te heeten.
Bij ondervinding weet ge nog, hoe de
priester geëerd wordt en hoe bij dergelijke
gelegenheden de parochianen zoo gaarne
willen deelen in de vreugde van hun
priesters.
Het moge u dus als vanzelf sprekend toe
schijnen, niettemin zal het u toch aange
naam zijn te vernemen, dat heel de pa
rochie zich heeft opgemaakt om met u en
uw dierbaren dit feest mee te vieren.
Daarom willen wij u zoo gaarne een fees
telijke binnenkomst bereiden in uw ge
boorteplaats.
Ge ziet hier thans zoovele menschen bij
een. Het zijn mijn parochianen, uw goede
vrienden, die de feeststoet willen vormen,
om u vooraf te gaan en te begeleiden al
lereerst naar onze parochiekerk, want uw
eersten groet hebt ge te brengen aan Hem,
die u tot de verheven waardigheid van
priester heeft uitverkoren.
Mag ik u thans uitnoodigen om met uw
overgelukkigen vader en met de beide pa
ters die u vergezellen en door vriend
schap zoo innig met uw familie zijn verbon
den, plaats te nemen en uw reis te vervol
gen.
Nadat pater Rozestraten aan deze invita
tie had gehoor gegeven, zette de feeststoet
zich in beweging.
"Vóórop, als een generaal-te-paard, reed
veldwachter Marskamp, gevolgd door een
vaandrjg en twee herauten en door een
twintigtal ruiters, die hun rossen aan kop
en staart hadden versierd met geel-witte
rozetten, en zichzelf hadden getooid met
petten en borst-linten in dezelfde kleur.
Op hen volgde een groep dames van de
Maria-congregatie, die hun vaandel mee
droegen en een aardige berceau van groene
slingers, met narcissen bestikt.
Het muziekkorps „Door samenwerking
sterk" blies vroolijke marschen (na bij de
begroeting aan het Zuideinde het: „Aan U,
o Koning der Eeuwen" te hebben uitge
voerd).
Nu volgde de laudauer, waarin, behalve
de jonggewijde en de pastoor hadden
plaatsgenomen de vader van den neomyst
en de weleerw. paters Nolascus van Vliet
O.F.M., uit Vorden en Eusebius Peters O.E.
S.A., uit Eindhoven. In eenige auto's reed
de familie mede.
De achterhoede werd gevormd door eeni
ge fietsers, die van de versiering van hun
rijwiel bijzonder veel werk hadden ge
maakt; er was geen plekje onbenut gela
ten.
Veldwachter Gerding sloot het eere-ge-
leide.
Zoo trok men het bevlagde dorp binnen,
waar iedereen was uitgeloopen, om deze bi-
zondere gebeurtenis mee te maken.
Ontvangst in de kerk
Langs het ouderlijk huis van pater Ro
zestraten, dat met guirlandes van groen
en bloemen was opgesmukt, naderde de
stoet de kerk. Niet zoodra was het escorte
in zicht gekomen, of de klok begon een
vreugdelied te galmen, de kaarsen en luch
ters werden ontstoken. De kerk straalde in
feestelijke luister om de oud-parochiaan,
die als priester terugkeerde, te ontvangen.
Vóór de kerk was, onder leiding van den
heer P. Kempen Cz., een mooie eerepoort
opgericht.
Toen de neomyst de tempel binnentrad,
stond aan weerszijden van het middenpad
een haag van veertig lieve bruidjes, die met
palmtakken wuifden, terwijl de geloovigen,
één van stem en één van zin, een welkomst
lied zongen:
„Wees welkom, priester des Heeren
Heil u, in dit heilig oord".
Een plechtig Lof werd gecelebreerd,
waarbij de neomyst geassisteerd werd door
de weleerw. paters Van Vliet en Peters.
Onder het Lof heeft de Pastoor een toe
spraak gehouden. Z. E., die tot tekst had
gekozen: „Gezegend Hij, die komt in den
naam des Heeren", herinnerde aan de
woorden, die de bisschop had gesproken bij
de wijding van den jongen priester, over
het geluk, dat dezen ten deel is gevallen, nu
hij gezalfd is tot „priester in eeuwigheid".
In zijn vroeger leven heeft deze dikwijls
anderen in deze kerk feestelijk zien binnen
komen nu is hij zelf het middelpunt van
de feestvreugde. Sursum corda! Laten wij
onze harten omhoog-heffen tot God, om
Hem te danken voor deze uitverkiezing en
Hem Zijn bijstand af te smeeken.
Met den zegen werd deze indrukwekken
de plechtigheid op den vooravond van Pa-
schen besloten.
Op den morgen van het
Hoogfeest.
Op den morgen van het hoogfeest van
's Heeren Verrijzenis droeg de weleerw.
pater Rozestraten zijn eerste plechtige H.
Mis op.
De geheele natuur was, met den Hei
land, uit het graf van wintersche dorheid
op gestaan. Het goud van dotterbloemen en
speenkruid vonkte langs de slootkanten,
en in de diep-gekelderde polders rond
Aarlanderveen tierelierden de leeuwerik
ken hoog in de lucht. Juist de leeuwerik
ken waren de aangewezen zangers /oor
dezen blijden morgen, want heeft Vader
Franciscus hen niet vergeleken met Min
derbroeders, omdat zij, bescheiden in hun
nederig-bruin kleed, het hoogste opstreven
naar den hemel?
Ook in de kerk was het lente. Door de
goede zorgen van koster J. Poelwijk was
het altaar getooid met Hortensia's, die als
witte wolken zweefden rond het altaar,
dat overhuifd was door een kleurige lin-
tenkroon, welke uit het gewelf neerhing.
De kerk was ei-vol, toen de neomyst en
de assisteerende geestelijkheid in priester
lijk ornaat door de hoofddeur binnenkwa
men. Onder de aanwezigen waren het kerk
en armbestuur en dr. v. d. Wind.
Wederom maakten de rijen blanke
bruidjes hun opwachting in het midden
pad, terwijl het zangkoor over den bin-
nentredenden jongen Minderbroeder het
„Veni Creator uit-stortte.
Bij het opdragen van het H. Offer werd
pater Rozestraten geassisteerd door den
pastoor als prerbyter-assistens en door de
weleerw. heeren Nolascus van Vliet O.F.M.
er P. J. Kemper, kap. aan de St. Vincenitus
kerk te Amsterdam als diaken en sub-dia-
ken.
Het zangkoor, dat onder de voortreffelij
ke leiding stond van den heer J. R. Hoo-
geboom voerde xtit de vier-stemmige Ma-
ria-mis van J. A. Oremus, daarbij op het
orgel verdienstelijk begeleid door den heer
J. Bocxe. Het koor, dat toch reeds een goe
de naam heeft, zong op dezen morgen met
blondere toewijding.
Na het Paasch-evanelie heeft pater
Euseu'us Peters de feestpreek gehouden.
De predikant had als tekst gekozen
Luc. XXIV, 35 „En zij herkenden Hem bij
het breken van het brood". evangelie
woord, dat ieder jaar op Tweeden Paasch-
dag wordt voorgelezen, is, aldus sor., op
dit Paaschfeest op geheel speciale wijze in
ons midden in vervulling gegaan, nu een
oud-plaatsgenoot is teruggekeerd als een
nieuwe, als een herboren Christus. Wie in
hem den herboren CLpistus nog niet her
kend heeft, moet eerbiedig neerknielen
rond'het altaar, als hij straks de woorden
van Christus: „Dat is mijn Lichaam" tot
de ziine maakt, als hij straks gaat neerzit
ten als een rechter en de woorden spreekt:
Ego te absolvo.
Deze waardigheid, die den priester maakt
tot een tweeden Christus, is de grootste
zegen, die God heeft kunnen geven aan
Zijn Kerk.
Een zegen op de eerste plaats voor den
priester zelf, maar ook voor geheel de pa
rochie. Als de festiviteiten voorbij zijn, zal
de priester zijn familie en de uarochie,
waarin hij geboren is, niet vergeten, en
dagelijks, bij het Memento, zal hy aan
het altaar gedenken zijn familie en de pa
rochie, waaruit hij is voortgekomen.
Een zegen is het ook voor de geestelijke
familie, voor de kloosterorde van St. Fran
ciscus, die zichzelf niet waardig achtte de
•waardigheid van het Priesterschap te ont
vangen.
Een zegen ook voor de geheele Kerk, dat
God opnieuw een mensch heeft uitverko
ren den last te dragen, „waar engelen
schouders voor zouden terugschrikken".
Een zegen vooral voor de tijdelijke fami
lie van den priester nu en in de verre toe
komst, voor 't nageslacht, over hetwelk God
voor wien alles „nu" is zegenend de
handen uitstrekt, omdat een van hen iede-
ren dag het vlekkelooze Lam in zijn han
den houdt.
Wij hadden natuurlijk graag gezien, dat
Moeder hier tegenwoordig was geweest.
Maar als ik den blik omhoog richt, aldus
spr., naar de tronen dergenen die met
Christus heerschen, dan kan ik niet be
droefd zijn. Laten wij niet egoistisch zijn.
Moeder viert in 't grooter blijheid en dank
baarheid dit feest, daar wij het kunnen vie
ren. Moeder, die voor haar jongen te Lour-
des het priesterschap heeft afgesmeekt, is
blijer dan wij allen tezamen. Kardinaal
Vaughan heeft eens gezegd, dat priesters
niet worden gevormd op het seminarie,
maar op de schoot van hun moeder, daar
om brengt spr. hulde en dankbaarheid aan
de Moeder van dezen priester, die de eer
ste steen heeft gelegd voor deze liefdeka
thedraal, opgericht in het hart van haar
zoon.
De predikant besloot zijn toespraak met
een woord van vriend tot vriend, den jong
gewijde wenschend, dat hij altijd heel veel
van Maria zal houden en dat de „Koningin
van de Minderbroeders" hem moge begelei
den op zijn levensweg. God geve je op dezen
dag zeide spr. een groote voorliefde
voor het offer, want priester-zyn en terug
schrikken voor het offer valt niet met el
kaar te rijmen. Stormen zullen over je le
ven heengaan; het blijft geen Paaschju
bel; er komen zorgen en verdriet, maar
spr. hoopt, dat de neomyst in deze we
derwaardigheden" de blijheid van Vader
Franciscus moge meedragen. Ook wenscht
spr. zijn vriend toe, dat deze een nederig
priester zou blijven een nederige, een
voudige priester, bewust dat hij niets is
of heeft en dat de natuurlijke talenten, die
God schonkhem schonk.
Alle deze wenschen vatte de predikant
samen in déze hoopvolle verwachting, dat
Jezus den jongen priester de volmaaktheid
der liefde moge geven, en deze eenmaal
in de eeuwige omhelzing mag opgaan van
den Hoogepriester, die wij nu aan den He-
melschen Vader gaan opdragen.
Na deze predicatie werd het H. Misoffer
voortgezet. Een eerste plechtige H. Mis, hoe
dikwijls ook medegemaakt, blijft een ont
roerende gebeurtenis. De eenheid en
saamhoorigheid tusschen kerk en altaar,
tusschen geloovigen en priester is op zulk
een morgen hecht en innig. In gespannen
stilte nadert het oogenblik van de Conse
cratie; by het breken der broeds herken
den de geloovigen in hun oud-dorpsgenoot
den gevolmachtigden priester des Heeren,
die, even later, gelijk Christus bij het
Laatste Avondmaal, al zijn dierbaren deel
genoot maakt aan dit goddelijk gastmaal.
Als morgendauw valt de zegen van den
jongen priester over de gebogen hoofden
van vrienden en bekenden, waarna de
heilige feestvreugde zich aen uitweg zocht
in een juichende Priestercantate.
Het koor voerde deze drie-stemmige
priestercantante, van L. A. Dobbelsteen op
keurige wijze uit.
Des middags was er receptie in het va
derhuis van den neomyst. Een drukbezoch
te receptie. Het zou gemakkelijker zijn de
namen te noemen van degenen, die niet
geweest waren, dan allen te vermelden, die
pater Rozestraten en zijn familie kwamen
gelukwenschen.
Te 4 uur werd door de Harmonie D. S. S.
een serenade gebracht.
Het hooge feest werd besloten met een
plechtig Lof, tijdens hetwelk door het
zangkoor werd uitgevoerd het „Adoro te"
van A. Ponten, ..O quam suavis" van W.
J. Reyniers, het Magnificat van Janssen en
een Tantum Ergo van J. Haagh.
De neomyst werd bij het celebreeren
van het Lof geassisteerd door de weleerw.
paters Ireneus Thoen O.F.M. en Nolascus
van Vliet O.F.M.
Onder het Lof heeft pater Rozestraten
een dankwoord gesproken. Dank bracht
spr. op dezen overgetelyken dag aan God
en aan de H. Maagd, onder wier schutse hij
zijn priesterleven heeft gesteld.
Een woord van dank ook aan pastoor
Omtzigt voor zijn vaderlijke zorg en de
vele attenties, waarmee hy hem steeds
heeft omringd. Dank ook aan de parochia
nen voor him belangstelling, gisteravond
bij de feestelijke intocht, maar vooral
dezen morgen rondom het altaar.
Blijf mij steeds steunen, zeide spr., door
uw gebed. Mijn vurigste wensch is dat in
de huisgezinnen dezer parochie nog meer
nieuwe priesterroepingen mogen ontlui
ken.
In 'n statig Te Deum (componist Ant. v. d.
Linden) werd de dankbaarheid van de ge
heele parochie vertolkt voor het beleven
van dezen uitzonderlijk schoenen Paasch
dag.
Pater Sanctes Molenkamp O. F. M. in gezelschap van zijn ouders en Pastoor Looyaard,
bij het binnenkomen van de parochie.
EERSTE PLECHTIGE H. MIS
OEGSTGEEST.
VAN PATER SANCTES MOLENKAMP
O. F. M.
Groot feest was het met Paschen in de
parochie van St. Willibrord. Pater Sanctes
Molenkamp droeg zijn Eerste Plechtige
H. Mis aan God op.
Is er eigenlijk wel schooner dag, om als
jongewijd priester het ouderlijk te betreden
dan op 't Hoogfeest van Paschen. Hemel en
aarde immers juichen over dezen dag,
waarop de Heer waarlijk uit het kille graf
is opgestaan. De gansche schepping jubelde
met den jongen priester, die na jaren van
afgezonderd kloosterleven een nieuw rijk
leven voor zich ziet openbloeien.
Een Paschen, inderdaad onvergetelijk
voor de ouders van den pasgewijden pries
ter en voor de geheele parochie.
Vreugdevol en blijde deden dan ook op
den avond van den Eersten Paaschdag de
klokken hun bronzen tonen galmen over
de geheele parochie uitstroomend om den
neomyst het „welkom" toe te zingen.
Omstreeks 7 uur arriveerde het rijtuig,
waarin de neomyst met zijn Ouders en Pas
toor Looyaard gezeten waren aan het kerk
plein. Daar stonden opgesteld de R. K.
Harmonie „Triumph" en de leden van de
Kruisvaart met hun vlaggen en banieren.
Onder de feestelijke muziek van de Har
monie ging pater Molenkamp naar den in
gang der kerk, waar een stoet van blanke
bruidjes wachtte, om hem naar het al
taar te leiden, terwijl de geloovigen een
welkomstlied zongen.
Pastoor Looyaard sprak vanaf de kansel
een kort begroetingswoord, waarna de
geestelijkheid zich naar de sacristie begaf
om zich te kleeden voor het plechtig Lof.
Overweldigend moet de indruk stellig
geweest zijn, die deze ontvangst en de ver
siering van de kerk op Pater Molenkamp
maakte. Het priesterkoor schitterde en
fonkelde in een zee van licht. Aan weers
zijde van het altaar stonden palmen opge
steld, uitwaaiend tot boven den gekartel-
den altaarrand, terwijl rondom witte Hor
tensia's prachtig afstaken. Scharlaken roode
en met goud afgezette draperieën maskeer
den de zware pilaren in het middenschip
der kerk.
Bij het Lof werd de neomyst geassisteerd
door Pater Cunibertus Sloots O.F.M. als
diaken en kapelaan Umans als subdiaken.
Pastoor Looyaard had op het priesterkoor
plaats genomen.
Deze avondplechigheid was slechts een
voorbode van de ontroerende gebeurtenis
van den morgen van Tweeden Paaschdag,
een plechtigheid, steeds indrukwekkend,
hoe dikwijls ook beleefd. Weer was in de
kerk geen plaats onbezet. De jonge priester
droeg het H. Misoffer op, geassisteerd door
Pastoor J. J. C. M. Looyaard als presbyter
assistants, Pater Cunibertus Sloots O.F.M.
als diaken en Pater Gilhart Voorvelt als
subdiaken. Ceremoniarius was de heer W.
v. Velzen van het seminarie te Atrecht
(Frankrijk). Het zangkoor voerde onder
leiding van kap. Sanders de Missa „Lauda
Sion" voor Gemengd Koor van Hub. Cuy-
pers uit. Na het Offertorium Panis Angeli-
cus en onder het uitreiken der H. Communie
Verbum Supernum van Miohaël Haller.
Na het Evangelie besteeg Pater dr.
Ephrem Sloots O.F.M. de kansel tot het
houden der feestpredikatie.
Pater Libertius Rozestraten O. F. M. begeeft zich naar de kerk te Aarlanderveen om zijn eerste plechtige H. M. op te dragen.
De gewijde redenaar had tot tekst geko
zen de woorden uit het Evangelie van
Paaschmaandag: „En Jezus zelf naderde
hen en ging met hèn mede".
In zijn inleiding wees de predikant erop,
dat deze woorden de korte samenvatting
zijn van het openbaar leven van Christus:
Hij ging tot de menschen, om hen te lee-
ren, te troosten, te bekeeren, en voor hen
het brood der waarheid te breken. Aan
het einde van Zijn leven spijzigde Hy de
schare met het Eucharistisch brood, met
zijn eigen Heilig Lichaam en Bloed.. We
reld en tijd overziende, vernam Hij het
verlangen der menschen naar het heil, dat
Hij bracht. Toen stelde Hij de twaalf Apos-
tele aan, bekleedde ze met Zijn mabht cn
zond ze uit om Zijn boodschap aan do
menschen te brengen. Zoo naderde in deze
Apostelen de Christus de menschen van
alle tijden.
Zich tot den jongen Priester wendend
sprak de gewyde redenaar: Ook gij hebt
eens de stem van den Meester vernomen:
Kom volg mij". Ook u heeft Hij gegeven
de goddelijke macht; om te spreken Zijn
wcord, om te vieren Zijn geheimen. Mach
tig zijt gij in woord en daad. Als ik u dan
nog vermanen mag in dit verheven uur,
zoo vervolgt de predikant, dan bid ik u:
wees voor de menschen een andere Chris
tus. Ga met hen mee op den levensweg.
Verklaar hun de Schriften en breek hun
het brood.
Vervolgens wendde Pater Sloots zich tot
de ouders en familieleden. Wellicht was
in uw hart nooit een stemming als van de
Emmaüsgangers: Waarom zooveel zorg?
Nu zult ge beseffen waarom uw kindertal
zoo groot moest zijn: opdat de Allerhoog
ste een van u kon uitverkiezen voor Zijn
altaar. Naar het altaar hebt gij uw kind
en broeder begeleid mét uw gebed. Blijft
dan voor hem bidden, opdat hij een pries
ter mag zijn iaar Gods hart.
Ook de geloovigen deelen in de vreugde
en vieren en eeren den priester, zooals de
groote opkomst en de versiering der kerk
getuigen. Aan u, geloqvigen, schenkt hij
zijn eerst zegen en breekt hij het Brood
des Levens. Bidt gij voor hem, opdat Gods
zegen dale over u en uw kinderen en het
Lichaam des Heeren uw ziel beware ten
eeuwigen leven.
Bidt voor de priesters, besloot spr., die
onder u werken. Bidt om licht voor uw
leiders, om kracht voor uw parochieher
der. Dan zal de Christus blijven bij u en
uw hart zal brandend zijn.
Des middags werd van drie tot vier uur
ten huize van den neomyst een door zeer
talrijke personen bezochte receptie gehou
den.
Des avonds te 7 uur celebreerde de neo
myst het Lof, waaronder hij, mede namens
zijn ouders, in een korte toespraak harte
lijk en ontroerd dank bracht voor de be
langstelling.
De Harmonie „Triumph" bracht aan de
pastorie een serenade. Aan den neomyst
werd namens de leden een stoffelijk aan
denken aangeboden.
Nog zij vermeld, dat heden voor 't eerst
is gebruikt een nieuwe lezenaar voor de
Schola Cantorum. Deze lezenaar is een
werkelijk kunststuk van handsmeedwerk
en vervaardigd door den heer G. Koelman.
Regelmatig WRIGLE Y'S P.K. kauwen
1» een goede gewoonte, die voor kin
deren en volwassenen op eiken leeftijd,
door tandartsen wordt aanbevolen.
P.K. (Divert de adem, verfrlscht de mond
en houdt de tanden guaf en sterk. Boven
dien bevordert P.K. de spijsvertering.
Koopt vandaag nog enkele pdkjes en houdt
er steeds een paar bU de band.
Veel genot voor weinig geld: 5 cent.
AAlAAASiiatSU
Koopt bil hen,
die in llw Dagblad
adverteerent