Het Blad Papier
Nieuwe lawines hebben het Fransche dorpje Öarèges geteisterd. De
ingesloten bewoners konden gelukkig allen gered worden. De hoofd
straat, die geheel onder de sneeuw bedolven werd
Het eerste gebruik van de vier statietrommen, een geschenk van de burgerij van Assen aan de twee
jubileerendp regimenten, had direct plaats na de officieele overdracht door den burgemeester, mr. J.
Bothenius Lohman
Het goud en zilver, dat Engeland in
zijn paviljoen op de Wereldtentoon
stelling te New York zal exposeeren,
is thans te Londen tentoongesteld in
Goldsmiths Hall. Een der kostbare
voorwerpen
FEUILLETON
door
31)
Ik John Green, verklaar hiermede, mijn
testament van.... (den datum kan je la
ter invullen) te vernietigen. Tot universeel
erfnaaam stel ik aan mijn nicht Maud
Kandrun, dochter van mijn zuster Edith,
deze zijnde gehuwd geweest met Harry
Kandrun, en mijn neef Alfred Meingast,
zoon van mijn zuster Fanny, deze zijnde
gehuwd geweest met John Meingast. En
ik bepaal, dat mijn nalatenschap gelijke
lijk moet worden verdeeld tusschen de
twee genoemde personen, mijn universee-
le erfgenamen. De in mijn vroeger, thans
vernietigd testament aangeduide legaten
en verdere regelingen blijven rechtsgeldig
en mijn erfgenamen moeten naar de let
ter en naar den geest op die punten mijn
wil vervullen.
Meingast en zijn vrouw kusten dén ouden
heer zwijgend de hand; Wilkins had het
dictaat opgenomen en legde Green het stuk
ter onderteekening voor....
Juist op dat oogenblik ging de deur open.
Roch trad binnen en sloot de deur weer
onmiddellijk.
Wacht even! Nog niet onderteekenen,
mijnheer Green. Ik heb u iets gewichtigs
mede te deelen.
Wat wil jij hier? Maak, dat je weg
komt! schreeuwde Meingast, die van schrik
en toom akelig bleek was geworden.
Zonder hem een antwoord waardig te
keuren, wendde Roch zich weer tot den
ouden heer en zei:
Wil het mij niet kwalijk nemen, dat ik
mij zonder complimenten toegang tot uw
kamer heb verschaft. De zaak waarover ik
kom, duldt niet het minste uitstel. Ik heet
Roch, ben particulier detective en kom uit
Ween en.
En wat verlangt u van mij? vroeg de
oude heer ontsteld.
Ik breng u uw nicht Maud Kandrun,
antwoordde de detective.
Hij opende de deur en Maud Kandrun
trad binnen, bleek en bevend.
Mijn.... nicht.. ..Maud? Maar, deze
dame hier is toch mijn nicht!
Hij wees op de naast hem staande vrouw
van Meingast.
U verkeert in dwaling, mijnheer
Green. Dat is Rosa Croocker, de dochter
van uw boschwachter in de Adirondack
Mountains, vroeger café-chantant-zange-
res en de vriendin van uw neef Mein
gast.
Je liegt, hond! brulde Meingast.
Hij wilde zich op Roch werpen, die blik
semsnel zijn revolver te voorschijn haalde
en den woedenden ellendeling het wapen
voorhield.
Geen overhaasting, meneer, zei hij. Ge
bruik uw verstand en bken, dat uw zaak
verloren is. Uw handuanger Jonathan Hol
der zit reeds achter slot en grendel en
heeft alles bekend.
Nu, levend krijg je mij in ieder ge
val niet te pakken, vervloekte speurhond!
riep Meingast.
Hij trok een zeer klein fleschje uit zijn
vestzak en ledigde het snel in zijn mond.
Roch lachte koel; hij had niet de min
ste poging aangewend om den schurk te be
letten, zelfmoord te plegen. Hij raapte een
voudig het weggeworpen fleschje op en
zei toen:
Hetzelfde fleschje, dat jij in de lade
van je schrijftafel zoo zorgvuldig hebt be
waard, en waarvan de inhoud zeker be
stemd was om aan het nieuwe testament
van je oom binnen den kortst mogelijken
tijd zijn volle werking te geven. Maar ik
ben van natuur nogal voorzichtig en heb
mij daarom veroorloofd, een maand gele
den, terwijl jij hier beneden je verloving
vierde, boven in je kamer den doodelij-
kn inhoud van het fleschje door onschade
lijk water te vervangen
Schoft! gemeene dief en inbreker!
schreeuwde Meingast, razend van woede.
Om verdere pogingen, de wereld al te
gauw van je tegenwoordigheid te zuiveren,
onmogelijk te maken, zal men 't beste
doen, je onmddellijk over te brengen naar
de plaats, waar je sinds den op Percy
Green gepleegden moord thuis behoort.
De deur ging weer open. Vier beamb
ten van de New-Yorksche crimineele poli
tie traden binnen. De vloekende, razende
Meingast werd trots zijn heftigen tegen
stand zwaar geboeid weggeleid. Ook zijn
vrouw, Rosa Croocker, werd gearresteerd
en naar de gevangenis overgebracht.
De oude heer was achterover gezonken
in zijn leuningstoel en staarde versuft, half
wezenloos, voor zich uit.
Maud kwam op hem toegeschreden,
knielde voor hem neer en zei met een door
tranen verstikte stem:
Oom, dierbare, goede oom, mag ik bij
u blijven, totdat u al die verschrikkelijke
dingen te boven zijt gekomen?
De oude heer ontwaakte uit zijn staat
van verdooving. Met bevende handen richt
te hfj Maud's lief gezicht op en lang en
vorschend keek hij 't meisje in de oogen.
Toen gleed er een schittering van blijd
schap over zijn ontdane trekken. En Maud
in zijn armen sluitende, kuste hij haar hand
en zei met diepe aandoening:
Ja, jij bent de echter Maud, de dochter
van mijn teergeliefde zuster Edith! Tot
jouw wordt mijn hart aangetrokken met
dezelfde geheimzinnige macht, die het van
de andere verwijderd hield. Thans zullen
wij elkaar niet meer verlaten.
Terwijl dit alles voorviel werden de bei
de Crooker's gearresteerd, de een in het
jachthuis in de Adirondack Mountains, de
ander te New York in zijn schuilhoek bij
moeder Perkins. Er volgde een groot pro
ces, dat lang duurde; al de beschuldigden
werden veroordeeld en ondergingen hun
welverdiende straf.
Toen de heer Green vernam, dat Maud
reeds verloofd was, kon hij zich daar aan
vankelijk maar slecht mee vereenigen;
maar dat beterde allengs, want de oude
man begreep, dat hij op de eerste vlkats
aan Kronberg de redding van zijn geliefde
Maud te danken had. Bovendien had smar
telijke ondervinding hem geleerd, dat
eigenzinnige bemoeiingen met huwelijks
aangelegenheden hoogst betreurenswaardi
ge gevolgen konden hebben.
Hij wilde niet scheiden van Maud en
Kronberg van zijn kant, kon er niet toe be
sluiten, zich elders dan te Weenen, zijn ge
boortestad, waaraan hij zeer was gehecht,
metterwoon te vestigen. Daarom verander
de de heer Green zijn zaak in een maat
schappij op aandeelen; tot algemeen be
stuurder werd Hofer aangesteld en met
Kronberg en Maud, die nog te New York
in 't huwelijk traden, vertrok hij naar
Europa.
Tusschen een stapel brieven en andere
poststukken, die Kronberg in zijn home te
Weenen wachtten, vond hij ook de aankon
diging van de verloving van Lene Bar-
bisch met advocaat Monschberger.
Wij zullen, zei Kronberg glimlachend,
op deze aankondiging antwoorden met de
kennisgeving van ons huwelijk.
En in ons nieuw tehuis zullen wij hen
met groot genoegen ontvangen, als onze
eerste gasten. Lene Barbisch heeft je door
menig zwaar uur heen geholpen, niet waar,
Robert?
Ja, lieveling, wanneer ik aan jouw be
staan twijfelde, was zij het slachtoffer van
mijn boos humeur.
Des te vriendelijker en hartelijker
moeten wij thans voor haar zijn.
In een mooie villa, aan den rand van de
met wouden omgeven stad, bouwde zich
het jonge paar een nieuw en heerlijk nest.
Oom Green betrok een verdieping van het
weidsche en toch smaakvolle gebouw. De
inrichting, door echte kunstenaars ont
worpen, was bijna vorstelijk; maar aan niet
één van de kostbare meubelen hechtte
Kronberg zooveel waarde als aan een ver
kreukt blaadje papier, dat in een zilveren
kunstig gedreven en zwaar vergulde cas
sette als een reliquie onder klas werd ze-
waard.
Op dat stukje papier stonden met pot
lood deze woorden gekrabbeld:
Red mij! Ik word door Jonathan Holder
hier in huis gevangen gehoudenMijn
leven is in gevaar! MAUD KANDRUN.
EINDE