TSJECHO-SLOWAKYE
De oorzaak van haar ondergang
Hitiers bezoek aan
Memel
VRIJDAG 24 MAART 193»
DE LEÏOSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 5
De fout van het hypernationalisme.
Juist in de dagen, dat de tragedie der his
torie zich over Tsjecho-Slowakije's onaf
hankelijkheid voltrekt, verschijnt het boek
van Harold French „Tsjecho-Slowakije".
Nauwelijks -erschenen heeft de historie,
die heden sneller is dan de hand eens
schrijvers, het boek reeds achterhaald of
beter: de historie enHitier hebben de
straf reeds voltrokken, die nu gevolgd is
op de fouten, welke volgens Harold French,
in de 20 jaren van Tsjecho-Slowakije's on
afhankelijkheid zijn gemaakt.
De omstandigheden maken dit boek van
French actueeler dan ooit en het is interes
sant genoeg, ook zonder de belofte van den
uitgever, dat de allerlaatste feiten in een
apart hoofdstuk zullen worden verwerkt en
als bijlage beschikbaar gesteldwanneer
in Centraal Europa de „rust" is weerge
keerd.
Ondanks de fouten in die 20 jaren door
de leiders der Tsjechen gemaakt, verheft
de geschiedenis van den strijd der Tsje
chen om hun onafhankelijkheid het ver
dwijnen van hun land tot een diepe tragiek.
Het is de kracht van den nationalen onaf
hankelijkheidszin der Tsjechen geweest,
welke de eerste steen legde tot den onder
gang van hun kortstondige onafhankelijk
heid.
De strijd om de vrijheid.
Immers, de Tsjechische vrijheidsbeweging
is geen tijdelijk verschijnsel geweest. Meer
dan welk ander Slavisch volk ook hielden
de Tsjechen vast aan hun beginsel van vrij
heid en zelfstandigheid, dat bij andere Sla
vische volken slechts korte oogenblikken
van opleving kende. Deze vasthoudendheid
was ook oorzaak, dat de Tsjechen het verst
naar het Westen opdrongen en hier ligt
het begin van het Tsjechische noodlot,
de vermenging met de Duitsche cultuur als
gevolg van hun moedwillig vooruitgescho
ven positie.
Harold French beschrijft dit vanaf de
14de eeuw, omdat dan de eerst bewuste
uiting van het Tsjechisch nationaal ontwa
ken plaats heeft. De opgang van dit volk
sinds 623 geeft hij in 'n bladzijde.
In de 14e eeuw komen de dreigende ge
varen, het tijdperk, dat het machtige Duit
sche Rijk zijn cultureele invloedssfeer over
heel Europa verbreidde. Het Duitsch wordt
de grootste vijand van het ontwakend Tsje
chisch volksbewustzijn, maar de pogingen
om het Tsjechisch taalgebied van Duitsche
invloeden te vrijwaren mislukken. Er
komt zelfs een tijd, dat het Duitsch gepro
pageerd wordt als meer salonfahig, waar
in de Tsjechische adel en de ver-Duitsche
koningen voorgaan-. Het is een geval, dat
niet op zich staat in de geschiedenis de
onderdrukking der Hongaarsche. taal en
cultuur door de Oostenrijksche Habsbur-
gers, waaraan eerst Franz Jozef in de
tweede helft der negentiende eeuw een ein
de maakte, is er een herhaling van.
Maar ook onder de Habsburgers blijven
de Tsjechen eeuwen lang strijden voor hun
onafhankelijkheid. Nooit verliezen zij dat
ideaal uit het oog. Zijn andere volkeren als
Slowaken, Roethenen, Kroaten gemakke
lijk geneigd tot vergeten, de strijd der Tsje
chen is taaier en heroïscher.
Wellicht misten andere Slavische volken
bezielende leiders zooals de Tsjechen dien
hadden in Jan Hus, den fanatieken strij
der, die zijn strijd tegen het Katholicisme
zag in het licht van een Tsjechischen na
tionalen strijd.
Ook onder de overheersching der Habs
burgers dooven de verlangens der Tsjechen
niet en het is begrijpelijk; dat zij slechts
noode de wapens opnemen om aan het Ser
vische front tegen hun Slavische stamge-
nooten ten strijde te trekken. Hier ligt hun
kans, de kans voor de eeuwenlang zoo vu
rig begeerde vrijheid.
Vele Tsjechen wijken uit en vormen in
het buitenland het Tsjechisch legioen, dat
strijdt aan de zijde der geallieerden. De uit
slag is bekend. De strijd verloopt ten hun
nen gunste. De nieuwe staat Tsjecho-Slo
wakije wordt gesticht.
Na den wereldoorlog.
Tot aan dit oogenblik kan men slechts
bewondering hebben voor den eeuwen lan
gen vrijheidsstrijd der Tsjechen.
Maar dan beginnen de fouten, fouten,
die zich zoo snel en hard zullen wreken.
French zegt het aan het einde van zijn
eerste hoofdstuk, waarin hij de geschiede
nis van het Tsjechische volk behandelt.
„Dat het Tsjechische volk daarom zijn
taak in de wereldhistorie begrijpe en zelf
als regeerend volk toone, de lessen, uit zijn
eigen roemrijke geschiedenis geput, begre
pen te hebben."
„Verschillende zware misstappen zijn be
gaan, grove onrechtvaardigheden' hebben
plaatsgehad...."
„Het is een verheugend feit, dat de Tsje
chische regeering de fout van haar al te
eng nationalistisch centralisme heeft inge
zien.
Het was reeds te laat, de dynamiek van
het Derde Rijk heeft de fout, dat het Tsje
chische volk de lessen zijner eigen historie
niet begrepen heeft, eerder gestraft, dan
wellicht noodig ware geweest, indien Frank
rijk en Engeland
Welke waren deze fouten?
De grootste fout was de basis waarop
het nieuwe Tsjechische Rijk werd opge
bouwd. Het werd opgebouwd op onrecht
vaardigheid, op het grofste onrecht zelfs.
Bij de stichting van het Rijk toonde
de leerling Benesj zich fanatieker en on
verstandiger dan de wijze philosoof, die zijn
leermeester Masaryck was. Want terwijl
Masaryck begreep, dat hij alleen een blij
vende staat kon stichten op rust, orde, te
vredenheid en rechtvaardigheid, was Be
nesj bezield door de haat der eeuwenlange
onderdrukking. Na zoovele eeuwen van af
hankelijkheid is dit fanatisme en hyper
nationalisme misschien begrijpelijk, maar
deze dagen hebben dan toch opnieuw be
wezen, welk een slechte raadgeefster de
haat is.
Bene*j werd in dat fanatisme gesteund
door de haat van Clemenceau en de on-
Kunde van Lloyd George.
Rijken en volkeren werden moedwillig
en dom verdeeld. De bodem was rijp ge
maakt voor nog méér haat, onderdrukking
en ellende.
Het is onmogelijk hier in dit kort bestek
alle door de Tsjechen gemaakte fouten op
te sommen.
Fouten, die zich wreken.
Het begon met woordbreuk tegen de
Slowaken, wien bij het verdrag van Pitts
burg onafhankelijkheid was beloofd, als
zou blijken, dat zij zich niet in het Tsje
chische staatsverband zouden kunnen voe
gen. Al heel spoedig bleek den Slowaken,
dat de Tsjechen er niet aan dachten deze
belofte te verwezenlijken. Nog méér wer
den de katholieke Slowaken van de Tsje
chen afgestooten, toen bleek, dat de groei
van den nieuwen staat gepaard ging met
een massa-afval van de Katholieke Kerk.
Eenigszins begrijpelijk was dit wel, omdat
Jan Hus de nationale vrijheidsheld was,
die bij zijn vuurdood zijn strijd van theo
logisch terrein verplaatst had naar poli
tiek terrein, welke nu voor de Tsjechen
moeilijk van elkaar te scheiden waren.
Het fanatieke nationalisme kon blijkbaar
r.iet vergeten, dat Hus om diens dwalingen
ter dood was gebracht.
Maar anderzijds werd deze massa-afval
nog versterkt door de stichting van een
cfficieele Nationale Kerk, al nam deze dan
ook nimmer een hooge vlucht. Zoo groeide
de teleurstelling bij Mgr. Hlinka, die reeds
eerder, onder de Hongaarsche regeering,
voor zelfstandigheid der Slowaken had
gestreden.
Een tweede fout, eveneens ingegeven
door haat, was het Tsjechische optreden
tegen de Hongaren, waaraan French in zijn
werk eveneens een apart hoofdstuk wijdt.
Bekend zijn de woorden, welke Benesj in
1.921 tegen den Tibor von Eckhardt sprak:
„Als gij Hongaren U niet in het lot van
Trianon wilt schikken, zal ik U in een hel
voeren" en het antwoord daarop in 1934
van Tibor von Eckhardt: „Gij hebt ons in
waarheid het leven tot een hel gemaakt."
Mede door de stichting van Tsjecho-
Slowakije had Hongarije 72.4 pet. van zijn
grondgebied verloren, land en volk waren
tot den bedelstaf gebracht. Economisch
was Hongarije onbestaanbaar en geen re
geering kon dit volk-in-armoede regeeren,
als het niet de hoop op betere tijden leven
dig hield.
Hier waren mede Engeland en Frankrijk
schuld aan, maar daarna stond Benesj im
mer aan het hoofd van het verzet tegen de
Hongaarsche revisie-eischen en aan de
handhaving van het onrecht van Trianon.
Zoo werd een land. dat in de grootste
armoede leefde, door Benesj maar met
behulp van Frankrijk en Engeland in
dje armoede gehouden. En als Duitschland,
c'at nu op een wijze, die met alle men
selijke rechten in strijd is, zijn macht
toont, bij het verdrag van Versailles slechts
13 pet. van zijn grondgebied verloor tegen
Hongarije 72.4 petdan heeft men tevens
een beter inzicht in den economischen toe
stand van Hongarije. En men kan dan ook
beter begrijpen, dat een land, waarin door
SOWJET
RUSLAND
NA TWINTIG JAREN ONAFHANKELIJK HL1D
VERDEELD.
WERD HET VERSNEDEN EN
zulk een verdrag reeds twintig jaren lang
hunger wordt geleden, waarin een onmen-
schelijken strijd om het bestaan wordt ge
voerd en op welks roep op gerechtigheid
n.mmer werd geantwoord, naar andere
middelen gaat grijpen om aan een dreigen
de! ondergang te ontkomen.
Het zijn Tsjecho-Slowakije, Frankrijk en
Engeland, die Hongaiije in de armen van
Duitschland hebber gedreven. Het valt
slechts te hopen, dat dit volk daardoor nog
niet dieper in de ellende komen zal. Voor
Ie. rust in Midden-Furopa zou hei heel wat
beter zijn, indien men begon de oorzaken
/an al deze ellende te herzien, n.i. de na-
oorlogsche vredesverdragen, dat men verder
ging dan de platonische liefdesverklaringen,
dse bij tijd er wijle in het Engelsche par
lement worder. gehoord ei waarin dan ge
wezen wordt op het groote onrecht begaan
aan het volk der Hongaren. De positie van
bijna 1 millioen Hongaren, die binnen het
rijksverband van Tsjecho-Slowakije leef
den, was niet zoo heel veel beter.
En merkwaardig tegenover de onder
drukking dei Slowaken, welke den Hon
garen verweten werd als argument voor
du verdeeling van hun land, is wel de ver
klaring van Mgr. Hlinka, den leider der
Slowaken, dien toch wel niemand ooit van
Hongaarschgezinde gevoelens zal hebben
verdacht, en die later in redevoering voor
ziir. Slowaken verklaarde, dat de Slowaken
het onder 't Hongaarsch bewind ook econo
misch heel wat beter hadden dan onder de
Tsjechen.
Met deze en andere bewijzen toont de
schrijver aan, dat al deze fouten, ingegeven
door hypernationalisme, de oorzaak zijn
geweest, dat Tsjecho-Slowakije nimmer
een sterke eenheid werd.
Zoo geeft hij interessante cijfers, die
aantoonen, hoe de Tsjechen stelselmatig
de volkstellingen vetvalschten om vooral
in de groote steden den Hongaarschen in
vloed te breken. Door middel van die
volkstellingen werden de Hongaarsche
percentages teruggebracht van 40 en
meer tot onder 20 pet., omdat een bevol
kingsgroep van minder dan 20 pet. het
gebruik van hun eigen taal kan worden
verboden.
Al deze fouten hebben zich nu wel plot
seling gewroken, eerder dan de schrijver
kon vermoeden. Voor he. volk der Tsje
chen, dat zoo lang voor zijn onafhankelijk
heid heeft gestreden, valt dit diep te be
treuren en men kan slechts diep medelij
den hebben met dit ongelukkige volk. Op
Benesj past het woord: Wie wind zaait,
zal storm oogsten.
Het spreek wel vanzelf dat dit interes
sante boek nog veel meer bijzonderheden
geeft, ook en vooral statistisch, van 't inner
lijk leven van dezen kortstondigen, kunst-
matigen staat Geen enkel gebied is voor
den schrijver terra incognito gebleven.
Voor hen die iets meer wil weten van
en dieper wil ingaan op de oorzaken van
dezen ondergang, is dit boek een betrouw
bare en behulpzame gids. Toegevoegde lijs
ten en kaarten vervolmaken het nog.
Of dit boek uitgaat verre boven de ac
tualiteit van dit oogenblik staat echter te
bezien. Velen zullen daarover verschillend
oordeelen. Ons lijkt daartoe het evenwicht
tusschen de eeuwen van afhankelijkheid
e'i de twintig jaren van vrijheid niet aan
wezig.
Maar voor het oogenblik is het er des
te interessanter om.
F. SCH.
Harold French Tsjecho-Slowakije
Uitgave: Het Nederlandsche Boekhuis
Thburg met 25 fotopagina's.
Het leed Is in „hoofdzaak"
hersteld
EEN OPMERKELIJKE UITLATING.
Korte toespraak van den Führer.
Te half twee gistermiddag verliet de
Führer het pantserschip „Deutschland" en
begaf hij zich aan boord van de torpedo
boot „Leopard" Tegen 2 uur liep de tor
pedoboot de haven van Memel binnen.
Onder 't geloei der sirenen verliet Hit-
Ier te ruim 2 uur de torpedoboot en be
gaf zich aan land. Hij werd door den lei
der der Memelduitschers dr. Neumann
begroet. Boven Memel kruisten eenheden
van het Duitsche luchtwapen; de klokken
luidden en de bevolking riep: „Wij dan
ken onzen Führer."
De Führer begroette de mannen van
den Memelduitsqhen ordedienst en
schreed vervolgens onder de tonen van
den presenteermarsch langs de eerefor
maties van de marine.
Daarna namen de Führer en zijn gevolg
in auto's plaats en reden langzaam onder
het gejubel der menigte de stad in.
Op het schouwburgplein geschiedde de
officieele plechtigheid.
Op het balcon van den schouwburg
sprak de Führer de massa toe.
Van politieke beteekenisen waren
slechts de volgende woorden:
„Gij zijt heden teruggekeerd in een
Duitschland, dat vastbesloten is, zijn
toekomst zelf te beheerschen en te
vormen, ook als dat de overige wereld
niet bevalt. Voor geen andere macht
ter wereld zal de nieuwe Duitsche ge
meenschap ooit bukken of breken.
Dat zij onze eed.
Wij hebben niet het voornemen de
overige wereld eenig leed aan te doen,
maar het leed. dat zij ons heeft aan-
gedaan, moesten wij goedmaken. Ik
geloof, dat wij daarbij in „hoofdzaak"
aan het einde van dit herstel zijn aan
gekomen."
Hitier heeft zich tegen vier uur weer
CHAMBERLAINS VER
KLARING
Nog geen nadere mede-
deelingen
DUITSCH GEWELD ZAL ECHTER
STUITEN OP BRITSCH VERZET.
In het Britsche Lagerhuis heeft mi
nister-president Chamberlain gisteren
verklaard: „De regeering heeft reeds
uiteengezet, dat de jongste actie van
de Duitsche regeering de vraag heeft
doen rijzen, of die regeering niet
door opeenvolgende daden wpi trach
ten Europa te overheerschen en mis
schien zelfs nog verder te gaan.
Indien deze uitlegging van de be
doelingen der Duitsche regeering zou
blijken juist te zijn, dan acht de Brit
sche regeering zich verplicht te ver
klaren, dat een dergelijk optreden,
zooals ook in het verleden is gebeurd,
den succesvóllen tegenstand van En
geland en andere landen, die prijs
stellen op hun vrijheid, tot gevolg zou
hebben. Ik kan nog geen mededeelin-
gen doen over de beraadslagingen, die
met de andere regeeringen gehouden
zijn, in verband met de jongste ont
wikkeling".
Ik wensch duidelijk te maken, aldus
vervolgde Chamberlain, dat bij de regee
ring van Groot Brittanië geenszins de
wensch bestaat, redelijke pogingen van
de zijde van Duitschland, zijn uitvoerhan
del uit te breiden, in den weg te staan.
Evenmin is deze regeering er op be
lust, in Europa twee tegenover elkander
staande blokken van landen met verschil
lende opvattingen over de vormen van
hun interne bestuur in het leven te roe
pen.
Onze zorg hier betreft het denk
beeld, dat wij ons nietkunnen on
derwerpen aan een procedure, op
grond waarvan onafhankelijke lan
den onderhevig zijn aan een zoodani
ge pressie, onder dreiging met ge
weld, dat zij er toe verplicht worden,
hun onafhankelijkheid prijs te geven
en wij zijn vastbesloten met alle mid
delen, waarover wij beschikken, in
dien pogingen zouden worden gedaan
een dergelijke procedure in werking
te stellen, ons daartegen te verzetten.
Er is nog weinig terecht gekomen van
de zeer drukke diplomatieke gedachten-
wisselingen tusschen Groot-Brittanië
Frankrijk, Sovjet-Rusland en Polen.
Vernomen wordt, dat Polen nog steeds
aarzelt. Het zou kunnen, dat het niet zal
onderteckenen, ondanks de sterke sym
pathieën met de democratieën, daar de
preliminaire voorwaarde nog steeds is,
dat het van Frankrijk en Groot Brittan-
nië dé verplichting eischt het steun te
verleenen, indien het in vijandelijkheden
met Duitschland betrokken zou worden.
De troonrede van den koning van Italië
wordt in poli'ieke kringen uitgelegd als
een aanwijzing voor den wensch naar
goede betrekkingen. Toch wacht de we
reld nog steeds op de redevoering van
Mussolini.
aan boord begeven van den torpedoboot-
jager „Leopard", waarmede hjj de haven
van Memel heeft verlaten.
Aan boord van het pantserschip
„Deutschland" heeft de Führer de wet op
de inlijving van Memel bij het Duitsche
Rijk onderteekend.
Op 1 Mei a.s. treden in Memel de vol
ledige Duitsche wet .en de Pruisische ver
ordeningen in werking.
In gezelschap van de Engelsche Koninklijke familie en talrijke autoriteiten «oonden president Lebrun i
zijn echtgenoot® in de Koninklijke Opera te London de gala-voorstelling ter hunner eer bij
Dr. Ernst Neumann (x), de leider der Memel Duitschers, in gezelschap
van zijn medewerkers op den dag van de hereeniging van het Memel-
O-hiprl rrt»! fWerMand