RESTANTEN
RECHTZAKEN
DINSDAG 24 JANUARI 1939
DE LEÏCSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 7
Spr. kan in het verzet tegen dezen dienst
niets anders zien dan een verzet tegen over
heidszorg. Hij protesteert tegen de be we
ring van den heer Knibbe, waarin hij een
brevet van onfatsoenlijkheid uitreikte aan
die werkloozen, die gebruik maken van den
schoeiseldienst.
De heer v. Wel zen (C.P.) gelooft, dat
de raad de discussies op een hooger plan
moest brengen en zich liever moest afvra
gen of de overheid de twee categorieën
hulpbehoevenden moet heLpen, die zich bei
den wenden tot de overheid. De schoeisel-
dienst is juist in het leven geroepen op
aandringen van de schoenmakers zelf. De
crisis is niet alleen de oorzaak van den
nood der schoenmakers, maar ook de me
chanisatie en de rationalisatie van het
schoenbedryf. Moet de overheid het ver
dwijnen vain deze groep zelfstandige wer
kers verhinderen? De heer Knibbe is een
principieele tegenstander van elk overheids
ingrijpen.
De heer Knibbe (A.R.): Dat is louter
fantasie.
De heer v. Wel zen (C.P.): Als dat fan
tasie is, dan moet ik constateeren, dat u er
niet in geslaagd is om door middel van een
op schrift gesteld betoog duidelijk te ma
ken, wat u dan wel bedoelt. De Vestigings
wet heeft met dit geval niets te maken en
een beroep op de Vestigingswet snijdt geen
hout. Z.i. is de bedoeling der tegenstanders
een tegenstelling te scheppen tusschen de
arbeiders en de kleine zelfstandige werkers
B. en W. hadden de regeling dan ook zoo
moeten maken, dat er geen schoenmakers
zouden zijn, die schade ondervonden. Er
zijn inderdaad schoenmakers, die ernstig
zijn gedupeerd en met hun klachten dient
rekening te worden gehouden. Er zullen
veranderingen in het systeem moeten wor
den aangebracht. Met name noemt spr., dat
de werkloozen meer vrijheid moeten heb
ben om hun schoenen te laten repareeren
bij hun eigen schoenmaker.
De heer v. d. Tas (A.R.) bevestigt, dat
de schoeiseldienst is gestimuleerd door de
schoenmakers, maar wat de schoenmakers
zich voorstelden is wat anders geweest.
Spr.'s bezwaar is, dat de overheid zich niet
moet gaan begeven op het terrein van de
particuliere werkzaamheid. Voorts cansta-
teert hij, dat de cyfers van de heeren Wil-
mer en Knibbe niet zijn bestreden.
De heer Hessin g (S.D.A.P.) herinnert
eraan, dat het behoefte-element, destijds
niet in de Vestigingswet is opgenomen. Het
doet spr. genoegen, dat de heer Knibbe
vèel gevoelt voor dat behoefte-element.
De heer v. Rosmalen (C.H.) vindt
de toon der debatten van dien aard, dat
hij uit protest voor het voorstel van.B. en
W. wil stemmen.
Het antwoord van den wethouder.
Wethouder v. Stralen S.D.A.P.) had
bestrijding verwacht, maar de wijze van
bestrijding valt spr. tegen. Een deel der
Middenstand acht zich telkens bedreigd
als er in natura gesteund wordt door de
overheid. Spr betreurt het, dat wij aan
dezen beperkten crisismaatregel den weid-
schen naam van „schoeiseldienst" hebben
gegeven. Met heeft er thans een „over
heidsbedrijf" van gemaakt. Spr. kan het
waardeeren als de Middenstand opkomt
voor zijn belangen, maar dan moeten het
ook werkelijk belangen zijn. Hij gelooft
niet, dat de Leidsche Middenstand reden
heeft om ontevreden te zyn met het ge
meentebestuur. De heer Wilmer is beza
digd geweest, maar de actie der Midden
standscentrale doet spr. denken aan het
verzet tegen den voedseldienst,, welke,
dank zij dat verzet niet is tot stand geko
men. Spr. had het argument van het prin
cipe van de Vestigingswet niet verwacht,
maar naar zijn meening gaat dat argu
ment niet op, omdat het behoefte-element
uit de wet uitdrukkelijk is uitgeschakeld.
Een van de argumenten tot instelling van
den dienst was het feit, dat zoovele werk
loozen waren overgegaan tot zelfreparatie
en daarom hebben de schoenmakers zich
gewend tot het gemeentebestuur. Wat de
schoenmakers toen wenschten was niet
voor verwezenlijking vatbaar, omdat het
te kostbaar zou zijn geworden. Wat wil de
heer Knibbe? Dat wij de schoenmakers,
die zich tot M. H. hebben moeten wen
den, zullen beletten om weer door nor
maal werk in hun onderhoud te voorzien?
Men heeft cijfers genoemd van de gering
heid der voordeelen, maar ook geringe be
dragen beteekenen veel voor zulke smalle
beurzen. Bovendien zegt het cijfer van
9.000 paar gerepareerde schoenen toch ook
wat.
Het nadeel van den schoeiseldienst
wordt z.i. schromelijk overdreven. Er is
een enquête ingesteld en daaruit is ge
bleken, dat een aantal schoenmakers is
benadeeld. De meest gedupeerde had een
schade van 100 paar schoenen per jaar.
Maar zou deze die 100 paar wel gekregen
hebben, als er geen schoeiseldienst was
geweest? Maar om dat nadeel weg te ne
men is en bedrag van 1000 aangevraagd
als correctie op de werking van den
dienst.
De moeilijkheden van de distributie acht
spr niet zoo groot. Slechts zij, die inder
daad schade kunnen aantoonen, zullen
schadeloos gesteld worden. De Midden
standscentrale werkt met grof geschut,
doch haar agitatie mist eiken reeëlen
grond. Spr. erkent, dat er in de Comm. v.
M. H. een meerderheid is van 1 stem voor
voortzetting en een minderheid van 1
stem voor uitbreiding van den schoeisel
dienst. In tegenstelling met de voorstel
ling van den heer Könibbe zegt" spr., dat
de werkloozen niet meer gebruik maken
van den schoeiseldienst, omdat zij er het
geld niet voor hebben.
Het voorstel van B. en W. is niet in
stryd met de Armenwet, maar juist in
overeenstemming daarmee. Wat hier ge
beurt is heel wat anders dan „werken
voor den steun". Spr. betreurt het, dat er
telken jare zooveel kostbare tijd verloren
gaat met debatteer en over deze zaak.
De heer Knibbe (A.R.): Wil de wet
houder nog antwoorden op mijn juridisch
bezwaar.
Wethouder v. Stralen (S.D.A.P.) ziet
dat bezwaar niet. Er wordt geen steun
verleend aan niet-ondersteunden, slechts
schadeloosstelling. Spr. wil voorts., nog me-
dedeelen, dat hij niet voornemens is het
bedrag van f 1000 in 't volgend jaar te
verhoogen.
De heer v. d. Reyden (C.H.) kan niet
besluiten om tegen het voorstel van B. en
W. te stemmen.
De heer Knibbe (A.R.) zal zich be
korten. Spr. heeft niet bedeeld te zeggen,
dat degenen, die wel van den schoeisel
dienst gebruik moeten maken, minder fat
soenlijk zijn dan die er geen gebruik van
willen maken.
Door niemand is spr.'s bewering ontze
nuwd, dat er 6 ontnomen moeten wor
den aan de niet-ingeschakelde schoenma
kers om 1 door een gesteunde schoenma
ker te laten verdienen. Spr. herhaalt nog
eens, dat de dienst in gaat, niet tegen de
bepalingen maar tegen den geest en de
opzet van de Vestigingswet. De saneering
van den Middenstand wordt door den
dienst met belastinggeld illusoir gemaakt
voor wat betreft het schoenmakersbedrijf.
Spr. is geen tegenstander van sociale
maatregelen, maar deze maatregel gaat
tenkoste van de bestaande schoenmake
rijen.
De heer Wilmer (R.K.) keert zich te
gen de voorstelling van den heer Snel,
alsof het verzet zou voortspruiten uit te
genstand tegen overheidsbemoeiingen. De
kern van spr.'s betoog is, dat steun
aan sommigen niet mag gaan ten
koste van anderen, die het eveneens
arm hebben. Wethouder v; Stralen heeft
spr.'s mededeelingen bevestigd. Een der
ving van 100 paar reparaties bij één
schoenmaker is geen kleinigheid. De voor
gestelde correctie kan hierin niet voldoen
de voorzien, want de schade breidt zich
voortdurend uit.
Wethouder Wilbrink (C.H.) zal voor
het voorstel van B. en W. stemmen voor
zooveel betreft de voortzetting van den
dienst. Spr. hoopt, dat er maatregelen
kunnen worden gevonden om beter tege
moet te komen aan de bezwaren, welke er
aan de regeling kleven. De thans voorge
stelde correctie acht hij niet voldoende en
daarom zal hij tegen de uitbreiding stem
men.
Nadat nog mevr. Braggaar-de
Does (S D.A P.) het woord had gevoerd,
betwistte wethouder v. Stralen (S.D.A.
P.) het argument van den heer Knibbe,
dat de schade zesmaal grooter zou zijn dan
het voordeel.
Het voorstel van B. en W. tot voortzet
ting van de proef wordt aangenomen
met "22 tegen 8 stemmen.
Voor: de C.H., de S.D.A.P., wethouder
Tepe en de heer Key.
Het voorstel tot aanvulling van de proef
(1000 gld. meer subsidie) wordt aange
nomen met 19-rll stemmen.
Vooi: dezelfden, behalve de heeren Wil
brink. v. d. Reyden en de Reede.
19o. 30 Mei j.l. stelde de Raad gelden
beschikbaar ten behoeve van den bouw
van een nieuwe Schrijversbrug met bijko
mende werken Voor het maken, leveren
en bedrijfsvaardig opstellen van den ijze
ren bovenbouw met bewegingsinrichting
c.a., vormende het beweegbare gedeelte
van de nieuwe Schrijversbrug, is aan een
vijftiental constructiewerkplaatsen
machinefabrieken ondershands prijsopgave
gevraagd. De laagste inschrijfster is de
N.V. Constructiewerkplaatsen en Werktui-
genfabriek De Nederl. Staalindustrie te
Rotterdam, voor een bedrag van ƒ45.730.
B. en W stellen voor het werk aan deze
fabriek te gunnen.
KANTONGERECHT TE LEIDEN.
Vee van besmet terrein
vervoerd.
De landbouwersknecht P. V. te L e i d e r-
d o r p moest terecht staan omdat hij van
een terrein, dat besmet was met mond
en klauwzeer, een doode koe had gehaald
en het beest vervoerd had naar de nood-
slachtplaats.
Verdacht zeide niet te hebben geweten
dat het terrein besmet was geweest maar
rijksveldwachter Pikart vertelde dat zulks
goed te lezen was geweest op de voor het
terrein aangebrachte borden.
De ambtenaar vond het gevaarlijk en
eischte een geldboete van 10.— subs.
5 dagen met welk vonnis de kantonrechter
zich kon vereenigen.
Op heeterdaad betrapt.
P. D., landarbeider te Noordwyker-
h o u t, was des nachts om half vier aan
getroffen op verboden duingrond te Noord-
wijk. Verdachte had niet geboft, want toe
vallig had de jachtopziener Noppe vlak
achter verdachte geloopen en had toen ge
zien, dat verdachte een levend konijn uit
een wildstrik haalde en het beest „uitrekte"
hetgeen zooveel wil zeggen als de rugge-
graat breken. De ambtenaar vond het feit
zeer ernstig en eischte een geldboete van
20.subs. 10 dagen. De kantonrechter
vonniste conform.
Hij had goed drinkwater.
J. H. K., landarbeider te Voorscho
ten, was herhaaldelijk gewaarschuwd om
zich aan te laten sluiten op het drink
waterleidingbuizennet der gemeente Voor
schoten. Verdachte had al deze waarschu
wingen in den wind geslagen en had het
niet gedaan. En daarvoor had hij zich te
verantwoorden. Hij kon het maar niet be
grijpen waarom hij verplicht wordt „drink
wateraangeslotene" te worden, want hij
heeft goed drinkwater op zijn terrein.
Het hielp hem niet, want de ambtenaar
eischte een geldboete van 10.subs. 5
dagen. Uitspraak 5.subs 2 dagen.
Hij gaf opvoedkunde.
A. van D. chauffeur te Leiden moest
terecht staan omdat hij op 21 November
van het vorig jaar moedwillig met zijn
autobus op eenige wielrijders was aangere
den, die stonden te. wachten voor de ge
sloten spoorboomen. Toen hij door, een der
wielrijders daarop was gewezen, was ver
dachte iets achteruit gereden en was voor
de tweede maal op den wielrijder ingere
den, die door vlug opzij te gaan een aan
rijding wist te voorkomen.
Verdachte noemde "het een fout zijner
zijds, maar vond, dat de wielrijders op het
voor hem bestemde weggedeelte gestaan
hadden.
De ambtenaar vond het feit zeer ernstig.
Er ontstaat een groote wanorde als be
stuurders van auto's les gaan geven over
het gebruik van den weg aan het publiek,
bat kunnen zij gerust aan de politie over
laten,
Eisch 15.— subs. 5 dagen.
Uitspraak 10.— subs. 4 dagen.
Geveltourisme.
De 18-jarige F. K. en de 15-jarige J. N.,
beiden te Leiden, hadden op de Haar
lemmerstraat te Leiden gekke dingen ge
daan. K. was op het denkbeeld gekomen
om langs den gevel van een perceel naar
De heer T o b vraagt: Waarom niet aan
een firma hier ter stede.
De voorzitter: Deze waren veel
duurder.
Z. n. st. aangenomen.
20o. Voorstel tot het vaststellen van een
verordening, regelende de gevallen, waar
in en de voorwaarden, waaronder door of
vanwege de gemeente Leiden indienstne
ming op arbeidsovereenkomst naar burger
lijk recht kan plaats hebben (Arbeidsover
eenkomstenregeling), tevens praeadvies op
het voorstel van den heer Schüller inzake
het loon van losse of op arbeidsovereen
komst te werk gestelde, of te werk te stel
len werklieden.
Dit punt wordt aangehouden in verband
met het vergevorderde uur.
Sluiting volgt om over half 12, nadat de
heer Coster (R.K.) had aangedrongen
op spoedige afdoening van de kwestie
Luxor-theater—Lichtfabrieken.
boven te klimmen om daar het reclame
bord los te maken. Het denkbeeld was
omgezet in de daad en het reclamebord
was naar beneden gekomen, alwaar N.
klaar stond om het verder te transportee
ren en wel door de etalageruit van per
ceel nummer 97. Het O.M. vond zulke bal
dadigheid zeer ernstig. Verdachte K. hoor
de zich veroordeeld tot een geldboete van
3.— subs. 1 dag. hetgeen hevige protes
ten uitlokte daar hij absoluut geen geld
heeft om te betalen. Dan gaat u maar een
dag uitzitten meende de kantonrechter.
Wat verdachte N. aangaat, deze werd
met een ernstige berisping teruggegeven
aan zijn ouders.
Bouwvallige woning.
De aannemer M. de J. uit V o o r s c h o-
ten was herhaaldelijk gewaarschuwd, dat
hy een bouwvallig perceel in die gemeen
te af moest breken omdat hij de eigenaar
was en het perceel gevaar opleverde voor
instorten.
Verdachte had daar in zooverre aan vol
daan door den gevel gedeeltelijk af te bre
ken. B. en W. vonden dat maar gedeeltelijk
goed en hadden order gegeven om het geval
geheel tegen den grond te gooien.
Daaraan was geen gevolg gegeven met
als gevolg verantwoording afleggen voor
den kantonrechter. Verdachte beloofde be
terschap en zeide het „gebouw" af te zul
len breken.
Daarmede rekening houdende werden
eisch en uitspraak een geldboete van 5
subs. 3 dagen.
De jongen spijbelde.
A. v. d. O. te K a t w ij k aan den
R ij n moest terecht staan, omdat zijn kind
neit de school had bezocht. Vast kwam te
staan, dat de jongen zyn moeder de baas
is en zeide naar school te gaan maar net
niet deed.
Verdachte is al meer veroordeeld ge
weest, reden voor den ambtenaar om een
geldboete te eischen van 10.subs. 5
dagen.
En omdat het eigenwijze jongmensch
Ting Tong Lie, maar deze sprax geen
spijbelde, volgens zijn moeder, mag de
vader een boete betalen van 10.subs.
4 dagen.
Voor de zesde maal.
P. C. bakker te Leiden had zich we
derom te verantwoorden wegens overtre
ding van de arbeidswet. Hij had personeel
aanwezig gehad des avonds om 11 uur ter-
wyl de werktijd om zes uur afgeloopen
was.
De ambtenaar wilde ditmaal nog geen
hechtenisstraf eischen en wilde het voor
ditmaal nog eens met een geldboete af la
ten loopen zoodat de eisch werd een geld
boete van 40.— subs. 20 dagen.
De uitspraak- werd 25.subs. 10 da
gen.
Overtreding arbeidswet.
P. C. C. de G. wonende te O e g s t-
geest heeft een wasch- en strijkinrich-
ting te Leiden en had te Leiden personeel
langer laten werken dan wettelijk was
toegestaan.
Eisch en uitspraak 10.subs. 4 dagen
Lid van schoolbestuur als overtreder
van.de leerplichtwet.
P. C. van H. bloembollenkweeker te
Noord wykerhout moest terecht
staan wegens overtreding van de leer
plichtwet. Hij had zijn dochtertje thuis ge
houden om zijn vrouw te helpen. De kan
tonrechter vond het onbegrijpelijk van
verdachte; hij is warempel lid van het
schoolbestuur en houdt niettemin zijn
dochtertje ongeoorloofd thuis, terwijl hij
als lid van het schoolbestuur juist het voor
beeld moest geven*
Verdachte zeide, dat hij het meisje thuis
gehouden had om zijn vrouw te helpen.
De kantonrechter meende, dat hij dan
maar een hulp thuis moest nemen, want
hij kan zulks best betalen.
Verdachte antwoordde daar weer op,
dat hij dat wel gewild had maar dat er
wegens den dienstbodennood geen meisje
zoo vlug te krijgen was.
De ambtenaar vond het feit buitenge
woon ernstig vooral omdat verdachte lid
van het schoolbestuur was, reden om een
flinke straf te eischen en wel een geld
boete van 25.subs. 10 dagen.
Ook de kantonrechter meende, dat hier
een flinke straf op zijn plaats is en ver
oordeelde verdachte tot een geldboete van
20.subs. 10 dagen.
INTERNATIONALE
BIDWEEK
Bekeering van Joden en Mohammedanen.
Onder de velen, om wier bekeering in
de Bidweek door millioenen gebeden wordt,
nemen de Joden en Mohammedanen wel
een zeer eigen plaats in.
Men zou hun groot onrecht aandoen her
cnder de heidenen te rangschikken, maar
van den anderen kan houdt hun geloof hen
toch verre van Christus. Evenwel toch weer
niet zoover, als sommigen meenen. Onder
bepaalde opzichten staan ze dichter by ons
dan de "heidenen.
De Joden, vóór de komst van Christus
het uitverkoren volk Gods, waaruit Chris
tus wilde geboren worden, tot hetwelk
Hij allereerst Zyn Apostelen uitzond, zy
nemen nog steeds een bijzondere plaats in
in de heilsorde Gods. De gang der Aposte
len naar de heidenen sloot niet in, dat zij
voortaan de Joden voorbij zouden gaan.
Steeds bezochten zij eerst de Joden, over
al waar zij kwamen We vergeten wel eens,
dat het volk van Gods liefde en uitverkie
zing, al draagt het zyn straf voor de ver
werping van Christus, toch door Christus
bemind blijft en gezocht wordt. Zij ge-
looven in de komst van den Messias, zij
verwachten hun heil van God en dienen
Hem in diepen eerbied. Laten we in deze
dagen van Godloosheid toch bedenken, dat
zy den waren God aanbidden, dat zy zich
ten koste van vele offers onderwerpen aan
hetgeen zy beschouwen als Gods gebod.
Wie zal /ooral in onze dagen het volk der
Joden niet diep ongelukkig noemen! Neen,
God zal hen niet uitsluiten van Zijn liefde
en op ons gebed zal Hy zeker htm Zijn
Genade niet weigeren.
En de Mohammedanen! Zeker, zij hebben
de Kerk vreeselijk vervolgd, meermalen
hebben zij een bloeiende Kerkprovincie
vernietigd, zijn zy voor Oost en West een
gevaar geweest, een gevaar voor de chris
telijke beschaving. Zij hebben gestaan voor
de poorten van Weenen; Granada en Cor
dova waren hun hechtste bolwerken, van
waaruit zy een voortdurend dreigend ge
vaar bleven voor Spanje en daardoor voor
Europa. En toch.... ook zij zijn bestemd
burgers te worden van het Rijk van Chris
tus. Ook zy vereeren tenslotten den waren
God. Meerdere malen iederen dag wordt
Hij door hen aangeroepen. Waarom zouden
wy dan aarzelen ook hen te betrekken in
ons gebed voor hereeniging! En des te
dringender en krachtiger moet die bede
zyn in onzen tijd, nu de macht van den
Islam gedurende de laatste jaren steeds
meer toeneemt. Niet alleen trachten zij
hun macht uit te breiden onder de inboor
lingen van Afrika en ook in ons eigen Ned.
Indië, ook vereenigen zy zich hoe langer
hoe meer tot een groote macht en orga-
niseeren zij zich tot een machtig bolwerk
tegen de christelijke beschaving. Zou de
historie zich hier herhalen? Alleen ons ge
bed kan redding brengen aan die zielen,
en tegelijkertijd ook een bezwering zijn
van het groeiende gevaar van den Islam.
M. A. Jansen, pr.
Warmond.
HAAGSCHE POLITIERECHTER»
Toen het schaap in de
sloot zat.
D. R., boerenknecht te Bodegraven,
had ruzie gekregen met den veehouder M.
W. Kaptein uit die gemeente. De ruzie
was ontstaan om een doodgewoon schaap,
dat in een sloot zat of had gezeten. De
boerenknecht had den veehouder een klap
toegediend, die niet erg zacht was aange
komen, terwijl de veehouder zich niet kon
verdedigen, aangezien hij met zijn arm
in een doek liep.
De Officier vond R. een ruw mensch en
eischte een week gevangenisstraf.
De Politierechter wilde het voor ditmaal
nog met een geldboete af laten loopen en
veroordeelde verdachte tot een geldboete
van 15 subs. 15 dagen.
KOM VLVG EJV SLA VW SLAGt
umtmM Mêm
nirnn
EN VERGEET VOORAL NIET DITi
LOp alle Zaalberg-dekens
25 Korting
VANDAAG WEER NIEUWE KOOPJES!