Zes en twintig dooden zijn te betreuren bij de botsing op de Taag tusschen een pont, die werklieden vervoerde, en de „Tonecas"*
welk schip de pont doormidden voer. Een duiker daalt af, om een onderzoek in te stellen
.n tegenwoordigheid van jhr. mr. F Beelaerts van Blokland (rechts), vertegenwoordiger der Nederlandsche Regeering,
werd de eerste steen gelegd voor het voortrekkers-monument bij de viering van den 100sten Dingaansdag in Zuid-
Afrika
Een machtige hulp. Een der olifanten, die de vorige week in den Haagschen
Dierentuin arriveerden, hielp Dinsdag mee, om den tuin weer ijsvrij te maken
Generaal J. C. Smuts en zijn eehtgenoote (in het zwart) op weg naar de eerste
steenlegging voor het Voortrekkers-monument bij de viering van de Voortrekkers
feesten in Zuid Afrika
FEUILLETON
EEN KORTE DROOM
door
ANNY VAN PANHUYS.
33)
Hij had haar in de wintermaanden vaak
meegenomen naar een concert, een goed
blijspel, een hoogstaa'nde film. Morgenavond
zouden ze weer gaan naar een filmpré
mière, waarvoor reeds dagen te voren alle
rangen waren uitverkocht geweest. Maar
Miklós had tijdig voor twee stalles-plaat
sen gezorgd, omdat hij haar had hooren
zeggen, dat ze zich veel van deze vertoo-
ning voorstelde. Zoo was hij altijd.
Marina zette het gereedgekomen hoedje
op een standaard en liep er langzaam om
heen, voldaan in zichzelf knikkend Ja, zoo
was het goed.... Morgen kon een van de
meisjes er het zijden voerinkje in zetten.
Een blik op de klok zei haar. dat het
huog tijl was om naar bed te gaan. Mor
genavond werd 't ook weer vrij laat. En ze
wilde fit blijven, nu het drukke seizoen
weer begonnen was.
Ze draaide het licht uit in het kleine ate-
tier en haastte zich naar de slaapkamer.
De groote, modern-gedecoreerde bios
coopzaal was eivol. Moeizaam wrongen in
specteur Eötvös zich met zijn dame in de
denkerij langs dikke jassen en bontman
tels, to< waar het kleine, dansende licht
vlek je van de electrische lantaarn hem de
twee laatste leege plaatsen wees.
Ze waren wat laat, tengevolge van een
verkeersstremming; het voorprogramma
was juist begonnen. Terwijl Manna het zich
in 't donker zoo goed en zoo kwaad als het
ging gemakkelijk maakte in haar stoel, zag
ze de beelden voorbijflitsen. Een kleuren-
fnmje van oude Hongaarsche plaiteiands-
kieedeidracht, een nogal flauwe teeken-
fiim en ten slotte de actualiteiten, binnen-
en buiteniandsche.
Enkele Ufa-fragmenten van paarden
sport en weosi rijden. Moeilijke sprongen,
het nemen van hindernissen, ruiters, die in
het zand beien, andere, die triomfantelijk
een nogal .eelij-tcn zilveren beker in ont
vangst namen. Ritmeester von Deckow op
„Don Juan" barn Rehburg op „Hebe"....
daar, wat was dat.
Jonkvrouv e Jutta von Talberg met haar
zwarte merr-e Shulamite. een der koen-
ste amazones van heel Duitschland.
wat.... -.vat. de letters dansten voor
Morina's oogen.
Jutta von dalberg.... maar die naam
stond iinmers onvergetelijk in haar herin
nering gebrand. Dat was immers de jeugd
liefde van Htutert von Dettenburg ge
weest, die hij op een lange reis in den
vreemde had trachten te vergeten, Jutta....
de oude prinses Alexandra had haar de
heeie geschieder.u verte.d en i.&ar ook een
portret laten zien Ze herkende het meis
je met het pittige, geestige gezichtje en
het wilde donkere haar onmiddellijk. Ten
ger en sportief als een jongen in het nauw
sluitend rycostuum....
In minder dan een seconde flitste dit al
les door Mautia's hoofd, terwijl de tekst,
waarvan de laaiste regels haar waien ont-
gann, veruwten en he' beeld te voorschijn
kwam. Jutta scheen gefêteerd te worden
om de een of andere prestatie, mei den lin
kerarm over den nek van het vurig
paard schudde ze lachend de handen, liet
zich met een koddige grimas kussen door
vrouwelijke familieleden en vriendinnen,
liet zich comphmenteeren door heeren ju
ryleden ot wat het zijn mochten.
Hemel. daar.... met een dof smakje
gleed Marina's taschje van haar knieën op
den giond, uil baar machteloos zich ont
spannende handen. Maar dat was immers...
dal was immers Heribert
Hij nam Jutta's beide handen in de zijne,
hield ze even vastEn juist vóór hel
beeld verdween, ving Marina den blik op.
dien zij wisselden: Jutta keek naar hem op
even met de oogen knippend van emotie,
haar mond trachtte nog jolig te glimlachen,
maar haar blik was donker van overgave
en hunkerend verlangen. En hij zijn ge
zicht scheen vreemd-gespannen, zijn oogen
boorden in de hare, fel-vragend, alsof hij
in het diepst van haar hart trachtte te le
zen.
Over het witte doek voer nu een blanke
school zeilbooten in een flinke bries, als
meeuwen in egale vlucht. Marina staarde
er naar zonder ze te zien. In haar was
slechts één gewaarwording: een eindeloo-
ze verbazing. Verbazing, niet om het won
derlijk toeval, dat ze op deze wijze nog
ééns het gezicht had zien opdoemen van
den man, 'dien zij vast geloofd had nooit
meer te zullen terugzien maar slechts
verbazing om het feit, dat haar eenige aan
doening een soort van weemoedige, ver
teederde welwillendheid scheen te zijn.
Natuurlijk bonsde haar hart en trilden
haar handen door de overrompelende ver
rassing van dit onverwachte beeld uit het
verleden. Maar de felle pijn, het radeloos
heimwee, die ze had moeten voelen bij hei
weerzien van het beminde gezicht bleven
uit. Ze was stellig overtuigd geweest dat ze
Heribert van Dettenburg tot haar dood toe
nimmer zou kunnen vergeten dat een
mogelijk weerzien haar hart zou moeten
verscheuren. Och er was niets van dien
aard gebeurd. Geen felle steek van jalou-
zie had haar door 't hart gepriemd bij hei
zien van den blik dien hij Jutta von Tal
berg toewierp slechts een vage opluch
ting had ze gevoeld: hij heeft zich ge
troost, hij zal weer gelukkig worden, ik
heb zijn leven niet voorgoed verwoest. Een
warme vriendschap was in haar opgeweld
bij het zien van die twee jonge menschen
op het doek, die op punt stonden, elkaai
voorgoed te vinden. Anders nietMei
een grenzenlooze verwondering besefte ze:
ik ben er overheen. Maar ik zou 't zeli
misschien nooit geweten hebben als dit
kleine tooneeltje me de oogen niet had ge
opend.
Met een wijd gevoel van bevrijding leun
de ze achterover. Het leven was niet voor
bij. Het was misschien zelfs niet begonnen.
Ze behoefde niet. langer in droef gemijmer
achter zich te zien. Ze kon vooruit kijken,
naar een nieuwe horizon, in een land van
nieuwe beloften....
Het was een doorloopende voorstelling,
zonder pauze, en het hoofdnummer was be
gonnen zonder dat ze het bemerkt had.
Plotseling keek zij in een lentelandschap
van zeldzame liefelijkheid een park van
bloesemboomen, waar de prille, pure zon
door speelde; een smalle beek dartelde
langs het bemoste pad. Twee jonge men
schen liepen langzaam voort door dit pa
radijs van lenteweelde, hand in hand, het
meisje had een grooien hoek bij de lange
linten aan den arm hangen. De zon guldde
het kruivend haar langs haar zachte wan
gen.
Stil, schroomvallig, zonder eenige opdrin
gerigheid legde Miklós Eötvös zijn hand op
haar arm.
„Marina...." fluisterde hij, „die mooie
tijd komt weer gauw. Nog 'n paar weken,
dan is 't buiten in de parken even heerlijk
en feestelijk. Kunnen we niet afspreken,
dat we er eens een heelen dag samen op uit
trekken 't zou je zoo verbazend veel
goed doen. We blijven dan van vroeg tot
laat buiten in de vrije natuur en doen pre
cies als die twee daar.
Hij zweeg verward en trok haastig zijn
hand terug. Het rustig-voortdartelend paar
op het doek was blijvén staan. De jonge
man legde zi(n handen op de schouders van
het meisje en trok haar langzaam naar zich
toe. Zij sloot haar oogen toen zijn lippen
de hare vonden.
Marina lachte bijna onhoorbaar een
schalksch, verward, gelukkig lachje. Toen
fluisterde ze terug, zonder haar oogen van
het doek te wenden:
„Het lijkt me een goed idee.... Miklós."
EINDE.
Op de Kraüngsche IJsclub te Rotterdam zijn Dinsdag de wedstrijden om het kampioenschap
van Zuid Holland verreden. - Tijdens den strijd tusschen v. d. Scheer (rechts) en De Ridder
De dooi zette Dinsdag de sneeuw
ruimers aan het werk, die het druk
hadden, om de hinderpalen van den
weg zoo spoedig mogelijk te doen
verdwijnen