DE SNEEUWVAL EEN KORTE DROOM Een hevige brand heeft Woensdag gewoed in de meubelzaak der fa Vroom Een kostelijke inzending op de Kerstveiling en tentoonstelling van fruit Dreesmann te 's-Hertogenboseh. Het geheele gebouw werd een prooi van in het gebouw van de Tielsche Veiling het alles vernielende vuur De sneeuwval zette stad en land onder een dik tapijt van smetteloos wit De jeugd profiteert van den sneeuwval en neemt dit wintersche verschijnsel van den besten kant op FEUILLETON door ANNY VAN PANHUYSo 29) Wat wilde dei oude man dan nog van haar waarom maakte hij het haar las tig er nam hij haar tij d in beslag, dien ze beter kon gebruiken? Haar gezicht verstarde van boosheid. „Het spijt me ontzettend, mijnheer von Schiück, dat ik u niet vu gen kan, uw be zoek nog wat te rekken maar ik heb mo menteel nog een en anr'er te doen." Zoo, dat liet aan duide ykheid niets te wenschen over nu moest hij toch op staan en de deur uitgaan. Maar er gebeurde niets van dien aard. De oude baron verroerde zich niet; hij zat nu slechts met onverholen spot tegen haar te glimlachen, „Dus gravin Pereny weigert baron von Soblück haar hand?" „Ja, ja, ja!" Haar fijn gezicht kleurde van boosheid over zooveel hardnekkig heid, „Goed, dan moet ik me daarbij neerleg- gene maar ik hoep, dat de voormalige em ployé van maison Violette in Budapest mijn aanzoek niet zal afslaan." Hij wendde zijn blik. geen seconde van het mooie gezicht af en zoo kon hij met be vrediging constateeren, dat zyn woorden de verwachte uitwerking hadden en zelfs méér dan dat, want zulk een verbijs tering en verslagenheid als het zooeven nog zoo trotsche meisje aan den dag legde, had hij niet kunnen verwachten. Er scheen geen druppel bloed meer in haar gezicht te zijn, de oogeri staarden strak naar den grond, alsof ze daar iets zochten. Slap vie len de amen langs het lichaam neer, en Marina Toldy maakte den indruk alsof alle kracht haar ontvloden was. Doch plotseling wierp ze het smalle hoofdje met een ruk in den nek en haar oogen glansden don ker van verontwaardiging. „Lafaard! Zoekt u me met zulke midde len te dwingen, uw vrouw t? worden wilt u met zulke afschuwelijke middelen mijn jeugd aan uw ouderdom binden?" „Frasen, m'n waarde juffrouw Toldy, die heel aardig klinken, maar volstrekt geen zin hebben Ik ben in m'n beste jaren, be schik over een groot vermogen en kan uw eenvoudigen naam veranderen in een klin kenden titel. Ik denk dus wel dat u m'n aanzoek in gunstige overweging zult ne men; het huwelijk Kan plaats vinden zoo spoedig u maar wilt." „Nóóit!" siste ze hem toe en een blik vol haat trof hem. „Precies zooals u wenscht natuurlijk ik zal u dan niet langer ophouden", hy stond op, „ik heb hier in de buurt nog iets te doen en zal nu meteen daar heen rij den." Hij keek als in gedachten neer op de punten van zijn lakschoenen. „Ik heb na melijk op een kasteel in de omgeving van Frankfurt nog iets af te wikelen vóór ik weer naar Hongarije terugreis." „Op een kasteel in de omgeving van Frankfurt.herhaalde ze, en de angst kneep haar hart als met harde han den samen. Hy glimlachte fijntjes. „Ja, op kasteel Weidingen." Hy maakte een buiging, „Ik wensch u voor de toe komst het beste, juffrouw Toldy, ik zal niet langer lastig vallen." Ze voelde haar knieën beven. „Wat wilt u op kasteel Weidin gen?" Haar lippen trilden. „Interesseert u dat?" vroeg hy koel. „Nu goed, als"u.;Zoo nieuwsgierig bent, wil ik u met genoegen vertellen, dat ik het plan heb. Zijne hoogheid prins Heribert von Dettenburg-Weidingen een aardig klein verhaaltje te vertellen, dat bijna als een sprookje klinkt: hoe uit een mannequin met een burgerlijken naam een gravin en zelfs een prinsenbruid kan groeien!" „U bent een minderwaardig mensch!" Met gebalde vuisten stond Marina Toldy voor den kleinen ouden man. Maar toen liet ze de opgeheven handen weer zinken, ze voelde, dat het net, waarin ze gevan gen zat, zich al nauwer en nauwer om haar samentrok. Ze begreep dat hij tot in bij zonderheden op de hoogte was van haar verloving en alles wat daarmee samen hing. „Wat wilt u dan van mij?" stiet ze ten slotte uitr Het klonk bijna als een smeek bede. „Dat heb ik u al meermalen gezegd, niet waar? Maar als u er op staat, wil ik het nog wel eens herhalen: ik wensch dat u mijn vrouw wordt en als ik u een goe den raad mag geven, stemt u dan toe, want prinses Dettenburg-Weidingen wordt u toch niet. Niet zoolang ik leef Bovendien verzoek ik u te bedenken dat er, wanneer u trou wen wilt, naar Budapest geschreven moet worden, waar de gravin vroeger woonde. Die formaliteit is voor den ondertrouw noodzakelijk. En dan zou het toch gauw genoeg aan het licht komen, dat de gra vin allang begraven is, maar dat in de Waitznergasse ooit een mannequin woon de met een knap gezichtje.,.." „Zwijgt u, zwygt u", viel Marina hem verbitterd in de rede. Ze zag geen uitweg ze zag ook niet do allerkleinste kans om deze man te ontkomen. Als een ondrage lijke pijn, die haar hart verscheurde, voel de ze deze zekerheid. Haar droom, haar korte, gouden droom, was onherroepelijk uitgedroomd. Haar heerlijk geluk, dat ze zo vast in beide handen had meenen te houden, had deze oude man haar met zyn bevende vingers triomfantelijk ontrukt. En ze moest zwijgen, ze mocht haar liefste niet eens te hulp roepen omdat ze zelf schul dig was, omdat ze den naam van een doode had gestolen en zich met leugen en bedrog bij den prins had ingedrongen. „O, als hy toch ooit te weten kwam wie zij was, en langs welke sluipwegen ze tot hem was gekomen wat zou hij haar diep moeten verachten. Duizend gedachten schoten haar door het hoofd, plannen vooi een mogelijk redding, maar vergeefs, er bleef haar geen keus. zy moest doen wat dit afzichtelijke, geschminkte mannetje van haar eischte, ze moest de schuld, die ze op zich geladen had, betalen met haar hoog ste geluk. Een rechtvaardige, maar on- draaglyk-zware boete Een rilling ging haar door de leden bij de gedachte, dat ze voortaan aan dezen ouden man geketend zou zijn. Neen, dat nooit dat in géén geval. Maar toch moest ze hem tot op zekere hoogte zijn zin geven, hem zyn triomf gunnen en hem daardoor den mond snoeren, want nooi. nooit mocht Heribert te weten komen wal ze gedaan hadZe ging met een ruk rechter in haar stoel zitten, haar machte- looze, onzekere houding was als by toover- slag verdwenen en haar gezicht stond weer rustig en vastbesloten. „Mijnheer von Schiück, u hebt me uw voorwaarden gesteld - nu zal ik u de mijne stellen. Ik zal uw aanzoek in over weging nemen méér kan ik u voor het oogenbiik niet beloven. Maar ook dat be loof ik u slechts onder één voorwaarde. Ik geef u mijn woord, dat ik myn verloving zoo spoedig mogelijk oreer een of ander ge loofwaardig voorwendsel zal verbreken het voornaamste doel van uw komst is daarmee dan toch al bereikt. Ik doe dit echter alleen, wanneer u me uw eerewoord geeft dat u nóóit, noch nu, noob in de toe komst, prins von Dettenburg eenige ont hulling zult doen over mijn afkomst en werkelijke identiteit. Belooft u me dat niet, dan kunt u doen wat u wilt, maar u zult er niets bij winnen want ik denk dan zelfs geen seconde over uw aanzoek na. U kunt nu kiezen de zekerheid dat ik uw vrouw zal worden, kan ik u nog niet ge ven, doch ik ben bereid, mezelf vrij te ma ken in ruil voor uw belofte. Geeft u die niet, dan is vanaf dit oogenbiik alles tus- schen ons uit." Ze moest tyd winnen, dacht ze wanho pig, tot eiken prijs tijd winnen. Haar ver loving zou ze in ieder geval verbroken heb ben na dit onderhoud. En baron Sohlück's vrouw worden ze kon zelfs de gedachte niet verdragen. Doch wat er ook gebeurde, ze móest zijn belofte hebben dat Heribert niets zou te weten komen. Ondanks zyn weinig ridderlijk gedrag zou de oude baron toch een plechtig gegeven eerewoord nimmer breken zoo goed kende ze hem wel. Hij zou zwijgen, zelfs al stelde ze hem later opnieuw teleur....

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 9