EEN KORTE DROOM
HET A.V. R. O.-SCHAAKTOURNOOI.
FEUILLETON
door
ANNY VAN PANHUYS.
8)
„Giorgi, ik kan je de vleierij niet bespa
ren, dat je werkelijk een voortreffelijken
smaakt hebt", zei Heribert op waardeeren
den toon en zijn koele, grijze oogen dwaal
den altijd weer naar het tafeltje waaraan
Morina Toldy zat.
Marina was in een uitstekend humeur.
Ze had heerlijk geslapen en het was haar
een zeldzaam genot, overal om zich heen
slechts bewonderende blikken te ontmoe
ten. Daar, die lange magere heer schuin
tegenover haar, scheen voor nie'.s anders
oogen te hebben dan voor haar en toch kon
ze niet zeggen, dat hij haar ook maar een
seconde lang hinderlijk fixeerde.
Hij zag er chic uit. Zijn uiterlijk zoowel
als zijn kleeding beviel haar en een vluch
tig lachje om haar volle roode lippen gaf
hem te verstaan, dat ze zijn bewonderende
blikken niet kwalijk nam....
Heribert, de geblaseerde, verveelde Heri
bert voelde een wonderlijke gewaarwor
ding door zich heengaan; hij werd een
oogenblik onbegrijpelijk week, toen hij in
de groote, groen-glinsterende oogen keek,
die het smallè, teere gezicht beheerschten.
Oogen van een schuwe waternimf, dacht
hij.
Anton Giorgi wekte hem uit zijn gepeins.
„Blijft het afgesproken, prins, gaan we
straks de havenwerken bezichtigen?"
„Maar natuurlijk, m'n beste Giorgi."
Binnen enkele minuten stapten ze op.
Daarginds aan de haven troffen ze de
roodblonde dame weer en de prins groet
te, terwijl hij bij zich zelfs dacht: Een
vluchtige kennismaking kan geen kwaad;
voor een paar dagen is dat allergezelligst.
Hij had zich een vol jaar lang om geen
vrouw bekommerd nu was zijn belang
stelling als bij tooverslag weer gewekt.
Marina Toldy had den groet met een
vriendelijk, gereserveerd lachje beant
woord en de prins dacht vluchtig, dat het
toch een beetje vreemd was: dit mooie piep
jonge gravinnetje zoo heel alleen op reis.
In haar kringen voelde men immers nog
heel weinig voor moderne gebruiken en
werden de jonge meisjes nog bijna even
zorgvuldig behoed als dertig jaar geleden.
Ja, vreemd.Nu, dan hoefde je ook niet
zoo erg veel omslag te maken, als je ken
nis wilde aanknoopen.
Zonder te letten op de verwonderde blik
ken van zijn metgezel ging hjj met een
paar lange stappen op Marina toe.
„Neemt u me niet kwalijk, freule, als ik
me niet vergis, is u evenals wij van plan,
de havens te bezichtigen; in dat geval zou
ik u willen voorstellen, dat we zulks ge
zamenlijk doen. We kunnen dan een mo
torboot huren en een mooie rondvaart ma
ken."
Toen hij haar zoo vanzelfhprekend met
„freule" aansprak, bloosde haar gezichtje
licht.
„Hoe kent u mij?" vroeg ze nu, zonder
voor het oogenblik in te gaan op zijn voor
stel.
Hij haalde licht de schouders op.
„Men heeft zoo z'n relaties....", zei hij
vaag.
„Waarvoor zijn er anders hoteldirecteu
ren op de wereld!" maakte Giorgi plomp
weg een eind aan de geheimzinnigheid van
den prins, en daarna stelden beiden zich
voor.
„Heribert von Dettingen-Weidingen",
zei de prins achteloos. En weldra was men
overeengekomen, een motorboot te huren.
Doch Anton Giorgi vergat tijdens het le
vendig gesprek, dat zijn begeleider van
zijn titel blijkbaar geen gebruik wenschte
te maken, en sprak hem herhaaldelijk daar
bij aan.
Het woord „prins" maakte een wonder
lijken indruk op Marina. Het klonk haar in
de ooren als een schallende klaroenstoot.
Het portiersdochtertje uit de voorstad
van Budapest voelde plotseling verwante
snaren trillen in haar hart, het was of een
tooverstaf haar had aangeraakt. Plotse
ling was ze in werkelijkheid gravin Hor-
tense Pereny en waarom zou het dan
iets bijzonders zijn, wanneer haar metge
zel een prinsentitel voerde? Zij stamde uit
een oer-oud Hongaarsch grafelijk geslacht,
de aanwezigheid van een prins behoefde
haar niet op te winden of verlegen te ma
ken, dat was immers in haar geval iets
heel gewoons en alledaagsch! 't Eenige dat
haar kon interesseeren was, dat deze prins
een bijzonder aantrekkelijk uiterlijk had:
groot en slank, en dat hij haar uitstekend
bevallen was van het eerste moment af
dat ze zijn koele grijze oogen op zich ge
vestigd had gezien, val belangstelling en
onverholen bewondering.
Haar bovenlip krulde spottend, toen ze
dacht aan de armzalige cavaliers, die haar
in Budapest wel eens een avond hadden
meegenomen naar een goedkoop restaurant
of een bioscoop en een warme opwelling
van echte, diepe dankbaarheid jegens haar
gestorven jeugdvriendinnetje deed haar
even het bloed naar de wangen stijgen.
Gravin Pereny heeten is verrukkelijk!
dacht ze in een lichte bedwelming,
kleine gezelschap in een naburig restau
rant. Daarbij babbelde Marina levendig
met de beide heeren over Budapest en
het leven daar, en ze verheugde zich nog
achteraf, dat ze bij „Violette" zooveel voor
name klanten had bediend, van wie ze zoo
allerlei had opgevangen, dat ze nu uitste
kend in haar conversatie verwerken kon.
De prins nam opgewekt deel aan het ge
sprek, zijn geblaseerde verveling was
spoorloos verdwenen. Het was alsof hij te
voren een masker had gedragen, dat hij
nu had afgelegd, om zijn ware gezicht te
toonen: een vroolijk, vriendelijk, bijna jon
gensachtig gezicht.
De alleraardigste manier, waarop het ros
blonde gravinnetje wist te converseeren,
betooverde hem, en, zichzelf bespottend,
dacht hij: Dat komt er nu van, als je je na
een droeve ervaring een heel jaar lang om
geen vrouwelijk wezen bekommerd hebt!
Het eerste mooie meisje, dat je dan tegen
het lijf loopt, maakt je meteen het hoofd op
hol!
Hij wilde zich verzetten egen zijn wee-
ke stemming, wilde het masker weer voor
doen, maar het lukte hem niet.
Verstolen monsterde hij zijn vis-a-vis, die
juist haar glas Rijnwijn aan den mond
bracht.
Ze is heel apart, héél charmant, beken
de hij zichzelf, en hief zijn gevuld glas
naar haar op.
De nieuwsgierige Anton Giorgi had al
lerlei vragen op het hart; tot nog toe had
det prins hem bijna niet aan het woord
laten komen. Nu er echter een kleine pau
ze in het gesprek viel, haastte hij zich, zijn
nieuwsgierigheid te bevredigen.
„Neemt u me niet kwalijk, freule, mag
ik ook vragen waarheen u verder denkt
te reizen?"
„Naar Nice!" was het prompte ant
woord
„Ik ken Nice nog niet", kwam ze zijn
volgende vraag vóór, die ze duidelijk van
zijn gezicht kon aflezen.
„U treft daar zeker familieleden?" visch-
te Heribert voorzichtig.
Ze schudde haar hoofdje.
„Ik stad alleenop de wereld; mijn
ouders zijn dood en familieleden bezit ik
niet."
Ze sloeg haar wimpers neer en een lich
te treurigheid leek als een wolk haar tee
re gezichtje te overschaduwen.
De twee mannen zwegen een oogenblik;
toen vroeg Heribert: „Reist u veel
freule?"
Ze had haar glimlachje weergevonden.
„Neen, ik heb tot nog toe nooit gereisd.
Mijn vader was heel spaarzaam en dacht
er niet aan, geld uit te geven voor plei-
zierreizen. Maar ik zou graag een beetje
van de wereld zien; er moet zoo ontzag
lijk veel moois zijn vor wie met open oogen
weet te genieten!"
Er was een glinstering van verlangen en
verwachting in haar smaragdgroene kij
kers. Ze was betooverend mooi op dit
oogenblik en haar beide metgezellen staar
den haar in stomme bewondering aan.
(Wordt vervolgd).
De strijd in China. Een Japansche tankafdeeling op weg naar de voorste
linies
Door hun partij in de laatste ronde van het A.V.R.O.-schaaktournooi,
welke Zondag te Amsterdam werd gespeeld, remise te spelen, hebben de
schaakmeesters Keres (links) en Fine met een gelijk aantal punten de eerste
twee plaatsen bezet
De keeper van Haarlem in actie tijdens den Zondag te
Amsterdam gespeelden wedstrijd Ajax Haarlem, welke in
een 3 2 overwinning voor de Amsterdammers eindigde
Go Ahead moest Zondag op eigen terrein te Deventer aan Heracles de Doordat de spoorbrug over een rivier nabij Udine in Noord Italië bezweek,
beide punten afstaan, daar de Almeloërs een 4 1 overwinning behaalden. Een stortte een gedeelte van den trein bij het passeeren in de rivier, waarbij
spelmoment voor het doel der gasten 29 personen werden gedood
De Chineesche gezant, e.. cxc. rvunsz
King (met bril), bracht Zaterdag met
zijn echtgenoote een bezoek aan het
bureau van de collecte voor China te
Amsterdam. Rechts van den gezant de
echtgenoote van den burgemeester.
Mej. H. Veder is benoemd tot com
mandante van het Korps Vrouwelijke
Vrijwilligers, dat onlangs te Amsterdam
werd opgericht