HET VERTREK VAN KONING LEOPOLD. r EEN KORTE DROOM De storm der laatste dagen heeft te Cap Breton (Fr.) groote schade aangericht. Bovenstaande foto geeft een indruk van de verwoesting Neville Chamberlain ontsnapte bij zijn aankomst te Parijs niet aan een interview voor de microfoon Het 110-jarig bestaan van de Kon. Militaire Academie te Breda. Boven: een overzicht tijdens de plechtigheid voor het stadhuis; onder: burgemeester Van Slobbe tijdens zijn rede Het stoffelijk over schot van wijlen koningin Maud van Noorwegen werd te Portsmouth aan boord van H.M.S. „Royal Oak" ge bracht Op weg naar Brussel stapte daal in den Belgischen trein naar den trein. Rechts de Z. M. Koning Leopold te Roosen- over. De Koning begeeft zich Belgische gezant, baron Herry De Engelsche premier Neville Chamberlain mei lijn echt- genoote op den Quai d'Orsay le Parijs, waar den Engelschen staatslieden een gala-diner werd aangeboden ter gelegenheid van hun bezoek aan de Fransche hoofdstad FEUILLETON door ANNY VAN' PANHUYS. 0) Schrijftafel en miniatuur werden op zicht gezonden naar het kasteel van den hertog van Bonda-Wodakirch en bleven daar meteen. De hertog kocht beide anti quiteiten te samen voor de som van vijftig duizend pengö. Hij voegde ze bij zijn kost bare verzameling en aan goede oude vrien den vertelde hij vaak, wanneer hij welge mutst was en zijn jicht hem niet plaagde, van graaf Pereny's heimelijke vereering voor de mooie Habsburgsche. Ja, vijftigduizend pengö kreeg Arany. Arme Hortense Pereny, die omkwam van gebrek en ellende! HOpFDSTUK IV. Juffrouw Kisz maakte zich ernstig be zorgd over haar huurster, wier gedrag haar van dag tot dag zonderlinger toe scheen. Het was begonnen met het opzeggen van haar betrekking, die toch werkelijk een goed salaris opleverde, maar juffrouw Tol- dy had beweerd, dat haar zenuwen niet langer bestand waren tegen het optrekken met verwaande en veeleischende klanten. Waarsshijnlijk zou ze. voor zichzelf gaan beginnen, had ze er nog bijgevoegd. Waar, dat wist ze zelf nog niet, vermoedelijk er gens in de provincie. Ze had al een heel aardig sommetje bij elkaar gespaard. Juffrouw Kisz zette een uiterst bedenke lijk gezicht en orakelde over de slechte tij den voor den middenstand, en hoe je in een paar weken tijd als je spaarcentjes kwijt kon zijn als je zaak niet onmiddellijk op nam. Marina Toldy liet haar orakelen en lach te heimelijk in zichzelf. Ze dacht er heele- maal niet aan, voorloopig een zaak te be ginnen! Ja, als ze van Josef Arany slechts een paar duizend pengö gekregen had, dan zou ze het reeds lang gekoesterd plan wel eens ernstig overwogen hebben en denkelijk ook wel ten uitvoer gebracht. Maar zoo als de zaken nu stonden, kon ze zich de luxe permitteeren, eerst eens een beetje buiten haar geboorteplaats om zich heen te kijken eens wat anders te zien en een beetje van het leven te genieten. Ze was immers nog zoo jong en tot nog toe was haar leven tamelijk eentonig ver- loopen. Den heelen dag moest zij in de zaak zijn en 's avonds was het haar eenig vérzetje nu en dan eens met een collega of een reiziger te gaan eten of een bios coop te bezoeken. De reizigers maakten haar het hof, tracht ten den bereisden man van de wereld te spelen en verveelden haar eigenlijk gru welijk. Haar eenige troost was dan, zich door hen te laten vertellen, dat ze de verruk kelijkste oogen ter wereld had en dat ze zich wist te kleeden en te gedragen als efen geboren aristocrate. Dat hoorde ze graag; ze vond het zelf ook, maar toch kon ze het zich nooit genoeg door anderen la ten verzekeren. Een rijk en deftig huwelijk doen! Dat was lange jaren haar eenige droom geweest. Langzaam had ze zich dat uit het hoofd moeten zetten, want géén van de weinige rijke mannen, die ze in den loop der ja ren leerde kennen, had er ook maar een oogenblik aan gedacht, haar den gladden ring aan den vinger te steken. Nu ze zoo onverwacht beschikking had gekregen over een som, die voor haar be grip bijna onuitputtelijk was, kreeg de oude droom van een voornaam, schatrijk huwelijk opnieuw beteekenis. Ze wilde eerst eens wat van de wereld gaan zien, wat rondreizen. Een heimelijke drang naar avonturen had reeds als kind haar bloed sneller doen stroomen, zoo vaak ze van sen- sationeele reizen of romantische avonturen las; nu werd dat verlangen opnieuw in haar wakker. Misschien wachtte ergens in de verte het groote geluk op haar.... En als dat niet het geval zou bljjken, dan kon ze immers altijd nog terugkomen en een andere betrekking aannemen of zelf een kleine zaak beginnen. Zelfs in deze tij den behoefde zij, met haar figuur en ge zicht, nooit bang te zijn voor werkloosheid in haar vak. En dan, ze zou met haar geld natuurlijk verstandig en spaarzaam om gaan. Ze moest maar niet te lang wikken en wegen, de wijde verte lokte en de drang naar avontuur liet zich niet meer het zwij gen opleggen. Een paar honderd pengö belegde ze maar vast in een uitbreiding van haar garde robe; daarna kocht ze twee goede koffers en nam vervolgens afscheid van juffrouw Kisz, die zoowaar tranen vergoot, niet zoo zeer uit aanhankelijkheid aan Marina, als wel bij de gedachte, zoo'n keurige en prompt betalende huurster te verliezen. Je wist wel wat de had, maar nooit wat je waarom kreeg! „Om te beginnen ga ik logeeren bij een vriendin in Weenen, die beloofd heeft me te zullen helpen met het oprichten van een zaak", maakte Marina haar hospita wijs maar daarna reisde ze regelrecht naar Triest; de nieuwsgierige juffrouw Kisz hoefde niet alles te weten. En van Triest wilde ze door naar Nice, de luxe-droom van alle naieve zielen, die den schoonen schijn voor werkelijkheid houden en mee- nen, dat het leven in dergelijke oorden in tenser en rijker beleefd wordt dan waar ook ter wereld In den laten middag kwam ze in Triest aan en informeerde bij den kruier, die haar koffers droeg, naar een goed hotel. De man noemde het eerste hotel van de stad: de vreemde zag er veel te voornaam uit dan dat ze met iets anders genoegen zou-hebben genomen. „Mevrouw wenscht zeker kamers op de belétage, een zitkamer en een slaapka mer met bad?" veronderstelde de chef ré- ception, terwijl hij op den plattegrond na zag, welke suites op het oogenblik onbe zet waren. Marina knikte kort, ofschoon ze er eigen lijk heelemaal niet aan gedacht had, meer te nemen, dan een eenvoudige slaapkamer op de derde of vierde verdieping. Maar het deed haar pleizier, dat de man haar zoo hoog taxeerde, ofschoon hjj toch dage lijks zóóveel gasten zag arriveeren, dat hjj ieder met één blik moest kunnen schat ten. Met het gebaar van een koningin be trad ze de lift. Wat was dat verrukkelijk, vrij te zyn, de groote dame te kunen spelen, in plaats van dag in dag uit bij „Violette" voor nuk kige dames beeldige toiletten te demon- streeren, die jezelf duizendmaal beter ston den dan haar, en die je toch nooit je eigendom zou mogen noemen. De chef geleidde haar in persoon naar de voor haar bestemde kamers en met een voldanen blik in het rond constateerde Marina, dat het interieur aan voornaam heid werkelijk niets te wenschen overliet. Met een lichte, verachtelijke trilling van haar mondhoeken, dacht ze aan het zit- slaapkamertje bij juffrouw Kisz, met het goedkoope pluche tafelkleed, de stijllooze bazarmeubelen en de zelfgemaakte lampe- kap. „Wenscht mevrouw nog te dineeren?" onderbrak de gedienstige chef de recep tion haar gepeins. Ze knikte. „Mag ik mevrouw dan verzoeken, zich straks naar de eetzaal te willen begeven of wenscht mevrouw, dat hier boven geser veerd wordt?" „Ja, hier boven, dat is goed." Ze kwam in een vergenoemde stemming Ze zou het zich vanavond eens zoo gezel lig mogelijk maken. De kellner, die even later verscheen, sloeg haar verschillende gerechten voor en ze koos vlug en beslist, bestelde ten slotte nog een half fleschje champagne. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 5