De Scheveningsctie logger Sch 102 in het gezicht van de haven vergaan Auto onder Zuidbroek in het Winschoterdiep gereden MAANDAG 10 OCTOBER 1938 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 9 ELF VAN DE VEERTIEN OPVARENDEN GERED GEMENGDE BERICHTEN PERSONENAUTO IN DE BEEMSTER RINGVAART. De drie inzittenden gered. Zondagavond omstreeks half tien is een personenauto met drie inzittenden, afkom stig uit Bovenkorspel te Oosthuizen van den hoogen Beemsterdijk in de Bèemster Ringvaart gereden. De auto kwam uit den Kerkeweg en waarschijnlijk door onbekendheid mét de zen weg heeft de chauffeur de scherpe bocht ter plaatse niet opgemerkt. De wagen sloeg tweemaal over den kop en kwam ten slotte in gewonen stand in de vaart terecht. Hoewel de inzittenden zich, geholpen door toegeschoten voorbijgangers, met groote moeite in veiligheid konden stellen, liepen zij slechts onbeteekenende schaafwonden op. Na van droge kleeren te zijn voorzien, konden zij huiswaarts keeren. De auto zal heden uit het water worden gehaald. AUTO OP ONBEWAAKTEN OVERWEG DOOR LOCOMOTIEF GEGREPEN. Bestuurder kreeg geen letsel. Gistermorgen ongeveer zeven uur is een auto, bestuurd door den heer A. Borst uit Breezand, op den onbewaakten overweg over de Zandvaart door een locomotief, komende uit de richting Alkmaar, gegre pen. De bestuurder had door het zeer on gunstige weer de locomotief niet gezien. De auto werd bij de botsing bijna een slag omgedraaid en kwam op zij van de spoorbaan terecht. Het voorste deel van den wagen werd totaal vernield, doch de carrosserie bleef heel. De heer B. kreeg totaal geen letsel. JONGEN IN LIFT VERONGELUKT. Zaterdagmiddag is op de Oliefabrieken Calvé-Delft een doodelijk ongeval ge beurd. Zonder daartoe opdracht te hebben ge kregen had de 15-jarige K. een goederen lift in werking gesteld, met het noodlot tig gevolg, dat hij met zijn hoofd bekneld geraakte tusschen den bodem van de lift kooi en één der wanden van den liftko ker. De jongen was op slag dood. KIND DOOR MOLENWIEK GEGREPEN. Onmiddellijk gedood. Zaterdagochtend half twaalf is het vier jarig meisje Willie Pieterse te Oude Tonge, dat bij een molen speelde, door een der wieken gegrepen en een eind weggeslin gerd. Het kind was vrijwel onmiddellijk dood. JONGETJE SPELEND TE WATER GERAAKT EN VERDRONKEN. Gistermiddag is de 12-jarige Sch., wo nende aan den Rijswijkscheweg te 's-Gra- venhage, spelenderwijs in het water aan de Goudriaankade geraakt en verdronken. De gemeentelijke geneeskundige dienst stelde pogingen in het werk .om de levensgees ten op te wekken, hetgeen niet mocht ba ten. Het stoffelijk overschot van het knapje is naar het ziekenhuis aan den Zuidwal overgebracht. DOODELIJKE VAL. Timmerman op een balklaag gestruikeld. Zaterdagmorgen was de 73-jarige tim merman J. Klip, wonende in de Carmelie- tenstraat te Schoonhoven, werkzaam in een huizencoplex, dat op den hoek van die straat en de Lange Weistraat door zijn zoon wordt gebouwd. Terwijl hij op de tweede verdieping over de balklaag liep, struikel de K. en viel. De val kwam zoo ernstig aan, dat den man de borstkas werd inge drukt. K. is naar de Rijksklinieken te Utrecht overgebracht, waar hij gistermid dag aan de gevolgen is overleden. Vrouw van de trap gevallen. De 38-jarige C. A. SpitBrouw struikel de gisteravond in haar woning aan de Schildstraat te Rotterdam op de trap met een emmer waschgoed, waardoor zij viel. Zij liep daarbij een halswervelfractuur op en was vrijwel op slag dood. OUDE MAN IN BRAND GERAAKT. In een perceel in de Copernicusstraat te 's-Gravenhage is gisterochtend een 79- jarige man in brand geraakt. De man was om ongeveer 5 uur opgestaan, waarna hij zich van zijn slaapkamer op de tweede etage naar de serre op de eerste etage be gaf. Twee dochters, die eveneens in het perceel wonen, hoorden om half zes plot seling kreunen. Zij gingen kijken en ont dekten dat hun vader in brand stond. On middellijk namen zij een divankleed en enkele dekens, waarmede zij de vlammen bluschten. Zij waarschuwden de brandweer, welke zeer spoedig met de mtoorspuit uit de Ar- chirnedesstraat aanwezig was. De gordijnen en het behand van de serre hadden even eens vlam gevat. Met de kleine straal kon den de vlammen gebluscht worden, zon der dat ernstige schade werd aangericht. Het slachtoffer werd door den gemeente lijken geneeskundigen dienst overgebracht naar het R. K. ziekenhuis in het Westeinde, waar hij met zware brandwonden aan het 'bovenlichaam moest worden opgenomen. Twee opvarenden vermist, één overleed in het ziekenhuis Terugkeerend van de haringvangst is de Scheveningsche logger Sch 102 van de reederij N.V. Fr. Vrolijk, schipper Piet van der Zwan, gistermiddag aan de buitenzijde van de haven te Sche- veningen op de Noorderhavenpier ge slagen en vergaan. Het schip telde een bemanning van 14 koppen, waarvan er 11 zijn gered. De veertigparige matroos Jan Bruin is in het ziekenhuis aan den Zuidwal overleden, terwijl de „jongste" Hendrik Roeleveld en de afhouder Cornelis Bruin vermist worden en vermoedelijk in de golven zijn omgekomen. Het was guur herfstweer en de zuid westenwind joeg de golven hcog op tegen de havenhoofden. Velen wilden dezen mid dag genieten van het machtige schouw spel, dat de wilde golven bieden en de vis- schersbevolking van Scheveningen trotseer de de wind- en regenvlagen om hun fami lieleden, die aan boord van haringloggers lange weken de zee hadden bevaren, een vroolijk welkom toe te roepen, zooals men dat gewoon is van de havenhoofden af. Om 12 uur ongeveer kwam er een logger in zicht, onmiddellijk gevolgd door een twee de, die koers zetten naar de haven om met hoog water binnen te loopen. De wind had een kracht van 6 a 7 en men vreesde het weer niet, want in de afgeloopen week waren verschillende log gers binnengekomen toen de wind het wa ter feller opzwiepte dan gisteren het ge val was. De Sch. 102 was om ongeveer 1 uur aan de zuidzijde van de haven aangekomen en de schipper zette zijn logger in den juisten koers om de rustige haven binnen te loo pen, na een reis van ruim 4 weken, waar op 38 last haring was gevangen. Voor den haveningang evenwel werd de stroom te sterk, de logger liep zeer sterk uit zijn roer en naderde de gevaarlijke Noorder- pier. Nog dacht men van den wal af, dat de Drie anderen den dans ontsprongen Het ruwe stormweer, de gladde wegen en vermoedelijk drank zijn oor zaak geweest, dat drie menschen onder Zuidbroek om het leven zijn gekomen. Om half één gisternacht zouden zes personen uit Appingedam, die in Zuid broek naar de kermis waren geweest, naar hun woningen terugkeeren. Het gezelschap was per auto en wilde eerst één van hen naar Hoogezand terug brengen. Drie hunner stapten in den wagen, terwijl de overige drie perso nen bleven wachten op hun terugkomst. Even buiten Zuidbroek ter hoogte van de werf der fa. Motke, raakte de bestuurder .waarschijnlijk de macht over het stuur kwijt, de auto slipte en reed in het zeer vuile water van het Winschoter Diep. De auto stond ondersteboven, bijna midden in het kanaal met de wielen logger zonder ongelukken deze hanoeuvre zou volbrengen, toen twee geweldige gol ven vlak achtereen het schip totaal uit de koers brachten en voordat de bemanning zich kon herstellen sloeg de Sch. 102 aan de buitenzijde van de Noorderpier op de bazaltblokken, welke de zeewering vor men. De schok kwam hevig aan, want het was van den wal af te zien, dat de log ger water maakte en dat de bemanning een geweldigen strijd zou moeten voeren om het leven te behouden. Hoog over de bruine zeilen van de vis- schersboot spatte het schuim uiteen en met iederen slag kwam het schip dieper te lig gen en gevaarlijker voor de 14 opvaren den. De redding. Oogenblikkelijk werden de verschillen de reddingsdiensten gewaarschuwd. De be manning van de reddingboot der Noord- Zuid-Hollandsche Reddingmaatschappij „Zeemanshoop" spoedde zich naar de eer ste binnenhaven, waar de boot gemeerd ligt en na korten tijd voeren de redders onder leiding van schipper M. Bruin uit om te trachten de opvarenden van den logger aan boord te nemen. Inmiddels waren op het Noorder-haven hoofd ook alle voorbereidingen getroffen om van den kant af reddingspogingen te ondernemen. Drie leden van de bemanning van de Sch. 102 sprongen overboord en be reikten het strand, daarbij geholpen door vier mannen, die zich onmiddellijk na de stranding te water hadden begeven. Deze drie werden gered, maar een van hen, de ongeveer 40-jarige Jan Bruin, overleed in het ziekenhuis. De „Zeemanshoop' zwoegde tegelijkertijd tegen de geweldige deining op en in ang stige spanning keken de duizenden toe zonder dat zij in staat waren de menschen aan boord de helpende hand te kunnen rei ken. Aan boord van den logger wachtten 11 mannen op hun redding. Twee van hen waren in den achtermast geklommen om zoo voor de mokerslagen van de golven bevrijd te blijven en zij even boven de oppervlakte. Met zeer veel moeite slaagden toegeloopen per sonen erin de auto op het droge te brengen. De drie personen zaten nog in den wagen en konden eerst nadat de auto op het droge was bevrijd worden. De geneesheeren J. A. Gischler, dr. J. Beukema, beiden uit Sappemeer en A. Weeke uit Zuidbroek werden on middellijk gewaarschuwd, doch zij kon den slechts bij alle drie den dood con- stateeren. Het waren de 40-jarige ge huwde A. Jonker uit Appingedam, de 25-jarige ongehuwde K. Badhoorn eveneens uit Appingedam en de 40- jarige ongehuwde J. Visscher uit Fo- had, gemeente Hoogezand. De stoffelijke resten, die evenals de auto door de politie in beslag zijn genomen, zijn naar de ba,rak „Het Werkhuis" te Zuid broek overgebracht. De burgemeester van Zuidbroek, de heer H. A. Buurma, leidde, geassisteerd door de politie van Zuidbroek, het onderzoek. moesten voor hun redding langs het ver bindingstouw tusschen de masten naar voren klimmen, want de reddingboot had zich tusschen de pier en den logger inge- wrongen en was gereed de opvarenden aan boord te nemen. Hoevelen het er waren? Niemand kon op deze vraag een antwoord geven, want men beschikte niet over communicatiemidde len. In bange spanning stonden allen daar. Burgemeester mr. S. J. R. de Monchy en wethouder ir. L. J. M. Feber kwamen zich ter plaatse van de reddingspogingen op de hoogte stellen, zoo ook mr. Corst Budde er. de heer Vermaat, directeur van het ha ven- en marktwezen. Om 2 uur maakte de „Zeemanshoop" zich gereed om de geredden in veilige ha ven te brengen. Maar de kleine boot had de grootste moeite om zich tegen den stroom ^n de golven te handhaven. Telkens weer sloegen de zeeën over het dek: het was in derdaad een worsteling om het bestaan van velen. Van het noorden van de haven voer de reddingboot ver naar het zuiden en daar draaide het schip voor den wind om bin nen te komen. Het was precies drie uur toen de „Zeemanshoop" de visschershaven binnenvoer, waarbij de duizenden, die het angstige tafereel hadden bijgewoond, juich ten om de geweldige prestatie van schip per Bruin en zijn stoere mannen. Bij de loods van de Noord-Zuid-Holland- sche Reddingmaatschappij zorgde de Haag- sche politie voor een afzetting en daar kwamen de opvarenden van den logger aan wal, doodelijk vermoeid en verkleumd van de koud, maar gelukkig, omdat zij aan den greep der golven onsnapt waren. Wij telden 9 koppen, zoodat nog 2 leden van de bemanning vermist werden: de „jongste" Hendrik Roeleveld en de „af houder" Cornelis Bruin, die waarschijnlijk in de vischnetten verward is geraakt en zoo een prooi der golven werd. De bemanning van de reddingboot be stond uit: M. Bruin, schipper, A. Toet, J. Dijkhuizen, Otto Klaassen, Gijsbert Groen, C. Grootveld en A. P. Kamp, monteur. De boot voer onmiddellijk door naar de hel ling ter reparatie, want tweemaal was het schip in botsing met den gestranden log ger gekomen. Twee auto's van den gemeentelijke ge neeskundigen dienst vervoerden de gered den deels naar huis, deels naar het zieken huis aan den Zuidwal. De 15-jarige Evert Groen werd opgenomen in het Roode Kruis Ziekenhuis. Tegen de haven lag de Sch. 102 vrijwel in de golven, welker kracht verminderde, omdat de vloed afnam. BOTSING TUSSCHEN TWEE AUTO'S. Gisteravond zijn twee auto's te Hoogwoud met elkaar in botsing geweest, waarbij eenige personen licht gewond zijn. Een auto, waarin zes voetballers zaten van de vereeniging Aardswoud reed op de Gouwe. Achter dezen wagen volgde een auto, waarin zich eveneens zes voet ballers van genoemde vereeniging bevon den. Toen deze wagen den eerste wilde passeeren, kwamen zij met elkaar in bot sing, waardoor de bestuurder van den tweeden wagen de macht over het stuur verloor en tegen een boom reed. De andere auto kantelde en kwam in een sloot te recht. Beide wagens zijn ernstig bescha digd. De twintigjarige J. van Zweden uit Barsingerhorn werd vrij ernstig gewond. Hij brak een sleutelbeen en kreeg verwon dingen aan het hoofd. Van de andere voet ballers wefden eenige licht gewond. De inzittenden van den te water geraak ten wagen konden worden gered. Nadat geneeskundige hulp was verleend, is van Zweden per auto naar zijn woning vervoerd. De anderen zijn op eigen gele genheid naar hun woonplaats teruggekeerd. R.K. Ver. v. Kraamverzorging voor alle gezindien te Leiden en Omstreken Plaatsing-Bureau le Binnenvestgracht 30, voorheen Boerhaavestr. verleent hulp door gediplomeerde krachten Geopend eiken DINSDAG- en DONDER DAGMIDDAG van 2—4 UUR tot het ver strekken van de gewenschte inlichtingen, aanmelden van contribueerende leden en aanvragen voor kraamhulp - Telef. 3420. Aanvragen (schriftelijk) adres 1ste Bin nenvestgracht 30. OVER BOORD GESLAGEN EN VERDRONKEN. Vrijdagavond om half elf was de 35- jarige arbeider D. J. van der Mey van het eiland Tien Gemeenten met een roeiboot, waaraan een vlet was bevestigd, naar zijn woonplaats Den Bommel op Overflakkee vertrokken. Ten gevolge van den storm dreef hijechter af. Toen men Zaterdag nog niets van hem had vernomen, maakte men zich ongerust en stelde men langs de kust een onderzoek in. Zondagmiddag bemerkte een der uitgezonden reddings ploegen, waarvan de burgemeester van Den Bommel, de heer L. G. L. Lemkes en een dokter deel uitmaakten, een tweetal boot jes op het Haringvliet. Met een motorboot en een roeiboot toog men derwaarts. In derdaad bleek men met de vermiste vaar tuigjes te doen te hebben. De roeier was evenwel verdronken. Hij lag half over boord met het hoofd in het water en de beenen verstrikt in de touwen, waarmede hij klaarblijkelijk de bootjes had willen vastleggen. Door den zwaren golfslag schijnt hij daarbij te zijn gestruikeld met het noodlottig gevolg, dat hij gedeeltelijk in het water terecht kwam en zich niet meer kon oprichjen. De man was gehuwd en had twee kin deren. GEHEIMZINNIG DRAMA TE NULAND. Landbouwer onder raadselachtige om standigheden dood in zijn schuur gevonden. Een even mysterieus als tragisch sterf geval heeft Zondag de gemoederen in het anders zoo rustige dorpje Nuland (N.B.) danig in beweging gebracht; tegen het middernachtelijk uur van Zaterdag werd de 49-jarige landbouwer Joh. v. d. Veer door zijn echtgenoote dood in de schuur aangetroffen. Omtrent de toedracht tot dit geheimzinnig ongeval tast men tot nu toe in het duister, doch de volgende ge schiedenis is hieraan voorafgegaan. In het midden der week haalde de landbou wer een kalf, dat door mond- en klauw zeer was aangetast, uit de weide in den Maaskant en vervoerde dit naar het wei land „de Rijt" langs den Rijksweg den BoschGrave onder de gemeente Geffen. Enkele arbeiders, die onder Nuland be zig waren met verbetering van den weg naar Oss, hadden dit transport gezien en deelden de Nulandsche bevolking mede, dat door v. d. Veer een besmet stuk vee was vervoerd, aldus bericht men aan de „Maandagmorgen". Dit moet ook ter ken nis zijn gekomen van boeren, die eveneens hun vee weidden in „de Rijt". Groot was de verbazing van Van de Veer, toen hij daags daarna zijn kalf aan den knop van de voordeur zag vastgebon den. Hij informeerde naar de daders, doch ook de buren konden hem hierover niet inlichten. Hij besloot aangifte te doen bij den burgemeester. Deze wees hem al lereerst op het feit, dat hij geen aangifte had gedaan van zijn besmet kalf en zegde vervolgens een onderzoek toe naar de personen, die het kalf uit de weide had den gehaald en bij hem aan de deur had den gebonden. Toen de boer daags daarna nog niets vernomen had, stapte hij op nieuw naar den burgemeester én ook Za terdagmorgen vervoegde hij zich weer op het gemeentehuis. De boer begreep maar niet, wie hem op deze wijze had dwars gezeten en iedereen vroeg hij ernaar. Zaterdagavond begaf hij zich op het ge wone uur naar bed. Tegen half 11 be merkte de vrouw, dat haar man het bed had verlaten en toen hij na een kwartier nog niet terug was, besloot zij een onder zoek te gaan instellen. In huis bevond hij zich niet, voor de woning evenmin. Zij begon luidkeels te roepen, doch er kwam geen antwoord. Eindelijk besloot zij ook een onderzoek in de schuur in te stellen. Hier deed zij evenwel een afgrij selijke gewaarwording; direct bij bin nenkomst zag zij haar man aan een paal vastgebonden met een touw om de keel. Reeds toen gaf hij geen teekenen van le ven meer. Onmiddellijk werd burgemeester Theu- nissen gewaarschuwd, die op zijn beurt dr. Janssen uit Geffen waarschuwde. Bei den waren zeer spoedig ter plaatse; dr. Janssen kon slechts den dood constatee- ren. Onder leiding, van burgemeester Theunissen werd door de politie een diep gaand onderzoek ingesteld, doch tot op Zondagavond slaagde men er niet in licht te brengen in dit mysterieus sterfgeval. De politie blijft speuren naar de per sonen, die het kalf van den landbouwer uit de weide hebben gehaald en bij hem aan £e deur hebben gebonden; eerst dan zal het mogelijk zijn zich een juist oor deel te vormen, want het komt verdacht voor, dat de overbrengers van het kalf zich ook thans niet hebben aangemeld. Met spanning wacht de bevolking het re sultaat van het verdere onderzoek af. Het parket te Den Bosch is Zondag met het geval in kennis gesteld. Het slachtoffer laat een vrouw en twee kinderen achter. De logger Sch. 102 is Zondag in het gezicht van de haven even buiten het havenhoofd te Scheveningen vergaan. Het moment, waarop de reddingsboot het laatste lid der bemanning, den schipper, van het zinkende schip haalt. DRIE PERSONEN OM HET LEVEN GEKOMEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 9