President Benesj gaat heen
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKENGiro 10300?. postbns ïi.
BENEST
Hij wilde de belangen van zijn land
niet in den weg staan
Pressie van Duitsche zijde
Vreeselijk familie
drama
DONDERDAG 6 OCTOBER 1938 30ste Jaargang No. 9151
1K Adv. en Abonn.-tarieven zie pag. g
ZIJN LAATSTE TOESPRAAK TOT
ZIJN VOLK
De president van de Tsjecho-Slowaaksche
republiek, Benesj, is gisteren afgetreden
In een radiotoespraak tot het volk heeft
Benesj de redenen van zijn aftreden uit
eengezet. Hij zeide o.m.: „Ik was van plan
na de totstand koming van het accoord
van München af te treden, doch achtte het
gewenscht, te wachten totdat een sterke
regeering was gevormd. De vier groote mo
gendheden hebben besluiten genomen, zon
der dat wij geraadpleegd zijn. Ik zal geen
woord van critiek of blaam uiten. De ge
schiedenis zal oordeelen, doch ik zal blijven
zeggen, dat de offers, die men van ons ver
langd heeft, onrechtvaardig waren. Ik wil
de belangen van mijn land niet in den weg
staan, als overtuigd democraat voel ik, dat
mij niets overblijft dan af te treden. De
staat zal zichzelf opnieuw moeten vinden.
Ik bedoel niet, dat wij onze oude bondge
nootschappen moeten prijsgeven en nieuwe
aangaan, doch dat wij onze politiek moeten
omvormen. Er is thans geen reden tot con
flict met onze naburen. Onze nieuwe staat
zal in de toekomst meer homogeen zijn en
grootere moreele kracht hebben. Wij moe
ten niet bij de pakken neerzitten.
Tenslotte wil ik uiting geven aan mijn
volledig vertrouwen in de toekomst van
mijn land. Ik verlaat geen schip in den
storm, doch het is noodig, dat ik dit offer
breng".
afgetreden. Hierdoor heeft hij een schitte
rend voorbeeld van zelfverloochening ge
geven.
Dit besluit van den president is voor ons
zoo smartvol, dat woorden slechts een
zwakke afschaduwing geven van onze ge
voelens".
Men leze de woorden, waarin president
Benesj van Tsjecho-Slowakije zijn aftreden
bekend maakte, kalm en bezadigd. Waar
zijn aanblijven ongunstigen invloed zou
kunnen hebben op de onderhandelingen
tusschen zijn land en Duitschland, acht hij
't beter, heen te gaan.
Men herinnere zich hiernaast de woor
den waarin Hitier, toen hij reeds zeker was
van zijn overwinning, zich heeft uitgelaten
over Benesj, zijn overwonnene....
Wij publiceeren in dit nummer een sym
pathie-betuiging van enkele hoogleeraren
en andere wetenschappelijk vooraanstaande
personen aan dr. Edward Benesj.
Dezer dagen is zulks reeds telegraphisch
gedaan door het partijbestuur der S.D.A.P.
De bedoeling van dit optreden der S.D.A.
P. zal ongetwijfeld sympathiek zijn aan
ieder Nederlander. Dat zijn wij eens met
onzen collega de „N. Haarl. Crt.", met wien
wij 't echter óók wel eens zijn, als hij als
zijn meening uitspreekt, dat het zenden van
zulk een sympathie-betuiging niet ligt op
den weg een er politieke partij, als zoodanig.
Vanzelfsprekend gaat in deze da
gen sympathie uit naar Benesj.
„Zelden in de geschiedenis heeft een staats
man zooveel beleedigingen en belasteringen
moeten verduren als Benesj in de afgeloo-
pen maanden van Duitsche zij heeft moe
ten ondergaan" aldus de „Maasbode" van
hedenmorgen. En het blad schrijft dan ver
der over Benesj:
„Benesj was filosoof, vóór hij practisch
staatsman werd. Hij is consequent geweest
in de practijk van zijn politieke leven.
Daarom is het des te dieper te betreuren,
dat hij op een wankele basis bouwde. Zijn
determinisme, dat de sociale en historische
krachten als de eenige leidende beginselen
in den democratischen staat beschouwde,
bracht hem er in een fatalistische wereld
beschouwing toe zich door de overal opdoe
mende feiten te laten leiden. Dat is het
zwakke punt van zijn systeem en van zijn
activiteit geweest. Het is waarschijnlijk zijn
noodlot geworden, dat hij een te volgzaam
leerling van Durkheim was.
Op godsdienstig terrein stond hij ons zeer
verre. Als politicus heeft hij echter steeds
ingezien, welke geweldige kracht voor den
staat in den godsdienst schuilde. Zijn eer
lijke streven, waarvoor hij herhaaldelijk
woorden van waardeering zoowel van den
H. Vader als van het Tsjecho-Slowaaksche
Episcopaat mocht hooren, is steeds geweest
een loyale samenwerking tusschen Kerk en
Staat te handhaven. Er zijn ongetwijfeld
conflicten geweest, maar zij werden altijd
op zeer bevredigende wijze voor de Kerk
opgelost. De politicus Benesj hechtte groo
te waarde aan de beste verstandhouding
met het Vaticaan en met de Katholieken in
het eigen land.
Benesj is heengegaan. Alom zal men zijn
besluit eerbiedigen, het op zijn volle waar
de weten te schatten. Het moet hem een
zwaar offer geweest zijn, gelijk zijn fiere
houding den laatsten tijd getuigde van zijn
innerlijke kracht. Moge dit heengaan zijn
land ten voordeele strekken; mogen vooral
zijn vijanden deze patriotische daad eeren
door haar met grootmoedigheid te beant
woorden".
toekomstige Tsjecho-Slowakije. Benesj
heeft, hoewel hij het voorwerp was van
lage, gemeene scheldpartijen, een voor
beeld van waardigheid en kracht gegeven.
Zijn heengaan zal vrijwel zeker de rege
ling met de buurstaten en de Slowaken
vergemakkelijken.
De „Daily Telegraph" zegt: „Het is on
gelukkig genoeg waar, dat het Tsjecho-
Slowaaksche vraagstuk tot de geschiede
nis behoort en het aftreden van Benesj. is
een droeve herinnering aan dat feit. Zijn
stap was onvermijdelijk geworden: het is
de laatste dienst van een heldhaftigen
geest, een toegewijd patriot en een schit
terend voorbeeld van zelfopoffering".
ROEMEENSCHE PERS HULDIGT
BENESJ.
De geheele Roemeensche pers maakt
met deelneming melding van het aftreden
van president Benesj.
De „Universul" schrijft: „De wrok tegen
de persoon van Benesj, getoond door de
vijanden van zijn land, had geen andere
oorzaak dan zijn trouw aan de bondgenoo-
ten van Tsjecho-Slowakije en aan de be
ginselen der democratie. Het Roemeen
sche volk, dat weet, hoezeer Benesj een
trouw vriend van Roemenië was, brengt
hem zijn hulde en geeft uiting aan zijn
bewondering".
Nieuwe burgemeester
van Rotterdam
De Regeeringspersdienst meldt: Dezer
dagen is de publicatie te verwachten van
het koninklijk besluit, waarbij mr. P. J.
Oud, oud-minister van financiën, lid der
Tweede Kamer der Staten-Generaal, met
ingang van 15 October a.s. is benoemd tot
burgemeester van Rotterdam.
De nieuwbenoemde burgemeester van
Rotterdam is 5 December 1886 te Purme-
rend geboren. Hij deed in 1904 eindexamen
H.B.S., werd in 1907 cand. notaris en in 1909
surnumerair der registratie en domeinen. In
1912 deed de heer Oud het staatsexamen
voor toelating tot de universiteit en in 1917
werd hij aan de gemeentelijke universiteit
te Amsterdam bevorderd tot doctor in de
rechtswetenschap.
Als surnumerair der registratie en do
meinen was de heer Oud van 1909 tot 1912
gedetacheerd aan het departement van fi
nanciën, waarna hij als ontvanger bij dat
dienstvak te Texel en Ommen werkzaam
was. Na 1921 was mr. Oud inspecteur der
registratie en domeinen op non-activiteit.
In de laatste twintig jaar heeft mr. Oud
in het Nederlandsche politieke leven een
belangrijke rol vervuld. Van zijn verkie
zing in 1917 tot zijn benoeming als minis
ter van financiën in het kabinet Colijn in
1933, is hij ononderbroken lid der Tweede
Kamer geweest. Hij is lid van het hoofdbe
stuur van den Vrijzinnig-Democratischen
Bond, waarvan hij secretaris-penningmees
ter is geweest. Hij was redacteur van de
vrijzinnig-democratische organen „De Op
bouw" en „De Vrijzinnig-Democraat". In
de Kamer is hij sinds het optreden van het
tegenwoordige kabinet leider van de vrij
zinnig-democratische fractie. In de volks
vertegenwoordiging is hij een figuur van
gezag, die de onderwerpen, waarover hij
het woord voert, volkomen beheerscht.
Naar wij vernemen ligt het in de bedoe
ling van den nieuwbenoemden burgemees
ter van Rotterdam als lid der Tweede Ka
mer te bedanken. Hij zal dan worden opge
volgd door mr. K. Bijlsma, notaris te Frane-
ker, lid van het hoofdbestuur van den
Vrijz. Dem. Bond.
le Borkel en Schalt
Man vermoordt zijn vrouw,
verwondt zijn zoon en
pleegt daarna zelfmoord
In den afgeloopen nacht heeft zich te
Borkel en Schaft, gemeente Valkens-
waard, een familiedrama afgespeeld.
Om vier uur kwamen twee kinderen
van den landbouwer Govers hevig ont
daan bij hun buurman Verdonk, wien zij
mededeelden, dat er bij hen thuis ge
schoten was. Verdonk ging onmiddellijk
met de kinderen mee. Tot zijn ontzetting
vond hij zijn buurman dood in de keuken
op den drempel van de buitendeur. Go-
vers had een schotwond in het voorhoofd.
In de aangrenzende slaapkamer ontdekte
hij hét lijk van de 48-jarige vrouw, ter
wijl de zestien-jarige zoon Nico met ern
stige verwondingen in zijn slaapkamer,
welke aan die van de ouders grenst,
werd gevonden.
Men waarschuwde onmiddellijk dokter
Hoyinc van Papendrecht uit Bergeyck, die
kort hierop ter plaatse was. Hij kon bij
den man en vrouw slechts den dood con-
stateeren. De jongen verkeerde in ster
venden toestand. De pastoor van Borkel en
Schaft, die eveneens gewaarschuwd was,
heeft hem geestelijke hulp verleend.
Over de aanleiding tot dit drama tast
men volkomen in het duister. Het gezin
Govers, bestaande uit man, vrouw en zes
kinderen, stond in Borkel en Schaft zeer
goed aangeschreven. Men vermoedt, dat de
man in een vlaag van verstandsverbijste
ring heeft gehandeld. Het schijnt, dat hij
eerst zijn vrouw heeft vermoord. Zij werd
gevonden met een gapende wonde in het
voorhoofd, welke haar met een hamer of
bijl is toegebracht. De zoon is door revol
verschoten gewond. Uit een revolger van
het kaliber 320 zijn zes schoten op hem ge
lost, waarvan er twee geketst zijn. De man
is hierop naar de keuken gegaan en heeft
met dit wapen een einde aan zijn leven ge
maakt.
Het onderzoek is in vollen gang. Van
ochtend om acht uur arriveerden de substi
tuut-officier van justitie, mr. Dubois en de
wachtmeester der Koninklijke Marechaus-
sée te Valkenswaard.
Dit nummer bestaat uit
vier bladen.
VOORNAAMSTE NIEUWS
Buitenrand
President Benesj afgetreden, (le blad).
Duitschers, Polen, Hongaren, Slowaken
enz. verdeelen de huid van den geschoten
Tsjechischen beer. (2de blad).
Felle critiek van Churchill op Chamber
lains beleid. (2de blad).
Zal het Britsch-Italiaansche verdrag
spoedig in werking kunnen treden? (2de
blad).
Ook de Senaat heeft aan Daladier de ge
vraagde volmachten verleend. (2de blad).
Binnenland
Bezoek van den Belgische Koning aan
Nederland. (1ste blad).
Benoeming van oud-minister Oud tot
burgemeester van Rotterdam. £lste blad).
Sympathiebetuiging uit Nederland aan
de afgetreden president van Tsjecho-Slo
wakije Benesj. (2de blad).
Uiting van vreugde over het behoud van
vrede van de Nederlandsche bloembollen-
handel. (2de blad).
In verband met den moordaanslag op
den veldwachter te Waddinxveen, wiens
toestand zorgelijk is, zijn twee verdachten
gearresteerd. (4de blad).
Te Dreumel had een ketelontploffing
op een pleizierjachtje plaats; de opvaren
den kwamen er nog goed af. (4de blad).
Te Maassluis heeft een windhoos ge
woed. (4de blad).
Vreeselijk familiedrama te Borkel en
Schaft; man vermoordt zijn vrouw, ver
wondt zijn zoon en pleegt zelfmoord.
(lste blad).
Leiden
De Kamer van Koophandel klaagt over
den achterstand bij de Telefoon doordat
de winst voor het rijk de tarieven ver
zwaart. (lste blad).
In enquête door de Kamer van Koop
handel gehouden, spreekt de meerderheid
van de winkeliers zich uit tegen een ver
vroegde winkelsluiting op Zaterdagavond.
(lste blad).
Omgeving
Te Hoogmade is een boerenknecht door
de bliksem getroffen en levensgevaarlijk
gewond. (3de blad).
Sport en Wedstrijden
Na den eersten dag van den zwemwed
strijd tusschen Deensche en Nederland
sche dames te Kopenhagen leidt Dene
marken met 1716 punten. (4de blad).
Gisteren is te Amsterdam de derde par
tij gespeeld van den darawedstrijd Rai-
chenbachKeiler om het wereldkam
pioenschap. (4de blad).
OPKLARING VAN DEN TOESTAND
Zonder twijfel zal het aftreden van dr.
Beensj den toestand opklaren, aangezien
de samenwerking met Duitschland voor
Tsjecho-Slowakije gemakkelijker wordt,
terwijl het ook gemakkelijker zal worden
tot een oplossing te komen met de Slowa
ken
Naar verluidt hebben de Duitschers
'n sterke pressie uitgeoefend. Uit de re
de, welke de Fuehrer te Berlijn heeft
gehouden, bleek duidelijk, dat hij een
persoonlijke afkeer had van Benesj en
van betrouwbare zijde wordt medege
deeld, dat Hitier heeft beloofd edel
moediger te zijn in de onderhandelin
gen, wanneer Tsjecho-Slowakije een
ander staatshoofd zou hebben.
Verder wordt vernomen, dat generaal
Syrovy zal optreden als president der re
publiek, tot een opvolger van Benesj zal
zijn gekozen. Deze verkiezing moet ge
schieden door Kamer en Senaat tezamen.
KORTE LEVENSLOOP VAN DR. BENESJ
Dr. Eduard Benesj is 28 Mei 1884 in het
dorp Kozlany geboren. Zijn ouders waren
arme boeren. Toch wisten zij hem een goe
de opvoeding te geven. Hij studeerde aan
de universiteit van Praag, aan de Sorbon-
ne en de Ecole des Sciences Politiques te
Parijs en te Dijon, waar hij in 1908 promo
veerde in de rechtsgeleerdheid.
Toen de wereldoorlog uitbrak, was hij
reeds een der leiders van de Tsjechische
nationalisten en korten tijd later werd hij
de rechterhand van Masaryk. In 1915 begaf
hij zich naar Parijs om als journalist en di
plomaat te werken voor de bevrijding van
de Tsjechen.
Bij de oprichting van den nieuwen staat
Tspecho-Slowakije in 1918 werd dr. Benesj
minister van buitenlandsche zaken, welke
functie hij tot 1935 bekleedde.
In 1935, bij het aftreden van Masaryk als
president van de republiek, werd Benesj tot
zijn opvolger gekozen.
RADIO-REDE VAN SYROVY
Minister-uresident generaal Syrovy heeft
gisteravond te vijf uur een rede uitgespro
ken voor de radio, waarin hij o.a. heeft ge
zegd, dat de eerste taak van de regeering
was den staat te reconstrueeren. Een nieuw
Tsjecho-Slowakije zal worden opgebouwd,
de regeering wil eerlijk de beslissing van
de vier mogendheden te München uitvoe
ren.
Vervolgens kondigde de minister-presi
dent een wijziging van het bestuur aan,
waardoor de regeering den steun zal genie
ten van alle deelen der bevolking. Vooral
in Slowakije en Subkarpathisch Rusland
zal over worden gegaan tot een doeltref
fende decentralisatie en zal een autonoom
bestuur worden gevestigd.
Het regeeringsprogramma is het volgen
de: brood en werk voor allen. In het ver
volg zal v/orden geleefd volgens de drie be
ginselen: werk, orde, discipline.
Hierna zweeg de minister-president eeni
ge minuten en vervolgens zeide hij: „Met
alle smart, welke een oud-strijder, die heeft
medegewerkt aan het oprichten van dezen
staat, kan gevoelen, vervul ik hier een zeer
moeilijke taak en deel ik u mede, dat de
president der republiek, Eduard Benesj, is
Wal het buitenland ervan
zegt
DE EZELSTRAP VAN DE DUITSCHE
PERS.
„De valsche speler verdwijnt".
De Duitsche pers tracht het aftreden
van Benesj voor te stellen als de verdwij
ning van een hinderpaal voor het vestigen
van normale betrekkingen tusschen
Duitschland en Tsjecho-Slowakije. De
bladen hervatten hun in felle termen ge
stelde aanvallen op den Tsjecho-Slowaak-
schen staatsman. Zoo schrijft het „Berli
ner Tageblatt": De verdwijning van de
zen man, die het had ondernomen om op
leugen en bedrog een staat op te bou
wen, was een natuurlijke voorwaarde voor
een tevredenstellende regeling der kwes
ties, die binnenkort nog zullen moeten
worden geregeld tusschen Berlijn en
Praag. Geen enkele nabuurschapsbetrek
king was denkbaar zoolang Benesj hoofd
van den Tsjecho-Slowaakschen staat was.
De „Lokalanzeiger" verklaart, dat de
speler Benesj, die zijn geheele leven met
valsche kaarten gespeeld heeft, sinds lang
de partij verloren heeft en dat het spel
ten einde is.
De diplomatieke medewerker van de
„Berliner Boersenzeitung" schrijft: De
mislukte politicus Benesj verdwijnt. Het is
nauwelijks aan te nemen, dat hem de ze
gen wenschen van zijn volk vergezellen.
DE FRANSCHE PERS OORDEELT
ANDERS.
„Een groot Europeaan gaat heen".
De „Petit Parisien" schrijft: „Het heen
gaan van Benesj, onzen trouwen vriend
van immer, is een gebeurtenis, die door
alle Franschen met groote droefheid ver
nomen zal worden. Zijn verdwijnen van
het politieke tooneel van Europa is min
stens zoo pijnlijk als de smartelijke offers,
die zijn land heeft gebracht. Een groot
Europeaan gaat heen. De tijd zal hem den
schoonsten titel geven door hem te plaat
sen bij de redders van den vrede".
In de „Epoque" schrijft de Kerillis: „Het
is niet alleen Benesj, die heengaat, maar
ook een verdediger van de vriendschap
met Frankrijk. Zoo zal morgen een nieuw
land in den invloedssfeer van het Duit
sche rijk vallen".
De „Journal" zegt, dat de afscheidsbood-
schap van Benesj een bladzijde van zeld
zame grootheid is.
In de „Populaire" schrijft Blum, dat
slechts aan Benesj en aan niemand anders
de Nobelprijs voor den vrede toekomt.
DE ENGELSCHE PERSSTEMMEN.
„Een schitterend voorbeeld van
zelfopoffering".
Hoewel de Engelsche pers het heengaan
van Benesj betreurt, beschouwt men het
algemeen als een omstandigheid, die de
regeling der betrekkingen van Tsjecho-
Slowakije met de buurstaten zal verge
makkelijken.
De „Times" zegt, dat Benesj te zeer ge-
identificeerd werd met het Tsjecho-Slowa
kije van Versailles, dan dat hij zich kon
veranderen in den echten leider van het
Bezoek van Koning
Leopold van België
aan Nederland
Naar wij vernemen zal Z.M. Koning
Leopold van België, die de volgende maand
als gast van H.M. de Koningin een officieel
bezoek aan ons land zal brengen, op Maan-
cag 21 November a.s. in den namiddag per
trein te Amsterdam aankomen, waar hij
aan 'het centraal station zal worden ont
vangen en zich in een p.echtigen stoet naar
ae paleis op den Dam zal begeven.
Het bezoek zal slechts twee dagen duren.
Op Woensdag 23 November vertrekt de
Belgische Koning uit Amsterdam om na
een kort bezoek aan den Haag naar Brus
sel terug te keeren.
SPOORWEGONGELUK IN FINLAND.
Zes personen omgekomen.
HELSINKI. 6 Oct. (A.N.P.) Op het sta
tion Taimonkoski in het Zuid-Oosten van
Finland, is een trein met slaapcoupé's in
botsing gekomen met een goederentrein.
De mandflesschen met zwavelzuur, waar
mede een der wagons geladen was, spron
gen uit elkaar. Zes menschen zijn om het
leven gekomen en vele gewond.