Het sprookje van den Gouden Koets BINNENLAND Keol&dancl Lfoiêiy! DINSDAG 20 SEPTEMBER 1938 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 6 De Staten-Generaal door de Koningin geopend In den traditioneelen luisterrijken stoet heeft de Koningin zich vandaag wederom naar de aloude ridderzaal op het Binnenhof begeven voor de plechtige opening van de gewone zitting van de Staten-Generaal in het nieuwe parlementaire jaar. Als eerewacht voor het paleis was een compagnie opgesteld van het regiment gre nadiers ter sterkte van 100 man met het regimentsvaandel onder bevel van een ka pitein. Bij deze compagnie bevond zich de commandant van het regiment grenadiers, luit.-kolonel ,J. van Voorthuijsen, met zijn adjudant. Tevens maakte de Koninklijke Militaire Kapel onder leiding van den kapi tein-directeur dr. C. L. Walther Boer van deze eerewacht deel uit. De kapel stelde zich, met de beschikbare tamboers van het regiment grenadiers versterkt, op met den rug naar het front van 'het paleis, ter weers zijden van den hoofdingang. Aan de beide zijvleugels, dicht tegen beide zuilengangen aan, waren de secties van de compagnie grenadiers opgesteld. Voor de afzetting van den door den stoet te volgen weg zorgden bataljons van de regimenten grenadiers en jagers, terwijl het Binnenhof van de poort bij het Mau- ritzhuis tot de tweede poort was afgezet door een afdeeling te voet van het 2e regi ment veldartillerie en 'het Binnenhof bin nen de poorten door een afdeeling te voet van het 2e regiment huzaren en een de tachement van de rijks veld wacht. Al deze troep enafdeelingen hadden te 12 uur de hun aangewezen plaatsen ingeno men. Onder het spelen van het „Wilhelmus" door de Kon. Militaire Kapel verliet de Koningin omstreeks 1 uur het paleis, ter wijl de eerewacht de gebruikelijke hon neurs bracht. Op hetzelfde oogenblik werd door het opsteken van een vaantje, welk sein werd doorgegeven door de van afstand tot afstand geposteerde manschappen van oe eerste artilleriebrigade, het teeken ge geven aan de op het Malieveld opgestelde batterij, bestaande uit 4 vuurmonden, om het eerste van de minuutschoten af te geven, welke gelost werden van het oogenblik af dat de Koningin het paleis verliet tot dat zij in het paleis zou zijn teruggekeerd. Onder het dreunen van het geschut zette de stoet, die onder de algemeene leiding stond van den eersten stalmeester der Ko ningin, jhr. C. E. J. M. Verheyen, zich plechtstatig in beweging. Hij werd geopend door een commando cavalerie, ter sterkte van 75 ruiters, van het 2e regiment huzaren onder bevel van een ritmeester met den regimentsstandaard. Hierbij bevonden zich de regimentscom mandant, luit-kolonel J. J. van Diepen- brugge, en het muziekkorps van het regi ment, dat den tocht met marschmuziek op luisterde. Een viertal marechaussees reden voorop. Achter dit eere-escorte volgden in hun staatsielivreien een rijknecht-majoor en twee rijknechts te paard. Nu kwamen een zevental gala-rijtuigen, die aan de staatsie koets der Koningin voorafgingen. Elk rij tuig was met twee paarden bespannen. In het eerste rijtuig zat de eerste kamerheer- ceremoniemeester, jhr. A. G. Sickinghe. Vervolgens kwamen twee rijtuigen, waarin acht kamerheeren gezeten waren. In het eerste van deze rijtuigen bevonden zich de kamerheeren in gewonen dienst mr. R. liidder Pauw van Wieldrecht en Ph. J. Graaf van Zuylen van Nyeveit en de kamer heeren in buitengewonen dienst jhr. C. A. de Pesters en C. S. Sixma baron van Heem stra. In het derde rijtuig hadden plaatsge nomen de kamerheeren in buitengewonen dienst jhr. H. J. Repelaer van Driel, jhr. <mr. dr. J. D. H. de Beaufort, A. J. Looxma van Weideren baron Rengers en F. M. L. baron van Geen. Naast elk van de portieren van deze drie rijtuigen ging één lakei. Hierop volgden twee rijtuigen, waarin de gróotofficieren, volgens rang van be noeming gezeten waren. Hei eerste dezer rijtuigen bood plaats aan de grootofficieren R. F. C. baron Bentinck, opperstalmeester, R. A. baron van Hardenbroek van Harden- •broek en mr. W. J baron van Lynden, op perkamerheer. In het tweede rijtuig hadden de grootofficieren jhr. V. E. A. Boreel van Oldenadu, opperhofmaarschalk, jhr C. L. van Suchtelen van de Haare en G. Ch. baron Snouckaert van Schauburg plaats genomen. In het zesde rijtuig zaten de dienstdoen de grootmeesteres mevrouw H. Snouck Hurgronje, geboren jvr. van Tets, en de dienstdoende dame du palais, mevrouw M. baronesse van Harinxma Thoe Slooten, geb. baronesse Harinxma Thoe Slooten. In het zevende rijtuig bevond zich de cpper-ceremonie-meester J. H. F. Graaf du Monceau. Naast elk der portieren van deze vier rijtuigen gingen twee lakeien. Nadat deze zeven rijtuigen waren voor bijgetrokken kwam het groote moment: de gouden koets, waarin de Koningin gezeten was. Deze staatsiekoets was met acht paarden bespannen. Naast elk paard ging een koet sier, terwijl aan elke zijde van de koets vier lakeien gingen. Rechts van de gouden koets, een weinig achter het portier, reed de chef van het militaire huis, hr. ms. adjudant-generaal vice-admiraal F. Bauduin, terwijl op ge lijke wijze ter linkerzijde van de koets de gouverneur der koninklijke residentie, hr. ms. adjudant i.b.d. luitenant-generaal J. J. - G. baron van Voorst tot Voorst reed. Naast en achter de gouden koets volgden te paard de officieren der landmacht van het militaire huis der Koningin en wel de adjudanten i.b.d. luitenants-generaal b.d. J W. P. van Hoogstraten en jhr. E. J. M. Wittert, generaal-majoor b.d. H. G. Ram- bonnet, kolonel b.d. jhr. W. Laman Trip, reserve-kolonels b.d. W. Froger en W. G. van Hoogenhuijze, luit.-kolonel_ b.d. A. R. W. Gey van Pittius, voorts de adjudanten in gewonen dienst kolonel jhr. W. C. M. de Jonge van Ellemeet, majoor H. J. Phaff, kapitein van het K.N.I.L., W. Romswinckel, alsmede de ordonnans-officieren ritmeester jhr. G. H. van Kinschot en eerste luitenants jhr. D. J. A. A. van La wick van Pabst en A. J. F. M. Egter van Wissekerke. De stoet werd gesloten met een com mando cavalerie ter sterkte van 75 ruiters onder bevel van een ritmeester en een vier tal bereden marechaussees. Men volgde den gebruikelijken weg: NoordeindeHeulstraat- -Lange Voorhout (Schelppad)TournooiveldKorte Vijver bergBinnenhof. Op het Binnenhof stond by de ridder zaal als eerewacht opgesteld een afdeeling van het korps mariniers ter sterkte van 80 man met vaandel en met het muziek korps van de Koninklijke Marine. Bij deze eerewacht, die onder bevél stond van een kapitein, bevond zich de commandant van de afdeeling mariniers, kolonel H. F. J. M. A. von Frijtag Drabbe. Terwijl de kapel het „Wilhelmus" speel de, de eerewacht het geweer presenteerde en de vaandeldrager zijn vaandel diep deed neigen, schreed de Koningin de trappen op van het bordes.der ridderzaal, waarvan de peristyle was overhuifd met een roodflu- weelen baldakijn met gouden franje. Onder de peristyle haden zich ter begroe ting van de Koningin opgesteld de volgen de officieren der zeemacht van haar mili taire huis, de adjudanten i.b.d. vice-admi- raals b.d. J. J. Rambonnet, A. ten Broecke Hoekstra, jhr. G. L. Schorer en jhr. J. C. F. von Mühlen, schoutbijnacht b.d. C. baron de Vos van Steenwjjk, kapitein ter zee N. A. Rost van Tonningen en kapitein-luitenant ter zee le klasse jhr. E. J. van Holthe. Aan den ingang der ridderzaal werd de Koningin verwelkomd door de commissie van in- en uitgeleide uit den Staten-Gene raal. De commissie van in- en uitgeleide be staat uit de Eerste Kamerleden de Savor- nin Lohman, van Asch van Wijck, Fles- kens, Kranenburg en Woltjer en de Tweede Kamerleden Duymaer van- Twist, Oud, Zijlstra, Smeenk, Deckers, Krijger, Truyen, Bajetto, van Lidth de Jeude en Ruiter. Voorafgegaan door den eersten kamer heer-ceremoniemeester, de acht kamer heeren, de zes grootofficieren en den opper- ceremoniemeester geleidde deze commissie, welke vóór de Koningin uitging, H.M. naar den troonzetel. H. M. werd gevolgd door de d.d. groot meesteres, de dame du palais, den chef- van het militaire huis, den gouverneur der ko ninklijke residentie, den eersten stalmees ter en de bovengenoemde officieren van het militaire huis. Zoodra de Koningin op den troon was gezeten, schaarden zich de verschillende hoogwaardigheidsbekleeders volgens de daarvoor gebruikelijke regeling ter weers zijden van en achter den troon. Na de voorlezing van de troonrede verliet de Koningin op dezelfde wijze de ridder zaal om zich te begeven naar het paleis. Bij de poort, grenzende aan de ridderzaal, hadden, der traditie getrouw, de leden van het corps diplomatique met hun dames zich verzameld om de Koningin bij het voor bijgaan een hartelij'ken groet te brengen. Zoowel op den heen- als den terugweg en bij haar terugkomst ten paleize juichte de dicht opeengepakte menigte de Koningin geestdriftig toe. Steunt Luchtverdediglngsfondsl Postgiro Den Haag ssyiyy ten name H. M. DE KONINGIN. H. M. de Koningin is vanochtend om kwart over tien per auto van Amsterdam naar Den Haag vertrokken. De reis werd via Haarlem gemaakt. Motorpolitie verge zelde de koninklijke auto tot de grens der gemeente. Om 11.20 kwam H. M. aan het paleis Noordeinde aan. Vanmiddag om half drie wordt de Ko ningin op het paleis aan den Dam terug verwacht. Prins Bernhard geslaagd bij de rijlessen te Amersfoort. Met eenige feestelijkheid is Zaterdag te Amersfoort in de Rijschool het afscheid van de cursisten gevierd. Onder degenen, die eindexamen deden,, bevond zich n.l. ook Z. K. H. Prins Bern hard. Het examen bestond o.m. uit dressuur- proeven en een rallye-paper. ZAL DE REGEERING HAAR PLAN INZAKE HET NATIONALE LUCHTVAARTTERREIN WIJZIGEN? ONDERHANDELINGEN TUSSCHEN DEN MINISTER VAN WATERSTAAT EN DE GEMEENTE AMSTERDAM. De Regeeringspersdienst meldt, dat de regeering, na nadere overweging van haar voornemens met betrekking tot de stichting van een centraal lucht vaartterrein, van oordeel blijft, dat het met het oog op de positie van Neder land in het luchtverkeer noodzakelijk is, het groote internationale luchtver keer op één enkel luchtvaartterrein te concentreeren. Is daarvoor in eerste instantie ge dacht aan een nieuw aan te leggen ter rein beoosten Leiden, de loop der om standigheden heeft de regeering aan leiding gegeven tot de overweging in hoeverre, met behoud van den eisch van een nationaal luchtvaartterrein voor het internationale verkeer, in plaats van tot den aanleg van een ter rein beoosten Leiden, zou kunnen wor den besloten tot een in de tweede plaats mogelijke oplossing, namelijk het bestemmen van het luchtvaartterrein Schiphol tot nationaal luchtvaarterrein met deelneming door het Rijk in de ver dere inrichting en de exploitatie daar van. .Dienaangaande worden thans on derhandelingen gevoerd tusschen den minister van Waterstaat en het ge meentebestuur van Amsterdam. Wij merken hierbij op, dat de Regeering haar planf om op een terrein beoosten Lei den .een centraal luchtvaartterrein aan te leggen blijft stellen op de eerste plaats. Zij wil echter ook nogmaals? in overweging nemen, een in de tweede plaats mogelijke oplossing: de bestemming van het luchtvaartterrein op Schiphol tot natio naal luchtvaartterrein. Het eerste plan is dus nog geenszins van de baan! VIJF TON VOOR LUCHT BESCHERMING. Regeering wil spoed betrachten. Ten einde spoed te betrachten met het treffen van de noodige voorzieningen voor de luchtbescherming, heeft de minister van Binnenlandsche Zaken een suppletoire be grooting over 1938 bij de Tweede Kamer ingediend, waarbij de aanvankelijk voor dit doel uitgetrokken post van 175.000 wordt verhoogd tot 500.000. Nu ten aanzien van de uitvoering van de wet betreffende bescherming tegen lucht aanvallen, practische ervaring is verkre gen, heeft de regeering zich nader beraden over de vraag, op welk punt evenwicht kan worden bereikt tusschen het belang van de voorziening in luchtbescherming eenerzij ds en de omstandigheid, dat voor dit doel, als' voor elk ander, in de tegenwoordige tijds omstandigheden slechts beperête middelen kunnen worden beschikbaar gesteld. Zooals men weet, acht de regeering jaarlijks een bedrag van 500.000 noodig. Zij stelt zich voor, in de komende jaren dan ook de mid delen tot dat bedrag aan te vragen, maar om het programma, dat de regeering zich voorstelt te verwezenlijken, zoo spoedig mo gelijk tot stand te brengen, meent de mi nister ook reeds voor het dienstjaar 1938 de gelden te moeten aanvragen tot het volle bedrag van 500.000. EEUWFEEST ELISABETHZIEKENHUIS TILBURG. Het St. Elisabethziekenhuis te Tilburg zal 19 November a.s. zijn eeuwfeest vieren. Tevens zal het dan 100 jaar geleden zijn, dat de zusters van Liefde zich te Tilburg met ziekenverpleging belastten. Als bijzonderheid kan hieraan worden toegevoegd, dat het Tilburgsche ziekenhuis, na dat van Breda, het eerste was waar de verpleging door religieuze zusters werd uit geoefend. Men is doende een feestcomité te vormen om het dubbele feit te herdenken. DE LEGEROEFENINGEN. De commandant van het veldleger deelt mede: In aansluiting aan hetgeen reeds omtrent het niet doorgaan van de oefening onder leiding van den commandant van het veld leger in de bladen is vermeld, zij het vol gende medegedeeld. De oefening onder leiding van den com mandant van het veldleger wordt vervangen door afzonderlijke oefeningen van de hoofdonderdeelen, die daaraan zouden deel nemen. Zoo houdt de commandant der eerste di visie een oefening van vier dagen met de troepen der divisie onder zijn bevel, waar aan tevens door andere wapens en dien sten wordt deelgenomen. Deze oefeningen vinden plaats op 26 en in den vroegen ochtend van den 27sten in het westelijk gedeelte van de Over-Betuwe, den 27sten tusschen Arnhem en Wagenin- gen, den 28en gesplitst resp. om Ede, om Renkum en om Milligen, den 29en (tot 12 uur) tusschen Ede en Otterlo. De uit de vierde Infanterie-brigade aan gewezen onderdeelen oefenen volgens be velen can commandant tweede divisie in den wijden omtrek der erbij betrokken garni zoenen. De oefeningen van de lichte Brigade, die 21 September aanvangen, gaan door, doch worden 24 September beëihdigd, waar na de "deelnemende troepen naar hunne garnizoenen terugkeeren en daar verder oefenen. Enkele onderdeelen nemen deel o.m. aan de oefening onder leiding van commandant eerste divisie. MELKPRIJS WETTELIJK GEBIED. De Hollandsche Maatschappij van Land bouw wendt zich tot den Minister. Het dagelij ksch bestuur der Holland sche Maatschappij van Landbouw heeft in zijn Maandag 19 September gehouden ver gadering den onbevredigenden toestand voor de consumptiemelkers besproken. Besloten werd het volgende schrijven aan Z.Exc. den Minister van Economische Zaken te richten: „Het dagelij ksch bestuur der Holland sche Maatschappij van Landbouw, in ver gadering bijeen, verzoekt Uwe Excellentie beleefd doch dringend, den melkprijs te verhoogen. Het dagelijksch bestuur wijst er Uwe Excellentie op, dat de schaarschte aan melk, inzonderheid door den ongeken- den invloed van het mond- en klauwzeer, den melkprijs zonder bindende regeling zeer hoog zou hebben doen oploopen. Deze hooge prijs zou voor de veehouders een kleine tegemoetkoming beteekend heb ben in de groote schade, welke zij thans door genoemde ziekte ondervinden. In- plaats van thans deze tegemoetkoming te ondervinden, wordt de Consumptiemelk Centrale verplicht honderd duizenden li ters melk voor hoogen prijs op kosten zij ner aangeslotenen van elders te betrekken. Naar ons oordeel is echter een regeling, welke op zoo zichtbare wijze een veel la- geren prijs geeft dan vroeger onder onge veer gelijke omstandigheden het geval zou zijn geweest, ten aanzien der producenten onredelijk en onhoudbaar. In het belang van het voortbestaan der regeling, welke mooie perspectieven voor alle belangheb bende groepen en het algemeen belang in houdt, doen wij een beroep op de mede werking uwer Excellentie den melkprijs meer bij de moeilijke omstandigheden aan te passen. Voor uwe welwillende overweging dan ken wij u bij voorbaat ten zeerste". GEDROOGDE SUIKERBIETEN ALS VEEVOEDER. Proef wordt genomen op groote schaal. Zooals bekend is, heeft de minister van Economische Zaken opdracht gegeven tot het onderzoeken van de mogelijkheid, sui kerbieten tot veevoeder te verwerken. Een commissie van deskundigen onder voorzit terschap van den regeeringscommissaris voor den akkerbouw en de veehouderij heeft de bestudeering van dit vraagstuk ter hand genomen. Aangezien eenige jaren geleden reeds op kleine schaal proeven waren genomen met het opnemen in mengvoeders van ge droogde suikerbieten en de resultaten daar van gunstig waren het verslag van het provinciaal veevoederbureau voor Zuid- Holland over het seizoen 19361937 ver meldt b.v., dat zeer gunstige ervaringen zijn opgedaan adviseerde de commissie het nemen van een proef met gedroogde sui kerbieten op groote schaal, opdat het dan mogelijk zou zijn, een defintief oordeel te vellen omtrent de waarde van het gedroogd product voor de veevoeding. De minister kon zich met dat voorstel vereenigen, zoodat voor het seizoen 1938 1939 gedroogde suikerbieten beschikbaar zullen worden gesteld. De suikerfabrieken te Halfweg en Put- tershoek hebben zich bereid verklaard bij voldoende belangstelling ieder ca. 1250 ton gedroogd product te fabriceeren. Teneinde den gewonen gang van zaken niet te verstoren zal aan den handel het samenstellen van mengvoeders met dit pro duct worden overgelaten. De bemoeiingen van de suikerfabrieken zullen niet verder gaan dan het beschikbaar stellen van het gedroogde ongemalen product. Rott. Lloyd Rapide. De Rott. Lloyd Rapide, in aansluiting op he mailschip „Dempo" wordt Woensdag 7.33 v.m. in den Haag (Holl, Spoor) ver wacht. De Koningin In de Socialistische Gids be spreekt de leider der sociaal-democraten, ir. Albarda, de jongste radio-rede onzer Ko ningin, en zegt: „Hierin ligt een krachtige democratische beginselverklaring, een getuigenis tevens van sterk vertrouwen. Al dadelijk herkent men den democratisch en geest, als den jon geren hun verantwoordelijkheid op het hart wordt gedrukt; verantwoordelijkheid niet tot afbrekenden, maar tot opbouwen- den arbeid. Allereerst van het scheppend vermogen van een öf anderen politieken toovenaar of geweldenaar, maar slechts van de schoone eigenschappen van hart en hoofd, die de jongeren moeten toonen te be zitten, wordt de komst van betere tijden in hooge mate afhankelijk genoemd. Mocht iemand nog in twijfel verkeeren, in welken geest aan die toekomst moet worden gear beid, dan heffen de volgende volzinnen dien twijfel volledig op. De toekomst zal moeten verrijzen op den grondslag, waarop ons staatsbestel berust, dat is op dien van de onschatbare goederen, die eeuwenlang ons volk hebben toebehoord. De vrijheid en de verdraagzaamheid, hoeksteenen der de mocratie en haar parelen tegelijk. Verstar ring van datgene, wat vorige geslachten met hun bloed verwierven en wat wij van hen erfden, wordt hier geenszins bedoeld. Op het vermogen der democratie, om vor men te vernieuwen, is met nadruk de aan dacht gevestigd. Koningin Wilhelmina, die, na gedurende veertig jaren de kroon te hebben gedragen op het tijdstip van zeer ernstig gevaar, dat wij beleven, aldus tot het geheele volk sprak, heeft zich door die woorden vaster dan ooit met het groote de mocratische deel van dat volk verbonden. Bewonderaars van vreemde tyrannieën mo gen als jubelende vleiers trachten den troon te omringen de vrouw, die den hoogen zetel bekleedt, aarzelt niet haar geloof in de zedelijke waarde, de staatkundige bruik baarheid en de duurzaamheid der democra tie moeten uit te spreken. Wie den sterken ernst, waarmede die woorden tot het volk werden gericht, heeft verstaan, hij heeft ge voeld: een buiging voor een dictator zooals een dynastie, in het zuiden van Europa heeft getoond, zal in Nederland niet wor den beleefd". De heer Albarda besluit zijn artikel met woorden van lof over de wijze waarop de Koningin haar taak heeft vervuld en con stateert: dat vrijwel geen enkele sociaal-democraat „de constitutioneele monarchie" (in ons land) in een republiek zou willen zien ver anderen". MAASTRICHT EERT DEN H. LAMBERTUS. Groote processie neemt te Luik zijn reliek in ontvangst. Met groote plechtigheid hebben Zondag de Katholieken van Maastricht een groote reliek van hun schutspatroon, den H. Lam- bertus overgebracht van Luik naar Maas tricht. Aan hst eind van de zevende eeuw stierf hy als bisschop van Maastricht, zijn geboor testad, den marteldood. Hij werd vermoord te Luik. In net hegin der achtste eeuw werd zijn gebeente opgegraven en naar Luik overgebracht. Daar is het gebleven tot m onze dagen. Met toestemm.'rg van Z.H.Exc. Mgr. Kerkhofs, den bisschop van Luik, is Zon dag een grccle reliek van den heilige in precessie naar Maastricht overgebracht. Tweeduizend pelgrims kwamen Zondag middag om 5 uur aan de kathedraal van Luik aan om de reliek van den Heilige in ontvangst te nemer.. De bisschop van Luik heeft op de trap pen van de kathedraal, omring door het ka pittel, de Nederkndsche pelgrims ontvan gen Aan het hoofd van den stoet, waarin een muziekkorps meeliep, en welke met de vlaggen en rijk geccstumeerde groepen een kleurrijk geheel vcimde, liepen Mgr. G. Lemmens, bisschop van Roermond, en Mgr. Wouters, deken van de St. Servaas en uit traditie kanunnik van de kathedraal van Luik. Onder gezang geschiedde de plechtige overhandiging der reVkcn. Tegen 6 uur heeft de stoet Luik verlaten om naar Maas tricht terug te koeren, waar groote feeste lijkheden zijn georga-i^tfrd. MR. D. G. W. SPITZEN. Benoemd tot secretaris-generaal van Waterstaat. B. K.B. is met ingang van 1 Januari 1939 aan den secretaris-generaal van het de partement van Waterstaat, mr. G. van der Meulen, op zijn verzoek eervol ontslag ver leend uit 's rijks dienst, met dankbetuiging voor de door hem gedurende een lange reeks van jaren aan den lande bewezen gewichtige diensten en benoemd tot secre taris-generaal van dat departement mr. D. G. W. Spitzen, thans administrateur bij het departement van Binnenlandsche Zaken. De nieuwe secretaris-generaal van het departement van Waterstaat is 18 Maart 1896 te Wageningen geboren. In Den Haag doorliep hij het gymnasium en te Leiden studeerde hij rechten. Na zijn studie was hij gedurende eenige jaren werkzaam bij het voormalige departement van Binnen landsche Zaken en Landbouw. Sinds 1932 is mr. Spitzen administrateur, chef der afdeeling Binnenlandsch Bestuur, van he departement van Binnenlandsche Zaken. De heer Spitzen is ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw en officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 6