ONDER ZWARE VERDENKING
Indië filmt Nederland. Een aardig snapshot van den Pangeran Hangabehi van
Soerakarta tijdens het bezoek van de Indische vorsten aan de stichting „Nationaal
Centrum" op huize Schoonoord te Zeist
Jong leven in den Haagschen dierentuin, waar dezer dagen een kidang-hertje werd geboren.
Moeder en kind onder de hoede van den chef van den dierentuin, den heer Van Dalen
Het standbeeld van wijlen
Koning Albert van België,
dat op de Place de la
Concorde te Parijs wordt
onthuld, wordt op zijn plaats
gebracht
Ernstige gezichten. - De buitenlandsche gasten tijdens het défilé, dat Zondag te Neurenberg plaats had
voor Adolf Hitler op den Partijdag
Adolf Hitler in zijn auto tijdens het voorbij trekken der troepen voor den
Führer op het partijcongres te Neurenberg
Dr. Benesj tijdens zijn radio-rede over
den internationalen toestand en de
positie van zijn land ten opzichte van
het vraagstuk der Sudeten Duitschers
H. M. de Koningin vertrok Maandag officieel uit de hoofdstad, om onmiddellijk daarop
incognito terug te keeren in verband met de ziekte van H. K. H. Prinses Juliana. Het gala
rijtuig bij het verlaten van den Dam
FEUILLETON
ROMAN VAN HUGO BETTAUER
(Nadruk verboden)
17)
De verdediger: M'n waarde juffrouw
Armbruster! Meneer Hartwig wordt, zoo
als u weet, er van beschuldigd in den loop
van de maand Juni vijf of nog meer vrou
wen uit Berlijn te hebben gelokt om ze er
gens in de eenzaamheid te vermoorden.
Zonder twijfel moet hij die misdaad er
gens ver buiten Berlijn hebben gepleegd.
Men mag aannemen, dat meneer
Hartwig zijn slachtoffers naar afgelegen
oorden op een afstand van vele uren spo-
rens heeft gebracht. Logischerwijze zou me
neer Hartwig dus in Juni meermalen eeni-
ge. dagen van huis moeten zijn geweest.
Daarover kunt u alleen inlichtingen ver
strekken. Dies vraag ik u: Is uw huurder,
meneer Hartwig, in Juni of Juli eenige
nachten niet in huis geweest? Heeft hij
een reis gemaakt, waarvoor hij handbagage
meenam?
Juffrouw Armbruster knikte zeer beslist
ontkennend.
Neen, wat men zoo een reis noemt,
die heeft meneer Hartwig nooit onderno
men! Maar uitstapjes heeft hij wel ge
maakt. In het voorjaar en 's zomers ging
meneer Hartwig soms heel vroeg 's mor
gens al weg, om steeds laat in den avond
thuis te komen en hij' heeft mij dan wel
eens verteld, dat hij den een of anderen
grooten tocht had gemaakt. Maar bagage
neen, daarvan was geen sprake.
Mijne heeren gezworenen, riep Nagel
stock triomfantelijk en listig, stelt u zich
nu de situatie eens voor. Hartwig heeft
een meisje tot een uitstapje van twee da
gen geinviteerd om met hem een villa of
een landgoed in of bij Ketzin te gaan be
zichtigen. Wat zal dat meisje nu wel ge
dacht hebben, wanneer haar verloofde, ab
soluut zonder eenige bagage, nog niet eens
met een nachthemd en een tandenborstel
gewapend, haar was komen afhalen?
Een der juryleden, een man met een vo
gelgezicht en een eendensnavel verhief zich
van zijn zetel.
Meneer de president, staat u toe, dat
ik tot deze getuige een vraag richt?
Zeker, het doet me zelfs genoegen,
wanneer ook de heeren gezworenen mee-
nen in de behandeling van deze zaak een
werkzaam aandeel te moeten nemen.
De eendensnavel opende zich weer.
Welnu, juffrouw Armbruster, kunt u
ons zeggen, hoe meneer Hartwig gekleed
was, wanneer hij dergelijke uitstapjes
maakte?
Jawel, dat kon juffrouw Armbruster. Hij
droeg een donkergroen sportpak, een vil
ten hoed met een veertje, zware laarzen
met dubbele zolen en zoo'n rugzak, zooals
de menschen, die naar buiten gaan, altijd
dragen.
Groote vroolijkheid, beweging, geschui
fel. De eendensnavel zeide: nou alsjeblieft!
klapte dan dicht en de verdediger trok zich
als een natte poedel op zijn sf '"'"ug.
Maar twee lachten er zachtjes zich
heen: De commissaris der recherche Von
Dengern en de beklaagde Hartwig.
De door den verdediger opgeroepen getui
gen a décharge kwamen aangemarcheerd.
Leeraren, jeugdvrienden en studiegenoo-
ten van Hartwig. Unaniem Verklaarden zij
Hartwig als een doodgoeden, ietwat ro-
mantischen dwependen jongeman te heb
ben gekend, dien men nooit tot het ple
gen van een misdaad, als waarvan hij nu
werd beschuldigd, in staat zou hebben ge
acht.
Het was intusschen laat geworden.
Op de publieke tribune zoowel als op de
banken der juryleden ontstond een zekere
onrust, welke zich ten laatste zelfs van de
rechters meester maakte.
Advocaat Nagelstock sprong op.
Meneer de president, daar het getui
genverhoor nu is afgeloopen, .verzoek ik
u dringend de behandeling van deze zaak
tot morgen te willen verdagen. Niet alleen
ik, maar zeker ook enkele der juryleden,
misschien ook de edelachtbare heeren pre
sident en rechters hebben zich niet uit
brutale nieuwsgierigheid, maar uitsluitend
met het doel om in het raadsel-Hartwig wat
rr.eer licht te brengen, voorzien van plaats-
kaarten voor de vanavond plaats hebbende
voorstel in het Kleist-theater.
Het is nu zeven uur over een uur be
gint de voorstelling derhalve
Met een zucht van verlichting gaf de pre
sident aan dit verzoek gevolg. Maar nog
vóór hij de zitting ophief wendde hij zich
andermaal tot den beklaagde.
Hartwig, wilt u niet vandaag nog het
verlossende woord spreken en een beken
tenis afleggen?
Vermoeid en nerveus schudde Hartwig
het hoofd.
Meneer de president, voor me ligt een
nacht, waarin ik het met mezelf eens zal
worden. Morgen zal ik spreken.
Ondanks de algemeen heerschende ver
moeidheid en het vergevorderde uur, dood-
sche stilte. Duidelijk hoorde men een brom
vlieg tegen een der hooge ramen gonzen.
Morgen dus morgen zou de sensatie haar
hoogtepunt bereiken.
Joachim von Dengern wierp den beklaag
de van onder de half gesloten oogleden een
langen blik toe. Dan trad hij naar voren.
Meneer de president, zooals ik reeds
zeide, heb ik nog een zeer belangrijk on
derzoek te doen. Mag ik u dus vriendelijk
verzoeken mij morgen bij de voortzetting
der behandeling van deze zaak het eerst
te verhooren?
Verwonderd stemde de president toe. En
even verwonderd als hij waren alle men
schen in de zaal. Wat had dat nu weer te
beteekenen? Wat kon Von Dengern nog te
vertellen hebben, waarom verlangde hij
zoo beslist, om morgen als eerste te worden
gehoord? Het eene raadsel na het andere.
Als een zwerm bijen vlogen de men
schen uiteen. Taxi's suisden naar alle rich
tingen, nu gold het zich zoo snel mogelijk
te verkleeden, groot toilet te maken en een
kleinigheid te eten, vóór men zich naar
de sensationeelste, spannendste schouw
burgpremière begaf, welke Berlijn ooit ge
kend had.
De sensatiepremière.
Joachim von Dengern had een snellen
Mercedeswagen, eigendom van het hoofd
bureau van politie, besteld, waarin hij nu
plaats nam om zich naar Lützow Ufer te
laten brengen. In de onmiddelijke nabij
heid van het huis, waar Lotte Frölich bij
mevrouw Lammlein woonde, liet hij den
chauffeur stoppen, om daarna een klein
restaurant binnen te gaan, vanwaar hy de
woning in het oog kon houden. Hij had
overlegd, dat Lotte Frölich natuurlijk de
opvoering van „Drie menschen" in het
Kleist-theater zou gaan bijwonen en wel,
naar alle waarschijnlijkheid in gezelschap
van haar hospita, mevrouw Lammlein.
Juist had hij eenige happen gegeten en
betaald, toen ook inderdaad de beide da
mes het huis verlieten. Nu was de weg voor
hem vrij. Ongemerkt sloop hij de gang van
het groote huurhuis in, vloog twee trappen
op en stond voor de deur der woning van
mevrouw Lammlein. Hard trok hij aan de
bel, maar niemand deed open. De hospita
hield er geen dienstmeisje op na. Een
scherpe blik naar links en rechts, een loo-
per werd zachtjes in het slot gestoken en
Von Dengern kon de woning binnen gaan.
Zorgvuldig sloot hij de deur achter zich
dicht, begaf zich direct in de hem reeds
vluchtig bekende kamer van Lotte Frölich
om eerst na ruim een kwartier weer te
vertrekken.
Onder den arm droeg hij een klein pakje.
Kwart over acht. Von Dengern gaf den
chauffeur een adres op in het noorden van
Berlijn met de opdracht zoo snel als slechts
eenigszins mogelijk te rijden. Binnen tien
minuten was hij waar hij zijn moest, weer
tien minuten later had hij den uitdragers
winkel van meneer Goldlust weer verlaten
ei. juist op het oogenblik, dat het scherm
opging, liet commissaris Von Dengern zich
behaaglijk glimlachend in zijn fauteuil ir
de loge neervallen.
(Wordt vervolgd).