van de wereld zien? CEBUTO Studiedagen R Bisdom .K. Volksbond Haarlem GOSD5 WSGSfl 3ÜSNGSN VSLYAAilT BIOSCOPEN TE LEIDEN MAANDAG 22 AUGUSTUS 1938 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 10 AUTOBAND GESPRONGEN. Jonge man zwaar gewond. Door het springen van een achterband is te Halfweg een personenauto, waarin vier personen gezeten waren, op de naast den weg gelegen trambaan terecht gekomen en over den kop geslagen. Een inzittende dame uit Overveen en een heer uit Amsterdam werden uit de auto geslingerd. De dame was ongedeerd. De heer, die bewusteloos bleef liggen, bleek een schedelfractuur te hebben opgeloopen. Hij is naar het Wilhelmina Gasthuis te Amsterdam overgebracht. De twee andere inzittenden zijn door glasscherven licht gewond. De auto, die zwaar was gehavend, is in beslag genomen. DE VAL VAN ZIJN PAARD. Luitenant-kolonel Schol overleden. Gisteravond is in het Diaconessenhuis te Breda overleden luitenant-kolonel T. H. Schol, chef van den staf der derde divisie te Breda. Overste Schol heeft Vrijdag 1.1. een val van zijn paard gemaakt in het Mastbosch te Breda. Hij werd naar het Diaconessen- huis overgebracht, waar men een zware hersenschudding constateerde. JONGEN VERDRONKEN. Zaterdagavond kwam de heer Mast. wo nende Daniel Stalpertsstraat te Amsterdam, aan het bureau Stadhouderskade opspo ring vragen van zijn 8-jarig zoontje Martin, die des middags de woning had verlaten om te gaan spelen. Later in den avond kwamen enkele jon gens melden, dat zij Martin Mast hadden zien spelen in een kano, liggende in de Ruysdaelkade. De politieboot en enkele agenten op den wal zijn toen gaan dreg gen en hebben het lijkje van den knaap opgehaald. LIJK AANGESPOELD. Een schipper heeft te De Cocksdorp een lijk aangebracht, dat op de Vliehorst was aangespoeld. Het is waarschijnlijk het stoffelijk over schot van den jongeman van het katholieke kamp, die Maandag j.l. ïs verdronken. Het slachtoffer moet ruim 20 jaar oud zijn geweest en was gekleed in zwemcostuum. De burgemeester is van een en ander in kennis gesteld. Gisterochtend heeft een felle brand ge woed in een groote houtloods van de fir ma de Waard uit Schiedam, aan de Ezels- veldlaan te Delft. Tegen half twaalf zag ee'n voorbijganger rook opstijgen uit de loods. Hij waar schuwde de politie, die enkele oogenblik- ken later met een motorspuit ter plaatse verscheen. Toen laaiden de vlammen reeds hoog op en de politie stond al direct voor een moeilijke taak. Niet minder dan zes slangen werden uitgelegd en van verschil lende zijden werd het vuur aangetast. De vuurzee was echter zoo hevig, dat de commissaris van politie, de heer U. van der Zee, opdracht gaf een tweede spuit te re- quireeren, zoodat nog met drie stralen water kon worden gegeven. Dank zij het doortastend optreden van de politie-brandweer konden de aangrenzen de opslagplaatsen van den bouwmateria- lenhandel van den heer C. Koolschijn en van den fouragehandel van de gebroeders van der Sman behouden blijven. De houtloods van de firma de Waard brandde echter geheel af. Een groote hoe veelheid nieuw hout en een zaagmachine gingen verloren. De schade, die nog niet te schatten valt, wordt door verzekering gedekt. Te kwart voor één kon een der spuiten inrukken, terwijl de ander voor nablus- sching bleef. De oorzaak van den brand is onbekend. FELLE BRAND IN EEN BOERDERIJ TE LICHTENVOORDE. Vermoedelijk door een lek in den schoor steen is gistermiddag te ruim drie uur brand ontstaan in de boerderij, bewoond door het gezin Wamelink aan den Aalten- scheweg te Lichtenvoorde. Men waar schuwde de brandweer, die kort daarop ter plaatse verscheen, doch wegens gebrek aan' water tegen het vuur weinig kon uitrich ten. De boerderij brandde geheel af. Eeni- ge biggen konden met moeite worden ge red. De hond der familie Wemelink liep zoodanige brandwonden op, dat hij ter plaatse moest worden afgemaakt. De ge- heele inboedel werd een prooi der vlam men. Hieronder bevonden zich diverse vrachten hooi. De schade wordt slechts ge deeltelijk door verzekering gedekt. BRAND DOOR BLIKSEMINSLAG TE CAPELLE. Vannacht om vier uur tijdens een kort maar hevig onweer sloeg de bliksem in den landbouwschuur van den heer D. M. Boot te Capelle (Duiveland). In een minimum van tijd stond de ge- heele schuur in lichter laaie. Met moeite wist de zoon van den landbouwer een op stal staand paard te redden. De pas binnengehaalde oogst werd een prooi der vlammen. Dank zij de gunstige windrichting en het optreden van de brandweer van Nieu- werkerk kon het woonhuis, dat veel wa terschade kreeg, behouden blijven. Verzekering dekt de schade, die op 15.000.wordt geschat. ENGELSCH JACHT IN NOOD. 36 UUR OP ZEE RONDGEZWALKT. Behouden op Ameland binnengebracht. Schipper Bruin van Hollum heeft Zater dag in de bocht bij Ballum een Engelsen jacht zonder naam binnengebracht. De be manning bestond uit drie personen, die met hun vaartuig 36 uur hulpeloos op de Noordzee hadden rondgezwalkt. Het jacht is afkomstig uit Lowestoft en was via Terschelling naar Norderney ge varen. Op den terugtocht naar Engeland Wilt II iets Ga reizen met Cebuto. Eenige reizen uit onze massa-keus: 3 dg. Valkenburg en Eifelgebergte 19 4 dg Ardennen met gr. boottocht 32.50 4 dg. Burg a/d. Wupper en omg24 5 dg. Rljnland-Wiesb., m. boottocht 58.50 6 dg. Ardennen en Luxemburg 48.— 7 dg. Schw. m. Freudenst55.— 9 dg. Beiersche Alpenwereld 72.50 13 dg. Italië en Dolomieten 112.— Inlichtingen en Reisgids bij: CEBUTO-AGENTSCHAP Sigarenmagazijn H. HEESTERMANS Leiden, Steenstr. 24 (b. Beestenmarkt) Telefoon 1532. I 1 I 1 1^ y^Lo\ REIZEN ZONDER ZORGEN kreeg het schip moeilijkheden. De motor raakte defect en roer en zeilen kregen ern stige averij. Schipper Bruin kreeg kennis van den nood waarin het jacht verkeerde en ging er op af. Hij trof de bemanning in uit- geputten toestand aan en sleepte het vaar tuig naar de bocht bij Ballum, waar het voorloopig ligplaats heeft genomen. De drie leden van de bemanning zijn aan boord gebleven. Getracht zal worden de motor zooveel mogelijk te herstellen. Daarna zal het jacht naar Harlingen worden gebracht om de overige schade te herstellen. De drie Engelschen hebben het voorne men per vliegtuig naar hun land terug te keeren. WINDHOOS BOVEN GOUDA. Schade aan de Rweekerijen Gisterochtend viel er boven Gouda en aan den buitenland der stand een fiksohe regenbui. Aan den Graaf Florisweg heeft een windhoos de ramen van de aldaar ge legen kweekerljen en in de kassen en in open bakken gekweekte gewassen vernield. De tomaten en komkommers werden door den wind meegevoerd. De daardoor aange richte schade beloopt circa 100. ZIJN HOND LEVEND BEGRAVEN. Te Nieuweschoot bij Heerenveen heeft zich een ergerlijk geval van dierenmishan deling voorgedaan. Jongens ontdekten daar in een boschje een hond (bouvier). die men levend be graven had, alleen de kop stak nog ge deeltelijk boven den grond uit. Deze jongens deelden hun ontdekking aan een landbouwer mede, die zich onmid- delijk met de politie in verbinding stelde. Direct begaf deze zich naar de plek waar de hond begraven was en toen men in al lerijl het arme beest, dat nog teekenen van leven vertoonde, had uitgegraven, bleek verder nog, dat de diereibeul den hond bo vendien nog een strop van staaldraad orr den hals had gedaan en deze aan een boom stronk had bevestigd, zoodat, wanneer het arme dier nog pogingen deed zich te be vrijden, de strop telkens aantrok. Bij nader onderzoek kwam verder nog aan het licht, dat de dader eerst getracht heeft den hond op te hangen. Toen dat niet gelukte, heeft hij van een boerenknecht een schop geleend, onder voorwendsel dat hij zijn hond wilde begraven, die gestor ven was. De politie heeft de hond, die vreeselijk heeft geleden, mede naar huis genomen en verzorgd en het beest is thans zooverre op geknapt, dat men hoopt hem in het leven te behouden. Hoewel een vaag signalement van den dader bekend is, is het de politie nog niet gelukt, hem aan te houden. Zaterdagavond omstreeks 6 uur rolden de treinen van de richtingen Haarlem en Leiden het perron in Voorhout binnen om niet minder dan 190 •Volksbonders uit het Haarlemsche diocees te doen uitstijgen. De voortuin van de Bisschoppelijke Nijver heidsschool was met de Vaderlandsche drie kleur en de Pauselijke vlag versierd, ter wijl de Eerwaarde Broeders aan den in gang gereed stonden om voor de vierde maal den Volksbonders-deelnemers aan de studiedagen een goed onderkomen te ver schaffen. Allereerst werd gesoupeerd, waarna het Lof werd geopend met een Veni Creator. Hierna trokken de deelnemers naar de aula om de eerste les bij te wonen. Hier was het de voorzitter, de heer J. W. van den Akker, die alle aanwezigen, in het bijzonder den hoogeerw. hooggel, heer prof. H. Niekel uit Warmond, den zeereerw. zeergeleerden heer dr. A. A. Olierook, geestel. adv. van den Bond. den overigen eerw. H.H. en last not least den Volksbon ders zelf. het welkom toeriep. Spr. ver heugde zich erover, dat het aantal deelne mers steeds groeiende blijft en dat der vorige studiedagen overtreft. Reeds bij den aanvang der lessen bracht spr. dank aan den eersten inleider dr. Olierook, die de geestelijke vader is van het program, zoo als het thans den deelnemers is voorge legd. Spr. dankte vanaf deze plaats den eerw. Br. Tarcisius, directeur der school, voor de hartelijke woorden van felicitatie namens de congregatie der Broeders tot den Haarlemschen Bond gericht in verband met het gevierde 50-jarig jubileum. Dit jubi leum was oorzaak, dat het podium en de geheele zaal bijzonder smaakvol met roo- de draperiën was aangekleed. Spr. ge waagt tenslotte te zeggen, dat een keur van sprekers succesvolle studiedagen waar borgt. Hierna las spr. een telegram voor hetwelk aan Z. Exc. den Bisschop van Haarlem werd verzonden, en waarin de .trouw en aanhankelijkheid aan het kerke lijk gezag weer eens werd benadrukt. Eerste les. Dr. Olierook leidde de eerste der 10 les sen in met het onderwerp: „Oorzaak, wezen en doel van de menschelijke gemeenschap*. Spr. begint met op te merken, dat deze studiedagen wel geen Sociale Hooge School genoemd mogen worden, toch mag het woord „studie" geen ijdele klank zijn. Moge de practische uitwerking dezer dagen zijn, dat gij geestelijk rijker en sterker van wil huistoe keert om uit te dragen hetgeen hier werd geleerd. De stof is tè omvangrijk om nog een afzonderlijk deel te wijden aan de internationale gemeenschap, hoe aan trekkelijk het onderwerp ook moge zijn. Om te komen tot zijn onderwerp, stelt spr. de vraag, of de oorzaak van het bestaan van een gemeenschap ligt in den vrijen wil van den mensch. Want onder alle om standigheden en in alle tijden zien we toch de menschen in gemeenschap leven met elkander. Om antwoord te kunnen geven op deze belangrijke vraag schildert spr. de gemeenschap in het stelsel van Thomas Hops en van Jean Jacques Rousseau, Sa- vigny en Hegel, om te besluiten met de stelling, dat het sociaal karakter van den mensch oorzaak der gemeenschap is. De mensch alleen is niet behoorlijk in staat zich te ontwikkelen. De mensch is zichzelf niet voldoende, zegt St. Thomas. Om te komen tot hoogere volmaaktheid heeft de mensch het gemeenschapsverband van noode. Bij de kluizenaars kunnen we toch zeer bezwaarlijk van een harmonieuse ont wikkeling van den mensch spreken. De be kwaamheid van een paedagoog (onderwij zer) zou immers geen waarde hebben, in dien hij niet in contact kwam met kinde ren. Zoo is de gemeenschap een voortvloei sel der menschelijke natuur. Zoo haalt spr. nog meerdere voorbeelden aan, en wijst de leer, als zou al hetgeen de mensch heeft, te danken zijn aan de gemeenschap, als on- aannemlijk af. Wanneer spr. het wezen der gemeenschap zeer helder heeft naar voren gebracht, komt het doel der gemeenschap aan de orde. Het doel der gemeenschap is vaak genoemd het middel voor de gemeen schap. Een paar algemeene doeleinden haalt spr. dan aan. Zoo heeft de gemeen schap een cultureele taak te vervullen in de wereldorde; een cultureele zending. Ware volkswelvaart kan slechts tot stand- komen door een juiste economische orde ning. Het hoogste doel is echter Gods ver heerlijking. De gemeenschap verkondigt de verheerlijking van God omdat ze door eigen bestaan den luister van de schepping ver hoogt. Een leven zonder wijding is een mis lukking. Geen enkel individu op zich geeft een volmaakt beeld van de gemeenschap. God heeft de gemeenschap gewild, omdat daar de volmaaktheid mogelijk is. Zoo be zien is de gemeenschap niet enkel middel maar ook doel. Spreker besluit zijn inte ressante les met de woorden: Laten wij bouwers zijn in een goedgerichte, naar God georiënteerde gemeenschap. Door Zijn Liefdegebod is Christus de legger van het fundament van den gemeenschapszin. De ware gemeenschapszin leert men niet onder dwang, doch aan den voet van het Kruis, waar Hij heel Zijn leven ten offer bracht voor de menschheid. Na een hartelijk applaus der vergade ring, een welgemeend dankwoord van den voorzitter, werd de „zitting opgeheven" om Zondag te worden voortgezet. Tweede les. Om half acht waren alle deelnemers ter H. Tafel genaderd om daarna gezamenlijk aan het ontbijt deel te nemen. De eerste H. Mis, die in de kapel werd gecelebreerd, werd opgedragen tot intentie van het wel slagen der studiedagen-1938, terwijl de ge zongen Hoogmis om half tien werd opge dragen tot intentie van de levende en over leden leden van den Ned. R.K. Volksbond. Na de Hoogmis volgde nog het traditioneele koffie-kwartiertje, waarna de deelnemers weer in de aula werden terugverwacht voor het bijwonen van de tweede les met het onderwerp: „Het gezag als wezens eigenschap der gemeenschap", in te leiden door dr. A. Cornelisse, bibliothecaris aan de R.K. Universiteit te Nijmegen. Spr. noemt het een eisch der menschelijke na tuur, dat contact gezocht wordt met den medemensch, om daardoor te groeien in eigen persoonlijkheid. De mensch, God's beeld en gelijkenis; de mensch het doel, het centrum, waarop, naar Paus Pius XI, alles is gericht, zelfs in de onzichtbare we reld zou men zeggen, wijl de engelen zelf worden gebruikt tot bescherming der men schelijke schepselen; de mensch gevallen, maar ook weer verlost; de mensch in al zijn nietigheid, maar ook in al'zijn groot heid; daarvan gaat spr. uit, daartoe keert hij telkens ook weer terug. Niet allen die roepen: „De mensch, de mensch!" bezitten de waarheid, beoogen het ware menschen- ideaal. Het valsche Profetendom en het ge slacht der Pharizeeën is nog niet uitgestor ven. Spr. verdeelt dan zijn stof in 4 deelen. 1. De noodzakelijkheid van het gezag; 2. het wezen van het gezag; 3. valsche opvattin gen in katholieke kringen nopens het ge zag; en 4. valsche gedachten onzer tegen standers betreffende het gezag. Om de noodzakelijkheid van het gezag te kunnen aantoonen haalt spr. vergelijkingen aan. Zoo noodzakelijk is zelfs het gezag, dat zelfs zij, die voorgeven overtuigde en vol slagen revolutionairen te zijn, toch niet bui ten een of ander gezag kunnen. De mensch, die buiten de "menschelijke ge meenschap staat, is niet meer dan een on volwaardig mensch; misdadiger of zonder ling. Een bepaald gezag kan men zeker ontvluchten, doch, nauwelijks gedaan, zal een ander gezag den ontvluchte grijpen. Over het wezen van het gezag haalt spr. eerst een meditatie van Augustinus aan over de schepping, waaruit blijkt, dat het geheel schooner is dan de ledematen; toe passende op de kleine wereld der mensche lijke gemeenschap, op die veelheid van menschen, die afzonderlijk, ieder voor zich, een deel van het geheel uitmaken, maar eerst het ordenend beginsel, het gezag, tot een éénheid worden, komt spr. tot de con clusie, dat gezag en vrijheid geen vijanden zijn; integendeel, dat de vrijheid in het gezag haar steun vindt. Een gezag dat party is, dus nietbovén de partijen staat, pleegt zelfmoord. Hoeveel wantrouwen en critiek is te vermijden, indien de staatsoverheid vrijgevig is met haar toelichting op haar besluiten. Het is allerminst beneden of in strijd met haar waardigheid, wanneer het zijn beslissingen motiveert. Van belang is, dat de dwingende wetten tot stand komen en dat voor hare toepassing en naleving, desnoods met de „sterke arm" wordt zorg gedragen; maar daarnaast is het van niet minder belang, dat zij, die gehoorzaamheid verschuldigd zijn, de noodzakelijkheid van het bestaan der wetten inzien, opdat hun inzicht medehelpt om de nieuwe lasten berustend en misschien zelfs blijmoedig te aanvaarden. Rechtvaardigheid! Daarnaast •barmhartigheid! De ware sterke man is niet hij die niet rekening houdt met men schelijke zwakheden. Blijkens Paulus' woord moeten èn het bevel van de overheid en de gehoorzaamheid van den onderge schikte wortelen op de ware Gods-idee en de ware opvatting der menschelijke waardig heid. Over de valsche opvattingen in Ka tholieke kringen zegt spr., dat er weinig scherpzinnigheid en nog minder moed voor noodig is,'om vast te leggen, dat de Ka tholieken niet zonder schuld staan te genover de hedendaagsche ellende op geestelijk en stoffelijk gebied. De materia listische geest welke buiten ons leeft heeft ook velen onzer besmet, zegt spr. Spr. besluit zijn interessante rede, om den inhoud zoowel als om de wijze waarop deze werd voorgedragen, met de volgende woor den: „Wij vertrouwen, dat zij, die het lot der volkeren in handen houden, zoo zij eenig besef hebben van het uiterste gevaar, dat thans de volkeren bedreigt, steeds be ter zullen begrijpen, dat het hun allergroot ste plicht is de Kerk niet te hinderen in de vervulling van haar zending en dit te meer, omdat Zij bij de vervulling daarvan, strevend naar het eeuwig geluk van den mensch, toch ook onafscheidelijk arbeidt voor het ware tijdelijke welzijn". Derde les. Na deze interessante les volgde een be langrijke gedachtenwisseling, waarna het tijd werd, dat men ging dineeren, om daarna spoedig een aanval te' plegen op de derde les over „De: echtelijke gehieenschap en het gezag daarin", in te leiden door mevr. Annie Salomons uit den Haag. De voorzit ter rekende het zich een bijzonder voor recht voor het eerst in al die jaren een dame als inleidster te mogen vei'welkomen. Deze spr. vangt aan met een schets te geven van de juiste verhoudingen in het gezin, om daarmede het gezag te kunnen aantoonen. Wil men in een gezin gezag kunnen uitoefenen, dan zal de man zijn vrijheid en de vrouw haar zelfstandigheid moeten prijs geven. Welke van deze twee het zwaarste is, durft ook spr. niet bevroe den, maar vast staat evenwel, dat beide offers noodig zijn om gezag te kunnen uit oefenen. Dan wijdt spr. even verder uit over de opvoeding van de kinderen, waar bij zelfbeheersching voor de opvoeders van niet te onderschatten beteekenis is, wil men tenminste eerbied en ontzag hebben. Hoe is de juiste plaats van den man in het gezin, vraagt spr. zich af, en herinnert zich daarbij het woord des Pausen, waar Hij zich noemt „Servus Servorum", de dienstknecht onder de dienaren, niettegenstaande het feit, dat Hij toch Hoofd van Christus Kerk is. Zoo moet ook de man staan tegenover het gezag in het gezin. De liefde van den man tot de vrouw moet zoo zijn, als Chris tus de Kerk bemint, en zich voor Haar ge geven heeft om haar te heiligen en te rei nigen, opdat zij heilig en onbevlekt zij. Hoe treffend ziet spr. den Engel naar Sint Jozef gaan om Hem als Hoofd der H. Familie te waarschuwen om derwaarts te gaan. Zeker zou Sint Jozef zelf op een ezel kunnen gaan zitten, doch, reeds bevoorrecht door de aanspraak van den Engel, gaat hij zelf wandelend voort naast den ezel waarop de Moeder met den kleinen Jezus gezeten was. Dat vindt spr. telkens weer een treffend voorbeeld voor ieder gezin, een model voor allen, die na Hen kwamen. Een hartelijk aanhoudend applaus be wees de dankbaarheid der aanwezigen voor dit vrouwelijk gesproken woord, welk applaus nog werd ondersteund na afloop door huldebetoogingen aan het adres van. de vrouw, vooral van de heldhaftige werk- looze vrouw uit deze dagen, waarover ook mevr. Salomons niet vergeten had te spre ken. Ook werd er de vraag gesteld of de meisjes nog niet meer dan tegenwoordig zouden kunnen worden ingelicht over de plichten, welke zij te vervullen hebben in haar roeping als echtegenoote en moeder in het gezin; als medegezagdraagster in de sa- j menleving; zou hier geen taak zijn wegge legd voor de Graal of andere meisjes- organisatie? Hierna volgde een langdurige recreatie, kort Lof, souper om te wachten of de inleider van het 4e onderwerp wel zal willen komen, doch, helaas, dr. H. Moller uit Tilburg liet lang op zich wachten, te lang, terwijl later bleek, dat hij in het ge heel niet was gekomen. Nu is er niemand beter te vinden dan Rector Olierook, die de deelnemers uit de impasse doet geraken, en in een improvisatie heeft aangevuld het geen eigenlijk nog aan het program-geheel ontbrak, n.l. de internationale verhoudin gen tusschen de gemeenschappen onderling. THEATER HOOFDFILMS INHOUD AANVANGSUUR KEURING Casino: Goud (Hans Albers Brigette Helm, Lien Deijers). Roovers van het Wil de Westen (Bob Steele). Fantastisch Wild West lederen avond 8 uur Zondag van 47 en 811 uur. Za terdag en Woensdag 2 30 uur inatinée. Goedgekeurd Lido: Heidi (Shirley Tem- Een meisje uit dui zend (Sonja Henie, pie, Jean Hersholt) Adolf Menjou, Don Amèche). Geestig en boeiend Amusante sportfilm. lederen avond 8.15 uur. Zondag van 2-7 uur. Zaterdag en Woensdag 2.30 uur matinée. Goedgekeurd v. volwassenen Triatlon: Het gelukkigste hu welijk. (Hans Mo- ser, Leo Slezak). Big Fella (Zijn groo te kameraad). (Paul Robeson). Komisch Ontroerende zangfilm lederen avond 8 uur Zondag van 27 uur Zaterdag en Woens dag 2 uur matinée. Goedgekeurd Rex: Een dag op de ren- ban (3 Marx Bro thers). In Chineesche wate ren. (George O'Brien). Klucht Sensatie lederen avond 8 uur. Zondag bovendien van 2 tot 7 uur. Matinée lederen werkdag om 2 uur. Goedgekeurd Luxor: Afgekeurd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 10