Wien Neerlands bloed door de
aad'ren vloeit...
Een stamdag van het Algemeen Nederlandsch Verbond
Onthulling van Prins Hendrik-
gedenkteeken.
DINSDAG 3 MEI 1938
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 7
Stemmen uit alle
streken
van
den
aardbol
Vanmiddag te drie uur Is in Pulchri Stu
dio te Den Haag de stamdag van het Al
gemeen Nederlandsch Verbond, welke ter'
gelegenheid van het 40-jarig bestaan der
vereeniging is belegd, door den voorzitter,
den heer P. J. de Kanter, geopend.
Het Algemeen Nederlandsch Ver
bond is immers in het leven geroepen,
Beide spr., toen, vrijwel gelijktijdig, uit
verschillende hoeken der aarde het ver
langen gehoord werd banden te leggen
tusschen de over de aarde verspreid
wonende deelen van onzen stam, opdat
de Nederlandsche cultuur haar eervolle
plaats in de beschaafde wereld zou kun
nen handhaven en versterken.
Het woord was daarna aan den minister
van onderwijs, kunsten en wetenschappen,
Z.Exc. prof. dr. J. R. Slotemaker de
Bruine.
Na deze rede voerde een aantal
sprekers het woord voor de onderschei
dene streken des aardbols, waar de Ne
derlandsche vlag waait of de Neder
landsche cultuur leeft.
Een groet uit Amerika.
Een groet uit de Vereenigde Staten
bracht dr. J. van Hinte.
Reeds in de 17de eeuw trokken Neder
landers naar Noord-Amerika en stichtten
er aan de Mauritsrivier de stad Amsterdam,
veelal Nieuw-Amsterdam genoemd, later
Nieuw Oranje geheeten. De Engelschen
doopten haar om in New York, terwijl zij
de rivier de Hudson noemden.
De nakomelingen dezer Nederlanders
zijn vrijwel geheel veramerikaanscht. Zij
namen een belangrijk aandeel in de vor
ming van het Amerikaansche volk. Zoo is
het ook begrijpelijk, dat zij Amerika drie
presidenten leverden een Van Buren en
twee Roosevelts. Alle andere presidenten
zijn van Britschen oorsprong.
De meeste Nederlanders zijn echter in
de 19de eeuw naar Amerika getrokken. Het
is thans ongeveer een eeuw geleden, dat
een massale emigratie inzette.
Thans vindt men in de eerder genoem
de staten vele welvarende door Neder
landers gestichtte steden en dorpen: in Mi
chigan Holland en Zeeland, in Iowa, Pella
en Oranjestad, in Winconsin Oostburg en
Cedar Grove, eens ook Holland geheeten.
Ook deze Nederlanders zijn echter aan
het veramerikaanschen, vooral de jongeren.
De ouderen luisteren er nog gaarne paar
een preek in de Nederlandsche taal en le
zen nog bij voorkeur Nederlandsch-Amëri-
kaansche bladen, zooals de Grondwet en
Teekenen der Tijden in Mchigon, Pella's
Weekblad en de Volksvriend in Iiowa en
Het Oosten in New Jersey.
Hoezeer zij overigens de achting en het
vertrouwen der weldenkende' Amerikanen
genieten, bewijst het feit, dat ook velen
van dezen jong-Nederlandschen tak hooge
ambten bekleeden.
Een glaasje Curasao.
Een woord voor de Nederlandsche Antil
len sprak de oud-gouverneur van Curasao,
de heer B. W. F. van Slobbe, die o.m. zeide:
De Nederlandsche Antillen zijn niet on
belangrijk. Als voorpost ligt het zeer gun
stig ten opzichte van het Noorden en het
Westen van Zuid-Amerika.
Het gebiedsdeel moge, waar men het ook
beziet, eenen niet-Nederlandschen indruk
maken, het is in wezen een onvervalscht
stuk Nederland. Voorzoover wij de bewo
ners niet naar onze West-Indische eilanden
hebben gebracht, heeft onze vlag hen daar
heen gelokt. Wij hebben hen doen samen
leven in orde en rust, hen samengesmolten
op Nederlandsch gebied, hun een nationa-
liteite gegeven.
De bevolking van Curaao heeft geen
band van het bloed met de omliggende lan
den. Tusschen de gekleurde bewoners van
de verschillende landen van Noord-, Mid
den- en Zuid-Amerika komt een samen-
hoorigheidsgevoel niet tot uiting.
Op zich zelf kan Curagao niet bestaan.
Curagao is, al schijnt het internationaal, een
stuk van Nederland. Wij hebben het van
den'grond af opgebouwd.
Curagao gevoelt zich ook een Neder
landsch gebied. Het is trotsch op onze
vlag Het gevoel zich getroffen wanneer
onze eer wordt aangetast. Het verheugt
zich, wanneer Nederland met lof van
zich doet spreken. Het houdt van onze
zeemacht, het volgt met voldoening de
ontwikkeling van ons vliegwezen in
Amerika.
Als tegenwicht voor de factoren, die zou
den kunnen leiden tot een eenigszins ver
vreemden van Curagao van het Rijk is het
verspreiden van kennis van Nederland zeer
doeltreffend, evenals het toonen van be
langstelling voor onze West-Indische eilan
den.
De stem van Indië.
Voor =Nederlandsch-Indië sprak mr. dr.
W. M. G. Schumann een rede uit.
Na een overzicht te hebben gegeven van
het werk van het verbond in dit gebieds
deel, zeide spr.:
In de landen overzee is de versterking
der nationaliteitsgedachte niet alleen een
loffelijk streven, zij wordt geboden door
zelfverweer door zelfbehoud. Geenszins,
dat gindsche Nederlanders in nationaliteits
gevoel bij de moederlandsche zouden te
kort schieten. Het tegendeel is waar. Die
afstammelingen van Nederlanders, voor
wie het vaderland te eng werd, van Duit-
schers, Zwitsers, Belgen, die in de legers
der Vereenigde Oostindische Compagnie
en van het koninkrijk ons gezag hielpen
grondvesten en van haast alle andere Euro-
peesche volken, ze zijn, zelfs meer
nog door zeer velen in ons
land, niet vrij van de befaamde
smetten van ons Wien Neer-
landsch Bloed, maar het zijn
goede Nederlanders gewor
den, vurige vaderlanders de
anti-nationale gevoelens zijn in bijna zon
der uitzondering gebracht door diegene, die
rechtstreeks uit het vaderland zijn overge
komen meest van regeeringswege uitge
zonden.
Maar daarom kan de nationale gedachte
in Nederlandsch-Indië niet te sterk worden
verbreid en verdiept, het besef van eenheid
met het moederland niet worden verinnigd,
opdat in de groote onzekerheid van het he
den onze overzeesche landgenooten zich
niet als op een verloren post zullen gevoe
len, maar uit hun hechte verbondenheid
met het vaderland de weerstandskracht
zullen putten, die de nood der tijden van
hen zal eischen.
De meest Nederlandsche
kolonie: Suriname.
Een. woord voor Suriname sprak mr. A.
J. A. A. baron van Heemstra, oud-gouver
neur van dit gewest. Hij zeide o.m.:
Van algemeene bekendheid is de uit
spraak volgens welke Suriname meerma
len „de meeste Nederlandsche kolonie" is
genoemd.
Allereerst leeft daar in Nederlandsch-
Guyana een uitzonderlijke, liefdevolle
gehechtheid aan het regeerend Oranje
huis, waaraan de afschaffing van de
slavernij in 1863, onder koning Willem
IH niet vreemd is te achten.
Een tweede cement van het nationalisme
is het feit, dat sedert jaren het onderwijs
op alle scholen in de Nederlandsche taal
wordt gegeven, dat de meeste kerkelijke
predikaties in het Nederlandsch worden
gehouden én dat de voornaamste nieuws
bladen in het Nederlandsch verschijnen.
Dit voeren van de Nederlandsche taal is
sedert jaren en jaren inheemsch, niettegen
staande de bevolking welke thans bui
ten Indianen en Boschnegers op 170.000
zielen wordt geschat, de bontste schakeering
van rassen en kleuren vertoont.
Het is de vraag, of aan dit sterk Neder
landsch karaker niet eenigszins afbreuk
wordt gedaan door het thans koersen in
meer Aziatische richting.
Doch hiertegenover staat, dat een groote
invoer van geselecteerde Javaansche gezin
nen, welke van regeeringswege kan worden
bevorderd, den klein-landbouw ongetwij
feld ten goede zou komen.
In onze dagen zou men ook kunnen den
ken aan het importeeren van uit andere
landen verdreven Joden, die aan een vrije
vestiging in een rustig bestuurd land de
voorkeur zouden geven boven het ronddo
len te midden van vijandige gezindten.
Al heeft zich veel gewijzigd, sedert een
deel van de rijke Amsterdamsche woonhui
zen uit Surinaamsche winsten werden ge
bouwd, toch blijft dat land zijn spreek
woordelijke vruchtbaarheid behouden, en
daarin ligt een duurzame waarborg voor
toekomstige mogelijkheden.
De volksgenooten uit Fransch-
Vlaanderen.
Prof. dr. v. Celen sprak een woord voor
Fransch-Vlaanderen.
Mij valt de eer en de vreugde te beurt
op dezen heuglijken stamdag te mogen op
treden als vertegenwoordiger van dat ge
deelte van den Nederlandschen stam, het
welk men gewoonlijk Fransch-Vlaanderen
noemt en dat eigenlijk de aloude Westhoek
is der Nederlanden. Opdracht daartoe wei'd
mij gegeven door het „Vlaamsch Verbond
van Frankrijk", dat de stambewuste
Fransch-Vlamingen vereenigt. Dit verbond
stelt er prijs op, dat zijn stem en die van
zijn gewest worde gehoord naast die van
de vertegenwoordigers der andere deelen
I van groot-Nederland.
Het programma van het Vlaamsch ver
bond van Frankrijk luidt als volgt:
„Het Vlaamsch verbond van Frankrijk
vereenigt de Fransch-Vlamingen om zon
der politiek doel, te ijveren voor het be
houd en de verspreiding der Vlaamsche taal
en letterkunde, zeden en gewoonten in hun
Westhoek".
De zuiverheid en klaarheid van wezen en
doel verleenen aan de Fransch-Vlaamsche
beweging een groote overtuigingskracht,
zooals bewezen werd door de successen,
welke zij in zeer korten tijd boeken mocht.
Want deze beweging is jong. Zij werd ge
boren uit den wereldoorlog die, naar men
althans plechtig verkondigde, gevoerd werd
voor de bevrijding der verdrukte volkeren.
Verbazend veel werd bereikt, zooals de
stichting in 1924 van het Vlaamsch Ver
bond voor Frankrijk, van de bladen „de
Vlaemsche stemme in Frankrijk", de Tor-
rewachter, Le lion de Flandre, de inrichting
van jaarlijksche taal- en letterkundige
wedstrijden, waarana hoe langer hoe meer
mededingers deelnemen in 1925, het jaar
der inrichting, 6 en het vorige jaar meer
dan 150 en last not least de oprichting
in 1926 van een leerstoel voor het Neder
landsch aan de Katholieke hoogeschool te
Rijsel.
De Fransch-Vlamingen weten, dat zij een
belangrijke rol te vervullen hebben, want
zij zijn een voorpost van de Nederlanden.
Vlaanderen, de leeuw!
Een stem uit Vlaanderen liet de heer M.
J. Liesenborghs hooren.
Vlaanderen, zeide spr., is heel wat meer
dan het land van Breughel en Pallieter.
Vlaanderen is, onder meer, het land waar
zoo pas, nauwelijks een week geleden, in
de oude universiteitsstad Leuven, de drie-
daagsche kultureele manifestatie der Ne
gen Vlaamsche wetenschappelijke congres
sen, die ongeveer 5000 leden tellen, zoo me
nig Noord Nederlandsch hoogleeraar en
academicus eerst heeft verbaasd en vervol
gens geheel voor het Vlaamsche streven
heeft gewonnen. Vlaanderen moet thans
zich zelf redden. Maar dit beteekent geens
zins dat Vlaanderen, nu het zich de volwas
senheid en mondigheid nabij weet, het
Noorden den rug "Zou toekeeren. Nimmer
toch werd een inniger samenwerking be
reikt dan juist op de zooeven genoemde
Vlaamsche wetenschappelijke congressen.
De bevruchtende geest van het A.N.V. be
zielt thans niet enkel meer een betrekke
lijk kleine, georganiseerde groep. Hij is
reeds, in een bepaalde mate, doorgedrongen
tot de honderdduizend leden van den
Vlaamschen toeristenbond, tot de duizen
den Vlaamsche studenten aan de universi
teiten te Gent en te Leuven en zelfs te
Brussel, tot de Vlaamsche industrieelen en
handelaren, vereenigd in het Vlaamsch eco
nomisch verbond, de Vlaamsche oud-strij
ders, deVlaamsche geneesheeren, de
Vlaamsche ingenieurs, de Vlaamsche jour
nalisten.
Zeker, er blijven heel wat verschillen
bestaan, verschillen vooral van tempe
rament en van gemoedskleur, verschil
len welke men evenwel niet moet
overdrijven. Want de gewone Neder
lander, die de staatskundige grens tus
schen Roosendaal en Esschen over
schrijdt kan, in het Zuiden, wel eens
heel wat uitbundiger wezen dan wij
Nederlandsche zuiderlingen, (alles is
immers relatief) werkelijk zijn. Feite
lijk komen wij, Vlamingen, dan voor,
als de gematigden en maathoudenden,
hoe vreemd dit ook moge schijnen.
Agteros kom ook in die kraal!
Het woord voor Zuid-Afrika sprak prof.
dr. G. Besselaar.
In de volgorde der stamgebieden, zeide
hij, die heden gelegenheid krijgen zich te
doen hooren, komt Zuid-Afrika het laatst
aan het woord.
Daar is echter een troostvol Afrikaansch
spreekwoord: Agteros kom ook in die kraal,
d.w.z. geduld overwint alles, of nog korter:
lest best. Dit was dan ook vermoedelijk de
hoofdreden, die de plaatsorde heeft bepaald.
Zuid-Afrika is dankbaar voor het vele
goede van Nederland ontvangen: zijn af
komst, aard en taal, zijn huiselijk en ker
kelijk leven. Het is dankbaar voor wat Ne
derland gedaan heeft en nog doet door al
lerlei personen, vereenigingen en bonden.
Zuid-Afrika bewondert de Nederlandsche
cultuur, niet alleen in wetenschap en kunst,
maar ook in de techniek: uw Zuiderzeewer
ken, de vliegende Hollanders, en het heeft
de verbetering van de havenwerken van
Kaapstad in zijn eigen belang opgedragen
aan Nederlandsche aannemers, van wie het
voor zijn IK millioen pond sterling volle
tegenwaarde krijgt.
Na de overtapping van goed bloed door
de verhuizing van bij de vijf duizend Ne
derlanders in de laatste jaren na de
geestelijke inenting van honderden uitgele
zen Afrikaners in de laatste vijftig jaar met
edele entstof aan Nederlandsche universi
teiten, zijn er stoffelijke en geestelijke ban
den gelegd, die de twee volken nauwer aan
een hebben gesnoerd.
Het slotwoord werd gesproken door dr.
H. Colijn, Minister van Staat, Minister van
Algemeene Zaken.
Rlnso bespaart U tijd! Binnen anderhalf uur krijgt U een volledige
gezinswas van vijf personen er prachtig helder wit mee. Door een
bijzondere samenstelling verwijdert de nieuwe „overvette" Rinso al
het vuil uit Uw goed In ongelofelijk korte tijd. Rlnso spaart U
ook geld, want een pak Rinso, waarmede U de hele was
kunt doen, kost slechts 12+ cent. En dan nog met een bon
voor nuttige en fraaie geschenken! Heus, Rinso is zuinig.
En Rinso geeft niet alleen zulk een schitterend resultaat
in elke wasmachine," maar ook in elke tobbe. Neem
voortaan Rinso: dat spaart tijd, geld en moeite.
Bovendien op elk pak een bon voor fraaie geschenken.
„OVERVETTE" RINSO, SPECIAAL VOOR DE WASMACHINE
DE KONINGIN BIJ DE ZEEUWEN.
Geestdrift te
Vlissingen
Zooals gisteren is gemeld, heeft H. M. de
Koningin een bezoek aan Vlissingen ge
bracht voor de onthuling van een ge
denkteeken voor wijlen Z. H. K. Prins
Hendrik.
Van Arnhem af was de Koningin met
haar gevolg in het koninklijk salonrijtuig
naar Vlissingen gereisd. Tien minuten voor
vier kwam de trein te Vlissingen aan.
Nadat Hare Majesteit was uitgestapt,
werd zij begroet door haar Commisaris in
deze provincie, jhr. mr. J. W. Quarles van
Ufford en den Vlissingschen burgemeester,
den heer C. A. van Woelderen, wiens doch
tertje hier de gelegenheid kreeg aan de
Koningin een bouquet aan te bieden.
Per auto werd naar de Zeevaartschool
gereden.
Langs den weg stonden buurt- en andere
vereenigingen en corporaties met haar
vaandels opgesteld.
Inmiddels was de tribune tegenover het
gedenkteeken van wijlen Z. K. H. Prins
Hendrik volgestroomd met autoriteiten.
Hier was ook aanwezig kolonel jhr. La-
man Trip, die vele jaren als adjudant van
wijlen Prins Hendrik gefungeerd heeft.
Toen de stoet op den Boulevard Ban-
kert voor de Zeevaartschool aankwam, zet
te het plaatselijk muziekgezelschap „Ons
Genoegen" het Wilhelmus in.
Nadat de Koningin in de eere-loge, wel
ke recht tegenover het gebouw was opge
steld, had plaats genomen en uit handen
van een kleindochter van den voorzitter
der school, mr. J. Smit Azn. bloemen had
ontvangen, heette de Commissaris van de
Koningin in Zeeland, jhr. mr. Quarles van
Ufford Hare Majesteit hartelijk welkom.
Spreker dankte de Koningin, dat zij zich
voor deze plechtigheid herwaarts had wil
len begeven en zich bereid had verklaard,
de onthuling van den gevelsteen van wij
len Haar geliefden echtgenoot Z. K. H.
Prins Hendrik persoonlijk te verrichten.
Na Jhr. Quarles van Ufford sprak de heer
J. Spaanderman, oud-gezagvoerder in zijn
hoedanigheid van voorzitter van het uit
voerend comité.
Vervolgens droeg hij het gedenkteeken
aan het bestuur der vereeniging Zeevaart
school, de „De Ruyterschool" te Vlissingen,
over.
Dan was het woord aan den heer Van
Woelderen, burgemeester van Vlissingen.
Wijlen Zijne Koninklijke Hoogheid Prins
Hendrik der Nederlande.n, zeide spr., heeft
steeds de diep-gewortelde liefde van Vlis
singen voor Oranje aangevoeld en menig
maal zijne voorkeur betoond voor de mari
tieme en rustige sfeer te Vlissingen.
De belangstelling van Z. K. H. ging uit
naar de zeevarenden, de kust en de zee. De
spontane deelneming aan deze hulde van
de Nederlandsche koopvaardij toont hoe
warm wederkeerig de harten van zeeva
rend Nederland hem tegemoet klopten.
Na de woorden van burgemeester van
Woelderen trad H. M. de Koningin naar
voren en sprak als volgt:
Rede van H. M. de Koningin.
Gaarne zal ik voldoen aan het verzoek
het borstbeeld van mijn geliefden gemaal
te onthullen.
Mijne kinderen en ik zijn diep getroffen
en erkentelijk voor de gevoelens, die de
oud-leerlingen en leerlingen van de De
Ruyterschool en de Nederlandsche koop
vaardij in het algemeen geleid hebben tot
de oprichting van dit gedenkteeken.
Het is u allen bekend welk een warm
hart mijn gemaal onzen zeevarenden en
onze handelsvloot toedroeg. Met voldoe
ning herinner ik mij de talrijke bewijzen
van belangstelling en medeleven, door hem
gegeven in den arbeid en het streven van
deze school, die genoemd is naar onzen
grooten admiraal.
Ik acht mij daarom gelukkig deze tradi
tie heden voort te zetten.
U, mijnheer de commissaris en u, mijn
heer de burgemeester, dank ik voor uwe
woorden van welkom, bij mijn komst in
Zeeland en in Vlissingen, welk gewest en
welke stad door onze roemrijke historie
zoo nauw met myn stamhuis verbonden
zijn.
Mynheer de voorzitter van het comité,
gaarne sluit ik mij aan bij de woorden, door
mijn geliefden gemaal gesproken, toen hij
den eersten steen legde voor dit gebouw.
Ik voeg hieraan toe: moge de toekomstige
koopvaardij officieren, afkomstig van deze
school, ten allen tijde zich het bezielend
voorbeeld van De Ruyter voor oogen hou
den en zich daardoor bewust zijn van hun
hooge plicht de eer van de Nederlandsche
vlag op alle wereldzeeën hoog te houden.
Thans ga ik over tot de onthulling van
het gedenkteeken.
Nadat H. M. was uitgesproken, drukte
Zij op een knop, waardoor een belsignaal
overging.
Op dit teeken verwijderden 2es leerlin
gen der zeevaartschool het vlaggedoek van
het monument, nadat de Koningin bloemen
onder het gedenkteeken had neergelegd.
De burgemeester legde een krans namens
het gemeentebestuur.
Daarna werden nog bloemen gelegd door
den heer Smit, namens de Zeevaartschool,
vervolgens door vertegenwoordigers van"
den Bond van Buurtvereenigingen, van het
Nederlandsche Roode Kruis, van het Ne
derlandsche loodswezen, van het Neder
landsche redingswezen en van den Bijzon-
deren Vrij willigen Landstorm.
Het gedenkteeken.
De beeldhouwer H. J. Etienne uit Delft
heeft een tweepraals levensgroote buste
van den Prins gemaakt. Gekleed in het
groote tenu van admiraal met epaulet
ten en ridderorden is dit zandsteenen
beeld gevat in een zandsteenen medaillon-
vormige omlijsting. Het beeld is in den ge
vel van den rechtervleugel gehouwen, on
geveer 7 meter van den grond af tusschen
de ramen van de eerste en van de tweede
verdieping.
Na de plechtigheid heeft de Koningin een
bezoek gebracht aan het schoolgebouw.
Te tien minuten over vijf verliet de Ko
ningin het gebouw om naar het station te
rug te rijden.
Bijzonder groot was het enthousiasme van
de menigte vóór het station en de politie
kon niet verhinderen, dat het publiek op
verschillende punten door de afzetting
heenbrak.
Op het perron stonden 800 Vlissingsche
schoolkinderen opgesteld, welke onder be
geleiding van het R.-K. muziekgezelschap
St. Caecilia Hare Majesteit bij haar ver
trek eenlge vaderlandsche liederen toezon
gen.
Glimlachend dankte de Koningin voor de
buitengewone hulde van het publiek en
voor den vroolijken zang der kinderen.
Ten slotte nam de Koningin vriendelijk
afscheid van de heeren, die haar uitgeleide
hadden gedaan.
Losse nummers van
DE LF.IDSCHE COURANT
zijn verkrijgbaar bij:
Sigarenmagazijn SO MER WIL
U oogewoerd 24
ZAND VLIET's Boekhandel
Haarlemmerstraat 117a
KIOSK, Prinsessekade
Sigarenmagazijn „DE HALTE"
Hoogewoerd 100