Mysteries rondom „Vredelust" 3)e Êcictodie (Bou/fcomt Het voor rekening van de Turksche regeering gebouwde karteeringsvliegtuig is Dinsdag op Schiphol voor de autoriteiten voorgevlogen. De bezichtiging van het toestel Op het geëlectrificeerde baanvak Den Bosch-Eindhoven is Dinsdag proef gereden met het nieuwe electrische materiaal. Per stoomtractie arriveerde de nieuwe trein aan het station te Den Bosch om vandaar op eigen kracht den proeftocht te aanvaarden Engeland werft recruten voor z'n weermacht. Een der propaganda-posten voor Mansion-house te Londen De Lockheed-Super-Electra .Ekster" maakte Dinsdag op Schiphol de ver- eischte proefvluchten voor het Nationaal Luchtvaart Laboratorium. Haiti De weg Stadskanaal - Winschoten telt onder Oude- en Nieuwe Pekela een aantal bruggen, waarvan de toestand elke beschrijving tart Borden waar schuwen voor het gevaar De leden der Papanin-expeditie werden bij hun terugkeer van de Noordpool in Rusland enthousiast ontvangen Ver van .Downing Street" geniet Anthony Eden, de Engelsche oud minister van Buitenlandsche Zaken, aan de Rivièra thans zijn vacantie. Eden (links) tijdens een partij tennis FEUILLETON (Een geval uit de practijk van Inspecteur Sanders, lid der Centrale Recherche), door UDO VAN EWOUD. 32) Hij streek zich eenige malen met de hand over het voorhoofd, alsof hij over iets na- lacht, maar er niet in slaagde zijn gedach ten voldoende te concentreeren. Niemand sprak een woord en in de heerschende stil te klonk plotseling een doordringende gil van de huishoudster, die bewusteloos ineen eakte. Dat bracht de ontspanning, maar merk waardigerwijze ging de eerste daad niet uit van den man, die daarvoor toch zeker het allereerst is aanmerking kwam: Sanders. Terwijl Bartelink op de tuindeuren toe sprong om dezen te openen, bogen van Opweeghen en Lampe zich over juffrouw Keizer, die in haar volle lengte op den grond lag. De inspecteur echter wendde zijn blik van den man buiten af en keek den kring rond, alsof hij zwijgend infor meerde, wat de heeren wel van dit incident dachten. Zijn houding was voor een politie man, van wien men in deze omstandighe den wpl in de eerste plaats leiding mocht verwachten, bepaald raadselachtig, maar dat scheen op dit oogenblik, terwijl ieder een met zichzelf bezig was, tot niemand door te dringen. Alles speelde zich trou wens in enkele seconden af, al leek het, of deze scène uren duurde. Op hetzelfde mo ment, dat Bartelink op de tuindeuren toe sprong, waarbij hij nog tijd vond een re volver uit zijn achterzak te trekken, ver dween de gestalte achter het glas met de zelfde snelheid, waarmee hij gekomen was. Men hoorde haastige voetstappen, welke spoedig wegstierven en toen de rechercheur de deuren eindelijk open had in zijn ze nuwachtigheid deed hij daar wat langer over dan in normale omstandigheden het geval zou zijn geweest scheen ook San ders in te zien, dat het tijd werd om in te grijpen.-Hij snelde door de gang naar de voordeur en toen hij deze opentrok, nadat hij in het donker even tevergeefs naar het slot had gezocht, kwam hij nog juist bij tijds om iemand in een auto te zien sprin gen, welke aan het einde van de oprijlaan met gedoofde lampen voor het hek stond en die daarop in snelle vaart weg reed. Hij wachtte een oogenblik tot hij Barte link achter de villa vandaan zag komen, riep zijn rechercheur toe, dat een achter volging nutteloos zou zijn en keerde daar op met hem terug naar de eetkamer, waar de algemeene ontsteltenis inmiddels wat geluwd was. Dr. Jurrians had zich over de in zwijm gevallen huishoudster ontfermd, v. Op weeghen stond tusschen de opengeworpen deuren en staarde in den donkeren tuin, alsof hij verwachtte daar nog iets van de spoorachtige verschijning te zullen zien en Wils was in een druk gesprek gewikkeld met den monteur, die eindelijk in staat was aan zijn verbazing lucht te geven Slechts jhr. Ubels scheen nog niet geheel bekomen van de schrik. Hfj was weer op zijn stoel neergevallen en scheen niets te hoor en, toen dr. Jurrians, die naast hem met de huishoudster bezig was, hem ver zocht wat water en azijn te halen Toen de beide politiemannen binnen tra den, richtten zich echter aller oogen vra gend op hen. „Hij is er vandoor", zei Sanders op een toon, alsof hij daarmede de nieuwsgierig heid volkomen bevredigde. „Wij zullen hem vanavond wel niet meer terug zien!" „Hoe verklaart u dit dit zonderlin ge verschijnsel, inspecteur?" vroeg van Op weeghen, die niet geheel ten onrechte meende, dat Sanders hem, als gastheer, toch wel een nadere verklaring schuldig was. Doch de inspecteur haalde de schou ders op. „Ik kan u alleen zeggen dat dit lijk van den vermoorde een mensch van vleesch en bloed was, die in een auto het hazenpad heeft gekozen. Het spijt me, dat deze avond, dien ik me anders had voor gesteld, zoo tragisch is geëindigd, meneer van Opweeghen. Er blijft mij niet veel an ders over dan u mijn excuses aan te bie den voor den overlast, dien ik u bezorgd heb. Als ik geweten hadEnfin, het is niet anders. Ik hoop, dat u zult inzien, dat een en ander buiten mijn wil is geschied Hoe is het met de juffrouw, dokter?" wend de hij zich tot den politie-deskundige, die nog steeds bezig was met water en azijn polsen en slapen van de bewustelooze te wTijven. „Een flauwte van de emotie", antwoord de dr. Jurrians. „Zij zal zoo wel weer bij komen. Help eens een handje, dan zullen we haar op den divan leggenOf nee, niet op den divan. Als het goeie mensch dat meubel ziet. jagen we haar opnieuw de stuipen op het lijf. Misschien wilt u zoo goed zijn ons haar kamer te wyzen, meneer van Opweeghen, dan zullen we haar daar heen transporteeren." Toen Bartelink, die bij het vervoer van de bewustelooze behulpzaam was geweest, ongeveer een kwartier later met dr. Jur rians in de eetkamer terugkeerde, hadden de anderen zich reeds gereed gemaakt om te vertrekken. „Die is weer de oude", zei de medicus, terwijl hij zijn jas, welke hy uit de vesti bule had meegenomen, aanschoot. „Laat u haar vanavond maar verder met rust, me neer van Opweeghen, dan zal zij morgen wel weer geheel in orde zijn. Hebt u wat room in huis? Prachtig, laat ik dat dan nog even voor haar klaarmaken. Heb je nog even geduld, Sanders? Bel mtusschen een taxi of gaan we wandelen?" „Ik geef de voorkeur aan een wandeling dokter, tenzij u gepresseerd bent. We kun nen desnoods nog de tram nemen." „Prachtig, over vijf minuten ben ik tot je dienst." Jhr. Ubels en de monteur Lampe, die per fiets gekomen was, namen afscheid van de rest van het gezelschap. De notaris zag nog steeds wat bleek en scheen nog niet geheel over de schrik heen. Sanders, wien dit niet ontging, voelde zich nogmaals ver plicht zijn excuses aan te bieden voor hel zonderlinge verloop var. dezen bijeen komst, dat echter aan omstandigheden bui ten zijn wil te wijten was geweest, doch niemand scheen ten. slotte bijzonder ont stemd te zijn. „Ik hoop. dat u er in zult slagen dit raad sel spoedig tot een oplossing te brengen", zei van Opweeghen met een zucht, terwyl hy den inspecteur de hand drukte. „Ik ben van nature niet bang uitgevallen, maar deze aaneenschakeling van onverklaarba re gebeurtenissen doet mijn zenuwen toch geen goed. „Kende u die man daar voor het raam?" vroeg Sanders, de laatste opmerking negee- rend. De vraag kwam wat onverwacht en van Opweeghen staarde hem dan ook eenigszins verbaasd aan. „Of ik hem ken? Neen, natuurlijk niet, evenmin als de man, die hier in mijn wo ning vermoord is gevonden...." „Ik ken hem wel", was alles wat de in specteur hierop antwoordde en daarmee maakte hij de algemeene verbazing nog grooter. „De brief', zei Wils, die wel wist, dat San ders toch geen nadere verklaring zou ge ven, plotseling. „Je hebt den brief nog met eens gelezen, die juffrouw Keizer binnen bracht, toen ze dat spook achter het raam ontdekte." „Ja, dat is waar, die brief', klonk het in alle toonaarden. Sanders glimlachte en maakte daarbij geenszins den indruk, alsof hij werd herin nerd aan iets, wat hij zelf vergeten was. „Ja, ja die brief! Ik geloof, dat het epistel aan my was geadresseerd en dat ik dus niet verplicht ben u allen deelgenoot te maken van den inhoud. Ik voel me echter eenigszins schuldig tegenover onzen gast heer in de eerste plaats en voorts tegenover u allen, wien ik dezen onaangenamen avond heb bezorgd en ik wil u daarom wel mee- deelen, dat in dezen brief de onbekende, die nog verwacht werd, mij er van in ken nis stelt, dat hij tot zijn spijt verhinderd was hier aanwezig te zyn." Wordt vervolgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 5