AAN BOORD VAN DE „TROMP". Mysteries rondom „Vredelust" Begroet door de eerewacht van landelijke ruiters arriveerde de minister van Sociale Zaken, mr. C. P. M. Romme Donderdag te Sevenum, waar hij de de eerste spade in den grond stak voor de ontginning der woeste gronden vervat in het Peelplan De commandantssloep van Hr. Ms. flottieljeleider .Tromp" wordt uitgerust met mitrailleurs en zal een snelheid van 20 mijl per uur kunnen bereiken De nieuwe Jugoslavische gezant, de heef Kassidolatz, (rechts), heeft Donderdag te 's Gravenhage zijn geloofsbrieven aan H. M de Koningin overhandigd. Naast hem jhr. A. G. Sickinghe, Eerste Kamerheer Ceremoniemeester van H. M. de Koninoin De Britsche kruiser .Dorsetshire" bracht dezer dagen een bezoek aan Batavia. Een typisch kijkje op den achtersteven van den oorlogsbodem in Priok's haven, terwijl de bemanning den tros aan een der boeien bevestigt De Kon. Militaire Sportvereeniging organiseerde Donderdag een lichte cross country in de omgeving van Wassenaar, Een der deelnemers in actie D© eerste Lockheed-Super-Electra-machine voor het Europeesche luchtnet der K.L.M. is met het s.s. „Koenigstein" te Rotterdam ge arriveerd FEUILLETON (Een geval uit de practijk van Inspecteur Sanders, lid der Centrale Recherche), door UDO VAN EWOUD. 22) „Een L....?" vroeg Wils verrast. De zelfde letter, die in het briefje van notaris Ubels aan van Opweeghen voorkwam en waarmee den man werd aangeduid, die voor 1 Februari de zaak geregeld wenschte te zien?" „Dezelfde Miel! Vertel me nu nog, wie die L. is en we zijn een heel eind ver der!" „De man, die in „Vredelust" vermoord werd, natuurlijk! Daaraan behoeft m.i. niet meer te worden getwijfeld De zaak dunkt me zoo klaar als een klontje, 't. Is jammer, dat die kellner in Den Haag het monogram in de jas van. dien vreemdeling niet heeft kunnen ontcijferen; ik verwed er wat on der, dat daarin eveneens een L. verwerkt was." „Waarschijnlijk wel, ja, maar dat is nu helaas niet meer te controleeren. De dader heeft alles, wat aanwijzingen zou kunnen geven omtrent de inden tieit van het slacht offer, zorgvuldig verwijderd óók het monogram. Het eenige, wat we kunnen doen, is ons met de Parijsche politie in verbinding stellen en informeeren, of daar iemand, wiens naam met een L. begint, wordt vermist. Ik verwacht daarvan echter bitter weinig succes. Iemand, die naar het buitenland is vertrokken, wordt in zijn woonplaats nu eenmaal niet spoedig ver mist en bovendien is het de vraag, of de man familie of kennissen had, wien zijn verdwijning zal opvallen. Ja, op den duur misschien, maar zeker niet onmiddellijk. Ik geloof dan ook, dat we beter doen ons voorloopig in de eerste plaats met den per soon van den dader bezig te houden. Na tuurlijk gaat iemand van ons naar Parijs om te trachten wat meer te weten te ko men over de antecedenten van het slacht offer, maar den dader zullen we daar niet behoeven te zoeken." „Je spreekt voortdurend over Parijs", meende Wils te mogen opmerken. „Zei die kellner van „Hollandais" niet, dat de man hem verteld had uit Sedan afkomstig te zijn?" „Daaraan hecht ik niet veel waarde", ant woordde Sanders. „Met dat verhaal over zijn voorgenomen bezoek aan het Vredes paleis heeft hij den kellner wat op den mouw gespeld en het lijkt me dus aanne melijk, dat hij ook zijn ware woonplaats niet heeft willen noemen. Zijn bagage was in Parijs opgegeven en zijn reisbiljet was ook slechts geldig op het traject Parijs- Amsterdam. Het lijkt me niet waarschijn lijk, dat hij eerst van Sedan naar Parijs zou zijn gereisd om naar Den Haag en Am sterdam te komen. Dat is een omweg, die hem slechts geld zou kosten en wanneer hy dien omweg had gemaakt om zijp spoor uit te wisschen en niet te laten blijken waar hij vandaan kwam, zou hij zich zeker niet tegenover den eersten den besten kellner hebben versproken. Bovendien hebben we dan nog het „Au Printemps" op zijn schoe nen! Ook een aanwijzing, dat deze in Pa rijs gekocht zijn! Maar nu de dader...." „Wat weet je van den dader?" vroeg Wils hevig geintersseerd. „Niets positiefs, Miel; te dien opzichte moet ik je helaas teleurstellen. Misschien weet jij nog meer van hem dan ik; 't is immers best mogelijk, dat je hem vanmid dag aan de leestafel bij Schiller gezien hebt...." „Als dat werkelijk het geval is, zou ik het mezelf nooit vergeven, dat ik hem zoo rustig in een taxi heb laten ontkomen!" antwoordde de reporter beschaamd. „Dat kan den beste gebeuren, kerel, troost je. Schaduwen is wel een van de moeilijkste onderdeelen van het speurders vak. Overigens staat het natuurlijk nog geenszins vast, dat het werkelijk de moor denaar van den onbekende is geweest. Zoo als ik zooeven reeds zei: we weten niets po- sitiefe. Het feit, dat het slachtoffer onbe kend is, maakt de zaak zooveel moeilijker. We weten nu niet welke vijanden de man had en welke motieven er voor de daad konden bestaan. We kunnen slechts gissen, zij het dan, dat we ons daarbij moeten la ten leiden door tastbare feiten. Uit hetgeen ons bekend is geworden, kan het volgen de worden gereconstrueerd: De onbeken de Parijzenaar zou Zaterdagavond een ont moeting hebben met een anderen onbeken de zeggen we X in Amsterdam. Waar schijnlijk heeft X den Franschman ver zocht naar Nederland te komen. Hij was echter bevreesd, dat diens aankomst in de hoofdstad zou opvallen en stelde daarom voor, dat zij elkaar om zeven uur by het Vredespaleis in Den Haag zouden ontmoe ten. Daar zou hij met zijn rooden two sea- ter op hem wachten. Inderdaad hebben bei den elkaar ontmoet en daarop zijn zij naar villa „Vredelust" in Amsterdam gereden. De rest is bekend." „De misdaad was dus grondig voor bereid", meende Wils. „De dader heeft geen enkel spoor willen achterlaten." „Zoo is het!" bevestigde de inspecteur. „Maar hy heeft daarbij twee dingen over- het hoofd gezien, n.l. dat de Parijzenaar iemand in Den Haag den weg zou vragen naar het Vredespaleis en daarnaast de mo gelijkheid, dat hij bagage als passagiers- goed by zich zou hebben, hetwelk dan zou doorgaan naar Amsterdam. Dit laatste is hem pas later gebleken, toen hij het regu in een der zakken van den vermoorde vond. Hij heeft daarop naar het Centraal Sta tion getelefoneerd en zich daarbij uitgege ven als portier van het Amstel Hotel, zoo als de rechercheur bij zijn onderzoek is ge bleken. Waarschijnlijk heeft hij zich voor af op de hoogte willen stellen, dat de kof fer mderdaad was meegekomen, teneinde zich een vruchteloozen en gevaarlijken tocht naar het bagage-depot te besparen. Daarmee beging hij, zooals uit de vinger afdrukken op de telefoonschijf is gebleken, zijn derde fout, zij het dan dat deze voor een deel een gevolg was van een der beide reeds gemaakten. Trekken we voor elke fout een halve punt af van het maximum- cijfer, waarmee men gewoonlijk zijn waar deering voor geleverd werk pleegt uit te drukken, dan komt onzen gezochlen vriend thans 'n 8 1/2 toe. Dat is nog te hoog voor zyn onmiddellijke arrestatie; we zullen er nog een paar puntjes zien af te krijgen, Miel!" „Je vergeet de hakafdrukken op het bor des, het parkeeren van den rooden two sea- ter voor de woning van notaris Ubels en het over het hoofd zien van de schoenlus sen", zei Wils lachend. „Goed, dan trekken we er nog drie pun ten af. Een 7 dus ruim voldoende. Er zijn er met minder goede prestaties door gerold, Miel! En nu ga ik nog even naar het bureau". „Om alsnog m'n bewering waar te ma ken, dat er door de centrale recherche dag en nacht wordt gewerkt?" „Daar behoef ik jou toch niet het bewijs van te leveren, wat? Je bent het nu trou wens zelf, die me een deel van m'n nacht rust ontneemt, want ik denk vanavond nog een onderzoek in te stellen naar de her komst van de taxi, waar mee die kennis van jou zich vanmiddag zoo haastiglijk uit de wielen maakte. Het spijt me, dat ik on beleefd moet zijn, maar ik zou je daarom vriendelijk willen verzoeken de rest van je inmiddels koud geworden grog met den meesten spoed te verzwelgen. Je rijdt ze ker zoover mee. Wils reed mee met den snellen, sportie- ven wagen van den inspecteur. Hij verge zelde deze zelfs verder dan aanvankelijk in zijn bedoeling had gelegen, want onder weg zwichtte hij voor Sanders' voorstel om mee te gaan naar het hoofdbureau, waar hij het resultaat van het onderzoek naar den zoo plotseling verdwenen Schil ler-bezoeker zou kunnen afwachten. Wordt vervolgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 10