RECHTZAKEN
LUCHTVAART
WOENSDAG 9 MAART 1938
DE LEWSCHR COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
GEMENGDE BERICHTEN
EXPLOSIE IN EEN LUCIFERS
FABRIEK TE WEERT
Acht meisjes gewond,
één ernstig
In de N.V. Nationale Lucifersfabriek,
gelegen aan de Willem I kade te
Weert, heeft zich gistermiddag een ont
ploffing voorgedaan, waarbij acht
meisjes brandwonden opliepen, van wie
één zeer ernstige.
De explosie had omstreeks vier uur
plaats in de completeerafdeeling der fa-
brief, waar een hoeveelheid licht ontvlam
bare stoffen tot ontploffing kwam, het
geen met een hevigen slag gepaard ging.
Er ontstond een geweldige vlam, welke zoo
ver uitschoot, dat telfs enkele meisjes
op deze afdeeling werken hoofdzakelijk
meisjes die zich op een afstand van acht
meter bevonden, nog brandwonden oplie
pen.
In totaal werden acht meisjes gewond.
Slechts één van hen bekwam heel ernstige
brandwonden.
Een drietal geneesheeren was spoedig
aanwezig en verbond de gewonden, die ver
volgens allen naar huis konden gaan.
De gerequireerde motorbrandspuit van
Weert slaagde er na een half uui in den
ontstanen brand, welke zich, doordat de
aangrenzende afdeelingen door stalen
schuifdeuren gescheiden zijn, tot de comple
teerafdeeling beperkte, te blusschen.
De oorzaak van de explosie is onbekend.
OVERVAL MET BEROOVING
TE DEN HELDER
Een 46-]arige man van zijn
geld berooid en ernstig
mishandeld
Gisteravond heeft in het Timorpark, dat
zich aan den buitenkant van Den Helder
bevindt, een brutale overval met berooving
plaats gevonden, waarvan de 40-jarige heer
Nijman het slachtoffer is geworden.
De man is namelijk gewond op den ry-
weg bij het park aangetroffen. Hij zakte
spoedig in elkaar. Hij bleek met een steen
of een ander voorwerp aan het hoofd te
zijn verwond Bij een onmiddellijk ingesteld
onderzoek van de politie bleek, dat een be
drag van 90, dat hij bij zich had, was ver
dwenen.
De aanranding heeft zich voor zoover
de feiten bekend zijn als volgt toegedragen.
De heer Nijman was op weg van zijn wo
ning in de Vischstraat naar het rusthuis
Parkzicht, hetgeen zich in de buurt van
het park bevindt. Onderweg is hij toen
door twee personen aangegrepen, op het
hoofd geslagen en van de fiets gerukt. Na
het geld, dat hij in een broekzak bij zich
droeg, te hebben gestolen, zijn de mannen
gevlucht.
Een van de bewoners van de Timorlaan,
de heer de Wijn, meende kermen te hoo-
ren en, buiten gekomen, zag hij het slacht
offer op den grond liggen. Hij riep zijn
echtgenoote en gezamenlijk brachten zij
het slachtoffer binnen.
De politie werd opgebeld en ook de St.
Lidwina-stichting werd op de hoogte ge
steld.
KEIZER WILHELM I
Hij stierf op 9 Maart 1888
50 jaar geleden, 9 Maart 1888,- stierf de
eerste keizer van het moderne Duitsche
keizerrijk. Wilhelm I. Geboren 22 Maart
1797. als tweede zoon van koning Frederik
Willem III van Pruisen en koningin Louise,
bereikte hij dus den hoogen ouderdom van
bijna 91 jaar. In 1858 was hij regent gewor
den voor zijn krankzinnigen broeder ko
ning Frederik Willem IV en 2 Januari 1861
volgde hy dien op als koning van Pruisen.
Bij zyn benoeming tot regent had men
van Wilhelm geen groote verwachtingen.
Immers, tijdens de woelige Maartdagen
van de revolutie in 1848 had hij zich als
strend absolutist en onverbiddelijk mili
tair doen kennen. Om het „Bruder-
schiesse!" waarmee hij den koning tot een
krachtig optreden tegen de revolutie zou
hebben aangespoord, had hij van het volk
den bijnaam „Kartetsen-prins" gekregen,
en hij was genoodzaakt, de wijk te nemen
naar Engeland. Daar leerde hy het consti
tutioneel bewind waardeeren.
De Pruisische Unie-po'itiek was hy guns
tig gezind. De revolutie van 1848 had na
melijk een tweeledig doe gehad: een einde
maken aan hei absolutisme der vorsten,
en het tot stand brengen van de Duitsche
eenheid. Onder den druk van de revolutie
had Frederik Willem IV plechtig beloofd,
cat Pruisen zich aan 't hoofd zou stellen
van de Duitsche eenheidsbeweging. Deze
Pruisische Uniepolitiek, gericht tegen de
Oostenrijksche hegemonie in Duitschland,
was uitgeloopen op een smadelijke diplo
matieke nederlaag tegen Oostenrijk (1850.
Olmützer Punktationen). Deze smaad werd
door Prins Wilhelm diep gedoeld: nog in
1866 behoefde men 't woord „Olmütz" maar
te noemen en de rancune voor 1850 kwam
weer boven. Tijdens den Krimoorlog
(18531856) had prins Wilhelm geijverd
voor de aansluiting van Pruisen bij de
„liberale" mogendheden, Frankrijk en En
geland, vandaar zijn naam als liberaal. Om
Na overbrenging daarheen werd den heer
N. onmiddellijk geneeskundige hulp gebo
den. Over den toestand van het slachtoffer
is nog niets met zekerheid te zeggen.
De politie heeft ijlings het park afgezet,
daar men van plan is met speurhonden een
onderzoek in te stellen. Uit de vage mede-
deelingen van N. kon slechts een gebrekkig
signalement worden samengesteld.
Uit een nader onderzoek blijkt, dat de
heer J. Nijman, die 46 jaar oud is, in afwij
king met zijn gewoonte van Maandag dit
maal gisteravond naar Rusthuis Parkzicht
zich begeven had cm aan den bejaarden
heer Verheus, die aldaar inwonend is. dp
huur van eenige woningen te brengen. Het
is echter wel zeer merkwaardig dat de
overvallers juist nu den aanval gepleegd
hebben.
Bij informatie vernemen wij. dat het
slachtoffer een zware hersenschudding be
nevens eenige ernstige hoofdwonden heeft
opgeloopen.
CADET TIJDENS RIJLES ERNSTIG
GEWOND.
Gistermiddag, te ongeveer half vyf, heeft
op het terrein der Kon. Mil. Academie te
Breda een ernstig ongeluk plaats gehad,
waarbij de cadet-sergeant der infanterie
van het Kon. Ned.-Indisch leger, A. W.
Koningh, ernstig is gewond.
Bij de rijles, op het terrein weigerde K.'s
paard plotseling voor een hindernis. De
ruiter viel hierdoor van het paard dat
voortholde en daarbij den op den grond
liggenden K. op het hoofd trapte. Ernstig
aan het gelaat gewond en in bewustelnozen
toestand moest de jongeman naar het dia-
conessenhuis worden overgebracht. Opera
tief ingrijpen bleek hier noodzakelijk, daar
K., behalve vleeschwonden. een kaakfrac-
tuur had opgeloopen; bovendien had hij een
hersenschudding. Daar zijn ouders in Indië
verblijven, is K.'s voogd, die in Heemstede
woont, telegrafisch van het ongeluk op de
hoogte gesteld.
Hoewel ernstig, was de toestand van het
slachtoffer niet direct levensgevaarlijk.
FELLE BRAND IN GROOTE BOERDERIJ.
TE GEVERIK.
Vier varkens omgekomen.
In het gehucht Geverik te Beek (L.) is
gistermiddag om vier uur brand ontstaan
in de uitgestrekte boerderij van den big-
genkoopman J. Shols. Het vuur greep snel
cm zich heen en slechts met de grootste
moeite kon de levende have, althans voor
een groot deel, in veiligheid worden ge
bracht.
De brandweer uit Beek verscheen door
den grooten afstand, welke zij moest af
leggen, eerst langen tijd na het uitbreken
op het terrein van den brand en heeft ge-
zyn verzet tegen 't Oostmryksch-Pruisisch
verbond van 20 April 1854 werd hij van
het Berlynsche hof verbannen naar Co-
blenz.
Liberaal was prins Wilhelm intusschen
geenszins. Wat hy in 1858 wenschte, was
een eerlijke toepassing van de grondwet;
hij haatte een partybewind; vóói alles was
by militair. Wat Pruisen noodig had, was
een goedgevulde schatkist en een slagvaar
dig leger. Alleen dan zou 't zich kunnen
doen gelden. Zyn leidend beginsel in de
Duitsche politiek was: Pruisen moet in
Duitschland m o r e e 1 e veroveringen ma
ken: „De wereld moet weten, dat Pruisen
overal bereid is, het recht te beschermen;
een vaste, consequente, als het zijn moet
energieke gedragslijn in de politiek, ge
paard gaande met wijsheid en bezonnen
heid, moet Pruisen het politiek aanzien en
de machtspositie verschaffen, die het niet in
staat is te bereiken door zijn materieele
macht alleen". Het conservatieve ministe
rie Manteuffel zond hij weg, het nieuwe
ministerie bestond uit gematigde conserva
tieven en liberalen. Zoo begon „die neue
Aera".
2 Januari 1861 besteeg prins Wilhelm den
troon. Om zijn volk te bewijzen dat hij zich
beschouwde als koning „bij de gratie Gods",
nam hij tijdens de plechtige kroning te
Koningsbergen zelf de kroon van 't altaar.
Spoedig kwam hij in conflict met de volks
vertegenwoordiging, waar in het Huis van
Afgevaardigden (de Tweede Kamer) de
liberale „Fortschrittspartei" de meerderheid
had. Aanleiding tot het conflict waren de
militaire plannen van den koning. Hij wil
de het leger verbeteren door den drie
jarigen dienstplicht in te voeren en het
aantal dienstplichtigen uit te breiden. De
liberalen duchtten daarvan een versterking
van den koninklijken macht en een be
dreiging van de vrijheid, en verwierpen
de begrooting. Uit dit conflict groeide een
beginselstrijd (zooals onze volksvertegen
woordiging dien gestreden heeft in de jaren
1866—1868): zal de koning in regeerings-
zaken den doorslag geven of zal het zwaar
tepunt van de regeering berusten bij de
volksvertegenwoordiging?
De koning ontbond het Huis van Afge
vaardigden; de verkiezingen brachten voor
durende eenige uren water op het vuur ge
worpen.
De laaiende vuurzee verteerde vijftig sta
pels graan en een aanzienlijke hoeveelheid
hooi en stroo. Drie zeugen en een beer
kwamen in de vlammen om. Slechts een
gedeelte van de woning kon behouden
worden. De rest der gebouwen brandde uit.
De oorzaak van den brand is onbekend.
De schade wordt door verzekering gedekt.
BRAND IN EEN SLAGERSROOKERIJ.
In den afgeloopen nacht omstreeks half
vier werd de brandweer te Amsterdam ge
alarmeerd voor een uitslaanden brand in
een perceel, gelegen aan den O.Z. Voor
burgwal 272, hoek Sintpieterspoortsteeg. In
genoemd perceel is gevestigd een slagerij
van H. J. M. Hesseling. De winkel is ge
legen aan den O.Z. Voorburgwal en het
smalle diepe perceel grenst met den zij
kant aan genoemde steeg.
De brand bleek te woeden op een zolder
op de vierde étage, waar zich rookhokken
bevonden voor het rooken van worst en
andere vleeschwaren. Hiertoe gebruikt men
nat zaagsel en andere stoffen, die in brand
gestoken veel rook ontwikkelen. Door te
groote hitteontwikkeling zyn de rookhok
ken in brand geraakt en staken een voor
raad in de nabijheid gelegen papier, karton
en ander emballage materiaal aan De
vlammen grepen om zich heen en tastten
ook de balken van het schuine dak aan en
sloegen weldra door het aar? de Sintepieters-
poortsteeg gelegen dakvenster.
Met behulp van twee stralen was de
brandweer het vuur spoedig meester. De
achterzolder, waar de rookhokken gelegen
zijn, was toen echter nagenoeg geheel uit
gebrand. Een rookzolder op de derde etage
en daaronder gelegen slaapvertrekken der
familie Hesseling ^p de tweede en eerste
etage liepen waterschade op.
WONING AFGEBRAND.
In den afgeloopen nacht omstreeks half
een is door tot nu toe onbekende oorzaak
brand uitgebroken in de woning van G. D.
V. te Midlum De bewoner, die alleen thuis
was, moest zich in nachtgewaad naar buiten
begeven. De brandweer uit Harlingen was
spoedig ter plaatse en wist uitbreiding van
den brand te voorkomen. De geheele inboe-
doel is verbrand. Verzekering dekt echter
de schade.
DEVIEZENZAAK IN GRONAU.
Belangrijke som van textielfirma zon
zich in ons land bevinden.
Geruimen tijd geleden werd in Grcmau
een opzienbarende arrestatie verricht. De
vertrouwensman van een der groottse Gro-
nauer firma's de heer G. P., werd aange
houden verdacht van overtreding van de
deviezenbepalingen. Hij werd weer vrijge
laten, maar later opnieuw aangehouden.
Deze zaak heeft in het grensgebied groot
opzien gebaard. De aangehoudene was een
algemeen bekende persoonlijkheid. Mede-
deelingen over de reden van de arrestatie
werden niet verstrekt. Alleen stond vast,
dat ze verband hield met overtreding van
dc deviezenverordening.
Aan „Tubantia" werd over deze devie-
zenzaak medegedeeld, dat de geheele zaak
aan het licht zou zijn gekomen door een
Nederlander, die vroeger in dienst was bij
de regeering, ondanks „piumpster Wahlbe-
einflüssung", een zware nederlaag en de
begrooting werd opnieuw verworpen. De
koning, diep terneergeslagen, wilde aftre
den. Reeds wa's de kroonprins telegrafisch
naar Berlijn ontboden en lag de oorkonde
van den troonafstand gereed. Toen over
reedde Von Roon, de minister van oorlog,
den koning, nog een laatste poging te doen
en aan Von Bismarck (die toen gezant was
te Parijs) de regeering op te dragen. „Hij
lj hier niet, en zal het niet doen", meende
Wilhelm. „Hy is hier, en zal het doen",
antwoordde von Roon: uit eigen beweging
had hij Bismarck telegrafisch naar Berlijn
ontboden. In 't park te Babelsberg had het
historisch onderhoud plaats tusschen den
koning en Bismarck; Bismarck werd tot
voorloopig minister-president benoemd.
„Dat is de staatsgreep" was de meening
van de publieke opinie, die Bismarck uit
een Vereenigde Landdag van 1847 kende
als een aarts-conservatief. Bismarck was
geen partyman; hij was opportunist en rea
list tegelijk; de publieke opinie verachtte
hy. Hij kende slechts één beginsel; het be
lang van Pruisen. Bij de keuze van zijn
middelen vroeg hij zich alleen af, of ze doel
treffend waren. Het stond voor hem vast,
dat Pruisen geroepen was, in Duitschland
ce hegemonie te voeren en hij was vast-
cesloten dat te bereiken. Toen onderhande
lingen met de Fortschrittspartei mislukten,
bond Bismarck den strijd met haar aan.
Reeds bij zijn eerste optreden uitte hij zich
op zijn brutaal-openhartige wijze: „Niet
op Pruisens liberalisme ziet Duitschland,
maar op zijn ma^it.Niet door redevoe
ringen en meerderheidsbesluiten worden
de groote kwesties van den tijd beslist, dat
is de fout van 1848 en 1849 geweest, maar
door ijzer en bloed" (dus door oorlog). De
koning, die toen juist te Baden verbleef,
was het hiermee heelemaal niet eens; mede
onder invloed van z'n omgeving, kwam de
oude neerslachtigheid weer terug. Bismarck,
die zooiets had verwacht, reisde hem tot
Jütersbog tegemoet. En in den trein sprak
hij den koning weer moed in. „Daar, op de
Opernplatz, onder mijn ramen, zal men U
het hoofd afslaan, en wat later mij". Bis
marck tastte hem in zyn zwak, appelleerde
op zijn plichtsgevoel van Pruisisch officier,
ZEDEN-MISDRIJVEN TE OSS.
Als er ergens vergrijpen worden begaan
tegen de zeden, mag de pers daarvan niet
een s e n s a t i e-verhaal maken. Zóó doen
de, handelt die pers zelf in strijd met de
goede zeden! Ieder Christen moet de zonde,
hetzij door hem zelf, hetzij door anderen
bedreven, betreuren. Sensatie-opwekken en
genieten van op sensatie berekend uitge
sponnen nieuws is nu juist niet in overeen
stemming met gevoelens van droefheid. En,
nogmaals: droefheid moet het grond-gevoe-
len zyn van den Christen, die constateert,
dat er moreel kwaad is begaan. Op dat ge
voel van droefheid kunnen gebaseerd zijn
andere gevoelens, als van ergernis, veront
waardiging, afschuw.
Het bovenstaande beteckent niet, dat de
pers altijd over „zedenzaken" moet zwij
gen. Als deze vaststaan, kan zy, om meer
dere redenen, tot publicatie er van ge
drongen zijn ook ter wille van een ware,
juiste voorlichting van het publiek.
Dat ter inleiding, om onzen hardgrondi-
gen afkeer te uiten over de sensatie-zucht
van enkele bladen, die inhoud-looze ko
lommen hebben geschreven over een „ze-
denschandaal" te Oss zelfs reeds vóór
dat feiten vaststonden, toen er nog slechts
geruchten rondgingen.
Nu er feiten vaststaan, willen wij het vol
gende mededeelen over bedroevende wan
daden op zedelijk gebied, die te Oss heb
ben plaats gegrepen.
Dezer dagen is te Oss gearresteerd de
directeur van de N.V. tot bereiding van or
ganische producten Organon", die ver
dacht wordt zich te hebben schuldig ge
maakt aan overtreding van art. 248 W. v. S.
Reeds langen tijd liepen er geruchten,
dat er op de fabriek, waar 600 menschen
werken, onder wie bijna 250 vrouwen, iets
niet in den haak zou zijn. Er zouden mis
toestanden heerschen op zedelijk gebied.
De Koninklijke marechaussee stelde een
onderzoek in, waarby zij op groote moei
lijkheden stuitte, omdat het personeel er
voor terugschrok bezwarende verklaringen
omtrent den directeur af te leggen. Ten
slotte echter had men zooveel feitenmate
riaal verzameld, dat men tot arrestatie
van M. v. Z. overging. De verdachte is
voor den Officier van Justitie te Den
Bosch geleid en heeft een volledige beken
tenis afgelegd.
Het onderzoek duurt nog steeds voort en
de mogelijkheid is niet uitgesloten, dat
meerdere arrestaties te wachten zijn.
de Nederlandsche firma waarmede verd. P.
namens zijn fabriek zaken deed. Deze Ne
derlander zou naar verd. heeft medegedeeld
later bij den verd. en diens firma zijn ge
komen met het verzoek hem een bepaald
bedrag te geven, daar hij anders de zaak
aan de Duitsche autoriteiten zou mededee
len. Toen hem het gevraagde geweigerd
werd, zou hij inderdaad de affaire aan het
licht hebben gebracht.
Het Sondergericht te Dortmund heeft nu
de zaak tegen den 63-jarigen G. P. in be
handeling genomen.
Verd. P. wordt ten laste gelegd, dat bij
een bedrag van in totaal 64.000 aan de
Duitsche Deviezenstellen heeft onttrokken.
Volgens informaties van het blad moet de
zaak zich als volgt hebben toegedragen:
Eenige jaren geleden kwam de zaak P.
reeds aan het rollen. Hij zou toen echter
order de amnestie kunnen vallen, welke
bepaalde, dat allen, die alsnog aangifte de
den van het vermogen, dat zij in het bui
tenland zouden bezitten, van straf zouden
en zoo ontwaakte de oude strijdlust. In het
Huis van Afgevaardigden slonk de conser
vatieve partij tot elf man. „Ze kunnen met
z'n allen in één omnibus naar het parle
ment rijden", spotte men, maar steunend
op 't Heerenhuis, waarvan de meerderheid
conservatief was. hield Bismarck vier jaar
den strijd vo.. Door zyn succes in de bui-
tenlandsche politiek (de snel bevochten
overwinning op Oostenrijk in 1866) bewees
Bismarck zijn juist inzicht en verzoende
hij de meerderheid van z'n tegenstanders
(Indemniteitswet). De succesvolle oorlog
tegen Frankrijk leidde tot het hoogtepunt
in 't leven van Wilhelm: zijn verheffing tot
keizer, 1871 te Versailles Daarmee verbon
den is de herinnering aan een conflict met
Bismarck, zooals er meermalen tusschen
den gryzen vorst en zyn „treuen Diener"
zyn geweest. Het kostte veel moeite, Wil
helm te bewegen, den Keizerstitel aan te
nemen; de geërfde keizerstitel achtte hy
veel hooger. Toen hij tenslotte toegaf, eisch-
te hij, dat de titel luider, zou „Keizer van
Duitschland" en niet „Duitsch keizer"; dat
wenschten de Duitsche vorsten niet, orn
aat zij niet in hun souvereiniteitsrechten
beperkt wilden worden (wat de titel „Kei
zer van Duitschland" kon beteekenen). Bis
marck, die de Duitsche vorsten moest ont
zien, was het met hen eens en na een hef
tige scène met den koning schikte deze zich
morrend. De groothertog van Baden, die
t „hoch" op den keizer zou uitbrengen,
ontging tactisch de moeilijkheid door te roe
pen: „Leve Keizer Wilhelm", maar na af
loop van de plechtigheid, terwijl hij de ge-
lukwenschen in ontvangst nam van de
vorsten, negeerde de keizer Bismarck en
hij, .die hem tot keizer gemaakt had, mocht
zelfs geen handdruk van hem ontvangen.
In de latere levensjaren van den keizer
bleef Bismarck den domineerenden per
soon. De geloovig-Protestantsche keizer
was tijdens den Kulturkampf den katho
lieken niet ongunstig gezind, maar stond
geheel onder B'smarcks invloed.
In 1878 werd Wilhelm twee maal kort
echter elkaar het slachtoffer van een
moordaanslag, een gevolg van de agitatie
der socialisten. De eerste maal, 11 Mei, lost-
t*. een blikslagersknecht, Max Hödel, twee
schoten uit een revolver op den keizer, die
HOE WE ALLEN VASTEN KUNNEN.
Pater Rongen O.C.R. wijst er in het
„Dagbl. v. N.-Brabant" op, hoe in den loop
der eeuwen steeds meer verzachtingen in
het vasten zijn ingevoerd. Maar, zoo gaat
hij voort, al heeft de Vastenwet rekening
gehouden met de verslapping van den eer
sten geloofyver en van de menschelijke
constitutie in het algemeen, toch moeten
wij allen, groot en klein, zonder uitzon
dering vasten in een ruimeren zin.
Dit vasten beteekent: niet aan alle gril
len, neigingen en verlangens van het
oogenblik toegeven, maar hier en daar, af
en toe, opzettelijk en bewust zich iets ont
zeggen. Niemand is hiervoor te jong, nie
mand is hiervoor te zwak. Het leven van
iederen dag biedt een ruime verscheiden
heid van dergelijke gelegenheden. Eén
ding kunnen w allen doen: onzen huisge-
nooten 't leven aangenamer maken. Hier
bij zal onze eigenliefde moeten vasten,
maar dit soort vasten bezorgt ons geen
hoofdpijn.
worden vrijgesteld. Verd. P. deed toen ook
aangifte van een bedrag van ƒ5000, dat
zich bij een bank te Hengelo bevond.
De douane zette het onderzoek In deze
zaak echter voort, waarby zij nadere in
lichtingen zou hebben gekregen van den
Nederlander. Daarbij zou aan het licht zijn
gekomen, dat een veel grooter bedrag
64.000 zich op naam van P. in het bui-
tenland zou bevinden.
ONBEVOEGD UITOEFENEN VAN DE
GENEESKUNDE.
Het vonnis van den kantonrechter te
Utrecht, waarby de 32-jarige S. C. de G.-H.
uit Woerden wegens het onbevoegd
uitoefenen van de geneeskunde was ver
oordeeld tot eer geldboete van 350, heeft
de rechtbank bevestigd. Mevrouw de G.
had na een onderzoek van de urine van per
sonen, die bij haar om raad kwamen, ge
neesmiddelen voorgeschreven. Tegen haar
had de ambtenaar van het O.M. bij het kan
tongerecht vierduizend gulden boete ge-
eischt. In hooger beroep had de officier van
justitie tweeduizend gulden boete ge
vraagd.
PARACHUTIST SPRINGT VAN
RECORDHOOGTE.
De Fransche parachutist, James Wil
liams, heeft bij Chartres het wereldrecord
valscherm-suringen verbeterd door van
een hoogte van 10.800 meter te springen.
Eerst op 200 meter van den grond opende
hij zijn valschrem. Tot de opening van het
scherm duurde zijn val 2 minuten 50 se
conden, daarna 18 seconden. Het oude
record stond met 7900 meter op naam van
den Rus Efdokimof. i
echter ongedeerd bleef; 2 Juni werden door
dr. Nobiling twee schoten gelost uit een
jachtgeweer, en werd de 81 jaar oude vorst
door verschillende hagelkorrels getroffen.
Bismarck trachtte de actie der socialisten
te smoren door middel van uitzonderings
wetten en door sociale wetgeving. In 1881
richtte de grijze keizer zich in verband
met de sociale wetten persoonlijk in een
indrukwekkende keizerlijke boodschap tot
den Rijksdag: „Wij zouden met des te groo-
tere bevrediging op alle resultaten, waar
mee God onze regeering zichtbaar gezegend
heeft, terugzien, wanneer het ons zou ge
lukken, eens het bewustzijn mee te nemen,
aan het vaderland nieuwe en blijvende
waarborgen voor zijn inwendigen vrede, en
den hulpbehi>e'renden grootere zekerheid
en hoogene bijstand, waarop ze aanspraak
hebben, na te laten".
De laatste dagen van zyn leven werden
versomberd door de ernstige ziekte van
den kroonprins, bij wien zich een onge
neeslijke keelkanker openbaarde. 23 Fe
bruari trof den keizer een nieuwe slag, door
het overlijden van zijn lievelingskleinzoon
prins Lodewijk van Baden. Sindsdien ging
de gezondheidstoestand van Wilhelm snel
achteruit; 6 Maart trad een bedenkelijke
verzwakking ui, maar nog steeds bleef hij
vervuld van zijn regeeringsplichten en op
de vermaning van zijn dochter, die hem
verpleegde, antwoordde hij: „Ik heb geen
tijd, moe te zijn". Nog op. 8 Maart had hij
een onderhoud met Bismarck. 9 Maart, des
morgens om half negen trad de dood in
en een week later werd het stoffelijk over
schot bijgezet in het Mausoleum te Charlot-
tenburg.
Wilhelm I was groot als mensch en als
vorst. Als vorst, omdat hij, met behulp van
zijn ministers, v Roon en v. Bismarck, het
leger schiep, dat voor Pruisen de hegemo
nie in Duitschland bevocht. Als mensch,
omdat hij, naast de reuzengestalte van Bis
marck, zijn zelfstandigheid wist te hand
haven, en toch wist te buigen voor diens
inzicht, als hij begreep dat hij, door zoo te
handelen, handelde in het belang van zijn
volk. Dat heeft Bismarck intusschen meni-
gen zwaren strijd gekost!
P. J. HUIBERS.