AUTOMATISEERING DER TELEFOON. Mysteries rondom „Vredelust" De in ons land geïnterneerde Spanjaarden, die in de omgeving van Gorkum Carnaval voor de deur staat. De praalwagen van Prins Carnaval te Het gebouw der Vischmarkt (rechts) op de Nieuwmarkt verblijf hielden zijn Vrijdag naar Bennekom overgebracht waar z.j per w„rj!n„ u IA meter lano te Amsterdam zal binnenkort gesloopt worden. Links het autobus onder groote belangstelling der bevolking arriveerden en onder- Maastricht in wording. Het gevaarte is 10 meter a g historische Waaggebouw gebracht werden in hotel .Neder Veluwe" 3)e £cidóefic Gou/^ant' De strijd in het Verre Oosten. Een Japansch hospitaal-schip arriveert met gewonden uit China te Tokio. Voor zoover zij loopen kunnen, gaan de invaliden van boord De Amsterdamsche installatie voor automatisch interlocaal telefoonverkeer wordt Maandag door burgemeester dr. W. de Vlugt officieel in dienst ge steld. Een overzicht van de centrale, waar de telefonisten tot nu toe het geheele interlocale telefoonverkeer verwerkten; inzet: de .finishing touch" aan de nieuwe installatie Dr. I. M. van der Vlerk is benoemd tot buitengewoon hoogleeraar aan de universiteit te Leiden, om onderwijs te aeven in de geologie en palaeontologie FEUILLETON (Een geval uit de practijk van Inspecteur Sanders, lid der Centrale Recherche). door UDO VAN EWOUD. 11) „Jhr. Ubels?!" vroeg Wils, nog steeds n.iet geheel bekomen van zijn verbazing over den raadselachtigen inhoud van het briefje. „Wat kan die met de zaak te ma ken hebben? Zoover ik weet staat hij te goeder naam en faam bekend, al heeft hy niet zoo'n heele druke practijk. Voorna melijk boeren uit Amstelveen en zoo.... Uit het briefje valt, dunkt me, op te ma ken, dat hij op de een of andere wijze in het nauw is gebracht. Door dien L. Wie is die L. En plotseling, kennelijk zoekend naar een kalender, de kamer rondkijkend, liet hij er op volgen: „Welke datum hebben we vandaag?" „De acht en twintigste" antwoordde Sanders. „Vrijdag is het de fatale datum. Dan moest de zaak geregeld zijn....,, „En ongeveer een week eerder werd L. vermoord", liet Wils zijn gedachten den vrijen loop. „Hoho, zóóver zijn we nog niet!" meen de Sanders de rijke fantasie van den re porter te moeten remmen. „Ik geef toe, dat deze veronderstelling voor de' hand ligt, maar met dit briefje als eenig bewijs, zou ik er toch niet graag toe overgaan Jhr. Ubels of van Opweeghen als verdacht van moord op den onbekende te arresteeren. Voorloopig ben ik nog zoo vrij geweest den notaris nog niets van mijn vondst mee te deelen". „Heb je hem dan gesproken?" „Ja; ik heb een kort onderhoud met hem gehad, omdat ik dacht, dat hij me inlich tingen kon geven over een rood gelakten two seater, die Zaterdagavond omsteeks neger, uur vrijwel voor zijn woning heeft geparkeerd. Het gezicht van den reporter werd één vraagteeken.Weer een nieuwe schakel, waarmee de inspecteur rijkelijk laat voor den cag kwam. „Een onzer rijwielagenten, die Zaterdag avond in de omgeving van den Amstel surveilleerde, heeft, naar mij bij infor matie gebleken is, op genoemd tijdstip een rood gelakte twee persoonsauto ter hoogte van het huis van Jhr. Ubels zien staan. Hij heeft er verder geen aandacht aan geschon ken, omdat de wagen behoorlijk verlicht was. Helaas heeft hij het nummer niet op genomen; volgens zijn zeggen was dat trouwens niet eens goed mogelijk, omdat het nummerbord, zoowel als de wagen zelf, gedeeltelijk onder den modder zaten". „En?" Wils was een en al spanning. „Ubels heeft den wagen niet gezien. Hij was om dien tijd niet thuis. Om acht uur is hij naar de stad gewandeld om de twee de voorstelling in Tuschinsky te gaan zien Eerst tegen middernacht is hij per taxi teruggekeerd. Toen stond er in ieder ge val géén wagen. Zijn vrouw is den gehee- len avond thuis geweest, maar kort na zy'n vertrek met migraine naar bed ge gaan; een van de dienstboden heeft in de keuken gezeten en evenmin iets gehoord of gezien" „Merkwaardig. „Och, zóó merkwaardig is dat niet. Het huis heeft een grooten voortuin en staat dientengevolge een eind van den weg af. Ik neem dus graag aan, dat binnen een auto niet te hooren is. Veel merkwaardiger vind ik het, dat er Zaterdagavond niemand bij Ubels op bezoek is geweest. De eigenaar van den wagen moet dus ergens anders heen zijn gegaan". „Naar villa Vredelust bijvoorbeeld....?" „Bijvoorbeeld....! Wij nu gaan uitzoe ken, wie er in het bezit is van een roodge- lakten two-seater, maar dat is ook een hopeloos werk. Alleen in Amsterdam zijn er al eenige honderden en wie zegt me, dat de wagen juist uit Amsterdam kwam? Het feit, dat hij er vrij bemodderd uit zag, duidt er m.i. veeleer op, dat hij een lange reis achter den rug had. In ieder geval heb ik dit inmiddels kunnen vaststellen: noch Jhr. Ubels noch van Opweeghen is de ge lukkige eigenaar van een rood gelakten two-seater. Helaas zegt dat au fon<i natuur lijk bitter weinig, want een dergelijke wa gen is uiteraard in menige garage te huur". „Over een garage gesproken", zei Wils peinzend, „hoe staat het met dien mon teur, die Zaterdagmiddag van Opweeghen's auto heeft gerepareerd?" „Lampe, bedoel je? Ook dat is onder zocht. Alweer iemand, die niet geheel vrij is van verdenking, 't Dijkt wel, of alle in aanmerking komende personen het er op gezet hebben geen voldoende alibi te kun nen aantoonen. Van Opweeeghen is Vrij dagavond uit Parijs vertrokken met on bekende stemming, Ubels ging op den avond van den moord naar de bioscoop, wat hij ook niet kan bewijzen en Lampe heeft, nadat hij juffrouw Keizer naar de P. C. Hooftstraat had gebracht,eenige uren lang gewerkt aan een wagen bij iemand op de Weteringschans. Tegen half negen is hij daarmee eindelijk klaar gekomen en daarna heeft hij nog een uur met den wa gen rond gereden om te kunnen consta- teeren of de fout hersteld was! Zoek het maar uit!" Wils was juist van plan de meening van den inspecteur, dat alles tegenwerkte, te onderschrijven, toen er op de deur werd geklopt. Een rechercheur trad binnen. In zijn hand hield hij een telefoonboek, dat hij, na een korten groet in de richting van Wils, geopend voor den inspecteur neer legde. Het was het rijktelefoonboek, zoo als Wils al spoedig opmerkte. De man wees een der getallen aan. „Wat denkt u daarvan?" vroeg hij. „Zeer aannemelijk", antwoordde Sand- ders. „Wat kwam verder nog in aanmer king?" „Een bloemenzaak op de Ceintuurbaan en het woonhuis van den directeur der N.V. Textieimaatschappij. Ik heb ze alle drie met een kruisje gemerkt. Voor de rest zijn het allemaal ander nummers". „Dan zal dat wel het juiste zijn. Dank je. Ik zal het onmiddellijk onderzoeken". Toen de rechercheur vertrokken was, wendde de inspecteur zich weer tot z'n be zoeker. „Weer een nieuwe schakel inden keten, Miel, al betwijfel ik, of we er heel veel aan zullen hebben. Je weet, dat ik de telefoon uit „Vredelust heb meegeno men, omdat ik het telefoonboek geopend op van Opweeghen's schrijfbureau vond en daarbij vermoedde, dat ik op de schijf van het toestel wel een paar vingerafdruk ken zou vinden? Welnu, daarin zij we ge slaagd. Het cijfer 3 toonde duidelijk sporen van mastiek en ook de 2 bleek nog door een wijsvinger met mastiek te zijn aange raakt. De drie overige cijfers waren helaas niet meer vast te stellen. Hieruit mocht dus worden geconstateerd, dat de moordenaar» van den onbekende óf deze zelf, nadat hij zich van zijn valsche baard had ontdaan, vanuit „Vredelust" heeft getelefoneerd met een nummer, dat met 32 begon. Daar het telefoonboek geopend op tafel lag, was. het niet zoo heel moeilijk uit te zoeken, wie de opgeroepene zou kunnen zijn. Er waren op de beide pagina's in 't geheel drie nummers, welke met 32 begonnen; je hebt het zoo juist uit den mond van den rechercheur gehoord. Een van de twee, die oi. niet in aanmerking komen, 32347 be hoort aan een bloemenzaak op de Ceintuur baan, het andere, 32869, aan den directeur van een textieimaatschappij. Het derde, 32700 is echter dat van de afdeeling „Baga ge" aan het Centraal station en dat komt, dunkt me, voor ons in aanmerking". „Denk je, dat het slachtoffer vóór hij vermoord werd, heeft opgebeld om te informeeren of zijn bagage ?1 was aange komen?" »ei volgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 9