Laatste berichten TELEGRAMMEN Burgerlijke Stand VRIJDAG 28 JANUARI 1938 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. 3 VER. TOT BEVORDERING DER BOUWKUNST Lezing Jan de Quack Op de jaarvergadering van de Vereeni- ging tot Bevordering der Bouwkunst al hier heeft de heer Jan de Quack, eere voorzitter der_ vereeniging een interessante lezing gehouden over het onderwerp: „De waarde van het nieuwe in de archite/ tuur". De heer Ponsen, voorzitter der vereeni ging, liet aan deze inleiding een kort over zicht over het afgeloopen jaar vooratgaan. Niet in alle opzichten is het een goed jaar voor de vereeniging geweest. Het leden tal, dat in de laatste jaren toch al zoo teruggeloopen was, verminderde opnieuw, z'j het dan ook maar met twee leden. De financieele toestand baart weliswaar geen zeugen, maar ook daarin is een aanmerke lijke achtergang te constateeren. Spreker wekte tenslotte de aanwezigen op het voortbestaan var Bouwkunst te verzeke ren door nieuwe leden te winnen en door belangstelling te toonen voor de maande- lijksche lezingen, die voor „elck wat wils" brengen. De heer Jan de Quack, sloot zich bij het geen de voorzitter had gezegd, volgaarne aan. In dezen tijd, waarin zooveel verlo ren*-gaat, moet Bouwkunst het hoofd niet lalen hangen. Er is voor een dergelijke vereeniging mooi werk te doen. Tot zijn onderwerp komende, stelde spr. zich de vraag, of er waardeering kan zijn voor het nieuwe in de architectuur. Spr., zelf 73 jaar oud, had zijn opleiding gekre gen in de oude school, maar was volgaar ne bereid op deze vraag een bevestigend antwoord te geven. De inwendige indeeling offerde men bij de oude bouwkunst vaak aan het uiterlijk op. In deze fout verviel ook een Berlage, o.a. bij zijn Beursgebouw en bij het ge bouw in de Prinsenstraat te Den Haag. Maar Berlage was een man van groote allures, met groote gaven als architect. En bij zulk een bouwmeester is een afwijking ten behoeve var het pittoresque verant woord. Religie en geologische gesteldheid hebben alle tijden door de ethiek in de bouwkunst beheerscht, zei spreker. Waar men ook het oog wendt, overal zal men daarin een eenheid ontdekken. De geeste lijke, profane en religieuse overtuiging was grondslag voor de kunst in het algemeen., Spr. wijdde daarna uit over het functio- neele van bouwmaterialen in de architec tuur. De thans heerschende opvattingen in de bouwkunst waardeeren de zichtbaarstel ling van het materiaal slechts in geringe mate. Optisch leidt dit misschien tot ver arming, aesthetisch kan dit tot winst voe ren. In bouwwerken van bijvoorbeeld den Franschman De Corbusier is het uitsteken van heele lokalen wellicht te verklaren, maar het boet aan aesthetisch schoon in. Bij de moderne bouwkunst vloeit de taak van den architect en die van den ingenieur vaak ineen. De materieele toepassing vergt een grondige kennis en een voortdurende aanpassing van den architect aan het nieuwe. De bouwmeester moet zich niet wagen aan het overnemen van een kunst, die bij voorbeeld grootmeesters als Berlage, Le Ccrbusier, Kuipers, enz. erin hebben ge bracht. Overgenomen kunst is geen kunst. Grooten onder de bouwmeesters kunhen zich concepties veroorloven, waar anderen als navolgers niet altijd verantwoord mee beginnen kunnen. Zij zijn scheppers van i^euwe bouwvormen, zochten en vonden nieuwe mogelijkheden en bovendien: elke tijd heeft zijn eigen kunstuitingen. .Wat in een vorige eeuw geniaal was, kan in de zen tijd niet meer worden toegepast. In on zen tijd werkt men met beton, glas en staal. Dikwijls kan men aan het uiterlijk van een bouwwerk niet zien, of men te maken heeft met een school of sigaretten- fabriek. Spreker noemde onzen tijd norm loos, gevolg van het tempo. De achter ons liggende jaren waren gekenmerkt door het ontbreken van beeldhouwwerk, dat toch aan een gebouw uitdrukking kan zijn van de ideëele doelstelling, Maar het moderne behoeft daarom nog niet smakeloos te zijn. C'nzijn tijd zit nu eenmaal vol tegenstellin gen. Het lijkt, of wij de kluts kwijt zijn. Waarom zijn er zoo weinig waarlijk groo te kunstwerken in de moderne architec tuur? Dudok noemde spreker een geniaal man, maar zijn stadhuis te Hilversum, hoe fraai ook, mist de warme bekoorlijkheid, waar om een schilder zich zet voor de oude vleeschhal in Haarlem. Het interieur is vol stijl, maar het heeft niet de warmte van den binnenhuisstijl uit zoovele oude ge bouwen. Ons nageslacht zal niettemin de jonge bouwmeesters van dezen tijd eeren als de pioniers, die met nieuwe materialen moes ten evolueeren en daarmede trachtten de weg te banen voor het nieuwe in de ar chitectuur, dat komen gaat. Dit komende, besloot spreker, dienen wij van harte wel kom te heeten. De voorzitter dankte den heer. Jan de Quack voor diens zeer leerzame lezing. Hij hoopte den inleider nog vele malen op de jaarvergadering welkom te mogen heeten, waarmede een soort traditie in stand wordt gehouden. Na de pauze ging men over tot het huis houdelijke gedeelte van de bijeenkomst. De secretaris, de heer C. Sweris, bracht zijn jaarverslag uit. Al was de toestand der vereeniging nu niet bepaald rooskleu rig, uit dit jaarverslag bleek niettemin, dat er vee] goed werk is verricht. Vooral de maandelijksche inleidingen waren zeer in teressant. Uit het verslag van den penningmees ter, den heer Iterson, bleek, dat er dank zij een zuinig beheer nog een batig slot is van 18.66 bij een totaal aan uitgaven van 388.80. In de vacature van den heer Stigter, die wegens drukke werkzaamheden moest be danken, is gekozen de heer mr. A. T. J. Etmans. De voorzitter werd op voorstel van de vergadering bij acclamatie in zijn functie bevestigd. HET BEZOEK DER ZUID-AFRIKAANSCHE STUDENTEN AAN LEIDEN. Ontvangst in de Academie. Hedenmorgen omstreeks 12 uur arriveer den de Zuid-Afrikaansche studenten, die zich op het oogenblik in Nederland bevin den, te Leiden, waar zij in de Senaatska mer der Leidsche Academie werden ont vangen door den rector magnificus, prof. dr. J. A. J. Barge. Hierbij waren verder tegenwoordig de secretaris van den Acad. Senaat, prof. dr. N. J. Krom, de secretaris van het college van curatoren, mr. P. J. Idenburg, prof. mr. F. D. Holleman en de heer Duplessi, zaakgelastigde van de Unie van Zuid-Afrika te Den Haag. Prof. Barge zeide in zijn toespraak het een groot voorrecht te achten en een heel bijzonder genoegen de bezoekers in de Se naatskamer het welkom te mogen toeroe pen. De rector der universiteit is steeds gaarne bereid vreemdelingen, die Holland bezoeken en daarbij Leiden niet vergeten, in de universiteit te ontvangen. Hoeveel te meer is spr. daartoe bereid en een hoeveel grooter vreugde is het hem, wanneer hij daarbij mag toespreken stamgenooten in den vollen zin des woords. Want, hoe lang het ook moge geleden zijn, dat de eersten onzer landgenooten naar Zuid-Afrika getrokken zijn en wat zich in den loop der tijden aan den anderen kant van den evenaar ook moge hebben af gespeeld, het blijft altijd ontroerend af stammelingen onzer gemeenschappelijke voorouders hier te mogen begroeten. Daar om temeer heet spr. allen hier allerharte lijkst welkom. Dat de studenten ook Leiden met een bezoek hebben willen vereeren, doet spr. verstaan, dat zij begrijpen, hoe Leiden voor Noord-Nederland de intellectueele vorming is geweest. Men staat hier dan ook in ze kere mate op heiligen grond, want het is de onvergetelijke Willem van Oranje, de Zwijger geweest, die Leiden deze eerste universiteit des lands heeft geschonken. Langzamerhand is de Leidsche universiteit omgeven door andere universiteiten en hoogescholen. Spr. eindigt met den wensch uit te spre ken, dat de studenten de meest aangename herinneringen van hun bezoek aan de 360 jaar oude Leidsche universiteit mogen be waren. -Voor degenen, die spr. niet geheel had en kunnen volgen, sprak prof. Barge nog een kort begroetingswoord in het En- gelsch. Uit naam van het gezantschap der Unie van Zuid-Afrika en uit naam van de be zoekers werd hierna het woord gevoerd door den heer Duplessi, zaakgelastigde der Unie, die den rector magnificus hartelijk dank zegde voor zijn woorden en de war me ontvangst. Spr. meende het van het Bureau voor Internationale Studentenbetrekkingen zeer goed gezien, dat het de studenten bij hun bezoek aan Nederland ook naar Leiden heeft gebracht, wijl de Leidsche universi teit met bijzondere banden aan Zuid-Afri ka steeds verbonden is geweest. Immers, reeds hebben Zuid-Afrikaners aan de Leid sche universiteit gestudeerd en zij zijn la ter kopstukken in Zuid-Afrika geworden. Nog studeeren er Zuid-Afrikaners hier en dit acht spr. van groot belang voor de toe nadering der volken. Daardoor toch leeren de jonge menschen elkander beter kennen en begrijpen en dit kan er toe leiden, dat het wantrouwen, waardoor de wereld ten onder dreigt te gaan, uit den weg geruimd wordt. Wederzijds zou spr. gaarne zien, dat ook Nederlandsche studenten naar Zuid-Afrika zouden komen, om te aanschouwen wat het handjevol mannen, dat in 1652 met Jan van Riebeek naar Zuid-Afrika is getrokken, daar heeft weten te bereiken. Reeds eerder werden er kolonisatiepogin gen in Zuid-Afrika ondernomen, ook door de Portugeezen, doch al die pogingen mis lukten. Jan van Riebeek slaagde echter. Door Nederlandsch bezoek aan de Unie zou de onderlinge band niet weinig verstevigd kunnen worden. Hierna sprak nog een der deelnemers een woord van dank tot prof. Barge voor de hartelijke ontvangst, waarop deze allen bezoekers en bezoeksters ter herinnering een Gids van Leiden aanbood. Vervolgens werd een bezoek gebracht aan het op de bovenverdieping der uni versiteit gevestigde Academisch Historisch Museum, waarna de bezoekers zich naar Den Burcht begaven, waar de lunch werd gebruikt. In den middag trokken de gasten weer naar Den Haag, waar in „de Twee Steden" een thé werd aangeboden. In den namiddag keerden allen naar de Sleutelstad terug, waar de dames het diner gebruiken als gasten van de V.V.S.L., de heeren als gasten van het Leidsch Studen tencorps. Lichtsteet en H. K. W. Natuurlijk hebben ook onze» leden begre pen, dat op hen gerekend wordt wanneer de lichtstoet wordt samengesteld. Volgens de gegeven aanwijzingen zijn al onze leden aan de Kaasmarkt vóór half ne gen, aanwezig, na bekendwording van het heugelijk feit. Zij scharen zich achter hun eigen vaandel en nemen plaats achter het spandoek van „Katholiek Leiden". Wij rekenen op al onze leden. F. H. M. KOfc, voorzitter. MILITARLA. Gedurende de maand Februari a.s. komen ,de navolgende reserve-officieren en vaan drigs voor het verrichten van werkelijken dienst onder de wapenen bij het 4e Regi ment Infanterie: de res.-kapiteins K. P. Innemee en W. J. Splinter, resp. van 14 t/m 19 Febr. en van 28 Februari t/m 5 Maart; de res.-le Luitenants H. A. Gunsters, H. J. Loois en O. Houwen van 14 t/m 19 Febr.; de res.-le Luitenants Heijbroek en Mer- ceus van 21 t/m 26 Febr., de res.-le Luitenants B. G. Beulink, P. E. Bos en W. Haverman van 28 Febr. t/m 5 Maart; de res.-2e Luitenant Glaser en vaandrig A. E. J. Schlosmacher van 7 Februari t/m 19 Maart; de vaandrigs A. S. Bror. en J. Stark van 28 Febr. t/m 19 Maart. De sergeant le kl. H. Tijsma van het 4e Regiment Infanterie, thans letacheerd bij de Vrijw. L.S. Korps, is bi schikking van den Minister van Defen^.e overge plaatst bij het Korps Motcrdienst te Haar lem. Het detachement van het 4e Regiment Infanterie, dat deelneemt aan de le serie schietoefeningen in het Infanterie schiet kamp bij Harskamp vertrekt op 7 Febru ari a.s. per trein van 6.48. onder comman do van kapitein de Vos naar Stoe en keert op 12 Februari met de trein van 11.56 weder in het garnizoen terug. Handelsregister K. v. K. Wijziging. 5805. Incasso-Bank N.V., Leiden, Breestraat 19. Hoofdz.: Amsterdam, Heerengrachi 531-537. Uittr. Proc. m. bijz. volm.: P. J. van Hest, Leiden. Aan Mevrouw S C.Jansen, Hoofd der Huishouding der Gestichten Endegerst, Rhijngeest en Voorgeest, is in verband met haar pensioengerechtigden leeftijd eervol ontslag verleend. Gisterenavond gaf de Tooneelvereeniging „Entre Nous" (Raad van Arbeid) in de Centrale Ontspanningszaal van Endegeest voor dé patiënten der Gestichten Endegeest e.a. een opvoering van het tooneelstuk „CupidoMercurius 10", auteur H. de Wilde. Het stuk werd uitstekend opgevoerd en viel zeer in den smaak bij de vele aan wezigen, gehoord het dankbaar applaus. Muziek MAATSCHAPPIJ VOOR TOONKUNST. Francis PouleucPierre Bernac. De Fransche liederzanger Pierre Bernac gaf in samenwerking met den componist pianist Poulenc een inzicht in de modern- Fransche Zanglitteratuur en wij hoorden er van de mooiste liederen van Fauré Debussey, Roussel, Caplet, Ravel en eigen handig gespeeld hoorden- wij een vijftal composities van Poulenc persoonlijk en zijn reeds befaamde „Bestiaire". Bernac bezit een mooie gave en zeer sympathieke tenor stem, die hij typisch Fransch aanzet met klaarheid van toon vorming. Daarbij: Bernac zingt zoowel met hoofd als met hart. De stem verzadigd van welluidend heid en een voordracht waaruit blijkt, dat hij de kern van het Fransche lied vat, de schoonheid der gedachte, en het onbe schrijfbare, dat een lied bieden kan. Een zorgzame voorbereiding heeft geleid tot een heel persoonlijke kunstuiting en 't is voor de vele concertbezoekers een ver kwikking geweest onder het gehoor te zijn van deze onvermoeide speurders naar het schoone. Zij bezitten het geheim van savant musiceeren, met smaak en zorg een programma kiezen en de aandacht vragen voor het mooie, dat zij hebben aangetroffen. Geen laaiende gloed, geen storm van sen timent, maar gevoelig, precies beheerschte, fijn ingestelde drang naar wat edel is, geestig en vernuftig. In onverbeterlijke twee- eenheid van opvatting en voordracht hoorden wij vier prachtliedjes van Fauré „Trois Arettes oubliées" van Debussy en de onvergetelijke „Ballades de Villon" Roussel en Caplet waren niet minder goed vertegenwoordigd en den onlangs ont slapen Ravel hebben wij bewonderd en om zijp beide „Epigrammes" en om zijn cherp- geteekende schilderijtjes uit de „Histoires naturelles". Wij zouden de vijf pittige verhaaltjes wel alle hebben willen hooren. Bernac be wees intusschen een zanger van zeer voor name kwaliteit te wezen. De stem vloeit prettig, zonder noemenswaard forceerende adembeheersching, geeft aan toonvor- mingen weldoende rust, zoodat in alle gebieden van den grooten omvang het or gaan uitmuntend gecultiveerd is, maar bovenal het beeldend vermogen en artistiek inzicht staan op hoog pijl. Daarbij is hij zeer intelligent en heeft nagenoeg door alle liederen heen de stemming bewaard. Meer malen ontroering gevend door de streeling van een woord, door artistiek accent, door zijn eigenaardige melancholie of door een sober vernuft in voordracht. Pouleuc aan den vleugel was zijn waardige evenknie, (een van de cercle des six, vermaard om zijn daden op muzikaal gebied). Pouleuc behoort onder hen, die zich niet op den voorgrond dringen, maar die er is met heel zijn persoonlijkheid, en op ideale wijze, met kleurige pittoreske fantasie den zan ger steunt. Na de pauze hoorden wij dan vijf „pièces pour piano" van Pouleuc, waar van „Adagretto" en „Rondo" uit zijn ballet „Les Biches". Met ingenomenheid hoorden wij de voortreffelijk gespeelde werken, die krachtig en eenvoudig zijn. Er gaat iets stoers, iets rustigs en iets zelfbewusts uit van dezen jongen musicus, die weet wat hij wil en verstaate musiceeren. Niet min der dan in alles wat wij al hoorden, zijn ook de fijne geest van dichter en componist tot één geworden in Pouleuc's liederen- reeks „Le Bestiaire" en St Guitare" die Bernac met exquise smaak voordroeg. Pou leuc is hier vindingrijk en geïnspireerd en kundig de bewerking. Als componist en pianist en de zanger als vertolker van het lied hebben beide concertanten veel bijval gehad. Zoo speelde Poulec als extra een „Pastourelle", waarna Bernac een „Sére- nade" zong. beide van den bovengemelden compositeur-pianiste. Een enthousiast ge stemd auditorium heeft beide kunstenaars langdurig toegejuicht. J. K. DE NIEUWE STAATSLEENING 1938. Naar wij vernemen, zal in de volgende Staatscourant worden opgenomen, de bekendmaking van den minister van financiën betref fende den uitslag van de inschrij ving op de 33 y2 pet. Staatslee- ning 1938, blijkens welke op de vrije inschrijvingen ad ruim 1700 millioen slechts 2 y, pet. kan wor den toegewezen. STERFGEVALLEN MOND- EN KLAUWZEER. Het aantal sterfgevallen tengevolge van het mond- en klauwzeer bedroeg in de week van 16 t.m. 22 Januari (daarachter tusschen haakjes geplaatst het totaal sinds 19 September j.l.) als volgt: Runderen: 66 (2953), kalveren: 158 (3488), varkens en biggen: 56 (2766), scha pen: 4 (1973), geiten: 2 (48). AAN BLOEDVERGIFTIGING OVERLEDEN De 16-jarige W. uit Didam, werkzaam in een werkkamp te Arnhem, heeft tenge volge van het openkrabben van een puist je een bloedvergiftiging opgeloopen. Gis teravond is de knaap aan de gevolgen overleden. HET FEESTPROGRAMMA VOOR DEN A.S. ZONDAG BERLIJN, 28 Jan. (ANP.) Naar het Duitsche Nieuws Bureau verneemt, is het programma voor de viering van den vijf- oen verjaardag van het nationaal-socialis- tische bewind op Zondag 30 dezer, als volgt samengesteld: Acht uur: groote reveille en optochten van de muziekcorps dernationaal-socialis- tische beweging. Negen uur: Rijksminister Goebbels spreekt voor de radio tot de Duitsche jeugd. Tien uur: défilé van de lijfwacht der S.S. voor Hitier bij de rijkskanselarij. Elf uur: overhandiging van de eeretee- kenen aan de dragers van den nationalen prijs (door Hitier). Twintig uur: traditioneele fakkeloptocht langs de rijkskanselarij. De in de buitenlandsche pers verspreide berichten, dat de Rijksdag tegen 30 Ja nuari zou worden bijeengeroepen, en dat Hitier zou spreken, zijn dus niet juist geble ken. Zij zijn waarschijnlijk te verklaren door het feit, dat de Fuehrer in de laatste jaren op 30 Januari politieke uiteenzettingen heeft gegeven, en dat, voor het geval hij daar ook dit jaar toe zou besluiten, door de desbetreffende technische en bestuurs- instanties voorbereidingen waren getrof fen. VERGADERING VAN REXISTEN VERBODEN. BRUSSEL, 23 Jan. (A. N. P.). Medege deeld wordt, dat de minister van binnen- landsche zaken zoo juist een vergadering der Rexisten, welke morgen, Zaterdag, te Brussel zou worden gehouden, heeft ver boden. Dit besluit is klaarblijkelijk genomen na de hevige incidenten, die zich gisteren in Kamer en Senaat hebben voorgedaan met betrekking tot de beweerde levering van oorlogsmateriaal aan het Republikein- sche Spanje. Dègrelle had medegedeeld sensationeele onthullingen te zullen doen. SCHILDWACHT OVERVALLEN TE EISDEN. BRUSSEL, 28 Jan. (A. N. P.). Naar „Het Laatste Nieuws" meldt, is een soldaat, die gedurende den nacht op wacht stond op de brug te Eisden, plotseling aangevallen door een drietal mannen, die trachtten hem in het kanaal te werpen. Op zijn hulpgeroep snelden echter eenige man schappen toe, die de aanvallers wisten te overmeesteren. Een van hen werd daarbij door een revolverschot gewond. De drie mannen werden ingerekend en bleken van Duitsche afkomst te zijn. LEIDEN. Geboren: Jansje, d. v. H. W. Fuchs en M. Siere Johannes Abraham, z. v. A. J. Lagerberg en J. A. M. Nijssen Johannes Willem, z. v. L. v. Haarlem en C. Heruer. Ondertrouwd: G. v. Goudzwaard jm 2d j. en H. M. J. C. Staats jd 27 j. C. A. J. Zevenhoven jm 26 j. en M. M. v. d. Zwet jd 21 J. Overleden: P. v. d. Made, ongeh. m. 48 j. M. Kooreman-v. Rijn, wede 69 j. M. Th. Lovink-de Laaf, vr. 68 j. C. War mond-Pont, wede 87 j. HOE HET ONGELUK MET ROSEMEYER ZICH VOLTROK. FRANKFURT, 28 Januari (A.N.P.). Om trent het ongeluk, waarbij de Duitsche coureur Rosemeyer hedenmorgen het leven verloor, vernemen wij nog, dat Rosemeyer, nadat hij met zijn „Mercedes-Benz" zijn re cordpogingen had gestaakt, vandaag het eens met de „Auto-Union" zou probeeren. Na den eersten rit verklaarde Rosemeyer dat de sterke Zuid-Westenwind den wagen bijna van den weg had gerukt. Desondanks startte de coureur andermaal voor den tweeden rit, die hem noodlottig zou wor den. Toen de wagen van Rosemeyer negen km. had afgelegd en zijn grootste snelheid had bereikt, 'werd de auto door een ruk wind tegen een brug, welke zich ter plaat se bevindt, stuk gesmeten. De coureur werd uit den -vagen geslin gerd. Een geneesheer, die kwam toesnel len, kon slechts den dood constateeren. DE INVOERING DER CENSUUR IN CHINA. Protesten van Groot Brittannië en Amerika. SJANGHAI, 28 Jan. (A. N. P.). De con sul-generaal van Groot-Brittannië, Phil lips, heeft drie geschreven protesten inge diend bij Okamoto, den consul-generaal van Japan, tegen de incidenten naar aan leiding van de Japansche censuur op te legrammen. Het eerste protest is gericht tegen de voorgenomen censuur op handelstele grammen, het tweede tegen het ophouden van een telegram van den correspondent van Reuter en van een telegram aan de „Manchester Guardian". Het derde tegen de schrapping van negentig woorden uit een gisteren aan de „Manchester Guar dian" gezonden telegram. De Amerika nen hebben op overeenkomstige wijze ge protesteerd. SJANGHAI, 28 Januari. (A. N. P.). Het verluidt, dat de censuur op handelstele grammen gewijzigd zal worden. Hoewei gecodeerde telegrammen slechts zullen worden aangenomen, indien zij vergezeld gaan van consulaire verklaringen, zullen de door particulieren gebruikte codes niet worden opgevraagd. NOG SLECHTS VOOR 80 JAAR PETROLEUM AANWEZIG? BOEKAREST, 28 Jan. (A. N. P.). Naar de meening van den Roemeenschen petro- leumdeskundige, Falceanu, zullen de pe- troleumvelden der wereld binnen 80 jaar zijn uitgeput en zal de mensch naar een nieuwe brandstof moeten omzien. De olie velden van Roemenië zullen, naar hij voor spelt, in 25 tot 30 jaar tijds zijn uitgeput. Zoo de menschen er inmiddels niet in slagen, nieuwe krachtbronnen te vinden, voorziet hij een wanhopigen strijd onder de volkeren om het bezit van 's werelds afnemende voorraden tegen het einde van het „petroleumtijdperk". DE INSTORTING DER NIAGARABRUG. Geluid van waterval werd overstemd. NEW YORK, 28 Januari. (A.N.P.) Eenige uren na de instorting van de internationale brug over de Niagara tusschen Canada en de Vereenigde Staten, moest ook de aan den voet van den waterval gebouwde elec- trische centrale van Ontario ontruimd wor den. De ijsmassa's, welke door de neerge storte brug nog hooger zijn opgestapeld, hebben bijna het dak van het electrici- teitsbedrijf bereikt, en dreigen het geheele massieve gebouw werk van zijn grondvesten te drukken. Ooggetuigen verhalen, dat het gedreun van de instortende brug zelf-; het gedonder van den waterval eenige seconden lang overstemde. Eerst brak de brug aar de Amerikaansche zijde af. Toen volgde het middenstuk, en ten slotte kwam het sta len geraamte aan de Canadeesche zijde om laag. Hoe geweldig de ijsmassa's zij'n, blijkt wel uit het feit, dat de twee stalen brug- pijlers van 200 ton elk, welke thans een gevaarlijken stuwmuur vormen, na de in storting op het ijsdek bleven liggen. VVISSLLNOTEEKLNULN (AMSTERDAM* Londen S.96"/8 8erlün 72.18 Parijs 5 80 Brussel 30.261/2 Zwitserland 41.45 KoDenhagen 40.— Stockholm 46 25 Oslo 45.05 New York 1.799/32 Praag 6,301 -4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 3