HOCKEY-TOURNOOI TE GINNEKEN. Valsch spel 3)e £eidóokc Sou^anT De traditioneele veldloop van D.H.C. is op Tweeden Kerstdag wederom te Delft gehouden. Eenige «nieuwelingen» passeeren een boerderij Een snapshot tijdens het internationaal hockey-tournooi, dat Tweeden Kerstdag te Ginneken is gehouden Een soeimoment *oo» het doel der gasten tijdens den voetbalwedst'ijd P.S.V.-B V V welke te Eindhoven werd gespeeld Mej Lugt ve«richtte Viijdagte Krimpen aan den iJssei de tewaterlating van het nieuwe voor de Kon SheHg<oeo ge bouwde motor tankschip «Onoba» Tijdens dichten mist liep Vrijdag het 9100 ton me'ende motor tankschip «Onoba» te Krimpen aan den IJssel ge bouwd voor de Kon Shellgroep. »e water. Het schip in ziir e'ement Eenige fraaie exemplaren op de honden- en kattenshow, welke Vrijdag in het Krelagehuis te Haarlem werd gehouden Charlotte Kohier als waarvan Viijdag in repetitie plaats vond «Bade'öch» in Vonde's «Gijsb'echt van Aemstel», den Stadsschouwburg te Amsterdam de generale »oor de jubileum-opvoeringen in nieuwe ensceneering FEUILLETON Naar het Engelsch van ANNIE S. SWAN, 3) Zij was niet in het minst verwonderd, toen haar moeder vervolgde: Er is een tijd geweest, dat w(j hoop ten samen te trouwen, maar er kwam iets tusschenbeide. Het is een lange geschie denis. te lang om te vertellen Het was een misverstand ontstaan door lasterpraatjes van menschen, die jaloersch waren op ons geluk. In de veronderstelling, dat de tus- schen ons ontstane i reuk niet meer goed gemaakt kon worden het leek toen in derdaad onmogelijk, dat de kwestie die ons geluk verwoest had, ooit opgehelderd zou worden trouwde ik later met je vader. En ik was met hem zoo gelukkig, dat ik nooit meer aan het verleden terugdacht En trouwde sir Christopher met een ander? vroeg Jessie met groote vragende oogen. Neen, hij trouwde nooit. Trouwde hij heelemaal niet, moeder tje? En hebt u elkander in al die jaren niet meer gezien? Slechts éénmaal, er wij verlangden er geen van beiden meer naar Het was pijnlijk, kindje. Ik wil er liever niet over praten. En nu schrijft hij. dat hij mü „vaarwel" wil zeggen. Dat is natuurlijk heel gewoon, maar ik ben bang. dat het voor ons beiden een beproeving is. Wat ik maar niet kan begrijpen is, waarom hij jou wil zien. Gedurende het verdere deel der reis werd er weinig meer tusschen hen gespro ken en toen zij te Lyncastle uitstapten, stak Jessie haar arm vertrouwelijk door dien van haar moeder. Bent u hier ooit geweest, moeder? Neen, maar er moet ergens een groo te rijweg zijn naar Hardacres. Wij kunnen hier eens informeeren. Doch reeds kwam er een livreiknecht naar hen toe en nam beleefd zijn hoed af. Bent u Mrs. Hamlyn? Ja, antwoordde Mrs. Hamlyn. Komt u van Hardacres? Ja, mevrouw. Mr. Safford wacht bui ten. Dezen kant uit, alstublieft. Toen zij buiten het station waren, za gen zij een heer met den hoed in de hand naar hen toekomen. Ik ben Hugo Safford, Mrs. Hamlyn. de neef van sir Christopher Lathom. Hij verwachtte een telegram van u en toen er niets kwam, ben ik op goed geluk aan de zen trein gekomen. Ik ben blij, dat ik u getroffen heb. Nooit had Hugo er innemender uitge zien. Toen Mrs. Hamlyn Jessie aan hem voorstelde, keek hij haar goedkeurend aan en zijn oogen schitterden van oprechte be langstelling. Eenige oogenblikken later reed Hugo met de beide dames kalm over den grooten zardweg naar Siains. Op verzoek van Hugo Safford zat Jessie naast hem en gedurende den tocht deed hij zijn best zoo lief mogelijk tegen haar te zijn. Jessie nam zijn attenties koel in ontvangst en haar onverschillige houding bracht den jongen man wel een beetje in de war. Gaat u dikwijls uit rijden? vroeg hij toen Jessie haar bewondering uitsprak over de prachtige paarden, die hij zoo schitte rend mende. Ja, neel dikwijls. In Londen? Ik veronderstel tenminste, dat u in Londen woont? Ja, wy wonen in Pembridge Gardens, Bayswater, en ik rijd hoofdzakelijk met de autobus. Ik ben muziekleerares en mijn werk bréngt mee, dat ik in verschillende deelen van Londen moet komen, antwoord de zij ernstig. Ik bewonder uw bekwaam heid, maar het is hier ook niet moeilijk, waar men niets ontmoet! De bestuurders der autobussen zijn verbazend handig in het drukke verkeer en u moest eens hoo- ren hoe grappig zij zijn! Moeder en ik kun nen ons de weelde van „Punch" niet permit- teeren, daarom onthoud ik die „busgrap- pen" en vertel ze aan moeder, terwijl wij er zelf de plaatjes dan bij fantaseeren. Het is heel amusant! Hugo keek tersluiks naar het onbewogen gelaat van zijn gezellin. Nooit in zijn leven was hij meer verbaasd geweest en ondanks het deftige uiterlijk der moeder en de keu rig verzorgde verschijning van het meisje voelde hij zich ernstig teleurgesteld. Een muziek-onderwijzeres! Het was on- geloofelijk en toch moest hij bekennen, dat hij in lang niet zoo'n interessante ver schijning had gezien. O, dit is Hardacres? Ja. Bent u hier ooit geweest, miss Hamlyn? Neen, ik wist niet eens, dat deze plaats bestond, totdat moeder een brief kreeg met het verzoek hierheen te komen Ik nam een dag vrij om haar te vergezel len en daar zoo'n dag vacantie een zeldzame gebeurtenis is, moet ik er van profiteeren. Wat een reusachtige buitenplaats en wat een prachtige boomen! Ik vermoed, dat het voor u iets heerlijks is hier te wonen, Mr. Safford? Ik gevoel mij hier volkomen op mijn gemak, dat verzeker ik u, zei Safford. U kent waarschijnlijk mijn oom niet, maar uw moeder zal hem wel kennen. Heeft zij u niet verteld wat een lastige, oude heer hij is? Neen, zei Jessie, zij heeft mij niets van dien aard verteld. Ik ben zijn erfgenaam, maar het* is niet zoo prettig steeds onder leiding van zoo'n ouwe heer te staan. Men moet zich veel laten welgevallen! Sir Christopher is erg ziek, niet waar? Ja, de dokter denkt, dat hij het niet lang meer zal maken. En bent u daarna heer en meester van Hardacres? Ja, en naar ik hoop zal dan de naam „Lathom" aan den mijne toegevoegd wor den. Ik ben blij, dat ik niet in uw schoe nen sta, zei Jessie onverwacht. Hugo vond het jammer, dat hij de paar den moest laten stilhouden voor het prach tige oude huis, dat in de oogen van het kunstzinnig meisje een schilderstuk leek en haar sprakeloos deed staan van bewon dering. Maar dadelijk wendde zy zich tot haar moeder, terwijl zij aan de omstandigheden dacht, waaronder deze hier kwam. Zij stak haar arm door den hare, toen zij bemerkte, dat haar moeder een weinig bleek zag ets lichtelijk beefde. Maar dat ging spoedig over en toen zij door Mrs. Safford ontvan gen werden, was zij zichzelf weer geheel meester. Ik ben blij, dat u gekomen bent, mom pelde Mrs Safford, en de klank van haar stem, alsmede haar koele, statige manieren stootten Jessie zoozeer af, dat zij al dade lijk een afkeer tegen haar gevoelde. Mijn broer heeft aJ dikwijls gevraagd of u gekomen was. Wilt u boven komen en naar hem toe gaan? Wij hebben nog twin tig minuten voor de lunch. Twintig minuten, dacht Jessie; twintig minuten om een geheel menschenleven te overbruggen. Mrs. Hamlyn knikte Zij had haar voile teruggeslagen en Mrs. Safford voelde een steek in haar hart, toen zij zag hoe knap Mrs. Hamlyn nog was. Zoo'n vrouw had alle macht over een man Zou zij die ge bruiken? Indien mogelijk zou zij haar nu nog den toegang tot de kamers van hadr broer ontzegd hebben! Als uw dochter hier evij wil wachten, zal ik met u meegaan, zeide zij bijna on beleefd en op een manier, waaruit bleek, dat zij een voor haar onprettige taak had uit te voeren. De twee vrouwen beklommen samen de groote trap. maar er werd geen woord tus schen haar gewisseld. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 8