Hervorming van Bloembollen
cultuur
Anti-Saneerders trachten
relletje te maken
Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Rijnland
De Haagsche Burgemeester over
gijzeling van een journalist
DINSDAG 21 DECEMBER 1937
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG 10
Behandeld werden:
onbillijkheid in de
waterkanaal der L.
Gistermiddag vergaderde de Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor Rijnland
onder voorzitterschap van den heer D. ten
Cate Brouwer. De voorzitter deelde mede,
dat van den Minister van Waterstaat aan
het Bureau der Kamer een audiëntie is
toegestaan inzake een kwestie van bebou
wing nabij de spoorwegovergang „De
Vink". Door de N.V. Sikken's Lakfabrie
ken te Groningen zou daar een fabriek ge
bouwd worden, indien uitpad kan worden
verkregen op den Rijksweg. De Minister
van Waterstaat heeft een verzoek daartoe
afgewezen. Het Bureau zal nog trachten
den Minister te bewegen op dit besluit te
rug te komen.
Van den heer D. Parmentier is be
richt ingekomen, dat hij het lidmaatschap
der Kamer neerlegt en zich niet meer her
kiesbaar stelt. Voor een door de Alg. Ver-
eenigmg voor Bloembollencultuur te hou
den tentoonstelling werd besloten eer. me
daille ter waarde van 25.beschikbaar
te stellen.
Op een adres van het gemeentebestuur
van Leiden, in verband met een verzoek
der Vereeniging oud-Leiden om ontsieren
de reclame tegen te gaan, is geantwoord,
cat de ontsierende reclame in Leiden, naar
de meening der Kamer niet van dien aard
is dat daartegen maatregelen moeten wor
den genomen.
De Vestigingswet.
Adressen inzake Vestigingswet en
Dakpannenindustrie. Het drink-
D. M. en de belangen van Katwijk
eenzetting wordt gegeven van de bekende
kwestie, waarover wij reeds uitvoerige pu
blicaties hebben gedaan.
Aan de hand van een situatie-teekening
gaf het lid der Kamer, Dr. van Dorp een
toelichting op de gewraakte plannen der
L. D. M., waardoor de uitbreiding van
Katwijk z. i. in alle opzichten wordt te
gengegaan.
De heer Bergers vroeg of het wel op
den weg der Kamer ligt om zich partij te
stellen tusschen de beide gemeenten, die
toch wel in staat mogen worden geacht om
hun eigen zaken te behartigen. De Kamer
kan de zaak ook mjeilijk beoordeelen.
De heer van Appel wees er op, dat.
wanneer de plannen der L. D. M. door
gang vinden, de Kamer haar plannen in
zake het totstandkomen van een visschers-
haven te Katwijk geheel in rook ziet op
gaan.
De heer G u 1 j meende, dat het voor
de Kamer moeilijk is de kwestie te beoor
deelen. Spr. zou er veel voor voelen, wan
neer men tot arbitrage kon komen.
De voorzitter wees er op, dat de
Kamer zelf heeft te beoordeelen of deze
zaak tot haar competentie behoort. Wan
neer de Kamer meent, dat zij zich met de
kwestie moet bezig houden kan zij zich
wenden tot het bestuur der L. D. M., het
de bezwaren van Katwijk voorleggen en
het verzoek doen of het zou willen me
dewerken aan het bereiken van een an
dere oplossing.
De heer De Gooijer zou het meest
juist achten, wanneer de Kamer zich be
reid verklaarde intermediair te zijn bij het
totstandkomen van een compromis tus-
chen beide partijen.
Met de stemmen van de heeren Bergers
en Van Appel tegen werd besloten dat de
Kamer zich met deze zaak bezig zal hou
den.
De voorzitter stelde daarna voor,
dat de Kamer zich zal wenden tot de L.
D. M. en tegenover haar de wenschelijk-
heid zal betoogen van een onpartijdig des
kundig onderzoek ever de vraag of de
plannen der L. D. M. zoodanig kunnen
worden uitgevoerd, dat de belangen van
Katwijk niet worden geschaad. Wanneer
een der partijen niet bereid is aan dit on
derzoek mede te werken kan de Kamer
de zaak in een volgende vergadering op
nieuw onder de oogen zien. Aldus werd
besloten.
Aan het eind der vergadering bracht de
voorzitter dank aan de scheidende leden
van de Kamer, de heeren Parmentier,
Slingerland en Buurman voor de wijze
waarop zij in de Kamer steeds de belan
gen van handel en industrie hebben be
hartigd.
Vermoedelijke schending der in besloten raadsvergadering
opgelegde geheimhouding. Geen gemeentebelang van be-
teekenis geschaad, doch men wil den schuldige opsporen.
In bespreking kwam het ontwerp-schrij-
ven van de Kamer inzake de Vestigings
wet aan den Minister van Economische
Zaken. (Wij gaven het adres in hoofdzaak
reeds in ons blad weer).
De voorzitter wees op de wenschelijkhoid
dat een ieder die niet met de Vestigings
wet te maken heeft zich, indien eenigszins
mogelijk, aan de eischen van de wet on
derwerpt. Het adres richt zich alleen op
uitzonderingsgevallen. De Kamer kon zich
in 't algemeen heel wel met het adres ver
eenigen. De gemaakte opmerkingen betrof
fen onderdeelen. Besloten werd het adres
te verzenden.
Een ontwerp-schrijven aan den Minister
van Economische Zaken inzake ontwerp
Jam- en Limonadebesluit werd ingetrok
ken omdat de inwerkingtreding van het
besluit een jaar is uitgesteld.
Tot schipperslid van de Bevrachtings-
corn missie werd benoemd de heer C. van
Rijn te Katwijk aan Zee.
Overtreding wet op de
opruimingen.
De voorzitter deelde mede, dat door het
Bureau in een zestal gevallen een straf
vervolging is uitgelokt inzake overtreding
van de wet op de uitverkoopen naar aan
leiding van in den laatsten tijd in de dag
bladen verschenen advertenties.
De dakpannen-industrie.
De Kamer besloot het volgend adres te
richten aan den Minister van Waterstaat:
Ongetwijfeld zal het Uwe Excellentie
bekend zijn, dat de dakpannenbedrijven in
de Rijnstreek, grootendeels gelegen in het
district van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Rijnland, zeer onder de
aanhoudende depressie in het bouwbedrijf
te lijden hebben.
De daarmede verband houdende werk
loosheid legt uiteraard zware financieele
lasten op de betrokken gemeenten.
Het zal Uwe Excellentie daarom niet
verwonderen, dat de Kamer van Koophan
del niet zonder verbazing en teleurstelling
heeft moeten bemerken, dat in de bestek
ken voor de boerderijen in de Wieringer-
meerpolder een bepaling voorkomt, dat
voor deze gebouwen aldaar uitsluitend dak
pannen van een bepaalde Limburgsche
fabriek moeten worden toegepast, waar
door de dakpannen uit de Rijnstreek zijn
uitgeschakeld.
De Kamer acht het niet mogelijk, dat de
kwaliteit hier den doorslag zou kunnen
geven, daar de Rijnlandsche dakpan steeds
tot het beste heeft behoord en nog be
hoort van hetgeen op dit gebied wordt ge
leverd.
De uitstekende klei, welke juist langs
de boorden van den Ouden Rijn wordt
aangetroffen, de diepgaande vakkennis der
ter plaatse gevestigde fabrikanten, zoome
de de goede outillage hunner bedrijven,
verzekeren een product dat in geenerlei op
zicht kan worden overtroffen.
De tallooze boerderijen in het centrum
van ons land leveren het onomstootelijk
bewijs, dat de Rijnlandsche dakpan als dak
bedekking nooit tot eenigerlei bezwaar aan
leiding heeft gegeven.
Op grond van het bovenstaande veroor
looft de Kamer van Koophandel zich er bij
Uwe Excellentie op aan te dringen, dat het
U moge behagen, door de bovenbedoelde
bepaling uit de bestekken te schrappen,
weer vrije concurrentie mogelijk te maken.
De plannen der L. D. M. en de
belangen van Katwijk,
Daarna kwam ter sprake een beroep, dat
op de Kamer is gedaan ter zake van het
te graven Drinkwaterkanaal van de L. D.
M. in de Katwijksche duinen. Voorlezing
wordt gedaan van adressen van de Veree
niging voor Vreemdelingenverkeer, van de
Reederijvereeniging „De Vuurbaak" en
van de Vereeniging van bouwvakpatroons
alle te Katwijk, in welke adressen een uit-
In de gemeenteraadsvergadering van gis
terenmiddag heeft de burgemeester met
betrekking tot de gijzeling van den heer
Hansen, verslaggever van „Het Vaderland"
de volgende verklaring afgelegd:
Dames en Heeren,
Sedert onze laatste samenkomst is het
feit wereldkundig geworden, dat dezerzijds
bij de justitie aangifte is gedaan van een
vermoedelijke schending der in de besloten
raadsvergadering van 20 September j.l. op
gelegde geheimhouding. In het bijzonder
heeft de hiermede verband houdende gij
zeling van een journalist begrijpelijker
wijze vele pennen en tongen in beweging
gebracht. Het zij mij vergund uwen raad
naar aanleiding van een en ander eenige
opmerkingen voor te leggen en een enkele
mededeeling te doen.
Nadat uwe vergadering op Maandag
20 September in geheime zitting bijeen was
geweest, kon men den volgenden dag in
het ochtendblad van het „Vaderland" een
viertal onderwerpen zien vermeld, die bij
die gelegenheid ter sprake waren gekomen.
Op zichzelf werd door de mededeeling
geen gemeentebelang van beteekenis ge
schaad, of het moest zijn, dat daarin sprake
was van klachten tegen den directeur
van het gemeentelijk electrisch bedrijf,
waartegenover niet tevens een verdediging
kon worden geplaatst.
Maar het feit, dat men welhaast als ze
ker moest aannemen, dat een van de in die
geheime zitting aanwezige personen en
dat waren geen anderen dan wethouders
raadsleden en de gemeente-secretaris; de
burgemeester was met verlof, geen ander
ambtenaar of/en geen stenograaf woont
de geheime zittingen bij - nog op den dag
van de vergadering vrij uitvoerige mede-
deelingen over het verhandelde had ge
daan, was toch zoo ernstig, dat er mij, in
overleg met de wethouders, alle aanleiding
scheen te bestaan om te trachten den schul
dige op te sporen.
Het is toch een belang van de eerste
orde, dat men erop kan rekenen, dat de
door den raad opgelegde geheimhouding
gehandhaafd blijft. Burgemeester en wet
houders moeten erop aan kunnen, dat wan
neer zij in gevallen, waarbij het b.v. om
personen gaat of waarbij de gemeente met
een derde een transactie heeft aan te gaan,
den raad ook die overwegingen kenbaar
maken, die niet voor publiciteit vatbaar
zijn, de mededeelingen niet naar buiten
komen, terwijl anderzijds de raadsleden
vrijelijk ook datgene in de vergadering
ter sprake moeten kunnen brengen, wat zij
niet voor openbaarheid geschikt achten.
Men kan het veilig aan den raad overlaten
om te zorgen, dat bij de behartiging van
de publieke zaken al datgene wat zonder
schade in het openbaar kan worden gezegd,
ook inderdaad ter kermis van het publiek
zal komen, maar het is de raad en hij
alleen niet een enkel lid, noch ook de
burgemeester is het die te beslissen
heeft wat er binnen den engen kring des
raads behoort te blijven. De bedenkelijke
mentaliteit van een der op 20 September
aanwezigen, die blijkbaar zichzelf de be
oordeeling van wat al of niet geheim be
hoorde te blijven, toemat, moest doen vree
zen, dat men ook in gevallen, waarin het
gemeentebelang nu eens wel bij een strikte
handhaving der vertrouwelijkheid be
trokken zou zijn, daarop niet langer zou
kunnen rekenen.
Moest aanvankelijk nog met de mogelijk
heid worden gerekend, dat de betrokken
verslaggever, slechts uit zijn jarenlange
ervaring geput had en naar de besproken
onderwerpen geraden had, dit bleek niet
de bron te zijn. Immers aan de politie gaf
hij toe, dat hij inlichtingen had verwerkt,
die hij had gekregen van iemand, wiens
naam hij niet wilde noemen. En nu was
hiermede wel niet gezegd, dat die „iemand"
één der in de geheime zitting aanwezige
personen was, maar tenzij deze „iemand"
op zijn beurt met groote intuitie begiftigd
was, moest toch de draad uiteindelijk naar
één der toen aanwezigen voeren. Heel
veel schakels' kon de ketting tusschen
raadslid (of gemeentesecretaris) en ver
slaggever, gezien het korte tijdsverloop,
wel niet hebben
Tegenover de politie, die niemand dwin
gen kan om getuigenis af te leggen, beriep
de betrokken journalist zich op zijn be
roepsgeheim. Toen mij dit door den offi
cier van justitie werd medegedeeld, heb
ik, wederom in volkomen overeenstemming
met de wethouders den wensch te kennen
gegeven, dat in dezen een gerechtelijk voor
onderzoek zou worden gelast, waarbij im
mers wel ieder, die als getuige wordt op
geroepen en geen wettigen grond van ver
schooning heeft, verplicht is te zeggen wat
hij weet. Het geval scheen mij om de bo
vengenoemde redenen daar belangrijk ge
noeg voor, maar bovendien waren er en
kele ook thans nog niet bekende omstan
digheden, die de schending der geheimhou
ding nog ernstiger deden zijn, althans kon
den doen zijn en die het dus te minder ge-
wenscht deden zijn om te berusten in het
zwijgen van den heer Hansen, dat laat
mij er dadelijk bijvoeegen in het eer
ste stadium der zaak volkomen te billij
ken was.
Hiermede was, behoudens dan. het door
geven van een enkele mij verstrekte aan
wijzing, en e e n daad, die ik straks nog zal
noemen, mijn bemoeiing met de zaak af-
geloopen. Aigewacht moest nu worden of
ook de rechterlijke autoriteiten de zaak
van genoegzaam gewicht zouden oordeelen
om tot een gerechtelijk vooronderzoek te
besluiten, of alsdan de heer Hansen tegen
over den rechtercommissaris zich even
eens op zijn beroepsgeheim zou beroepen,
of de justititioneele instanties dit als een
„wettigen grond" van verschooning in den
zin van art. 221 wetb. van strafverordening
zouden aanmerken en zoo neen, of zij hem
dan door gijzeling zouden trachten te be
wegen tot het voldoen aan zijn wettelij-
ken plicht, dan wel hem daarvoor straf
rechtelijk zouden vervolgen en berechten.
Men kent het verdere verloop. Nadat de
heer Hansen gegijzeld was, een maatregel,
die in elk geval automatisch zal eindigen
bij de sluiting van het vooronderzoek, heb
ben alle door hem ingeroepen rechterlijke
instanties de gijzeling gehandhaafd, daar
mede' uitsprekende, dat hij geen wettigen
grond van verschooning had.
Het is niet aan mij om hier een oordeel
te geven over de vraag of het beroepsge
heim van den journalist een wettelijk ver-
schooningsrecht tegenover den rechter
medebrengt. Al bewonder ik allerminst een
soort van journalistiek, die gebruik maakt
van mededeelingen, waarvan de verslagge
ver weet, dat zij slechts door een strafbaar
feit tot zijn kennis kunnen zijn gekomen,
zoo heb ik toch deernis gevoeld voor den
heer Hansen, die van zijn vrijheid werd be
roofd, omdat hij niet wenschte te hande
len tegen wat hij meende, dat hem door eer
en geweten werd voorgeschreven. Ik laat
daarbij de vraag ter zijde of hij wel ge
rechtigd was te blijven zwijgen, toen ook
de hoogste rechterlijke instantie hem zijn
verschooningsrecht ontzegde.
Mijnerzijds heb ik reeds meer dan een
week geleden aan den raadsman van den
gegijzelde mijn bemiddeling aangeboden om
te komen tot het opstellen van een ver
klaring, die, wanneer zij hem door alle
raadsleden en den secretaris gezamenlijk of
afzonderlijk door elk hunner zou worden
toegezonden, den heer Hansen tot spreken
zou kunnen brengen. Tot mijn leedwezen is
dit aanbod afgewezen.
Intusschen duurt de ellendige toestand
voort, dat wjj wel moeten veronderstellen,
dat er een persoon in ons midden is, die er
Beursbelasting zal
worden afgeschaft
Nadat de voorzitter der Algemeene Ver
eeniging voor Bloembollencultuur, dr. A. J.
V erhage, zijn openingsrede gehouden had,
werden de volgende leden tot bestuurslid
gekozen: J. H. Avis te Midwoud, Th. Hoog
ie Haarlem en C. van Dijk te 's-Graven-
zande.
De reorganisatie.
Aan de orde kwam het voorstel Benne-
broek-Vogelenzang, om de reorganisatie,
die in een vorige vergadering niet de ver-
eischte meerderheid van 75% kon verkrij
gen, alsnog in één geheel te bespreken.
Daardoor ontstaat een betere afbakening
van de taak der diverse organen der ver-
eenigingen. De groepen zouden gebaseerd
worden op de afdeelingen. De onderwerpen
die de groepen in behandeling nemen,
worden in volledige afdeelingsvergaderin-
gen besproken en hier wordt alleen ge
stemd door hen, die lid zijn van de betref
fende groep. Onderwerpen, die het geheele
vakbelang betreffen, worden niet in de
groepen behandeld. Het groepsbestuur kan
niet zonder meer een besluit, waartegen de
algemeen voorzitter en de hoofdbestuurs
leden hebben gestemd, uitvoeren.
Het voorstel maakt verder een referen
dum mogelijk. Overigens kwamen de voor
gestelde wijzigingen neer op die in de
vorige vergadering gedaan, zoodat het
hoofdbestuur ze onderstreepte.
Over dit voorstel ontstond een uitge
breide gedachtenwisseling. Er waren eenige
amendementen op het artikel bepalende het
aantal uit te brengen stemmen, in verhou
ding tot de beteelde oppervlakte.
Het dwang-idee van „dwang
buizen".
De bekende opposant Murk uit Hille-
gom noemde het eigenaardig, dat nu voor
de derde maal in één jaar tijds een reor
ganisatie-voorstel ter tafel komt. Spr.
noemde het huidige voorstel niet doeltref
fend, meende dat het vak er door in een
dwangbuis komt en gewaagde van een
uiting van machtswellust, waardoor het
onrechtvaardig en dus onzedelijk zou zijn.
De kleine man zou verder door het pro
gressieve steunrecht in den knel gebracht
worden, zoodat spr. ieder adviseerde tegen
te stemmen.
De kleine kweeker zou met re*
organisatie gebaat zijn.
De afdeeling Voorhout achtte de zaak
ernstig genoeg om nog eens te bespreken. Zij
was verheugd over het hernieuwde initiatief
van BennebroekVogelenzang, omdat de
Alg. Vereeniging daardoor meer kracht
krijgt. Wat het stemrecht aangaat, later
kunnen daarin altijd nog wijzigingen wor
den gebracht. Juist de kleine kweeker is
door aanneming van het voorstel gebaat,
omdat nu alleen de menschen, die werkelijk
kweeker zijn, besluiten kunnen nemen. Aan
het stemmen van reizigers en boekhouders
van groote zaken komt in de afdeeling nu
een einde.
De voorzitter verdedigde het voorstel, dat
n.eer eenheid in de vereeniging brengt. De
groepsbelangen zullen daardoor ook zuiver
der behandeld worden.
Spr. ontzenuwde de opvattingen van den
zich van bewust is meoededeelingen uit de
geheime vergadering te hebben gedaan en
niettemin gedoogt, dat een ander gegijzeld
zit, die hem niet verraden wil. Zoolang wij
in het duister tasten, moeten wij nog de
mogelijkheid veronderstellen, dat het ver
grijp in wezen minder erg is geweest dan
het schijnt. Het is denkbaar, dat slechts
een deel van het gepubliceerde afkomstig
is van een der aanwezigen en het overige
door den journalist als waarschijnlijk be
dacht en als feit is vermeld: het is denk
baar, dat de betrokkene er zich eerst in een
later stadium der zaak rekenschap van is
gaan geven, dat hij zich inderdaad iets heeft
laten ontvallen, dat direct of indirect tot
de publicatie aanleiding heeft gegeven.
Maar het is in elk geval de dure plicht van
ieder, die ook maar de mogelijkheid veron
derstellen kan, dat hij in de middag- en
avonduren van 20 September de geheim
houding geschonden heeft, zich aan te mel
den, opdat geen dag langer den noodig is
de gijzeling voortdure en opdat in dezen
Raad het onderling vertrouwen, voor oris
werk in het belang der gemeente zoo vol
strekt noodig, worde hersteld.
Geheime zitting.
Na deze verklaring van de burgemeester
vroeg de heer mr. v d. Oever het woord om
een brief te bespreken, welke hem in ver
band met deze zaak door den burgemeester
d.d. 13 October was toegezonden.
De burgemeester merkte op, dat dit een
vertrouwelijk schrijven was.
De heer mr. v. d. Oever vroeg toen deze
aangelegenheid in geheime zitting te mogen
bespreken.
Daartoe werd besloten.
De Raad hield vervolgens een vergadering
met gesloten deuren, welke ongeveer een
half uur duurde.
heer Murk en toonde met cijfers aan, dat
juist de menschen die één stem uitbrengen,
gebaat zijn bij de reorganisatie.
Grooten zullen de kleinen niet
opeten.
De vertegenwoordiger van „De Hyacinth"
schetste het belang van de groepen. Door de
reorganisatie zullen de grooten heusch de
kleinen niet opeten, om de eenvoudige re
den, dat de grooten het heelemaal niet eens
zijn en ieder een verschillend belang heb
ben.
„De grooten zijn het niet eens en kleinen
zijn het niet eens," aldus spr., maar dat is
maar goed ook, want anders hadden we een
dooie vereeniging".
De heer Gullemans noemde het onjuist,
dat de besluiten van de groepen in handen
van het hoofdbestuur worden gegeven,
waartegen de voorzitter de vertrouwens
kwestie wilde stellen. Alleen wanneer het
algemeen belang over het hoofd wordt ge
zien, grijpt het hoofdbestuur in en dat is ge-
iukkig en juist. Men moet geen spoken zien
waar ze niet zijn
Om echter rekening te houden met de
wenken en de amendementen en om over
leg met de oppositie alsnog mogelijk te ma
ken, heeft het hoofdbestuur besloten, aldus
de voorzitter, de stemming uit te stellen
(langdurig applaus).
De heer Murk protesteerde tegen een der
gelijke behandeling (weer langdurig ap
plaus). „Als U wist, dat het voorstel aan
genomen zou worden, zoudt U dit niet ge
daan hebben", riep spr. uit; we hebben
hier dus weer als marionetten gezeten".
Geroep: Anti-saneerders verlaat de
zaal!
Aijtwoord: Kwajongenstroepï
Scheidsgerecht.
Daar het hoofdbestuur er van overtuigd
is, dat het noodzakelijk is het aantal over
eenkomsten, dat den leden de verplichting
geeft bij geschil dit aan het scheidsgerecht
te onderwerpen, uit te breiden, werd sta
tutenwijziging in dien zin met algemeene
stemmen aangenomen.
Beursbelasting.
De afdeeling Heemstede stelt voor te be
sluiten, dat de beursbelasting zoo spoedig
mogelijk, uiterlijk over drie jaren wordt
afgeschaft en dat het bedrag, dat jaarlijks
boven 31.000.aan contributie en beurs
belasting te zamen ontvangen wordt, aan
gewend moet worden voor aflossing van de
op de bezittingen der vereeniging drukken
de schulden, boven het bedrag, dat tot nu
toe daarvoor op de begrooting werd gevo
teerd.
Mocht aan bedoeld bedrag deze bestem
ming niet worden gegeven, dan stelt de
afdeeling voor tot intrekking van de beurs
belasting te besluiten.
Het hoofdbestuur ging met dit voorstel
accoord.
Met 166 tegen 47 stemmen werd het aan
genomen.
Begrooting aangenomen.
De begrooting, sluitende met een bedrag
van 52.635.werd zonder eenige discus
sie goedgekeurd.
Tentoonstelling op Zondag.
Op een desbetreffende vraag werd geant
woord, dat de tentoonstelling Winter-Flora
te Sassenheim alléén door kan gaan, als ze
op Zondag geopend is. Daarom kan niet
voldaan worden aan verzoeken tot sluiting
op Zondag.
De afdeeling Lisserbroek diende een mo
tie in, om de opvatting der vergadering te
te hooren. Verschillende firma's zullen vol
gens de afgevaardigde niet medewerken als
er geen Zondagssluiting is.
De voorzitter antwoordde, dat het regle
ment behandeling der motie nu niet meer
etolaat, ze had eerder ingediend moeten
worden.
De heer Segers ui't Ldsse hield een prin
cipieel betoog over deze kwestie, maar de
zaak bleef zooals ze was, hoewel de voor
zitter mededeelde, dat het besluit niet licht
vaardig genomen is.
Bij de rondvraag vroeg een der leden,
wat het hoofdbestuur gedaan heeft na de
beslissing van den Minister, waarbij niet
werd voldaan aan de uitspraak der Alge
meene Vereeniging.
De voorzitter antwoordde, dat een brief
is gezonden, waarin op deze uitspraak is
gewezen en waarin tevens om een audiën
tie verzocht werd, als de Minister nog van
standpunt mocht veranderen.
Z.Exc. schreef een vriendelijk briefje
terug en deelde mede, dat de audiëntie
overbodig was.
Een ander lid vroeg wat het hoofdbe
stuur doet ten aanzien van het Bloembollen-
Museum te Limmen. Kan de Alg. Vereeni
ging deze zaak niet in eigen beheer nemen?
De voorzitter zegde een bespreking over
deze kwestie toe.
Tenslotte wees een der leden op de mooie
kano, die op de World-faire te New York
zal bestaan om reclame voor te bloembol
len te maken.
De voorzitter antwoordde, dat alles ge
daan zal worden om het vak goed voor den
dag te doen komen.
Nadat tot de scheidende hoofdbestuurs
leden een waardeerend woord was gericht,
werd de vergadering gesloten.