Hervorming van Bloembollen cultuur Anti-Saneerders trachten relletje te maken Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rijnland De Haagsche Burgemeester over gijzeling van een journalist DINSDAG 21 DECEMBER 1937 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG 10 Behandeld werden: onbillijkheid in de waterkanaal der L. Gistermiddag vergaderde de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rijnland onder voorzitterschap van den heer D. ten Cate Brouwer. De voorzitter deelde mede, dat van den Minister van Waterstaat aan het Bureau der Kamer een audiëntie is toegestaan inzake een kwestie van bebou wing nabij de spoorwegovergang „De Vink". Door de N.V. Sikken's Lakfabrie ken te Groningen zou daar een fabriek ge bouwd worden, indien uitpad kan worden verkregen op den Rijksweg. De Minister van Waterstaat heeft een verzoek daartoe afgewezen. Het Bureau zal nog trachten den Minister te bewegen op dit besluit te rug te komen. Van den heer D. Parmentier is be richt ingekomen, dat hij het lidmaatschap der Kamer neerlegt en zich niet meer her kiesbaar stelt. Voor een door de Alg. Ver- eenigmg voor Bloembollencultuur te hou den tentoonstelling werd besloten eer. me daille ter waarde van 25.beschikbaar te stellen. Op een adres van het gemeentebestuur van Leiden, in verband met een verzoek der Vereeniging oud-Leiden om ontsieren de reclame tegen te gaan, is geantwoord, cat de ontsierende reclame in Leiden, naar de meening der Kamer niet van dien aard is dat daartegen maatregelen moeten wor den genomen. De Vestigingswet. Adressen inzake Vestigingswet en Dakpannenindustrie. Het drink- D. M. en de belangen van Katwijk eenzetting wordt gegeven van de bekende kwestie, waarover wij reeds uitvoerige pu blicaties hebben gedaan. Aan de hand van een situatie-teekening gaf het lid der Kamer, Dr. van Dorp een toelichting op de gewraakte plannen der L. D. M., waardoor de uitbreiding van Katwijk z. i. in alle opzichten wordt te gengegaan. De heer Bergers vroeg of het wel op den weg der Kamer ligt om zich partij te stellen tusschen de beide gemeenten, die toch wel in staat mogen worden geacht om hun eigen zaken te behartigen. De Kamer kan de zaak ook mjeilijk beoordeelen. De heer van Appel wees er op, dat. wanneer de plannen der L. D. M. door gang vinden, de Kamer haar plannen in zake het totstandkomen van een visschers- haven te Katwijk geheel in rook ziet op gaan. De heer G u 1 j meende, dat het voor de Kamer moeilijk is de kwestie te beoor deelen. Spr. zou er veel voor voelen, wan neer men tot arbitrage kon komen. De voorzitter wees er op, dat de Kamer zelf heeft te beoordeelen of deze zaak tot haar competentie behoort. Wan neer de Kamer meent, dat zij zich met de kwestie moet bezig houden kan zij zich wenden tot het bestuur der L. D. M., het de bezwaren van Katwijk voorleggen en het verzoek doen of het zou willen me dewerken aan het bereiken van een an dere oplossing. De heer De Gooijer zou het meest juist achten, wanneer de Kamer zich be reid verklaarde intermediair te zijn bij het totstandkomen van een compromis tus- chen beide partijen. Met de stemmen van de heeren Bergers en Van Appel tegen werd besloten dat de Kamer zich met deze zaak bezig zal hou den. De voorzitter stelde daarna voor, dat de Kamer zich zal wenden tot de L. D. M. en tegenover haar de wenschelijk- heid zal betoogen van een onpartijdig des kundig onderzoek ever de vraag of de plannen der L. D. M. zoodanig kunnen worden uitgevoerd, dat de belangen van Katwijk niet worden geschaad. Wanneer een der partijen niet bereid is aan dit on derzoek mede te werken kan de Kamer de zaak in een volgende vergadering op nieuw onder de oogen zien. Aldus werd besloten. Aan het eind der vergadering bracht de voorzitter dank aan de scheidende leden van de Kamer, de heeren Parmentier, Slingerland en Buurman voor de wijze waarop zij in de Kamer steeds de belan gen van handel en industrie hebben be hartigd. Vermoedelijke schending der in besloten raadsvergadering opgelegde geheimhouding. Geen gemeentebelang van be- teekenis geschaad, doch men wil den schuldige opsporen. In bespreking kwam het ontwerp-schrij- ven van de Kamer inzake de Vestigings wet aan den Minister van Economische Zaken. (Wij gaven het adres in hoofdzaak reeds in ons blad weer). De voorzitter wees op de wenschelijkhoid dat een ieder die niet met de Vestigings wet te maken heeft zich, indien eenigszins mogelijk, aan de eischen van de wet on derwerpt. Het adres richt zich alleen op uitzonderingsgevallen. De Kamer kon zich in 't algemeen heel wel met het adres ver eenigen. De gemaakte opmerkingen betrof fen onderdeelen. Besloten werd het adres te verzenden. Een ontwerp-schrijven aan den Minister van Economische Zaken inzake ontwerp Jam- en Limonadebesluit werd ingetrok ken omdat de inwerkingtreding van het besluit een jaar is uitgesteld. Tot schipperslid van de Bevrachtings- corn missie werd benoemd de heer C. van Rijn te Katwijk aan Zee. Overtreding wet op de opruimingen. De voorzitter deelde mede, dat door het Bureau in een zestal gevallen een straf vervolging is uitgelokt inzake overtreding van de wet op de uitverkoopen naar aan leiding van in den laatsten tijd in de dag bladen verschenen advertenties. De dakpannen-industrie. De Kamer besloot het volgend adres te richten aan den Minister van Waterstaat: Ongetwijfeld zal het Uwe Excellentie bekend zijn, dat de dakpannenbedrijven in de Rijnstreek, grootendeels gelegen in het district van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rijnland, zeer onder de aanhoudende depressie in het bouwbedrijf te lijden hebben. De daarmede verband houdende werk loosheid legt uiteraard zware financieele lasten op de betrokken gemeenten. Het zal Uwe Excellentie daarom niet verwonderen, dat de Kamer van Koophan del niet zonder verbazing en teleurstelling heeft moeten bemerken, dat in de bestek ken voor de boerderijen in de Wieringer- meerpolder een bepaling voorkomt, dat voor deze gebouwen aldaar uitsluitend dak pannen van een bepaalde Limburgsche fabriek moeten worden toegepast, waar door de dakpannen uit de Rijnstreek zijn uitgeschakeld. De Kamer acht het niet mogelijk, dat de kwaliteit hier den doorslag zou kunnen geven, daar de Rijnlandsche dakpan steeds tot het beste heeft behoord en nog be hoort van hetgeen op dit gebied wordt ge leverd. De uitstekende klei, welke juist langs de boorden van den Ouden Rijn wordt aangetroffen, de diepgaande vakkennis der ter plaatse gevestigde fabrikanten, zoome de de goede outillage hunner bedrijven, verzekeren een product dat in geenerlei op zicht kan worden overtroffen. De tallooze boerderijen in het centrum van ons land leveren het onomstootelijk bewijs, dat de Rijnlandsche dakpan als dak bedekking nooit tot eenigerlei bezwaar aan leiding heeft gegeven. Op grond van het bovenstaande veroor looft de Kamer van Koophandel zich er bij Uwe Excellentie op aan te dringen, dat het U moge behagen, door de bovenbedoelde bepaling uit de bestekken te schrappen, weer vrije concurrentie mogelijk te maken. De plannen der L. D. M. en de belangen van Katwijk, Daarna kwam ter sprake een beroep, dat op de Kamer is gedaan ter zake van het te graven Drinkwaterkanaal van de L. D. M. in de Katwijksche duinen. Voorlezing wordt gedaan van adressen van de Veree niging voor Vreemdelingenverkeer, van de Reederijvereeniging „De Vuurbaak" en van de Vereeniging van bouwvakpatroons alle te Katwijk, in welke adressen een uit- In de gemeenteraadsvergadering van gis terenmiddag heeft de burgemeester met betrekking tot de gijzeling van den heer Hansen, verslaggever van „Het Vaderland" de volgende verklaring afgelegd: Dames en Heeren, Sedert onze laatste samenkomst is het feit wereldkundig geworden, dat dezerzijds bij de justitie aangifte is gedaan van een vermoedelijke schending der in de besloten raadsvergadering van 20 September j.l. op gelegde geheimhouding. In het bijzonder heeft de hiermede verband houdende gij zeling van een journalist begrijpelijker wijze vele pennen en tongen in beweging gebracht. Het zij mij vergund uwen raad naar aanleiding van een en ander eenige opmerkingen voor te leggen en een enkele mededeeling te doen. Nadat uwe vergadering op Maandag 20 September in geheime zitting bijeen was geweest, kon men den volgenden dag in het ochtendblad van het „Vaderland" een viertal onderwerpen zien vermeld, die bij die gelegenheid ter sprake waren gekomen. Op zichzelf werd door de mededeeling geen gemeentebelang van beteekenis ge schaad, of het moest zijn, dat daarin sprake was van klachten tegen den directeur van het gemeentelijk electrisch bedrijf, waartegenover niet tevens een verdediging kon worden geplaatst. Maar het feit, dat men welhaast als ze ker moest aannemen, dat een van de in die geheime zitting aanwezige personen en dat waren geen anderen dan wethouders raadsleden en de gemeente-secretaris; de burgemeester was met verlof, geen ander ambtenaar of/en geen stenograaf woont de geheime zittingen bij - nog op den dag van de vergadering vrij uitvoerige mede- deelingen over het verhandelde had ge daan, was toch zoo ernstig, dat er mij, in overleg met de wethouders, alle aanleiding scheen te bestaan om te trachten den schul dige op te sporen. Het is toch een belang van de eerste orde, dat men erop kan rekenen, dat de door den raad opgelegde geheimhouding gehandhaafd blijft. Burgemeester en wet houders moeten erop aan kunnen, dat wan neer zij in gevallen, waarbij het b.v. om personen gaat of waarbij de gemeente met een derde een transactie heeft aan te gaan, den raad ook die overwegingen kenbaar maken, die niet voor publiciteit vatbaar zijn, de mededeelingen niet naar buiten komen, terwijl anderzijds de raadsleden vrijelijk ook datgene in de vergadering ter sprake moeten kunnen brengen, wat zij niet voor openbaarheid geschikt achten. Men kan het veilig aan den raad overlaten om te zorgen, dat bij de behartiging van de publieke zaken al datgene wat zonder schade in het openbaar kan worden gezegd, ook inderdaad ter kermis van het publiek zal komen, maar het is de raad en hij alleen niet een enkel lid, noch ook de burgemeester is het die te beslissen heeft wat er binnen den engen kring des raads behoort te blijven. De bedenkelijke mentaliteit van een der op 20 September aanwezigen, die blijkbaar zichzelf de be oordeeling van wat al of niet geheim be hoorde te blijven, toemat, moest doen vree zen, dat men ook in gevallen, waarin het gemeentebelang nu eens wel bij een strikte handhaving der vertrouwelijkheid be trokken zou zijn, daarop niet langer zou kunnen rekenen. Moest aanvankelijk nog met de mogelijk heid worden gerekend, dat de betrokken verslaggever, slechts uit zijn jarenlange ervaring geput had en naar de besproken onderwerpen geraden had, dit bleek niet de bron te zijn. Immers aan de politie gaf hij toe, dat hij inlichtingen had verwerkt, die hij had gekregen van iemand, wiens naam hij niet wilde noemen. En nu was hiermede wel niet gezegd, dat die „iemand" één der in de geheime zitting aanwezige personen was, maar tenzij deze „iemand" op zijn beurt met groote intuitie begiftigd was, moest toch de draad uiteindelijk naar één der toen aanwezigen voeren. Heel veel schakels' kon de ketting tusschen raadslid (of gemeentesecretaris) en ver slaggever, gezien het korte tijdsverloop, wel niet hebben Tegenover de politie, die niemand dwin gen kan om getuigenis af te leggen, beriep de betrokken journalist zich op zijn be roepsgeheim. Toen mij dit door den offi cier van justitie werd medegedeeld, heb ik, wederom in volkomen overeenstemming met de wethouders den wensch te kennen gegeven, dat in dezen een gerechtelijk voor onderzoek zou worden gelast, waarbij im mers wel ieder, die als getuige wordt op geroepen en geen wettigen grond van ver schooning heeft, verplicht is te zeggen wat hij weet. Het geval scheen mij om de bo vengenoemde redenen daar belangrijk ge noeg voor, maar bovendien waren er en kele ook thans nog niet bekende omstan digheden, die de schending der geheimhou ding nog ernstiger deden zijn, althans kon den doen zijn en die het dus te minder ge- wenscht deden zijn om te berusten in het zwijgen van den heer Hansen, dat laat mij er dadelijk bijvoeegen in het eer ste stadium der zaak volkomen te billij ken was. Hiermede was, behoudens dan. het door geven van een enkele mij verstrekte aan wijzing, en e e n daad, die ik straks nog zal noemen, mijn bemoeiing met de zaak af- geloopen. Aigewacht moest nu worden of ook de rechterlijke autoriteiten de zaak van genoegzaam gewicht zouden oordeelen om tot een gerechtelijk vooronderzoek te besluiten, of alsdan de heer Hansen tegen over den rechtercommissaris zich even eens op zijn beroepsgeheim zou beroepen, of de justititioneele instanties dit als een „wettigen grond" van verschooning in den zin van art. 221 wetb. van strafverordening zouden aanmerken en zoo neen, of zij hem dan door gijzeling zouden trachten te be wegen tot het voldoen aan zijn wettelij- ken plicht, dan wel hem daarvoor straf rechtelijk zouden vervolgen en berechten. Men kent het verdere verloop. Nadat de heer Hansen gegijzeld was, een maatregel, die in elk geval automatisch zal eindigen bij de sluiting van het vooronderzoek, heb ben alle door hem ingeroepen rechterlijke instanties de gijzeling gehandhaafd, daar mede' uitsprekende, dat hij geen wettigen grond van verschooning had. Het is niet aan mij om hier een oordeel te geven over de vraag of het beroepsge heim van den journalist een wettelijk ver- schooningsrecht tegenover den rechter medebrengt. Al bewonder ik allerminst een soort van journalistiek, die gebruik maakt van mededeelingen, waarvan de verslagge ver weet, dat zij slechts door een strafbaar feit tot zijn kennis kunnen zijn gekomen, zoo heb ik toch deernis gevoeld voor den heer Hansen, die van zijn vrijheid werd be roofd, omdat hij niet wenschte te hande len tegen wat hij meende, dat hem door eer en geweten werd voorgeschreven. Ik laat daarbij de vraag ter zijde of hij wel ge rechtigd was te blijven zwijgen, toen ook de hoogste rechterlijke instantie hem zijn verschooningsrecht ontzegde. Mijnerzijds heb ik reeds meer dan een week geleden aan den raadsman van den gegijzelde mijn bemiddeling aangeboden om te komen tot het opstellen van een ver klaring, die, wanneer zij hem door alle raadsleden en den secretaris gezamenlijk of afzonderlijk door elk hunner zou worden toegezonden, den heer Hansen tot spreken zou kunnen brengen. Tot mijn leedwezen is dit aanbod afgewezen. Intusschen duurt de ellendige toestand voort, dat wjj wel moeten veronderstellen, dat er een persoon in ons midden is, die er Beursbelasting zal worden afgeschaft Nadat de voorzitter der Algemeene Ver eeniging voor Bloembollencultuur, dr. A. J. V erhage, zijn openingsrede gehouden had, werden de volgende leden tot bestuurslid gekozen: J. H. Avis te Midwoud, Th. Hoog ie Haarlem en C. van Dijk te 's-Graven- zande. De reorganisatie. Aan de orde kwam het voorstel Benne- broek-Vogelenzang, om de reorganisatie, die in een vorige vergadering niet de ver- eischte meerderheid van 75% kon verkrij gen, alsnog in één geheel te bespreken. Daardoor ontstaat een betere afbakening van de taak der diverse organen der ver- eenigingen. De groepen zouden gebaseerd worden op de afdeelingen. De onderwerpen die de groepen in behandeling nemen, worden in volledige afdeelingsvergaderin- gen besproken en hier wordt alleen ge stemd door hen, die lid zijn van de betref fende groep. Onderwerpen, die het geheele vakbelang betreffen, worden niet in de groepen behandeld. Het groepsbestuur kan niet zonder meer een besluit, waartegen de algemeen voorzitter en de hoofdbestuurs leden hebben gestemd, uitvoeren. Het voorstel maakt verder een referen dum mogelijk. Overigens kwamen de voor gestelde wijzigingen neer op die in de vorige vergadering gedaan, zoodat het hoofdbestuur ze onderstreepte. Over dit voorstel ontstond een uitge breide gedachtenwisseling. Er waren eenige amendementen op het artikel bepalende het aantal uit te brengen stemmen, in verhou ding tot de beteelde oppervlakte. Het dwang-idee van „dwang buizen". De bekende opposant Murk uit Hille- gom noemde het eigenaardig, dat nu voor de derde maal in één jaar tijds een reor ganisatie-voorstel ter tafel komt. Spr. noemde het huidige voorstel niet doeltref fend, meende dat het vak er door in een dwangbuis komt en gewaagde van een uiting van machtswellust, waardoor het onrechtvaardig en dus onzedelijk zou zijn. De kleine man zou verder door het pro gressieve steunrecht in den knel gebracht worden, zoodat spr. ieder adviseerde tegen te stemmen. De kleine kweeker zou met re* organisatie gebaat zijn. De afdeeling Voorhout achtte de zaak ernstig genoeg om nog eens te bespreken. Zij was verheugd over het hernieuwde initiatief van BennebroekVogelenzang, omdat de Alg. Vereeniging daardoor meer kracht krijgt. Wat het stemrecht aangaat, later kunnen daarin altijd nog wijzigingen wor den gebracht. Juist de kleine kweeker is door aanneming van het voorstel gebaat, omdat nu alleen de menschen, die werkelijk kweeker zijn, besluiten kunnen nemen. Aan het stemmen van reizigers en boekhouders van groote zaken komt in de afdeeling nu een einde. De voorzitter verdedigde het voorstel, dat n.eer eenheid in de vereeniging brengt. De groepsbelangen zullen daardoor ook zuiver der behandeld worden. Spr. ontzenuwde de opvattingen van den zich van bewust is meoededeelingen uit de geheime vergadering te hebben gedaan en niettemin gedoogt, dat een ander gegijzeld zit, die hem niet verraden wil. Zoolang wij in het duister tasten, moeten wij nog de mogelijkheid veronderstellen, dat het ver grijp in wezen minder erg is geweest dan het schijnt. Het is denkbaar, dat slechts een deel van het gepubliceerde afkomstig is van een der aanwezigen en het overige door den journalist als waarschijnlijk be dacht en als feit is vermeld: het is denk baar, dat de betrokkene er zich eerst in een later stadium der zaak rekenschap van is gaan geven, dat hij zich inderdaad iets heeft laten ontvallen, dat direct of indirect tot de publicatie aanleiding heeft gegeven. Maar het is in elk geval de dure plicht van ieder, die ook maar de mogelijkheid veron derstellen kan, dat hij in de middag- en avonduren van 20 September de geheim houding geschonden heeft, zich aan te mel den, opdat geen dag langer den noodig is de gijzeling voortdure en opdat in dezen Raad het onderling vertrouwen, voor oris werk in het belang der gemeente zoo vol strekt noodig, worde hersteld. Geheime zitting. Na deze verklaring van de burgemeester vroeg de heer mr. v d. Oever het woord om een brief te bespreken, welke hem in ver band met deze zaak door den burgemeester d.d. 13 October was toegezonden. De burgemeester merkte op, dat dit een vertrouwelijk schrijven was. De heer mr. v. d. Oever vroeg toen deze aangelegenheid in geheime zitting te mogen bespreken. Daartoe werd besloten. De Raad hield vervolgens een vergadering met gesloten deuren, welke ongeveer een half uur duurde. heer Murk en toonde met cijfers aan, dat juist de menschen die één stem uitbrengen, gebaat zijn bij de reorganisatie. Grooten zullen de kleinen niet opeten. De vertegenwoordiger van „De Hyacinth" schetste het belang van de groepen. Door de reorganisatie zullen de grooten heusch de kleinen niet opeten, om de eenvoudige re den, dat de grooten het heelemaal niet eens zijn en ieder een verschillend belang heb ben. „De grooten zijn het niet eens en kleinen zijn het niet eens," aldus spr., maar dat is maar goed ook, want anders hadden we een dooie vereeniging". De heer Gullemans noemde het onjuist, dat de besluiten van de groepen in handen van het hoofdbestuur worden gegeven, waartegen de voorzitter de vertrouwens kwestie wilde stellen. Alleen wanneer het algemeen belang over het hoofd wordt ge zien, grijpt het hoofdbestuur in en dat is ge- iukkig en juist. Men moet geen spoken zien waar ze niet zijn Om echter rekening te houden met de wenken en de amendementen en om over leg met de oppositie alsnog mogelijk te ma ken, heeft het hoofdbestuur besloten, aldus de voorzitter, de stemming uit te stellen (langdurig applaus). De heer Murk protesteerde tegen een der gelijke behandeling (weer langdurig ap plaus). „Als U wist, dat het voorstel aan genomen zou worden, zoudt U dit niet ge daan hebben", riep spr. uit; we hebben hier dus weer als marionetten gezeten". Geroep: Anti-saneerders verlaat de zaal! Aijtwoord: Kwajongenstroepï Scheidsgerecht. Daar het hoofdbestuur er van overtuigd is, dat het noodzakelijk is het aantal over eenkomsten, dat den leden de verplichting geeft bij geschil dit aan het scheidsgerecht te onderwerpen, uit te breiden, werd sta tutenwijziging in dien zin met algemeene stemmen aangenomen. Beursbelasting. De afdeeling Heemstede stelt voor te be sluiten, dat de beursbelasting zoo spoedig mogelijk, uiterlijk over drie jaren wordt afgeschaft en dat het bedrag, dat jaarlijks boven 31.000.aan contributie en beurs belasting te zamen ontvangen wordt, aan gewend moet worden voor aflossing van de op de bezittingen der vereeniging drukken de schulden, boven het bedrag, dat tot nu toe daarvoor op de begrooting werd gevo teerd. Mocht aan bedoeld bedrag deze bestem ming niet worden gegeven, dan stelt de afdeeling voor tot intrekking van de beurs belasting te besluiten. Het hoofdbestuur ging met dit voorstel accoord. Met 166 tegen 47 stemmen werd het aan genomen. Begrooting aangenomen. De begrooting, sluitende met een bedrag van 52.635.werd zonder eenige discus sie goedgekeurd. Tentoonstelling op Zondag. Op een desbetreffende vraag werd geant woord, dat de tentoonstelling Winter-Flora te Sassenheim alléén door kan gaan, als ze op Zondag geopend is. Daarom kan niet voldaan worden aan verzoeken tot sluiting op Zondag. De afdeeling Lisserbroek diende een mo tie in, om de opvatting der vergadering te te hooren. Verschillende firma's zullen vol gens de afgevaardigde niet medewerken als er geen Zondagssluiting is. De voorzitter antwoordde, dat het regle ment behandeling der motie nu niet meer etolaat, ze had eerder ingediend moeten worden. De heer Segers ui't Ldsse hield een prin cipieel betoog over deze kwestie, maar de zaak bleef zooals ze was, hoewel de voor zitter mededeelde, dat het besluit niet licht vaardig genomen is. Bij de rondvraag vroeg een der leden, wat het hoofdbestuur gedaan heeft na de beslissing van den Minister, waarbij niet werd voldaan aan de uitspraak der Alge meene Vereeniging. De voorzitter antwoordde, dat een brief is gezonden, waarin op deze uitspraak is gewezen en waarin tevens om een audiën tie verzocht werd, als de Minister nog van standpunt mocht veranderen. Z.Exc. schreef een vriendelijk briefje terug en deelde mede, dat de audiëntie overbodig was. Een ander lid vroeg wat het hoofdbe stuur doet ten aanzien van het Bloembollen- Museum te Limmen. Kan de Alg. Vereeni ging deze zaak niet in eigen beheer nemen? De voorzitter zegde een bespreking over deze kwestie toe. Tenslotte wees een der leden op de mooie kano, die op de World-faire te New York zal bestaan om reclame voor te bloembol len te maken. De voorzitter antwoordde, dat alles ge daan zal worden om het vak goed voor den dag te doen komen. Nadat tot de scheidende hoofdbestuurs leden een waardeerend woord was gericht, werd de vergadering gesloten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 10