EEN VLIEGENDE APOTHEEK. De avontuurlijke opdracht Oud-minister mr. dr. L. N Deckers tijdens zijn rede op de propagandasamenkomst van den Bijzonderen Vrijwillige Landstorm, welke Maandagavond in Krasnapolsky te Amsterdam gehouden werd Op Schiphol arriveerde Maandag uit Keulen een vliegtuig der Bayer-tabrieken. dat geheel als apotheek is ingericht. De ontvangst der bemanning op het vliegveld De vliegboot «Cygnus» van de Imperial Airways, die bij Brindisi in zee stortte. Twee personen kwamen hierbij om het leven M De eerste «winter» in Groningen. Een sneeuwbuitje had de stad en omgeving in een wit kleed aestoken Di Lorto redt tijdens den uiterst span- nenden voetbalwedstrijd Frankrijk Italië welke Zondag te Parijs gespeeld wei d H. M de Koningin arriveerde Maandag voor eemge uren aan het paleis Noordeinde te Den Haag, om des avonds weer naar het Burger ziekenhuis te Amsterdam terug te keeren FEUILLETON Naai het Engelsch bewerkt door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden). 50) Elsie aarzelde. Ze praatte nooit over familie of vrien den. Ik geloof, dat het iemand was, waar van ze gehouden heeft. Ze had een schilde rij, dat hij gemaakt heeft een aquarel. Ze hield het altijd verborgen. Ik zag het voor het eerst toen ze ziek was. De letters L. A. stonden er onder. Ze zei: „Lee heeft het geschilderd". Ze had het in bed en keek er steeds naar. Ze vroeg me het voor hem verborgen te houden. Het laatste wat ze deed voor ze ziek werd, was den achterkant, die gescheurd was, te re- pareeren. Was de achterkant van papier? Ja. Ze vroeg mij lijm te halen en bruin papier; dat plakte ze er overheen. Heb jij die aquarel? Ja natuurlijk, Mag ik hem zien? Wil je het aan Jim my meegeven? Ik zal zien, dat ik morgen, of overmorgen bij hem op zijn kamers kom. En nu moet ik gaan. Hij was bij de deur, toen ze vlak naast hem kwamen, ieder aan een kant. Elsie schoof een hand door zijn arm. Je bent toch voorzichtig? vroeg ze. Hij hij is zoo doortrapt sluw je wéét niet hoe. Zeg. kan ik niets doen? vroeg Jimmy. Ik zou zoo graag een handje helpen. Elsie keek met een gretigen blik naar hem. Haar wangen waren rood, de bruine oogen een beetje vochtig. Jimmy was een beetje verlegen, maar zoo vriendelijk als Elsie. Het gezegende woord: zwager, had effect gehad. Lindsay ging heen met een warm gevoel in het hart. HOOFDSTUK XXXIII. Dat is, geloof ik alles, zei Lindsay Trevor. Hij stond met zijn rug tegen den schoor steenmantel in de bibliotheek van zijn op drachtgever, mr. Smith. Het vuur achter hem brandde laag. een berg gloeiende asch met het overblijfsel van een groot houtblok er over, maar er was in de langwerpige ka mer, waar de haard den geheelen dag ge brand had, een behagelijke atmosfeer. Mr. Benbow Collingwood Horatio Smith, lag, in zijn volle lengte weggezakt, in een grooten leeren fauteuil, zijn fijngevormde handen, elk op een leuning, zijn voeten naar het vuur uitgestrekt, de halfgesloten oogen dromerig gericht op de bovenste rijen boeken, die de wanden bedekten. Op de armleuning van een anderen stoel zat een kleine, rossige man, met een nage noeg kaal hoofd en stekende, grijze oogen, als scherpe punten van gepolijst staal. Hij was misschien de slechtst gekleede man in Londen en uit zijn zijzak stak een fel roode zakdoek, die een halve mijl ver zichtbaar was. Lindsay had eens gezegd: Als Garratt zich wil vermommen den hoeft hij alleen maar een fatsoenlijk pak te koo- pen en zijn zakdoek in zijn zak te stoppen. Op dit oogenblik had hij een licht tweed- pak met een rose ruit aan. Zijn zakken puilden uit als die van een schooljongen en het had er veel van, of een pak van een ouderen broer voor hem vermaakt was. Een blauw en wit overhemd, een gerafelde groene das en hard gele schoenen voltooi den zijn toilet. Mr. Smith's verschijning was, met dezen man als achtergrond, van een ongelooflijke distinctie. En toch was dit wonderlijk uitgedoschte heerschap niemand anders als kolonel Gar ratt, den grooten man van den Geheimen Dienst. Garat knipte met zijn vingers. Alles! herhaalde hij Lindsay's laatste woord op minachtenden toon. Ais dal al les is. is het ook niet veel. Theorieën bij de vleet, maar bewijzen, ho maar! Lindsay lachte. Nu, hernam hij, ze vonden het in ieder geval de moeite waard, om te probee- ren mij van het tooneel te laten verdwij nen, dus ik veronderstel, dat zij een betere opinie over mijn bewijzen hebben, dan u, kolonel. Garratt had het eene been over het an dere geslagen, hij boog zich naar voren en wreef de bovenste knie. Waar komt het op neer? De Gier ver dwijnt in 1922. Lewindorf, bij wien Dray ton als bibliothecaris in dienst is, sterft m 1922. In hetzelfde jaar komt hij als biblio thecaris by Reslow. Je jeugdige vriendin Elsie Manning ziet haar deugniet van een vader het laatst in 1922. Daarom o lie ve deugd is Drayton de Gier! Zoo is het niet precies, kolonel, pro testeerde Lindsay. Nu, hoe dan? U schakelt Gogo uit. Gogo heeft toe gegeven, dat hij voor de Gier werkte door miss Marian te .-haduwen. Ze 's zonder twijfel naar Parijs gebracht om te zien hoe ze reageeren zou wanneer ze my onver wacht ontmoette.... Gissingen! beet Garratt hem toe. Vermoedens, op niets gebaseerd! Neemt u mij niet kwalijk, maar ik ben het niet met u eens. Gogo, die toe geeft. voor den Gier te werken, wordt op gedragen miss Rayne te schaduwen en op te letten of ze mij ontmoet Dat is wel een basis. Garratt knipte met zyn vingers nog geen centimeter van mr. Smith's linker hand. Wat zegt u er van, scheidsrechter? Ik voel voor mr. Trevor's gezichtpunt, verklaarde mr. Smith, nog steeds onafge broken starend naar de bovenste boeken- rijen Het is wat moois, mopperde Garratt. Wij zouden een mooi figuur slaan, als wij Drayton te pakken namen op aanwijzin gen van dit kaliber! Hij huurde een apache om mijn verloofde in Parys te schaduwen en ik vond een slang in mijn bed. Hij greep zijn hoofd beet en wipte heen en weer op zijn stoelleuning. O, lieve deugd, o, lieve deugd! En die afpersing dan? vroeg Lindsay. Mijn beste Lin! Ben je wel by je po sitieven? Wou jij in het getuigenbankje gaan staan en zweren bij sir John Gla- disloe te zijn geweest om hem af te per sen? Je hebt alleen je eigen verklaring dat Drayton je daartoe instructies gaf. Hij is een geleerde, een soort kluizenaar, die zich alleen voor zeldzame boeken interes seert en weet niets van stakingen en der gelijke prozaïsche dingen. Hij is een intel lectueel en denkt aan dingen, waar een gewoon mensch verstomd van zou staan. De kolonel neuriede een populair melodie tje, klopte op zijn knie en besloot: Dat leidt nergens toe! Ik dacht van wel. Garratt gaf weer een klap op zijn knie. Wat Gogo zegt, is geeD bewijs en wat jij zeggen zou, snijdt, juridisch gespro ken, ook niet veel hout! De politieke in lichtingen. die we gekregen hebben, zijn allemaal aardig en ik wil niet zeggen dat we er ons voordeel niet mee kunnen doen, maar als bewijzen tegen Drayton schieten we er ook al niet veel mee op Die madame Ferrans, op wier spoor jij ons gebracht hebt. is een oude bekende Ze noemde zich vroeger Maria Morel. Gourand heefi naar tweemaal bijna doodgeschoten, maar ze is beide keeren op 't kantje af den dans ont sprongen. Drayton's intriges hebben ten doel de vlootconferentie te laten misluk ken. We hebben de menschen, die ze moest opporren, ge-identificeerü. F. en J. zyn vooraanstaande journalisten. N. is een partijleider. Garratt noemde de namen. N zal vermoedelijk eerstdaags een razen de indiscretie begaan, die de poppen aan het dansen zal brengen, met een dikke kans. dat, als de conferentie er niet hee- lemaal op strandt, de internationale ver houdingen er toch door verloebeld worden. (Wordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 10