DE LONDENSCHE BESPREKINGEN Overeenstemming over de heele linie De strijd In China BUITENLAND BINNENLAND DINSDAG 30 NOVEMBER 1937 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 6 FRANKRIJK EN ENGELAND BEVREDIGD OVER HET RESULTAAT DUITSCHLANDS KOLONIALE EISCHEN. De Fransche minister-president Chau- temps en de minister van buitenlandsche zaken, Delbos zijn gisterochtend elf uur op Downingstreet 10 aangekomen, waar zij met Chamberlain, lord Halifax en Eden een onderhoud hadden. Vervolgens werd den gasten door Cham berlain een lunch aangeboden op Dow ningstreet 11. De BritschFransche besprekingen zijn van elf uur tot kwart voor zeven vrijwel zonder onderbreking voortgezet. Daarna gebruikten de heeren net avond maal in de woning van Eden. Bij het ver laten van Downingstreet zeide een der Fransche staatslieden, dat de bespiekm- gen voor beide partijen zeer geslaagd wa ren. Heden kwamen de Fransche en Britsche ministers voor het laatst bijoen om een slotcommuniqué uit te werken. Chautemps en Delbos gebruikten vervolgens als gasten van den koning het noenmaal. Te 16.20 vertrokken zij naar Parijs. Koloniale kwestie verbonden aan de organisatie van den vrede. Volgens Fransche waarnemers aldus verklaart Reuter, gelooft men, dat bij de EngelschFransche besprekingen werd overeengekomen, dat over Duitschlands koloniale eischen slechts zal worden be raadslaagd, indient Duitschland bereid is in bespreking te treden over een alge- meene regeling van den vrede. De FranschEngelsche samenwerking, aldus verklaart men in welingelichte Fran sche kringen, sluit niet den wil uit van een overeenstemming met Hitier en Mus- -solini. De beide vrije en sterke landen, die Frankrijk en Engeland zijn, hebben niet het eordeel van hun openbare meeningen te vreezen, wanneer zij er met alle rede lijke middelen naar streven, Duitschland en Italië er opnieuw toe te brengen, deel te nemen aan een stelsel van internatio nale samenwerking in plaats van te vol harden bij hun politiek van een wanhopig isolement. Bij de besprekingen te Londen is niet gebleken, dat het noodzakelijk zou zijn om te slagen het Europeesch statuut te wijzigen door het Rijk de vrije hand te geven in Midden-Europa ten koste van zijn buurlanden. Ten aanzien van de Duitsche koloniale eischen schijnt het, dat de Britsche regee ring, alvorens zich over dit principe zelve van deze teruggave ook maar uit te spre ken, het probleem van alle zijden en met al zijn gevolgen wil bestudeeren. Indien de regeering te Londen zich ten slotte bereid verklaart, Duitschland het recht op koloniale gebieden toe te kennen, zal dit in ieder geval slechts als 'n besluit van een uitgebreide regeling zijn, betrek king hebbende op alle kwesties, welke door Berlijn omstreden worden. Reeds thans zouden de Fransche en Britsche regeerders bereid zijn met Duit sche technische medewerking te beraad slagen over de oprichting van groote chartered-companies", die zekere Afri- kaansche koloniën zouden kunnen exploi- teeren. Op deze wijze zou Duitschland de mo gelijkheid krijgen zich zekere grondstoffen, die het thans ontbeert, te verschaffen. In strijd met de algemeene verwachting is niet breedvoerig gesproken over de Spaansche kwestie. Aan beide zijden prijst men zich gelukkig over de resultaten der niet-inmengings-politiek, welke het gevaar voor een internationalen oorlog heeft kun nen afwenden. Daar de Vereenigde Staten niet bereid zijn te handelen, kunnen Engeland en j Frankrijk zich tegenover den ernst van den toestand, die hun belangen in het ge- j heele Verre Oosten bedreigt, slechts bepa len tot steeds waakzamer houding. Een verklaring van Chautemps. Chautemps verklaarde gisteravond: „Ik kan verklaren en ik doe dit met groote vreugde dat wij ten aanzien van alle onderwerpen een volledige overeenstem ming verkregen. Het verheugde mij ten zeerste te constateeren, dat wij volledig solidair zijn. Gelijk bij. een conclave zijn wij pas v/eer naar buiten gekomen, toen eensgezindheid bereikt was." COMMENTAR VAN DE BRITSCHE PERS. De Britsche pers wijst op het buitenge woon bevredigend karakter van de bespre kingen van Chautemps en Delbos te Lon den. Ten aanzien van de vraagstukken van Midden-Europa schrijft de diplomatieke redacteur van de „Daily Telegraph and Morning Post", dat alle Balkan- en Do- naulanden een aanduiding van een vastbe raden politiek verlangen van Engeland en Frankrijk, welke zich verzet tegen iederen aanslag op hun vrijheid en onafhankelijk heid. Gisteren kwam in de bespreking tot uiting, dat beide landen den vrede wen- schen in dit gebied. Noch Frankrijk, noch Engeland zijn het eens met de kleine doch invloedrijke groep in Engeland, welke de regeering te Praag zou willen dwingen zelfbestuur te verleenen aan de Duitsche minderheid. De „Manchester Guardian" is van mee ning, dat het voornaamste doel van de be sprekingen op het oogenblik is, een grond slag te leggen voor een overeenkomst tus- schen Londen, Parijs en Berlijn in het ka der van een algemeene regeling. De bui tenlandsche politiek van Engeland heeft zijn evenwicht teruggevonden en volgt thans den aangewezen weg. Een algemee ne regeling sluit in, dat Engeland belang stelt in geheel Europa en in alle regelin gen, welke tot stand komen, ook die waar bij niet alleen de Westelijke mogendhe den en Duitschland betrokken zijn. Verder schrijft het blad, dat een van de gevolgen van de ontmoeting van Bercjites- gaden is, dat het koloniale vraagstuk in het middenpunt van de belangstelling is komen staan; het vraagstuk wordt op het oogenblik zoowel van politiek als van economisch standpunt beschouwd. Het blad acht het niet waarschijnlijk dat Zuid-Afrika of Tanganjika het voorwerp van een gewijzigde politiek zullen zijn, hoewel in deze gebieden economische con cessies mogelijk zouden zijn. Buiten Afri ka is in het geheel geen gebied beschik baar, zoodat Kameroen en Togo „het minst onwaarschijnlijk" zijn. De Duitsche eischen zullen evenwel niet aanvaard worden, dan nadat alle twijfel inzake zijn houding ten aanzien van midden- en Oost-Europa is opgelost en nadat een overeenkomst tot stand is gekomen inzake de beperking der bewapening, in het bijzonder inzake de luchtmacht, terwijl Duitschland naar den Volkenbond zou moeten terugkeeren. Vernon Bartlett schrijft in de „News Chronicle", dat te Weenen een levendige ongerustheid bestaat over de concessies, welke van Oostenrijk geëischt zouden kun nen worden, als tegenprestatie van Oos tenrijk voor de belofte, dat Duitschland geen aanval zal doen in Oostelijke rich ting. Het bezoek van Halifax heeft kwade gevolgen gehad voor den binnenlandschen toestand van Oostenrijk; de nationaal-so- cialisten zouden overmoedig kunnen wor den en de gang van zaken willen verhaas ten en de wereld voor een voldongen feit stellen. Ook is mogelijk, dat de regeering zoo beangst is geworden en zich haasten zal een overeenkomst te sluiten met Duitschland. De „Daily Herald" begroet de Fransche ministers met vreugde en verzekert hen, dat het Britsche volk met het Fransche wil samenwerken tot het handhaven van den vrede. HET DOUANE-REGIEM. Ook stappen van Frankrijk. Nader wordt vernomen, dat de Fran sche ambassadeur te Tokio bij zijn bezoek aan minister Hirota, evenals de ambassa deurs van Engeland en de Vereenigde Staten, stappen heeft gedaan inzake de Chineesche douane te Sjanghai, opdat geen enkele wijziging zal worden aange bracht door de Japansche autoriteiten, zonder de Fransche regeering hierin te kennen. JAPANSCH BERICHT OVER STEUN AAN CHINA. China zou een wapenleening van 100 millioen pond krijgen. Het Japansche Telegraaf agentschap ver spreidt het volgende bericht: Groot opzien is gebaard door den Parij- schen correspondent van de „Nisji Nisji Sjimboen", die meldt, dat de Britsche, Amerikaansche, Fransche, Belgische en Sovjet-Russische gedelegeerden ter Ne- genmogendheden conferentie in Brussel in antwoord op het beroep van de Chi neesche gedelegeerden Wellington Koo en Kwo Taj Sji om financieelen steun en voorziening van wapentuig aan China te leveren, informeel bijstand aan China hebben toegezegd, teneinde dit land in staat te stellen langdurige vijandelijkheden tegen Japan te kunnen volhouden. De genoemde correspondent van de „Nisji Nisji Sjimboen" meldt dan verder, dat de door de Chineesche gedelegeerden op last van Tsjang Kai Sjek gevraagde steun o.m. betrekking heeft op een wa penleening van 100 millioen pond ster ling, waarvan 50 millioen door Groot-Brit- tannië zou worden gestort, terwijl Ameri ka 250 millioen dollar zou bijdragen en Frankrijk en België ook financieelen steun aan China zouden verleenen. Deze leening zou aflosbaar zijn in 25 tot 30 jaar en ge garandeerd worden door de opbrengst van douanerechten, een zoutbelasting en concessies voor petroleum, wegenaanleg en mijnbouw. De leening zou drie procent rente dragen. Met de opbrengst der lee ning zouden wapenen gekocht worden, o.a.: duizend vliegtuigen, honderd vijftig stuks veldgeschut, 450.000 granaten, vijftig zware kanonnen en 3000 granaten, drie honderd vierentwintig luchtafweerkanon- nen, 240 stuks 2 c.m. geschut, 120 stuks 3.7 c.m. geschut, 24 stuks 8.8 c.m. geschut en 1.824.000 granaten, twintigduizend ma chinegeweren, 500 millioen pond munitie, 10 millioen lichtkogels, achtduizend vrachtauto's, 2000 telefoontoestellen, 100 draadlooze toestellen, 104 telegraaftoe stellen en 20.000 K.M. electrische draden. DE MOORD OP DE NEDERLANDSCHE MISSIONARISSEN. De woordvoerder van het Japansche le ger te Peiping heeft met stelligheid ont kend, dat bij den moord op drie Neder- landsche en eenige andere missionarissen soldaten uit Mandsjoekwo betrokken zou den zijn geweest. Hij zeide, dat Mandsjoe- rijsche troepen nooit in de streek van Tsjengtingfoe, waar de moord gepleegd is, in het vuur zijn gebracht en gaf als zijn meening te kennen, dat de geestelij ken het slachtoffer zijn geworden van overblijfselen der Chineesche troepen, die Peiping verdedigd hadden en de missio narissen zouden hebben aangevallen, toen de stad nog in een toestand van verwar ring verkeerde. Naar aanleiding van het bericht, dat de aanvallers khaki-uniformen droegen, op perde de woordvoerder de mogelijkheid, dat zij de uniformen van gesneuvelde Japanneezen gestolen hadden. DUITSCHLAND CORRESPONDEEREN MET FAMILIE IN RUSLAND Is voor de geadresseerden levensgevaarlijk. In een officieus communiqué wordt den Duitschers, die verwanten of vrienden in Rusland hebben, verzocht de correspon dentie met hen te staken. Een dergelijke correspondentie zou de geadresseerden „aan de grootste gevaren en de grootste moeilijkheden" blootstellen. Verscheidene burgers van Duitsche afkomst en Duitsche onderdanen in de U.R.S.S. zouden korte lings gearresteerd zijn, omdat zij gecor respondeerd hebben met in Duitschland woonachtige personen. GENERAAL LUDENDORFF ERNSTIG ZIEK. Uit particuliere bron wordt vernomen, dat generaal Ludendorff reeds geruimen tijd aan een ernstige blaasziekte lijdt. In verband met den hoogen leeftijd van den patiënt Ludendorff is 72 jaar geeft zijn toestand aanleiding tot bezorgdheid. FRANKRIJK DE ZAAK VAN HET C.S.A.R. De „Paris Soir" verzekert, dat een ge heime code van het Csar, is ontdekt, zoo dat men kan verwachten, dat spoedig vorderingen gemaakt zullen worden in het onderzoek naar het complot. In de wandelgangen van de „Sureté" verzekert men, dat de politie zeer spoedig zal over gaan tot een arrestatie, die even sensa tioneel zal zijn als die van generaal Dus- seigneur. INTREKKING PER 1 DECEMBER VAN DE CONSUMPTIEMELKREGELING BUITENWETTELIJK GEBIED. Zooals reeds eerder werd bericht, zal met ingang van 1 December a.s. de regee- ringsbemoeiing t.a.v. de consumptiemelk- regeiing in het z.g. buitenwettelijk ge bied komen te vervallen. Na dien datum zullen daar, waar dit door de groote meer derheid van belanghebbenden gewenscht wordt, regelingen op dit gebied door or ganisaties van belanghebbenden zelf ge troffen en uitgevoerd kunnen worden, welke organisaties erkenning door den minister van economische zaken zullen behoeven. Reeds zijn uit een aantal plaatsen aan vragen om erkenning binnengekomen, welke thans worden onderzocht. In de statuten zal worden bepaald, dat slechts zij, die vóór 1 December 1937 in het be zit waren van een tot dusver vereischte en door de Nederlandsche Zuivelcentrale uitgereikte vergunning en op dien datum daadwerkelijk het melkslijtersbedrijf uit- oefenen, in de organisaties opgenomen zullen worden, terwijl nieuwe bedrijven slechts indien zij aan nader te stellen ver- eischten voldoen, t.z.t. zullen kunnen wor den toegelaten. Dit beteekent derhalve, dat zij, die op of na 1 December a.s. een melkslijtersbedrijf willen aanvangen in een gemeente, waar men doende is een organisatie te vormen, niet zonder meer in de organisatie zullen worden opgeno men. Ter voorkoming van nuttelooze uit gaven voor de inrichting van een bedrijf zal men goed doen hiermede rekening te houden. BIGGENMERKEN. Het aantal aangebrachte biggenmerken. bedroeg in de week van 15 November to/ 20 November 1937, 40.994 (v.j. 47 463). Van de toekenning 1937 zijn van 1 Januari tot 20 November in totaal aangebracht 1.636.380 (v.j. 1.917.084) merken. Prof. rar. Ph. Kleintjes. Prof. mr. Ph. Kleintjes heeft eervol ont slag verzocht als gewoon hoogleeraar aan de gemeente-universiteit te Amsterdam. Wijziging dienstplicht wet In de nota naar aanleiding van het ver slag van de Tweede Kamer omtrent de wij ziging van de Dienstplichtwet, zegt de re geering: Daar een zekere tijd gevorderd wordt voor het opbouwen van een organisatie, zal er in moeten worden berust, dat eerst van April 1939 af steeds een troepenmacht van de door de regeering noodig geachte sterkte en geoefendheid beschikbaar is; in afwachting daarvan zal moeten worden volstaan met de reeds genomen maatrege len ter beveiliging. DE KWESTIE DER GROOTE GEZINNEN. Wat de groote gezinnen betreft, stelt de regeering zich op het standpunt, dat de druk, welken de dienstplicht op deze ge zinnen legt, niet alleen zijn uitdrukking vindt in het getal zonen, dat tot dienstver vulling wordt geroepen, maar ook en zelfs meer nog in de vraag, welke zoons dit zijn. En nu is bij de regeering de mee ning gerijpt, dat de groote gezinnen veelal het zwaarst worden getroffen, wanneer de oudste zoon voor een aantal maanden aan het gezin wordt onttrokken. Daarom acht de regsering het voor de groote gezinnen een belang van de eerste orde, dat de oud ste zoon vrij blijft. Dit wijkt belangrijk af van hetgeen wordt bereikt bij vrijstelling wegens broedersdienst, want deze vrijstel ling kan eerst toepasisng vinden, als er ten minste één gediend heeft. Zoowel bij het vroegere stelsel van vrijstelling van de grootste of van de kleinste helft als bij het sinds 1922 gel dende stelsel, waarbij uit elk gezin slechts één zoon behoeft te dienen, moet in het algemeen althans de oudste zoon opkomen. Voor de groote gezinnen b.v. gezinnen met meer dan zes kinderen (ook dochters medege- rekend) zou de regeering dit willen omkeeren door den oudsten zoon bui ten oproeping te laten. Behalve op deze wijze, zal ook in ander opzicht aan de belangen van de groote ge zinnen worden tegemoet gekomen, door uit te gaan van een bepaalde norm voor het getal zoons, dat uit elk gezin zal moeten dienen. Aannemende, dat dit getal op drie kan worden gesteld, zal dan het groote ge zin evenveel voor den dienst afstaan als het kleine gezin, doch verhoudingsgewijze minder. De volgorde, waarin de verschillende verrichtingen, op het overschot betrekking hebbende, zullen geschieden, heeft de re geering zich als volgt gedacht: 1. Voor anderen komen tot de lichting te behooren de goedgekeurden, die het zelf begeeren, voor zoover de ouders er mee instemmen. 2. Van de overige goedgekeurden wor den vrijgesteld de oudste zoon uit de groo te gezinnen. 3. Van de overblijvencen worden vrij gesteld de duidelijk minder-geschikten. 4. Van de dan nog overblijvenden wor den vrijgesteld de zoons uit de gezinnen, uit welke reeds drie hebben gediend, bij wie, indien niet al deze gezinnen in den maatregel kunnen worden betrokken, de grootere voorgaan bij de minder groote. HET ONGELUK MET EEN ZWEEF VLIEGTUIG BIJ ALPHEN. In het departement van Waterstaat heeft de Raad voor de Luchtvaart hedenmiddag een nader onderzoek ingesteld naar het on geval met het zweefvliegtuig PH-61, dat op 9 Juli jl. tijdens een vlucht is beschadigd. De bestuurder, de heer J. van der Meer, bleef daarbij ongedeerd. De heer van der Meer verklaarde bij dit nader onderzoek, dat hij te ongeveer 12 uur was opgestegen, opgesleept door een motorvliegtuig. Van te voren had hij gevraagd of er een valscherm ter beschikking was, doch daarop heeft hij een ontkennend antwoord ontvangen. Op een vraag van den voorzitter*, mr. dr. D. A. P. N. Kooien, antwoordde de heer van der Meer, dat hij wist, dat een inzittende van een zweefvliegtuig in het bezit moet zijn van een deugdelijk valscherm en dat hij willens en wétens de reglementen heeft overtreden. Voorts verklaarde de heer van der Meer, dat er dien dag veel wolken waren, doch dat hij, gezien zijn ervaringen op vorige vluchten, van meening was, dat hij voldoen de kon blindvliegen. Het toestel was echter niet voorzien van de noodige instrumenten voor blindvliegen en hij erkende thans dan c-ok, dat hij zeer onvoorzichtig heeft gehan deld om door de wolken te vliegen. Als deskundige werd gehoord ir. A. G. von Baumhauer, ingenieur bij den luchtvaart dienst. Deze noemde het niet verantwoord zonder valscherm de lucht in te gaan, ten eerste omdat het tegen de voorschriften is eD voorts met het oog op hét risico. Ook noemde hy het opzettelijk blindvliegen zon der instrumenten gevaarlijk en tegen de goede gewoonte van de meeste vliegers. Er kan volgens den heer von Baumhauer zon der stabulo (vast horizontaal staartvlak) wel aardig gevlogen worden, maar wensche- lijk is dat niet. De heer J. K. Hoekstra, instructeur bij het Ned. Instituut voor zweefvliegen gaf ten slotte als zijn ervaring te kennen, dat het zeer lastig is blind te vliegen zonder sta bulo en bochtaanwijzer. Deze ervaring heeft hij aan verschillende vliegers medegedeeld, doch hij gelooft niet, dat de heer van der Meer daarbij was. De raad zal later uit spraak doen. DE WERKLOOSHEID. Lichte stijging van de winterwerkloosheid, die echter lager is dan in de drie vorige jaren. De directeur van den rijksdienst der werkloosheidsverzekering en arbeidsbemid deling deelt mede, dat in de week van 8 t/m. 13 November bij gesubsidieerde ver- eenigingen met werkloozenkas waren aan gesloten 469.800 personen (landarbeiders met 73.700 leden zijn hieronder niet begre pen). Van deze 469.800 verzekerden was in ge noemde week de geheele week werkloos 24.1 pet. (in de vorige verslagweek, 25 t/m. 30 October, wsa het percentage 23.1). Het werkloosheidspercentage voor hen, die de geheele week werkloos waren, was in de eerste verslagweek van de maand November in de laatste jaren als volgt: 193 425.8; 193 529.4; 193529.0; 193724.1. Bij de organen der openbare arbeidsbe middeling stonden op 13 November 1937 in totaal 376.339 werkzoekenden ingeschre ven, onder wie 353.781 mannen. Van deze werkzoekenden waren er 357.761 werkloos, onder wie 341.115 mannen. Blijkens een opgave van den directeur- genei aal van werkverschaffing en steun- verleening waren einde September 1937, 40.616 arbeiders geplaatst by een werkver schaffing. RAAD VAN AFGEVAARDIGDEN VAN „ST. RAPHAëL". Maandag begon in de Handelsbeurs te Utrecht de vergadering van den Raad van Afgevaardigden van „St. Raphaël", de R. K. organisatie van spoor- en tramwegper soneel. In zijn openingsrede heeft de Bondsvoor zitter, de heer L. H. Wigman, uit Amers foort, allereerst het overleden lid der di rectie van de Ned. Spoorwegen, ir. Van Dijk, herdacht, voor wiens zielerust ter vergadering werd gebeden. Spr. belichtte vooral de verdiensten van den heer Van Dijk voor personeelsaangele- den en getuigde, dat hij voor de belangen van het personeel steeds een gewillig oor had. Overgaande tot bespreking van het werk van de organisatie, noemde spr. den toe stand niet onbevredigend, al zal de terug gang van het ledental gestuit dienen te worden. Ook de gepensionneerden hebben alle be lang bij een sterke vakorganisatie. Vooral nu de regeering te kennen heeft gegeven, dat de korting op de Indische pen sioenen op het punt staat ingetrokken te worden, moet het geheele spoorwegperso neel in beweging komen, wat alleen vrucht baar kan geschieden, als de erkende organi saties de actie leiden. Bij het werk voor de tot stand koming van het Reglement Dienstvoorwaarden, dat 1 October 1938 van kracht zal worden, moeten in het byzonder de belangen van het groote gezin behartigd worden. De toestand van het personeel der laag ste loonschalen en van de groote gezinnen vraagt dringend voorziening. Het is niet billijk, de noodzakelijke ver betering op het motief „slechte bedrijfsuit- komsten" af te wijzen, evenmin als de ge rechtvaardigde verlangens en wensohen in zake de dienst- en rusttijden om deze reden onvervuld te laten. Te betreuren is het, dat men bij het ministerie van Sociale Zaken geen aanleiding heeft gevonden om evenals voor andere bedrijven een on derzoek voor te bereiden, in hoeverre de spoorwegen er toe kunnen bijdragen den geesel der werkloosheid te bestrijden en te verminderen. In verband met de herkiezing van de aan de beurt van aftreden zijnde bestuursleden, onder wie de voorzitter, bracht de heer H. C. J. Venings aan de vergadering dank voor het gestelde vertrouwen. Er waren geen tegencandidaten gesteld. Een gebed voor Prins Bern hard. De werkzaamheden werden even onder broken voor een mededeeling over den toe stand van Z.K.H. Prins Bernhard. Er wer den een Onze Vader en een Weesgegroet voor den patiënt gebeden. De mededeeling, door den vorzitter ge daan, maakte op allen een diepen indruk. Bij de behandeling van de begrooting werd de wenschelijkheid betoogd van een uniforme contributie voor de Standsorga nisatie. Het vraagstuk is reeds meermalen aan de orde geweest en gestreefd wordt naar een oplossing. Na bespreking bleef de contributie, zoo als ze vastgesteld is voor de gepension neerden, ongewijzigd. Besloten werd een bedrag van ƒ200 op de begrooting uit te trekken als subsidie voor het „Kanunnik Van Schaik-fonds". De begrooting werd goedgekeurd met een totaalbedrag van ƒ86.723.20. Met meerderheid van stemmen werd be sloten, in 1938 den Bondsdag te Eindhoven te houden. De vergadering van den Raad van Afge vaardigden zal worden gehouden te Heer len. Dan werd overgegaan tot behandeling van diverse wijzigingen van statuten en huishoudelijk reglement. Hierop werd de vergedering verdaagd. R.K. Staatspartij. Tot voorzitter van den kring Arnhem Nijmegen der R.K. Staatsparty is geko zen de heer C. W. J. van Koeverden in de plaats van mr. E. H. J. Baron van Voorst tot Voorst, die geen herbenoeming mee kon aanvaarden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 6