DE LONDENSCHE BESPREKINGEN
Overeenstemming over de heele linie
De strijd In China
BUITENLAND
BINNENLAND
DINSDAG 30 NOVEMBER 1937
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
FRANKRIJK EN ENGELAND BEVREDIGD
OVER HET RESULTAAT
DUITSCHLANDS KOLONIALE
EISCHEN.
De Fransche minister-president Chau-
temps en de minister van buitenlandsche
zaken, Delbos zijn gisterochtend elf uur
op Downingstreet 10 aangekomen, waar zij
met Chamberlain, lord Halifax en Eden
een onderhoud hadden.
Vervolgens werd den gasten door Cham
berlain een lunch aangeboden op Dow
ningstreet 11.
De BritschFransche besprekingen zijn
van elf uur tot kwart voor zeven vrijwel
zonder onderbreking voortgezet.
Daarna gebruikten de heeren net avond
maal in de woning van Eden. Bij het ver
laten van Downingstreet zeide een der
Fransche staatslieden, dat de bespiekm-
gen voor beide partijen zeer geslaagd wa
ren.
Heden kwamen de Fransche en Britsche
ministers voor het laatst bijoen om een
slotcommuniqué uit te werken. Chautemps
en Delbos gebruikten vervolgens als gasten
van den koning het noenmaal. Te 16.20
vertrokken zij naar Parijs.
Koloniale kwestie verbonden aan de
organisatie van den vrede.
Volgens Fransche waarnemers aldus
verklaart Reuter, gelooft men, dat bij de
EngelschFransche besprekingen werd
overeengekomen, dat over Duitschlands
koloniale eischen slechts zal worden be
raadslaagd, indient Duitschland bereid is
in bespreking te treden over een alge-
meene regeling van den vrede.
De FranschEngelsche samenwerking,
aldus verklaart men in welingelichte Fran
sche kringen, sluit niet den wil uit van
een overeenstemming met Hitier en Mus-
-solini.
De beide vrije en sterke landen, die
Frankrijk en Engeland zijn, hebben niet
het eordeel van hun openbare meeningen
te vreezen, wanneer zij er met alle rede
lijke middelen naar streven, Duitschland
en Italië er opnieuw toe te brengen, deel
te nemen aan een stelsel van internatio
nale samenwerking in plaats van te vol
harden bij hun politiek van een wanhopig
isolement.
Bij de besprekingen te Londen is niet
gebleken, dat het noodzakelijk zou zijn
om te slagen het Europeesch statuut te
wijzigen door het Rijk de vrije hand te
geven in Midden-Europa ten koste van zijn
buurlanden.
Ten aanzien van de Duitsche koloniale
eischen schijnt het, dat de Britsche regee
ring, alvorens zich over dit principe zelve
van deze teruggave ook maar uit te spre
ken, het probleem van alle zijden en met
al zijn gevolgen wil bestudeeren.
Indien de regeering te Londen zich ten
slotte bereid verklaart, Duitschland het
recht op koloniale gebieden toe te kennen,
zal dit in ieder geval slechts als 'n besluit
van een uitgebreide regeling zijn, betrek
king hebbende op alle kwesties, welke
door Berlijn omstreden worden.
Reeds thans zouden de Fransche en
Britsche regeerders bereid zijn met Duit
sche technische medewerking te beraad
slagen over de oprichting van groote
chartered-companies", die zekere Afri-
kaansche koloniën zouden kunnen exploi-
teeren.
Op deze wijze zou Duitschland de mo
gelijkheid krijgen zich zekere grondstoffen,
die het thans ontbeert, te verschaffen.
In strijd met de algemeene verwachting
is niet breedvoerig gesproken over de
Spaansche kwestie. Aan beide zijden prijst
men zich gelukkig over de resultaten der
niet-inmengings-politiek, welke het gevaar
voor een internationalen oorlog heeft kun
nen afwenden.
Daar de Vereenigde Staten niet bereid
zijn te handelen, kunnen Engeland en j
Frankrijk zich tegenover den ernst van
den toestand, die hun belangen in het ge- j
heele Verre Oosten bedreigt, slechts bepa
len tot steeds waakzamer houding.
Een verklaring van Chautemps.
Chautemps verklaarde gisteravond: „Ik
kan verklaren en ik doe dit met groote
vreugde dat wij ten aanzien van alle
onderwerpen een volledige overeenstem
ming verkregen. Het verheugde mij ten
zeerste te constateeren, dat wij volledig
solidair zijn. Gelijk bij. een conclave zijn
wij pas v/eer naar buiten gekomen, toen
eensgezindheid bereikt was."
COMMENTAR VAN DE BRITSCHE PERS.
De Britsche pers wijst op het buitenge
woon bevredigend karakter van de bespre
kingen van Chautemps en Delbos te Lon
den.
Ten aanzien van de vraagstukken van
Midden-Europa schrijft de diplomatieke
redacteur van de „Daily Telegraph and
Morning Post", dat alle Balkan- en Do-
naulanden een aanduiding van een vastbe
raden politiek verlangen van Engeland en
Frankrijk, welke zich verzet tegen iederen
aanslag op hun vrijheid en onafhankelijk
heid. Gisteren kwam in de bespreking tot
uiting, dat beide landen den vrede wen-
schen in dit gebied. Noch Frankrijk, noch
Engeland zijn het eens met de kleine doch
invloedrijke groep in Engeland, welke de
regeering te Praag zou willen dwingen
zelfbestuur te verleenen aan de Duitsche
minderheid.
De „Manchester Guardian" is van mee
ning, dat het voornaamste doel van de be
sprekingen op het oogenblik is, een grond
slag te leggen voor een overeenkomst tus-
schen Londen, Parijs en Berlijn in het ka
der van een algemeene regeling. De bui
tenlandsche politiek van Engeland heeft
zijn evenwicht teruggevonden en volgt
thans den aangewezen weg. Een algemee
ne regeling sluit in, dat Engeland belang
stelt in geheel Europa en in alle regelin
gen, welke tot stand komen, ook die waar
bij niet alleen de Westelijke mogendhe
den en Duitschland betrokken zijn.
Verder schrijft het blad, dat een van de
gevolgen van de ontmoeting van Bercjites-
gaden is, dat het koloniale vraagstuk in
het middenpunt van de belangstelling is
komen staan; het vraagstuk wordt op het
oogenblik zoowel van politiek als van
economisch standpunt beschouwd. Het
blad acht het niet waarschijnlijk dat
Zuid-Afrika of Tanganjika het voorwerp
van een gewijzigde politiek zullen zijn,
hoewel in deze gebieden economische con
cessies mogelijk zouden zijn. Buiten Afri
ka is in het geheel geen gebied beschik
baar, zoodat Kameroen en Togo „het minst
onwaarschijnlijk" zijn. De Duitsche eischen
zullen evenwel niet aanvaard worden, dan
nadat alle twijfel inzake zijn houding ten
aanzien van midden- en Oost-Europa is
opgelost en nadat een overeenkomst tot
stand is gekomen inzake de beperking der
bewapening, in het bijzonder inzake de
luchtmacht, terwijl Duitschland naar den
Volkenbond zou moeten terugkeeren.
Vernon Bartlett schrijft in de „News
Chronicle", dat te Weenen een levendige
ongerustheid bestaat over de concessies,
welke van Oostenrijk geëischt zouden kun
nen worden, als tegenprestatie van Oos
tenrijk voor de belofte, dat Duitschland
geen aanval zal doen in Oostelijke rich
ting. Het bezoek van Halifax heeft kwade
gevolgen gehad voor den binnenlandschen
toestand van Oostenrijk; de nationaal-so-
cialisten zouden overmoedig kunnen wor
den en de gang van zaken willen verhaas
ten en de wereld voor een voldongen feit
stellen. Ook is mogelijk, dat de regeering
zoo beangst is geworden en zich haasten
zal een overeenkomst te sluiten met
Duitschland.
De „Daily Herald" begroet de Fransche
ministers met vreugde en verzekert hen,
dat het Britsche volk met het Fransche
wil samenwerken tot het handhaven van
den vrede.
HET DOUANE-REGIEM.
Ook stappen van Frankrijk.
Nader wordt vernomen, dat de Fran
sche ambassadeur te Tokio bij zijn bezoek
aan minister Hirota, evenals de ambassa
deurs van Engeland en de Vereenigde
Staten, stappen heeft gedaan inzake de
Chineesche douane te Sjanghai, opdat
geen enkele wijziging zal worden aange
bracht door de Japansche autoriteiten,
zonder de Fransche regeering hierin te
kennen.
JAPANSCH BERICHT OVER STEUN
AAN CHINA.
China zou een wapenleening van
100 millioen pond krijgen.
Het Japansche Telegraaf agentschap ver
spreidt het volgende bericht:
Groot opzien is gebaard door den Parij-
schen correspondent van de „Nisji Nisji
Sjimboen", die meldt, dat de Britsche,
Amerikaansche, Fransche, Belgische en
Sovjet-Russische gedelegeerden ter Ne-
genmogendheden conferentie in Brussel
in antwoord op het beroep van de Chi
neesche gedelegeerden Wellington Koo en
Kwo Taj Sji om financieelen steun en
voorziening van wapentuig aan China te
leveren, informeel bijstand aan China
hebben toegezegd, teneinde dit land in
staat te stellen langdurige vijandelijkheden
tegen Japan te kunnen volhouden.
De genoemde correspondent van de
„Nisji Nisji Sjimboen" meldt dan verder,
dat de door de Chineesche gedelegeerden
op last van Tsjang Kai Sjek gevraagde
steun o.m. betrekking heeft op een wa
penleening van 100 millioen pond ster
ling, waarvan 50 millioen door Groot-Brit-
tannië zou worden gestort, terwijl Ameri
ka 250 millioen dollar zou bijdragen en
Frankrijk en België ook financieelen steun
aan China zouden verleenen. Deze leening
zou aflosbaar zijn in 25 tot 30 jaar en ge
garandeerd worden door de opbrengst
van douanerechten, een zoutbelasting en
concessies voor petroleum, wegenaanleg
en mijnbouw. De leening zou drie procent
rente dragen. Met de opbrengst der lee
ning zouden wapenen gekocht worden,
o.a.: duizend vliegtuigen, honderd vijftig
stuks veldgeschut, 450.000 granaten, vijftig
zware kanonnen en 3000 granaten, drie
honderd vierentwintig luchtafweerkanon-
nen, 240 stuks 2 c.m. geschut, 120 stuks
3.7 c.m. geschut, 24 stuks 8.8 c.m. geschut
en 1.824.000 granaten, twintigduizend ma
chinegeweren, 500 millioen pond munitie,
10 millioen lichtkogels, achtduizend
vrachtauto's, 2000 telefoontoestellen, 100
draadlooze toestellen, 104 telegraaftoe
stellen en 20.000 K.M. electrische draden.
DE MOORD OP DE NEDERLANDSCHE
MISSIONARISSEN.
De woordvoerder van het Japansche le
ger te Peiping heeft met stelligheid ont
kend, dat bij den moord op drie Neder-
landsche en eenige andere missionarissen
soldaten uit Mandsjoekwo betrokken zou
den zijn geweest. Hij zeide, dat Mandsjoe-
rijsche troepen nooit in de streek van
Tsjengtingfoe, waar de moord gepleegd
is, in het vuur zijn gebracht en gaf als
zijn meening te kennen, dat de geestelij
ken het slachtoffer zijn geworden van
overblijfselen der Chineesche troepen, die
Peiping verdedigd hadden en de missio
narissen zouden hebben aangevallen, toen
de stad nog in een toestand van verwar
ring verkeerde.
Naar aanleiding van het bericht, dat de
aanvallers khaki-uniformen droegen, op
perde de woordvoerder de mogelijkheid,
dat zij de uniformen van gesneuvelde
Japanneezen gestolen hadden.
DUITSCHLAND
CORRESPONDEEREN MET FAMILIE
IN RUSLAND
Is voor de geadresseerden levensgevaarlijk.
In een officieus communiqué wordt den
Duitschers, die verwanten of vrienden in
Rusland hebben, verzocht de correspon
dentie met hen te staken. Een dergelijke
correspondentie zou de geadresseerden
„aan de grootste gevaren en de grootste
moeilijkheden" blootstellen. Verscheidene
burgers van Duitsche afkomst en Duitsche
onderdanen in de U.R.S.S. zouden korte
lings gearresteerd zijn, omdat zij gecor
respondeerd hebben met in Duitschland
woonachtige personen.
GENERAAL LUDENDORFF
ERNSTIG ZIEK.
Uit particuliere bron wordt vernomen,
dat generaal Ludendorff reeds geruimen
tijd aan een ernstige blaasziekte lijdt. In
verband met den hoogen leeftijd van den
patiënt Ludendorff is 72 jaar geeft
zijn toestand aanleiding tot bezorgdheid.
FRANKRIJK
DE ZAAK VAN HET C.S.A.R.
De „Paris Soir" verzekert, dat een ge
heime code van het Csar, is ontdekt, zoo
dat men kan verwachten, dat spoedig
vorderingen gemaakt zullen worden in
het onderzoek naar het complot. In de
wandelgangen van de „Sureté" verzekert
men, dat de politie zeer spoedig zal over
gaan tot een arrestatie, die even sensa
tioneel zal zijn als die van generaal Dus-
seigneur.
INTREKKING PER 1 DECEMBER VAN
DE CONSUMPTIEMELKREGELING
BUITENWETTELIJK GEBIED.
Zooals reeds eerder werd bericht, zal
met ingang van 1 December a.s. de regee-
ringsbemoeiing t.a.v. de consumptiemelk-
regeiing in het z.g. buitenwettelijk ge
bied komen te vervallen. Na dien datum
zullen daar, waar dit door de groote meer
derheid van belanghebbenden gewenscht
wordt, regelingen op dit gebied door or
ganisaties van belanghebbenden zelf ge
troffen en uitgevoerd kunnen worden,
welke organisaties erkenning door den
minister van economische zaken zullen
behoeven.
Reeds zijn uit een aantal plaatsen aan
vragen om erkenning binnengekomen,
welke thans worden onderzocht. In de
statuten zal worden bepaald, dat slechts
zij, die vóór 1 December 1937 in het be
zit waren van een tot dusver vereischte
en door de Nederlandsche Zuivelcentrale
uitgereikte vergunning en op dien datum
daadwerkelijk het melkslijtersbedrijf uit-
oefenen, in de organisaties opgenomen
zullen worden, terwijl nieuwe bedrijven
slechts indien zij aan nader te stellen ver-
eischten voldoen, t.z.t. zullen kunnen wor
den toegelaten. Dit beteekent derhalve,
dat zij, die op of na 1 December a.s. een
melkslijtersbedrijf willen aanvangen in
een gemeente, waar men doende is een
organisatie te vormen, niet zonder meer
in de organisatie zullen worden opgeno
men. Ter voorkoming van nuttelooze uit
gaven voor de inrichting van een bedrijf
zal men goed doen hiermede rekening te
houden.
BIGGENMERKEN.
Het aantal aangebrachte biggenmerken.
bedroeg in de week van 15 November to/
20 November 1937, 40.994 (v.j. 47 463).
Van de toekenning 1937 zijn van 1 Januari
tot 20 November in totaal aangebracht
1.636.380 (v.j. 1.917.084) merken.
Prof. rar. Ph. Kleintjes.
Prof. mr. Ph. Kleintjes heeft eervol ont
slag verzocht als gewoon hoogleeraar aan
de gemeente-universiteit te Amsterdam.
Wijziging dienstplicht
wet
In de nota naar aanleiding van het ver
slag van de Tweede Kamer omtrent de wij
ziging van de Dienstplichtwet, zegt de re
geering:
Daar een zekere tijd gevorderd wordt
voor het opbouwen van een organisatie,
zal er in moeten worden berust, dat eerst
van April 1939 af steeds een troepenmacht
van de door de regeering noodig geachte
sterkte en geoefendheid beschikbaar is; in
afwachting daarvan zal moeten worden
volstaan met de reeds genomen maatrege
len ter beveiliging.
DE KWESTIE DER GROOTE GEZINNEN.
Wat de groote gezinnen betreft, stelt de
regeering zich op het standpunt, dat de
druk, welken de dienstplicht op deze ge
zinnen legt, niet alleen zijn uitdrukking
vindt in het getal zonen, dat tot dienstver
vulling wordt geroepen, maar ook en zelfs
meer nog in de vraag, welke zoons dit
zijn. En nu is bij de regeering de mee
ning gerijpt, dat de groote gezinnen veelal
het zwaarst worden getroffen, wanneer de
oudste zoon voor een aantal maanden aan
het gezin wordt onttrokken. Daarom acht
de regsering het voor de groote gezinnen
een belang van de eerste orde, dat de oud
ste zoon vrij blijft. Dit wijkt belangrijk af
van hetgeen wordt bereikt bij vrijstelling
wegens broedersdienst, want deze vrijstel
ling kan eerst toepasisng vinden, als er
ten minste één gediend heeft.
Zoowel bij het vroegere stelsel van
vrijstelling van de grootste of van de
kleinste helft als bij het sinds 1922 gel
dende stelsel, waarbij uit elk gezin
slechts één zoon behoeft te dienen,
moet in het algemeen althans de
oudste zoon opkomen. Voor de groote
gezinnen b.v. gezinnen met meer dan
zes kinderen (ook dochters medege-
rekend) zou de regeering dit willen
omkeeren door den oudsten zoon bui
ten oproeping te laten.
Behalve op deze wijze, zal ook in ander
opzicht aan de belangen van de groote ge
zinnen worden tegemoet gekomen, door uit
te gaan van een bepaalde norm voor het
getal zoons, dat uit elk gezin zal moeten
dienen. Aannemende, dat dit getal op drie
kan worden gesteld, zal dan het groote ge
zin evenveel voor den dienst afstaan als
het kleine gezin, doch verhoudingsgewijze
minder.
De volgorde, waarin de verschillende
verrichtingen, op het overschot betrekking
hebbende, zullen geschieden, heeft de re
geering zich als volgt gedacht:
1. Voor anderen komen tot de lichting
te behooren de goedgekeurden, die het zelf
begeeren, voor zoover de ouders er mee
instemmen.
2. Van de overige goedgekeurden wor
den vrijgesteld de oudste zoon uit de groo
te gezinnen.
3. Van de overblijvencen worden vrij
gesteld de duidelijk minder-geschikten.
4. Van de dan nog overblijvenden wor
den vrijgesteld de zoons uit de gezinnen,
uit welke reeds drie hebben gediend, bij
wie, indien niet al deze gezinnen in den
maatregel kunnen worden betrokken, de
grootere voorgaan bij de minder groote.
HET ONGELUK MET EEN ZWEEF
VLIEGTUIG BIJ ALPHEN.
In het departement van Waterstaat heeft
de Raad voor de Luchtvaart hedenmiddag
een nader onderzoek ingesteld naar het on
geval met het zweefvliegtuig PH-61, dat op
9 Juli jl. tijdens een vlucht is beschadigd.
De bestuurder, de heer J. van der Meer,
bleef daarbij ongedeerd. De heer van der
Meer verklaarde bij dit nader onderzoek,
dat hij te ongeveer 12 uur was opgestegen,
opgesleept door een motorvliegtuig. Van te
voren had hij gevraagd of er een valscherm
ter beschikking was, doch daarop heeft hij
een ontkennend antwoord ontvangen. Op
een vraag van den voorzitter*, mr. dr. D. A.
P. N. Kooien, antwoordde de heer van der
Meer, dat hij wist, dat een inzittende van
een zweefvliegtuig in het bezit moet zijn
van een deugdelijk valscherm en dat hij
willens en wétens de reglementen heeft
overtreden.
Voorts verklaarde de heer van der Meer,
dat er dien dag veel wolken waren, doch
dat hij, gezien zijn ervaringen op vorige
vluchten, van meening was, dat hij voldoen
de kon blindvliegen. Het toestel was echter
niet voorzien van de noodige instrumenten
voor blindvliegen en hij erkende thans dan
c-ok, dat hij zeer onvoorzichtig heeft gehan
deld om door de wolken te vliegen.
Als deskundige werd gehoord ir. A. G. von
Baumhauer, ingenieur bij den luchtvaart
dienst. Deze noemde het niet verantwoord
zonder valscherm de lucht in te gaan, ten
eerste omdat het tegen de voorschriften is
eD voorts met het oog op hét risico. Ook
noemde hy het opzettelijk blindvliegen zon
der instrumenten gevaarlijk en tegen de
goede gewoonte van de meeste vliegers. Er
kan volgens den heer von Baumhauer zon
der stabulo (vast horizontaal staartvlak)
wel aardig gevlogen worden, maar wensche-
lijk is dat niet.
De heer J. K. Hoekstra, instructeur bij het
Ned. Instituut voor zweefvliegen gaf ten
slotte als zijn ervaring te kennen, dat het
zeer lastig is blind te vliegen zonder sta
bulo en bochtaanwijzer. Deze ervaring heeft
hij aan verschillende vliegers medegedeeld,
doch hij gelooft niet, dat de heer van der
Meer daarbij was. De raad zal later uit
spraak doen.
DE WERKLOOSHEID.
Lichte stijging van de winterwerkloosheid,
die echter lager is dan in de drie
vorige jaren.
De directeur van den rijksdienst der
werkloosheidsverzekering en arbeidsbemid
deling deelt mede, dat in de week van 8
t/m. 13 November bij gesubsidieerde ver-
eenigingen met werkloozenkas waren aan
gesloten 469.800 personen (landarbeiders
met 73.700 leden zijn hieronder niet begre
pen).
Van deze 469.800 verzekerden was in ge
noemde week de geheele week werkloos
24.1 pet. (in de vorige verslagweek, 25 t/m.
30 October, wsa het percentage 23.1).
Het werkloosheidspercentage voor hen,
die de geheele week werkloos waren, was
in de eerste verslagweek van de maand
November in de laatste jaren als volgt:
193 425.8;
193 529.4;
193529.0;
193724.1.
Bij de organen der openbare arbeidsbe
middeling stonden op 13 November 1937
in totaal 376.339 werkzoekenden ingeschre
ven, onder wie 353.781 mannen. Van deze
werkzoekenden waren er 357.761 werkloos,
onder wie 341.115 mannen.
Blijkens een opgave van den directeur-
genei aal van werkverschaffing en steun-
verleening waren einde September 1937,
40.616 arbeiders geplaatst by een werkver
schaffing.
RAAD VAN AFGEVAARDIGDEN VAN
„ST. RAPHAëL".
Maandag begon in de Handelsbeurs te
Utrecht de vergadering van den Raad van
Afgevaardigden van „St. Raphaël", de R.
K. organisatie van spoor- en tramwegper
soneel.
In zijn openingsrede heeft de Bondsvoor
zitter, de heer L. H. Wigman, uit Amers
foort, allereerst het overleden lid der di
rectie van de Ned. Spoorwegen, ir. Van
Dijk, herdacht, voor wiens zielerust ter
vergadering werd gebeden.
Spr. belichtte vooral de verdiensten van
den heer Van Dijk voor personeelsaangele-
den en getuigde, dat hij voor de belangen
van het personeel steeds een gewillig oor
had.
Overgaande tot bespreking van het werk
van de organisatie, noemde spr. den toe
stand niet onbevredigend, al zal de terug
gang van het ledental gestuit dienen te
worden.
Ook de gepensionneerden hebben alle be
lang bij een sterke vakorganisatie.
Vooral nu de regeering te kennen heeft
gegeven, dat de korting op de Indische pen
sioenen op het punt staat ingetrokken te
worden, moet het geheele spoorwegperso
neel in beweging komen, wat alleen vrucht
baar kan geschieden, als de erkende organi
saties de actie leiden.
Bij het werk voor de tot stand koming
van het Reglement Dienstvoorwaarden, dat
1 October 1938 van kracht zal worden,
moeten in het byzonder de belangen van
het groote gezin behartigd worden.
De toestand van het personeel der laag
ste loonschalen en van de groote gezinnen
vraagt dringend voorziening.
Het is niet billijk, de noodzakelijke ver
betering op het motief „slechte bedrijfsuit-
komsten" af te wijzen, evenmin als de ge
rechtvaardigde verlangens en wensohen in
zake de dienst- en rusttijden om deze reden
onvervuld te laten. Te betreuren is het, dat
men bij het ministerie van Sociale Zaken
geen aanleiding heeft gevonden om
evenals voor andere bedrijven een on
derzoek voor te bereiden, in hoeverre de
spoorwegen er toe kunnen bijdragen den
geesel der werkloosheid te bestrijden en
te verminderen.
In verband met de herkiezing van de aan
de beurt van aftreden zijnde bestuursleden,
onder wie de voorzitter, bracht de heer H.
C. J. Venings aan de vergadering dank
voor het gestelde vertrouwen. Er waren
geen tegencandidaten gesteld.
Een gebed voor Prins
Bern hard.
De werkzaamheden werden even onder
broken voor een mededeeling over den toe
stand van Z.K.H. Prins Bernhard. Er wer
den een Onze Vader en een Weesgegroet
voor den patiënt gebeden.
De mededeeling, door den vorzitter ge
daan, maakte op allen een diepen indruk.
Bij de behandeling van de begrooting
werd de wenschelijkheid betoogd van een
uniforme contributie voor de Standsorga
nisatie. Het vraagstuk is reeds meermalen
aan de orde geweest en gestreefd wordt
naar een oplossing.
Na bespreking bleef de contributie, zoo
als ze vastgesteld is voor de gepension
neerden, ongewijzigd.
Besloten werd een bedrag van ƒ200 op
de begrooting uit te trekken als subsidie
voor het „Kanunnik Van Schaik-fonds".
De begrooting werd goedgekeurd met een
totaalbedrag van ƒ86.723.20.
Met meerderheid van stemmen werd be
sloten, in 1938 den Bondsdag te Eindhoven
te houden.
De vergadering van den Raad van Afge
vaardigden zal worden gehouden te Heer
len.
Dan werd overgegaan tot behandeling
van diverse wijzigingen van statuten en
huishoudelijk reglement.
Hierop werd de vergedering verdaagd.
R.K. Staatspartij.
Tot voorzitter van den kring Arnhem
Nijmegen der R.K. Staatsparty is geko
zen de heer C. W. J. van Koeverden in de
plaats van mr. E. H. J. Baron van Voorst
tot Voorst, die geen herbenoeming mee
kon aanvaarden.