TORNADO TEISTERT «SOROGEDOOG». De avontuurlijke opdracht FEUILLETON Naar het Engelsch bewerkt door T. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden) 36 Ze knikte. Heusch, Marian? Geen uitvluchten achteraf? Werkelijk niet. Waar treffen we el kaar? Lindsay fronste de wenkbrauwen. Het hotel was buiten kwestie. Het zou bij ma dame Marnier moeten zijn. Geen prettig deel van de stad, maar bij Marie Marnier was het veilig. Het was een jaar of tien ge leden, dat hij haar het laatst gezien had maar hij schreef haar ieder Nieuwjaar en kreeg prompt 'n paar regels hanepooten als antwoord. Hij liet Marian los, ging naar de schrijf tafel en schreef in drukletters een adres op een stuk papier. Kom morgen aan dit adres of eigen lijk neen het is vandaag om hoe laat kun je komen? Tusschen haakjes, wat zijn dat voor menschen, met wie je in Parijs bent? Zij is een nicht van tante Louise Merson heet. ze. Na de thee gaat ze altijd rusten. Hij dacht na. Hij kon Marian in het donker niet alleen naar Marie Marnier laten komen. Kun je om vijf uur uit het hotel weg? Ik denk van wel. Mooi. Sla dan links af en loop naar den eersten hoek. Daar zal ik op je wach ten. Nu moet je gaan. Wacht tot ik ge keken heb of de kust vrij is. Toen met zijn hand op den knop, sloeg hij zijn arm nog eens om haar heen. Ben je blij, dat ik niet dood ben? Toen ze weg was, knipte hij het licht uit en liep in het donker naar zijn kamer te rug. Hij had zijn eigen deur nog niet be reikt of de stilte van de zitkamer viel op hem neer. Restow was niet meer aan het snurken. Het vertrek scheen vol van een gespannen, luisterend zwijgen. HOOFDSTUK XXV. Den volgenden morgen was er een zekere plechtstatigheid in Restow's manier van doen. Hij dronk zijn koffie en brak zijn knapperige broodjes met onmisken- baren zwier. Hij deed Lindsay aan een ac teur in een ouderwetsch heldendrama denken. Toen de millionair klaar was met zijn ontbijt leunde hij achterover in zijn stoel en merkte met een gewichtig air op: Ik geloof absoluut niet in het nut van duels. Lindsay reageerde hierop met geen woord. Hij kende Restow nu al voldoende om te weten dat dit ook niet van hem ver wacht werd. Het was Algerius voldoende toevertrouwd om zichzelf met een mono loog te amuseeren. Ik kan elk oogenblik een uitdaging tegemoet zien, vervolgde hij abrupt, en als dat gebeurt, weet je wat ik dan ten antwoord geef? Neen, dank je wel; duelleer maar in je eentje als je met alle geweld duelleeren wilt! Hij zou zijn alleenspraak zeker vervolgd hebben, als er niet. juist op de deur was geklopt. Twee heeren, om door een ringetje te halen traden binnen; de een klein, donker en nog tamelijk jong de ander ouder, zwaargebouwd en met iets militairs in zijn voorkomen. Restow was opgestaan om hen te ont vangen. De oudere heer stelde zich voor als monsieur Denoyer en zijn begeleider als M. Gcorgius Martel. Het is mij een bijzonder voorrecht kennis met u te maken, verklaarde Restow stralend. Misschien kunt u het doel van ons be zoek wel vermoeden? stak monsieur De noyer van wal. Ieder doel, dat mij het genoegen van uw komst ver&haft, kan mij niet dan aan genaam zijn, antwoordde Algerius met een hoofsche buiging. We zijn hier, monsieur, als vrienden van Charles Aresne. Restow glimlachte minzaam. Dat gele schoothndje commenta rieerde hij in het Engelsch om in het Fransch weer te vervolgen: Maar ik ik ken geen meneer Aresne. Toch hebt u hem beleedigd gister avond ih het restaurant van dit hotel. Is het mogelijk? We zijn gekomen om uw verontschul digingen in ontvangst te nemen en indien die achterwege blijven een ontmoeting voor te bereiden. Restow spreidde in een soort wanhoops gebaar de handen uit. Maar ik heb uw vriend al eens ont moet en ik verzeker u, dat dat meer dan ge noeg is. Ik heb niet de minste behoefte aan een nieuwe ontmoeting. Beide heeren verstrakten merkbaar. Maar u kunt een uitdaging niet af wijzen, protesteerde Denoyer. En waarom niet? informeerde Restow. De vrienden van monsieur Aresne keken elkaar aan. Toen barstte de jongste uit: Dan, monsieur, bent u een lafaard! Restow schudde luchtig het hoofd. Neen, dat is de kwertie niet. Uw vriend is mij niet sympathiek, maar daar om wensch ik hem toch niet te dooden. Of door hem gedood te worden! Ver onderstelde de oudste sarcastisch. Ik zou er niet om treuren, als hij het tijdelijke met het eeuwige verwisselde, maar ik heb, zooals ik zei geen bepaald verlangen hem te dooden. Het zou mijn vrouw onaangenaam aandoen en daarbij als ik ieder manneke, dat me aan een schoothondje doet denken, naar de andere wereld moest helpen, hield ik geen tijd over voor waardevolle amusement. Ge lukkig voor monsieur Aresne, dat ik geen liefhebber ben voor dat soort uitspanning; anders werd het tijd zijn begrafenis aan te besteden. Ik herhaal, dat u een lafaard bent, voegde de jonge, donkere man hem ge prikkeld toe. U vergist u, antwoordde Restow kalm. =- Fothering, beste kerel, wendde hij zich daarop in het Engelsch tot Lindsay, deze heeren hier komen mij uitdagen tot een duel en daar het droevig gesteld is met je Fransch, heb je niet gehoord, dat ze me voor lafaard hebben uitgescholden, om dat ik weiger te duelleeren. Nu ga ik hen bewijzen, dat het geen lafheid van me is; ik zal ze laten zien, wat er met hun dier baren vriend zou gebeuren, als ik niet zoo'n goedmoedige ziel was. Z-n je zenu wen vanmorgen in goede conditie, hè? Zooals. gewoonlijk, verklaarde Lindsay ernstig. Restow sprak weer in het Fransch verder. Mijne heeren, ik noodig u uit tot een voorstelling, die u een improvisatie in den trant van den beroemden Willem Teil, zaliger nagedachtenis, zoudt kunnen noe men. 't Lykt misschien 'n beetje afgezaagd, maar u zult ongetwijfeld een en al span ning zijn om te zien of mijn waarde se cretaris er een paar vingers bij inschiet en bij uw vriend monsieur Charles terug- keeren met de mededeeling dat hij zich ge lukkig mag prijzen den dans ontsprongen te zijn. Hij wierp een snellen, plaagzieken blik naar Lindsay, en klapte toen in zijn han den, en terwijl zijn gezicht zich in een bree- den glimlach plooide. Allons! Allons! Allons! Met een paar veerkrachtige stappen was hij bij de tafel en greep een banaan van een fruitschaal. (Wordt vervolgd). Fab»leksmeisjes riepen Koning Leopold van België een hartelijk welkom toe bij zijn bezoek aan eenige industrieën te Stratford Wachtend op de jury tijdens de Engelsche nationale honden- tentoonstelling te Birmingham Ue minister van Waterstaat, mr dr. ir. J A M van Buuren (x), bracht Vrijdag een bezoek aan de schoenfabriek te Bunschoten, waar vele broodeloos geworden visschers uit Spakenburg en Bunschoten werk hebben gevonden 3)e Van het strijdtooneel in China. Japansche soldaten trachten een trein die Chineesche troepen vervoerde en door hen tot ontsporing werd gebracht, weer op de rails te krijgen om voor hun *ioen doeleinden te gebruiken Een laatste eerbewijs. De Belgische minister van Verkeer, Jaspar, hecht een deeeratie aan de lijkkisten met het stoffelijk overschot der leden van de bemanning van het vliegtuig dat te Ostende veronqe'ukte De hooge commissaris van Nieuw Zee land, mr. Jordan, in gesprek met de aviatrice Jean Batten tijdens de receptie te Londen ter harer eere Een tornado teisterde de tabaksonderneming -Sorogedoog" gelegen tusschen Djokja en Goenoeng Kidoel. waardoor enorme schade werd aangericht. Vijftien loodsen werden vernield en de aanplant grootendeels vermetiod. Een foto van de verwoesting

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9