VISSCHEN MET DE «ZEGEN». De avontuurlijke opdracht De begrafenis der slachtoffers van de ontzettende ramp der T. 13 had Vrijdag j I. te Soerabaja plaats met militair eerbetoon. Tijdens de aangrijpende plechtigheid aan de groeve De bekende tenor Louis van Tulder is Donderdagavond bij het concert onder leiding van prof. dr. Willem Mengelberg in het Concertgebouw te Amsterdam gehuldigd ter gelegenheid van zijn zilveren jubileum. Dr. H. P. Heineke, voorzitter van het bestuur van het Concertgebouw, overhandigt den jubilaris (links) de bronzen medaille Visschen? Dat is «teeling». Je kunt 't, of Je kunt 't niet Wist dat de meest driftige mensch er een engel van geduld bij wordt?» Visschen met de zegen is geen sinecure Als het groote net oordeelkundig is uitgelegd (boven), volgt het inhalen (midden), dat met beleid moet geschieden. De rijke buit (onder) vergoedt den zwaren a»berd echter ru'mschoots De burgemeester van s Hertogenbosch, mr F J. van Lanschot, toonde Don derdag zijn belangstelling op de Bossche veiling, waar met minder dan honderd duizend KG appelen werden aangevoerd Safety first. Verdachte Arabische figuren in Palestina worden zonder pardon aangehouden en gefouilleerd FEUILLETON Naar het Engelsch bewerkt door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden). 12) Lindsay kocht een krant en bleef een oogenblik onder een straatlantaarn staan om naar de vetgedrukte letters te zoeken die hij verwachtte te zullen zien. Na en kele seconden staarden ze hem aan. „Droevig vliegongeluk. Dood van veel- belovenden auteur. Bruidegom, die Zaterdag in het huwelijk had zullen treden." Hij las de kolom door. Peel Anderson had zijn werk goed gedaan. Zyn verkla ring luidde zooals afgesproken was. Hij had midden boven het Kanaal omgekeken en tot zijn onbeschrijfelijke ontzetting be merkt, dat zijn passagier verdwenen was. Mr. Trevor had tevoren geprotesteerd, dat hij vastgebonden moest worden en slechts met grooten tegenzin toegegeven. Hij had niet meer naar mr. Trevor gekeken na het verlaten van de kustlijn. Hij had toen niet opgelet of mr. Trevor nog vastgebonden zat enzoovoort, enzoovoort. U doet beter niet zoo lang onder die lantaarn te blijven staan, waarschuwde miss Agnes. Ze vervolgden hun weg en kwamen wel dra bij de particuliere ziekeninrichting waar Trevor Fothering de laatste tien da gen doorgebracht had. Ze werden ver wacht, want mr Fothering's verpleegster, een knappe, blonde, jonge vrouw deed open zoodra ze gebeld hadden. Ze bracht hem in een klein kamertje rechts, nam Lindsay's overjas, das en hoed aan en ver liet het vertrekje weer, de deur achter zich sluitend. Ze had geen woord gespro ken. Ze hoorden haar naar boven loopen en na een paar minuten klonken weer voet stappen van meer dan een persoon. Miss Agnes stond op, gaf Lindsay een ferme hand, zei: „Veel succes!" en ging heen. Door de deur ving hij een glimp op van zijn vroegere overjas verder niets. Er was niet veel combinatievermogen voor noodig om tot de conclusie te komen dat Froth er zich in gehuld had Neen, niet Froth Willam Jones William Jones, die naar Madeira vertrok. Van nu aan was hij Froth. Hij hoorde de voordeur dichtvallen ach ter miss Agnes en William Jones. Toen ging zijn deur open en de verpleegster wenkte hem. Ze wachtte niet tot hij meeging, maar liep vlug naar boven, naar een kamer, links van het portaal. Lindsay volgde haar in wat klaarblijke lijk Trevor Fothering's verlaten kamer was. Later vond hij dat dit het eigenaardigste moment in de heele gedaanteverwisseling was geweest. raar lag Forth's heele heb ben en houden een half-gepakte koffer op den stoel aan 't voeteneinde van het bed; een open la, met brieven en sigaret ten, wat los geld op de toilettafel, zijn kam en borstel spons pyama Lindsay moest zich met al die dinge vertrouwd ma ken, ze als zijn persoonlijke bezittingen leeren beschouwen. En deksels hoe stond hem dat tegen! Hij had vergeten de deur te sluiten en de Zuster duwde die dicht. Toen kwam ze vlak voor hem staan en keek hem goedkeurend aan. Nu, zei ze, dat heeft ze netjes ge daan, hoor! Vindt u, dat de gelijkenis gelukt is? Ongelooflijk! Als ik hem niet zoo juist uitgelaten had, zou ik mezelf vergist hebben. U hoeft heelemaal niet bang te zijn u zult het er schitterend afbrengen. Natuurlijk, iemand, die hem goed gekend heeft zal toch wel een zeker onderscheid opmerken, dat niet onder woorden te bren gen is. Maar dat zal hy geneigd zijn aan het ongeluk toe te schrijven. Ik bedoel wel ik geloof, dat het een kwestie van karakterverschil is. En waarom denkt u dat? Ze begon te lachen. Nu, ik zou me niet kunnen indenken, dat ze hem voor het werk zouden uitzoe ken dat u moet doen hij heeft er de courage niet voor. Courage of niet, het was toch z ij n taak, antwoordde Lindsay, dus iemand moet hem er toch voor hebben uitgezocht. Ze lachte weer. Dat deed hij zelf. Hebt u dat niet ge hoord? Lindsay herinnerde zich nu, dat mr. Smith iets van dien aard te verstaan had gegeven. Hij heeft mij' alles er van ver teld, ging de verpleegster voort. Toen de laatste 't bijltje er bij neerlegde was h ij in Parijs en had kans gezien zich bij Restow in te dringen. Daarop schreeft hij op zijn eigen houtje aan den Geheimen Dienst, deelde hen iets mede, dat hij opgevangen had en bood aan hen van inlichtingen te voorzien. Hij had te voren een paar karwei tjes opgeknapt, maar nooit werk van be- teekenis. Hij kende den man, die zich te rugtrok en hengelde naar het "baantje tenminste dat is wat h ij mij verteld heeft. Lindsay was van meening, dat hij beter zelf met Fothering had kunnen spreken, om verschillende bijzonderheden uit zijn eigen mond te hooren. Dat had hij ook te gen miss Agnes gezegd, maar die wilde er niets van weten.1 Hij herhaalde het thans tegen de verpleegster. Veel te gevaarlijk, zei ze. Ik zie niet in, waarom. Hij weet niets omtrent u en dat mag ook onder geen voorwaarde. Wat weet hij in vredesnaam dan wel? Dat hij het land verlaat. En hij zit zoo in doodsangst, dat het hem verder ook niets interesseert. Weet u, waarom hij zoo in doodsangst zit? Neen. Hij praat betrekkelijk vrijuit en dan is er plotseling niets meer uit hem te krijgen. Vertelde hij nog iets van belang? Hij sprak graag over zichzelf, ook over Restow, maar binnen zekere grenzen, waar hij zich niet buiten waagde. We zou den niet geweten hebben, dat er iets bij zonders aan de hand was, als hij niet in slaap had gepraat. Ze aarzelde een se- sonde en voegde er bij: Ik heb notities gemaakt, ik veronderstel, dat u ze gezien hebt? Hij had de notities in zijn zak. Even daarna, toen hy alleen was, ging hy op den rand van zijn bed zitten en las ze nog eens over: „Twaalf uur 's nachts. mompelde af en toe een woord verstaanbaar: Res tow francs Ik kan niet! Neen neen neen! Gilde en werd wakker. Hield mijn pols vast en herhaalde steeds weer: „Ik dacht, dat ze me te pakken hadden!" Ik zei: „Wie?" Hij: „Bent u daar, zuster? Geef me wat te drinken." Lag te soezen. Werd gillend wakker. Zei nogmaals: „Ik dacht, dat ze me te pakken hadden!" Ik vroeg: „Waarom zouden ze u willen pakken?" Hij: „Ik weet te veel. Ze vertrouwen me niet. Ik wilde...." Zweeg. Dutte weer in. La ter opnieuw aan het mompelen: „Als zij het weet ze weet het niet ze weet niets - ik ben zeker dat ze - neen!" Luister: „Neen!" Gilde: „Neen! Weer mompelend: „Als je har aanraakt, ik heb niet ik zeg je ik heb niet ik zal alles doen." Mompelde weer." Het was verre van duidelijk. Lindsay zou graag willen weten wie „Zij" was en hy veronderstelde, dat de gebroken zinnen er op wezen, dat ze het hadden ontdekt dat Froth een agent van den Geheimen Dienst was. Verder leek het of „zij" wie dat vrouwelijk wezen ook zijn mocht ge bruikt was om hem de duimschroeven aan te zetten. Lindsay leerde de notities uit het hoofd en vernietigde ze. Hij kon ze toch moeilyk meenemen naar Restow's huis. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 13