I
Z. K. H. Prins Bernhard te Den Heldei
L
Z. K. H. Prins Bernhard begaf zich Vrijdag ter gelegenheid van zijn bezoek
aan Den Helder aan boord van Hr. Ms. O 16 en maakte een vaartocht
buitengaats mede
Aan den voet van het Marinemonument te Den Helde»
legde Z. K H. Prins Bernhard ter gelegenheid van zijn
bezoek aan de stad Vrijdag een krans
Voor het eerst is in het bpaaina te ttaanem een zee-schip aangekomen
Het geldt hier een proef om voortaan voor Haarlem bestemde zee-schepen
rechtstreeks te Haarlem te lossen
Het Amenkaansche opleidingsschip voor de koopvaardij .Nantucket" is
Vrijdag in de Amsterdamsche haven aangekomen en nam ligplaats aan den
steiger der Holland - Amerika Lijn
Vlaggenpar ade aan boord van de
.Dempo" door het Indisch padvinders
contingent, dat op weg naar Neder
land is ter bijwoning van de Wereld
jamboree te Vogelenzang
In den Haagschen Dierentuin werd
Vrijdag een tentoonstelling van één
jarige planten geopend. De hortulanus,
de heer A. G. v. d. Wal, geeft onderricht
FEUILLETON
WELKOM THUIS
De wonderlijke belevenissen
van dr. Kaiserlien
door
WILL AMBERG.
(Nadruk verboden).
14)
„Dan heb ik het bewijs al!" zegt zij met
een triomfantelijk lachje. „Ik ben namelyk
vanmorgen op het Bevolkingsbureau ge
weest. De dr. Kaiserlien, die zich ander
half jaar geleden als huurder bij mevrouw
Reinhart aanmelde, heeft opgegeven, dat hij
op 12 November 1901 geboren is! Wilt u
een nog duidelijker bewijs, dat de man niet
werkelijk dr. Kaiserlien heet, doch zich
slechts tijdelijk dien naam heeft toege-
eigend?"
„U schijnt vanochtend al heel wat ge
presteerd te hebben", zegt Kaiserlien met
iets van waardeering in zijn stem. En dit
ontwijkende antwoord op de zakelijke me-
dedeeling van zijn secretaresse bewijst, dat
hij zich bij haar argumenten neerlegt.
„Ja", antwoordt zij kort, en met dezelfde
koppigheid ak die van haar chef tot haar
eigen advies terugkeerend, laat zij er op
volgen: „De politie zou zooiets echter nog
gemakkelijker kunnen vaststellen dan u en
ik."
Een tijdlang zwijgen zij. Aan de naburige
tafeltjes klinkt het gerinkel van glazen; ei
wordt geUehen en gepraat. Dit is niet de
geschiktste omgeving om met zijn gedach
ten alleen te zijn; Kaiserlien verlangt naar
het halfduister van zijn studeerkamer in
de villa aan het meer, waar hij rustig, zon
der gestoord te worden, op en af zou kun
nen loopen, zijn aandacht geheel concen-
treerend op de zaak, die hem bezighoudt....
Maar dat was voorloopig voorbij.
Hij fixeert Ina Heldt, doch deze staart
peinzend naar buiten, naar het troosteloo-
ze front van het Anhalter station aan de
overzijde van het Askanische plein.
Zij voelde zich blijkbaar gekrenkt om
dat hij weigerde op haar advies in te gaan.
Edoch, hij was nu eenmaal vast besloten
zonder, politie de zaak tot een goed einde
te. brengen; dat moest zij goed begrijpen
zonder zich onmiddellijk verongelijkt te
voelen.
„Misschien is het niet ongewenscht de
advocaten Vogt en Arnheimer eens op te
zoeken", zegt hij eindelijk op goed geluk
en slechts met het doel haar tot een ant
woord te dwingen.
„Daarmee bereikt u niets!" antwoordt zij
kort.
„Zij zouden in ieder geval een beschrij
ving van die beide kerels kunnen geven en
daarmee waren wij dan al een heel stuk
verder. Bovendien zou ik wel eens ophel
dering willen hebben over dit punt: Hoe
komt het, dat die beide advocaten niet be
merkt hebben, dat hun cliënten een val-
schen naam hadden aangenomen? Zou
heir misschien ook van een samenwerking
tusschen die heeren sprake zijn?"
.Stelt u zich eens voor, dat u een ad
vocaat noodig zoudt hebben om uw belan
gen te behartigen", meent Ina Heldt hem
opnieuw te moeten onderwijzen, „en u zou
zich bij hem onder den naam Muller of
Meier laten aandienen. Dacht u dan heusch,
dat die man eerst eens ging onderzoeken,
of uw naam wel juist is? En zou u zoo'n
onderzoek van hem verlangen? Als u in
zoo'n geval een verkeerden naam opgeeft,
dan is dat gewoonlijk in uw eigen nadeel
en niet in dat van den advocaat. Ik ben
er van overtuigd, dat die beide advocaten
zelfs op dit oogenblik nog niet weten, dat
hun vroegere cliënten Stolzenberg en Kai
serlien onder een valschen naam optra
den."
Kaiserlien met toegeven, dat zij zoo geen
streep verder komen. Nochtans dient er toch
iets te worden gedaan. Er moet toch er
gens een draad zijn, welke hem op het
spoor brengt van de verdwenen oplichters.
Men verdwijnt nu eenmaal niet zonder
meer. Het kwam er slechts op aan een of
andere list te vinden, waartegen zij niet
zouden zijn opgewassen.
Detective romans bevatten gewoonlijk
duizend mogelijkheden om op het spoor
van een misdadiger te komen; een handig
opgestelde advertentie in een van de bladen
of een zorgvuldige bewaking van de grens
stations, welke gepasseerd kunnen zijn. Bij
dat laatste kwam het er alleen maar op
aan, dat men er eenig idéé van had welk
grensstation bij oplichters de voorkeur
geniet. Hij zou ook bij de expediteurs kun
nen informeeren, of zij wellicht koffers
uit de perceelen Kantstraat 132 en Kurfur-
stendam 140, hadden vervoerd en waar
heenAlles kleine karweitjesmaar
kleine karweitjes, die intusschen heel wat
geld zouden kosten.
Gelddat wekt herinneringen op aan
de prozaische dingen van dit leven. Hij
neust behoedzaam in zijn portefeuille.
Honderd mark en wat klein geld heeft hij
nog bij zich, dat is niet veel. En daarmee
zullen geen geweldige resultaten te berei
ken zijn.... Maar gelukkig speelt ook nu
voor hem het geld geen rol.... Hij heeft
nog altijd zijn welvoorziene bankreke
ning.... Hy zou dus iets moeten opne
men. En dat kon hij beter vandaag doen
dan morgen.
„Het beste dunkt het me, dat ik onmid
dellijk bij de bank wat geld ga halen", zegt
hij luid.
Ina Heldt kijkt hem opmerkzaam, bijna
medelijdend aan.
„Wilt u nu naar den bank?"
„Ja. Als ik me haast, zal het loket nog
wel open zijn."
„Zal ik met u meegaan?" vraagt zij. Dat
klinkt nogal vermakelijk, zoo, alsof zij
meent, dat hij zonder haar assistentie zijn
boodschap niet goed zal doen.
„Dat is niet noodig", weert hij vriende
lijk, maar gedecideerd af. „Als u den mid
dag bij uw ouders wilt doorbrengen, heb
ik daar geen bezwaar tegen", voegt hij er,
even minzaam aan toe. „Alleen zou ik u
willen verzoeken mij tegen 6 uur in het
hotel hier op te bellen, zoodat wij onze
plannen voor morgen kunnen bespreken".
„Ik zal u zelfs vanmiddag om 3 uur al
opbellen", kondigt zij aan en daarvoor
heeft zij haar bepaalde reden.
TWEEDE DEEL.
I
Het noodlot is een zeer eigenzinnig ding,
dat zich niet door wiskundige berekenin
gen en logische analyses laat beheerschen
Volgens de wetten der logica zou Kaiser -
lien's lot zioh in ieder geval geheel anders
hebben moeten ontwikkelen, dan dit in
werkelijkheid het geval was geweest. Hij
eenig kind, voortgekomen uit het huwelijk
van een nuchter denkenden, organisatorisch
aangelegden grootindustrieel en een fijn
zinnige, teergevoelige schrijfster. Dat men
hem een zeer kostbare opvoeding gaf, dat
zijn jeugd bespaard bleef voor de zorg om
het dagelijksch brood, dat alles was nog
een gevolg van het millieu, waaruit hij was
voortgekomen. Daarna echter gebeurde er
iets, dat, wanneer het menschenleven lou
ter op verstandelijke overwegingen geba
seerd was, in zijn levensloop een ingrijr
pende verandering teweeg had moeten
brengen: de nauwelijks twintigjarige ver
loor kort na elkaar vader en moeder en
dat wel juist op een tijdstip, dat de inflatie
om zich heen begon te grijpen en menig
knap financier slapelooze nachten be
zorgde.
De student Heinz Kaiserlien, wiens eenig
contact met geld en geldswaarden tot op
dat oogenblik slechts daarin had bestaan,
dat hij maandelijks de hem door zijn va
der gezonden chèque verzilverde, was plot
seling eigenaar geworden van een om
vangrijk vermogen. Duizenden anderen,
die meer dan hij van belegging, beursza
ken, speculatie en economie begrepen, zou
den dit vermogen tijdens de infatie tot den
laatsten cent hebben verloren; zy zouden
geen rustig uur meer hebben gekend, pand
brieven, aandeelen en obligaties hebben
verkocht om dekking te zoeken in de een
of andere buitenlandsche valuta, zij zou
den dagen achtereen hebben geconfereerd,
met dankdirecteuren en andere financieele
en economische experts, beursnoteeringen
en wisselkoersen hebber verslonden om
dan in December 1923 na de volkomen sta
biliseering tot de ontdekking te zijn ge
komen, dat ook hun dagelijksche zorg en
voortdurende vrees hen niet voor een to
tale verarming hadden kunnen behoeden.
(Wordt vervolgd).