Bestrijding van ziekten van bloembolgewassen ZATERDAG 19 JUNI 1937 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 5 BRIEF UIT LUXEMBURG Onverwachte uitslag van de Volksstemming Is de invloed van de Communisten dan zoo groot of zijn er andere oorzaken? (Van een bijzonderen correspondent). Met groote meerderheid had de Tweede Kamer het wetsontwerp aangenomen, waarbij de communistische en andere re- volutionnaire partijen verboden werden. Teneinde nu deze wet een meer nuttig effect te doen sorteeren, wilde de regee ring de toepassing er van afhankelijk la ten zijn van een vrije volksstemming. De regeering leefde in de vaste veronderstel ling, dat de groote massa der bevolking het reeds aangenomen wetsontwerp zou goedkeuren en dat Luxemburg niet lan ger openlijk zou blootstaan aan allerlei propaganda en invloeden die niets anders ten doel hebben dan de omverwerping van het gezag, de vernietiging van gods dienst en beschaving. De uitslag van de volksstemming was echter zoo dat 72.300 personen tegen stem den en 70.375 burgers van oordeel waren dat het eenmaal aangenomen wetsont werp moest worden uitgevoerd. Hoe moet men een dergelijk teleurstel lend vonnis verklaren? Was het dan zoo moeilijk om zich een juist oordeel te vor men dat deze wet toch een weldaad voor het land moest beteekenen? Het vraagstuk was van alle kanten be sproken: de tegenstanders hadden open lijk hun bezwaren naar voren kunnen brengen en men zou gedacht hebben, dat de motiveering van het wetsontwerp zoo overduidelijk was, dat zelfs de leden der oppositie voor de aanneming van het wets ontwerp stemden. Trouwens deze wet lag geheel in de lijn van de Grondwet. Bo vendien had de Baad van State haar goedkeurend oordeel er over uitgespro ken, terwijl tal van gezaghebbende per sonen zich openlijk tot voorstanders had den verklaard. Van den anderen kant werden de kie zers zeker niet in een moeilijk parket ge bracht. Hun keuze kon niet twijfelachtig zijn; zij behoefden zich per slot van reke ning slechts uit te spreken voor of tegen het optreden der revolutionaire partijen. Daarom klemt de vraag: Hoe is het dan mogelijk dat een ordelievend volk, dat met godsdienstige gevoelens is bezield en waar het meerendeel der menschen ook praktisch rin godsdienstplichten vervult, hoe is het mogelijk, zoo vraagt de buiten wereld zich af dat bij een vrije volksstem ming een dergelijk merkwaardig resul taat werd bereikt. De eenige verklaring die wij hiervoor kunnen vinden is gelegen in de brutale leugencampagne, die door de tegenstan ders ontketend werd en die de gemoede ren ophitste zoodat er een felle verbitte ring ontstond, die men van nabij gekend moet hebben om haar volledig te kunnen begrijpen. Dit is echter wel zeker, dat wij sedert het einde van den wereldoorlog, toen Luxemburg bijna weggezonken was In een draaikolk van revolutie, zoo'n achaamtelooze laster nooit over ons land zagen komen. Om u eenig idee te geven, op welke wijze deze campagne werd gevoerd, en hoe men getracht heeft het naieve en lichtgeloovige volk te misleiden, laten we hieronder enkele uittreksels volgen uit artikelen in de pers, met eenige citaten en uitlatingen van bekende op de voor grond tredende personen. De lijstaanvoerder van de partij der boeren, middenstanders en werklieden mr. Pierre Prum, een zoon Van Emil Prum, den voormaligen leider van de Ka tholieke Partij, een gevierd spreker op groote vergaderingen, heeft een interpre tatie van het wetsontwerp gegeven, die totaal onjuist is en die natuurlijk bij de menschen een absoluut verkeerde indruk moest wekken. Hij beweerde n.L dat het wetsontwerp, waarbij de revolutionaire partijen zouden worden verboden, in strijd was met de grondwet, dat bij het aanne men van bedoeld wetsontwerp de burgerij onttrokken wordt aan den invloed van onafhankelijke en onpartijdige rechtban ken, om hen over te leveren aan de wille keur van een partijdige regeering en dat wanneer deze wet werd aangenomen op tyrannieke wijze een einde zou worden gemaakt aan het vrije woord der burgers. Hij durfde zelfs beweren, dat men ver volgd zou worden voor zijn eerlijke over tuiging, zonder dat men zich aan eenig vergrijp behoefde te hebben schuldig ge maakt. En de man, die dit schreef, was de leider der regeering in een tijd, die in onze harten nog zeer droeve herinnerin gen wakker roept. In het blad van de „Vrije Gedachten" vinden wij allerlei uitlatingen en gezeg den van bekende personen, die zich felle tegenstanders verklaren van het Wets ontwerp, waarbij een einde gemaakt zou worden aan de tyrannie der revolutionaire partij. In ieder geval is het heel merk waardig, dat ook hier weer de Vrijden kers de zijde kozen van communisten en andere revolutionairen. Een advocaat schrijft dan: „Ik heb slechts één verlangen, n.l. dat de vrouwen op 6 Juni het bewijs zullen leveren, dat zij in staat zijn om de beteekenis en strek king te begrijpen van deze wet en dat zij tevens zullen laten zien, dat, zoolang de vrouwen nog iets in de pap te brokken hebben, de vrijheid zal triomfeeren". Een dokter schrijft: „Deze wet betee- kent omverwerping van het voornaamste steunpunt van den Staat n.L de eerbied voor de wet". Een journalist is van oordeel: „dat door deze wet een reeks uitzonderingsbepalin gen worden ingeluid" en een ander intel lectueel durfde zelfs beweren: „door deze wet keeren we terug tot de algeheele sla vernij". Op die wijze is men er tenslotte in ge slaagd, om bij het volk den indruk to wekken, dat deze wet niets anders was als een „muilkorfwet". Het is wel erg teleurstellend, want de voorstellers hadden geen ander doel dan een gesloten eenheidsfront te vormen te gen de gebalde vuisten der volgelingen van Moskou. De algemeene woede en haat, die bij deze strijd rond een volks stemming tot uiting is gekomen, ging zelfs zoover dat men zelfs den persoon der te genstanders niet spaarde doordat men hen belachelijk maakte en hen openlijk als tyrannen bespotte. Is het niet verregaande dat men ons, Katholieken, die zoo dicht bij Duitsch- land wonen, waar wij iederen dag de ty rannie van een geniepige kerkvervolging kunnen aanschouwen, het verwijt durft maken, dat wij Hitlerneigingen bezaten. Men had toch moeten begrijpen dat de wereldbeschouwing van het Katholicisme lijnrecht tegenover de opvattingen van het nieuw-heidensche nationaal-socialisme staat! Heeft deze campagne dan succes gehad? Wanneer we ronduit onze meening moeten zeggen, dan durven wij verklaren, dat zelfs de menschen, die met de beste be doelingen bezield waren, door deze cam pagne in de war zijn gebracht. Het resul taat was dan ook van dien aard, dat noch de voorstanders noch de tegenstanders een dergelijke verhouding van het stern- cijfer hadden kunnen vermoeden. In ieder- geval is ons land door deze campagne in een weinig benijdenswaardige positie ge plaatst tegenover de mogendheden, die borg blijven voor onze neutraliteit. Zal ons land dan een prooi der communisten worden? Het zou niet juist zijn, wanneer men deze conclusie trok. De verkiezingen hebben een heel ander geluid doen hoo- ren. Resultaat der Kamerverkiezingen. Wanneer men de uitslagen der kamer verkiezingen nagaat, kan men niet anders zeggen dan dat deze voor de regeering buitengewoon gunstig zijn geweest. Hoe is dit raadsel dan te verklaren? Het kiezerscorps voelde zich na het be kend worden van den uitslag van de volksstemming misleid. Men wist dat men betreffende de politieke toestand ver keerd was ingelicht en daarom wilde men zijn vertrouwen openlijk uitspreken in de leiding der huidige regeering, waardoor de plannen van de tegenstanders verijdeld werden. Want heel de lastercampagne, die gevoerd werd tegen het wetsontwerp waarbij de communistische en revolutio naire partij ontbonden zouden worden, had slechts één doel: afbreuk te doen aan de meerderheid in het parlement om zoo doende de regeering omver te werpen. Waarom zal men zich wellicht afvra gen? Als voorwendsel werd opgegeven, dat men de belangen van het land beter zou behartigen en het welvaartspeil der burgers zou verhoogen, doch in werke lijkheid was achter die vrome houding slechts ellendige zelfzucht verborgen. Men wilde feitelijk slechts zeggen: „Sta op en ga heen, want ik wil die plaats inne men!" De meeste aanvallen waren gericht te gen de Minister-President, die reeds een tiental jaren het lot van het land in han den heeft en hij zou zeker niet zoo'n lang ministerieel bestuur gekend hebben, in dien hij geen werkelijke verdiensten had. Het resultaat der verkiezingen is dus zeer bevredigend geweest: de rechtsche ZILVEREN KLOOSTERJUBILEUM. Maandag a.s. zal het 25 jaren geleden zijn, dat mej. Petronella van der Lans, onder den kloosternaam van Maria Egbina, haar intrede deed in de Congregatie der Zus ters van Liefde onder bescherming van On ze Lieve Vrouw van Barmhartigheid te Til burg. Gedurende 17 jaren is de eerw. Zus ter Egbina hoofd van de R.K. Meisjesschool te Eindhoven, in welke stad zij zich vele vrienden heeft weten te verwerven door haar innemenden omgang met ouders en kinderen. De feestelijke herdenking is bij wijze van uitzondering speciaal ten gerieve van haar beide ouders, die nog in leven zijn, verplaatst naar Zondag 27 Juni a.s. en zal plaats hebben in het Liefdesgesticht aan de Pelikaanstraat te Leiden; alsdan zal op dien dag van half 5 tot half zes voor een ieder gelegenheid bestaan tijdens de te houden receptie de jubilaresse te compli menteeren, waarvan zeer zeker een dank baar gebruik zal worden gemaakt. partij behoudt al haar zetels, en in de beide kieskringen waar de stemming plaats vond, heeft zij het grootst aantal kiezers achter zich. De meerderheid blijft dus onaangetast, en, indien men ondanks dat zou vreezen dat het prestige van de regeering door de uitslag van de volksstemming geleden heeft, dan constateeren wij slechts het veelbeteekenend feit, dat de regeering na 10 Juni haar ontslag heeft aangeboden, doch dat de Groothertogin dit niet heeft willen aanvaarden. In de geweldige partij, die Luxemburg thans gestreden heeft, mag men het ze ker als een hoopvolle lichtstraal beschou wen, dat de Katholieke kiezers (een klein aantal uitgezonderd, die zich niet aan het gegeven advies hielden) een hecht aan eengesloten groep vormen, die vertrouwen stelt in haar partij. De sympathie die de Katholieke Partij thans in Luxemburg geniet, heeft zij geheel te danken aan haar programma, dat op christelijke beginselen geschoeid is. Zeker ook in de toekomst zal deze partij met verdubbelde kracht bestreden worden, doch door haar program steeds meer en meer te verwezenlijken, door de belangen der verschillende maatschap pelijke groepen met voortvarendheid te behartigen, door haar positie te verster ken met het voortdurend aanwerven van nieuwe leden, zal zij zich steeds meer ont wikkelen en daardoor de naam van volks partij waardig zijn en in de toekomst krachtdadig medewerken aan het hand haven van de openbare orde en rust en aan het verzekeren van de welvaart van het land. Uit het leven van wijlen Gaston Doumergue. oud-president der Fransche republiek. De thans ontslapen staatsman met wijlen Koning Albert van Belgie, den huidigen Koning Leopold en Prins Karei tijdens het bezoek van Doumergue als president van Frankrijk aan Brussel Wetsontwerp is ingediend Ingediend is een wetsontwerp, houden de bepalingen ter voorkoming en bestrij ding van ziekten van bloembolgewassen en bloembollen. Ten aanzien van bloembollenziekten gelden tot dusver de volgende wettelijke voorschriften voor den in-, uit- en door voer en het in voorraad hebben, enz. van bloembollen: le. Bollen en knollen van bloemgewas sen, die niet vrij zijn bevonden van voor planten schadelijke dieren en van plan tenziekten, worden niet ten in- of door voer toegelaten; 2e. Bollen en knollen van bloemgewas sen, die bij daartoe verrichte keuring niet gezond £ijn bevonden, mogen niet worden uitgevoerd; 3e. Door geelziek aangetaste hyacinthen mogen niet ten verkoop in voorraad wor den gehouden, te koop aangeboden, ver kocht, afgeleverd of vervoerd worden. Er bestaan op dit oogenblik geen wet telijke voorschriften, welke de bestrijding der bloembollenziekten zelf tot voorwerp hebben. Veel meer beperken de thans geldende voorschriften zich tot een ver bod tot het verrichten van bepaalde han delingen met door zieke aangetaste bloem bollen. De rechtstreeksche bestrijding van bloembollenziekten is tot heden een werk zaamheid van particulieren aard geble ven. Eenige zuiver privaatrechtelijke ver- eenigingen, zooals de vereeniging „de Hyacinth" en de vereeniging „de Narcis", welke groepen vormen van de Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur, hebben een keuring te velde in het leven geroepen, uitgeoefend door eigen keu ringsdiensten. Mede dank zij deze dien sten was reeds een niet onbelangrijke verbetering van het algemeene gezond- heidspeil der Nederlandsche hyacinthen en narcissencultuur bereikt, vooral, sedert door den plantenziektenkundigen dienst de keuringen van genoemde instellingen ook bij de afgifte van uitvoercertificaten voor dezen dienst werden betrokken, door bijzondere omstandigheden hebben echter in de laatste jaren deze vrijwillige keuringen veel van hare beteekenis inge boet doordat n.L in dien tijd tengevolge van de internationale economische ont wrichting de uitvoer van bloembollen in sterke mate is verminderd, blijkt er voor belangrijke partijen bloembollen geen be hoefte meer te bestaan tot het verkrijgen van een uitvoercertificaat, zoodat aan die vrijwillige keuringen de drijfveer van het eigenbelang in vele gevallen is ontnomen. Aldus kon het geschieden, dat een aantal bloembollenkweekers zich er op ging toe leggen, hunne bloembollen niet voor den uitvoer maar voor de bloemenproductie te telen, tengevolge waarvan niet onaan zienlijke hoeveelheden bloembollen aan de vrijwillige veldkeuringen werden ont trokken. Dat hiermede een ernstige be dreiging gepaard gaat voor de gezondheid van het Nederlandsche bolgewas, behoeft geen nader betoog. Vooral voor den uit voer van narcissen zijn de consequenties daarvan niet ongevaarlijk te noemen we gens de veelvuldig voorkomende narcis- vlieg, te meer nu de Ver. Staten van Noord-Amerika in 1936 weder voor den in voer van Nederlandsche narcissen zijn opengesteld. Daarnaast doen zich ook an dere ziekten, zooals de rot- en schurft- ziekten der gladiolen, het aaltjesziek, de vorusziekten en het geelziek der hyacinr then in die mate voor, dat moeilijkheden bij den uitvoer van bloembollen van daarmee besmette soorten niet zullen uit blijven. Maatregelen, waardoor de haar den der ziekten worden aangetast, kun nen niet meer worden gemist. Hiertoe zal het noodzakelijk rijn aan de thans door de bedrijfsgenoo- ten onderling getroffen voorzienin gen een wettelijken, dwingenden grondslag te verschaffen, waartoe dringende verzoeken van de betref fende organisaties den minister van landbouw en visseherij dan ook heb ben bereikt. Bij het nader hooren van de kringen der belanghebbenden bleek hem, dat ook andere, thans nog niet door particuliere organisaties ingestelde, bestrijdingsacties noodlg zullen zijn om den goeden naam van het Nederlandsche bloembolgewas on gerept te kunnen handhaven. Ter berei king van de meest gewenschte regeling op dit punt zijn ampele besprekingen ge voerd met een veelzijdig samengestelde commissie van vertegenwoordigers van het bloembollenvak.Het resultaat van dit overleg is neergelegd in dit ontwerp van wet, dat, eenmaal tot wet verheven, Ne derland op het gebied van de wering en bestrijding van bloembollenziekten aan de spits zal plaatsen. Het wetsontwerp laat in ruime mate speling aan het particulier initiatief, waar van de verdienste in de practijk alom wordt erkend. In artikel 9 is de kern van de voorge stelde regeling gelegen. Het stelt den betrokkene voor het alternatief zelf de bestrijding van de zich openbarende ziekteverschijnselen ter hand te nemen met inachtneming van de daartoe door den minister te stellen voorschriften, of van het con stateeren van die verschijnselen te bevoegder plaatse melding te maken. De Ned. Journalistenkring bood Vrijdag aan den leider der handelsmissie, die uit Zuid Amerika is teruggekeerd, een noenmaal aan, waarbij ook Z. K. H. Prins Bernhard aanzat V.l.n.r.: minister Gelissen, de heer G. Polak Daniëls, Z. K. H. Prins Bernhard en de heer Dekking

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 5