De Hollandia-roeiwedstrijden. 3)e £cicbcHe (Bou/tcvnt De Oude-Acht van Nereus, die Zaterdag het hoofdnummer van de te Alphen aan den Rijn gehouden Hollandia-roeiwedstrijden vóór Triton en Laga won Anderiessen, de aanvoerder van het Ajax-team, dat Zondag door een over winning op Feyenoord het voetbalkampioenschap van Nederland behaalde, wordt na afloop .op de schouders" naar de kleedkamer gedragen Het elftal van den bekenden Amsterdamschen Eerste-klasser Ajax, zooals dit Zondag in den wedstrijd tegen Feyenoord in het Ajax-stadion te Amsterdam door een 2 0 overwinning het voetbalkampioenschap van Nederland behaalde Het warme, zonnige weer der laatste dagen heeft Scheveningen goed ge daan. Een kijkje op de boulevard van de druk bezochte badplaats, zooals deze er Zondag uit zag John D. Rockefeller, de bekende Amerikaansche olie-magnaat, is op 98-jarigen leeftijd overleden FEUILLETON DE MOEIZAME WEG Naar het Engelsch door THEA BLOEMERS. (Wordt vervolgd.) 14) ,,'t Is een vredige plek, niet?" vroeg Chris tian na een stilte. „Ik houd van de eigen aardige manier, waarop de graven en de kruisen de helling van den heuvel schij nen te bestijgen, alsof ze dichter en dichter naar den hemel kruipen. Ik geloof vast, dat ik hier ook eens liggen zal." „Dat hoop ik niet", zei haar metgezel. „U denkt er toch niet over, hier uw dagen te eindigen?" „Waarom niet", en ze bukte zich om een klein, blauw bloempje te plukken, „mijn werk is hier en zal waarschijnlijk altijd hier zijn." „En bent u gelukkig in dat vooruitzicht"? informeerde hij, neerziend op haar afge wend gelaat. „Ik ben tevreden", verklaarde ze. „Ik heb mijn oom beloofd, een bepaald ding te doen als ik kan." „Maar", sprak hij langzaam, „wanneer, zooals u gelooft, uw ader in mijn claim te recht komt, wat dan?" Ze wierp haar hoofd uitdagen achterover, wat haar iets jongensachtig gaf. „Als dat zoo is, dan zal ik tekort gescho ten zijn", antwoordde ze, „maar dan zal 't mijn schuld niet zijn, buitendien heb ik als dat gebeurt, een plan." „Is 't een geheim?" vroeg hij als van zelf. „Ja, was 't bezadigde antwoord. „Ik zou 't u intusschen ook wel kunnen zeggen, mo gelijk slaag ik niet, ziet u." „De meest krachtdadige wijze zou zijn, mij uit den weg te laten ruimen", zei hij met een korten lach. „Daar heb ik over gedacht", klonk het kalm, „maar dat zou nog niet afdoende zijn, want natuurlijk zoudt u den een of andere bloedverwant hebben, die uw bezit tingen zou erven en het werk zou voort zetten." „Zoo, u hebt dus een verradelijke aan slag op mij beraamd?" Ze knikte met een ondoorgrondelijk ge zicht. „Natuurlijk voor u kwam", sprak ze ter loops, „ik heb dat idee allang laten va ren." „O, en waaraan heb ik mijn redding te danken?" vroeg hij met een licht sarcasti sche buiging in zijn prettige stem. „Mijn persoonlijke charme, mijn verstandelijke gaven, of wat?" „Ik weet 't niet", kwam 't er nadenkend uit. „Ik vermoed dat 't hoofdzakelijk is, omdat u altijd zoo vriendelijk tegen Gaddy geweest bent." „Zoo? Dat is een reden, waarom Gaddy en ik nog dikkere vrienden moesten zijn dan ooit", zei hij. „Zonder twijfel zal dat gebeturen," was 't gelijkmatige antwoord. Warwick was zich, achter een gevoel van wrok, bewust van een onverklaarbaar op komende teederheid jegens dit eenzame, jonge meisje dat zich aan geen wetten on derwierp en door 't noodlot in de wilder nis terecht gekomen, vechten moest tegen zulke overweldigende dingen." Zijn gezicht drukte zijn gedachten echter niet uit. „Nu, ik heb vertrouwen in u", zei hij met een eenigszins norsohen glimlach, „mis schien zullen we eens vrienden zijn. Onder- tusschen kunnen we elkaar misschien hel pen om het leven in dit eenzame oord dra gelijk te maken." „Maar ik heb geen hulp noodig om mijn leven draaglijker te maken", meende ze. „Ik ben heel tevreden, zooals ik u al gezegd heb." „Hebt u boeken?" vroeg hij; „kan ik er u misschien wat leenen? Ik heb een kist vol boeken en nogal groote verscheidenheid, vind ik. Zoudt u ze graag willen lezen?" „Natuurlijk wil ik dat graag." „Dan zal ik Mike sturen met een kleine zending om mee te beginnen", sprak hij. „Graag." Betsy hinnikte als een aanduiding dat ze 't wachten moe was. „Meneer Warwick?" zei Christian plotse ling. „Ja, ik ben geheel oor", antwoordde hij toen ze verder zweeg. „Ik vraag me af, of u een raad van mij zoudt willen aannemen." „Natuurlijk wel", sprak hij, met zijn ern stige grijze oogen op haar neerziend. „Ik geloof", ging ze voort zonder hem aan te kijken, „dat u heel voorzichtig moet zijn voor de lui, die u ontslagen hebt. Ik heb heel verontrustende dingen gehoord." „Wat voor dingen?" „Verschillende. Ze zijn wraakzuchtig en hebben kwaad in den zin." Hij lachte zorgeloos. „Ik wil u graag een goeden raad teruggeven. Ga niet meer al leen uit in 't donker, dat is voor een jong meisje gevaarlijk. De helft van de mijn werkers zijn niet meer dan wilden en om kort te gaan, u moest 't niet meer doen." „Hoe denkt u, dat ik deed, vóór u kwam?" vroeg ze haar wenkbrauwend op trekkend. „Dat weet ik niet en raakt mij niet, maar nu ik hier ben, verontrust het mij. U wilde 't mij laatst niet beloven." „Wat moet ik beloven? Dat ik mijzelf in een glazen kastje zal opsluiten, omdat uw idealen over vrouwelijke vrijheid verschil len van de mijne?" Zijn gezicht betrok. „Hebt u Owen sipds dien avond nog ontmoet?" vroeg hij haas tig. „Neen". „Ik geloof, dat de vent verliefd op u is, weet u?" „Ja, ik geloof, dat hij dat denkt." Terwijl ze sprak, sprong ze licht in 't zadel en Betsy ging er in galop vandoor. Christian wuifde met haar zweep tot af scheid en was spoedig uit het gezicht. IX. Warwick deed zijn belofte gestand en zond Mike den volgenden dag naar Carolay met een flinken stapel boeken. Toen Gaddy en Milly allebei naar bed waren, opende Christian 't pakje en maak te zich gereed voor een aangenaam uurtje bij het open slaapkamerraam, want hel weer was ongewoon warm voor den tijd van 't jaar. Er was 'n zestal romans, wat reisverha len en 'n paar gebonden nummers van tijd schriften. Onderop lag een mooi gebonden bundeltje gedichten van Rosetti. Toen Christian dit laatste opensloeg, verschoot ze eeniszins van kleur en hield den adem in, want op 't schutblad stond met fijne vrou wenhand geschreven: „Aan Evan Warwick, van zijn liefhebbende vrouw, Louise". Ze legde 't boek neer en zat een poos geheel stil voor de eerste maal realisee- rend, in welke mate zij dezen man, die toch eigenlijk een vreemde was, had toe gestaan zoo haar gedachten in beslag te nemen. Dus waren Owen's verdachtmakingen waar geweest. Ze herinnerde ze zich nu en voelde een doffe, zware pijn in 't hart; 't was een wreede schok voor haar. Le was geen sentimenteel schoolmeisje, maar ze wist wat dit voor haar beteekende en goed ook. Ze deed geen poging de waar heid te verbloemen. Het beteekende, er kende ze, dat ze op weg was van hem te gaan houden, onbewust aan hem dacht, als of hij toehoorder was bij al haar daden en al haar, al dan niet uitgesproken gedach ten. Een paar maal sinds kort, had ze zich verbeeld, dat hij belangstelling voor haar had, maar, „hij is getrouwd", herhaalde ze telkens en telkens weer. Dat veranderde alles, 't Was vreemd, dat hij nooit over zijn vrouw had gepraat, zelfs niet in de verste verte op haar gezinspeeld had. Misschien waren ze niet gelukkig samen, misschien misschien maar er waren duizend „mis- schiens" mogelijk. Zooals reeds gezegd, was Christian niet sentimenteel en ze had geleerd op zichzelf te vertrouwen en haar innerlijke gevoe lens onder bedwang te hebben. (Nadruk verboden).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 8