S)e £cicbcli^6ou4omt De Varsity te Amsterdam. FEUILLETON DE MOEIZAME WEG Naar het Engelsch door THEA BLOEMERS. (Nadruk yerboden). h I. Het was in April en vrij warm, toen een man langzaam door de Kootenay vallei kwam aanrijden. Hij was breedgeschou derd, had een levendige oogopslag en maak te een sympathieken indruk. Bij 't omslaan van een scherpen bocht van den weg, kwam een parmantige klei ne jongen in 't gezicht, die met de han den in de zakken van zijn overall en met een gezicht alsof de heele wereld hem toe behoorde, voortslenterde. Toen hij den man zoover genaderd was, dat hij zich verstaanbaar kon maken, riep de jongen met een schelle, doch gebiedende stem: Hei daar! Wie bent u? Handen in de hoog te, vriend! Dit is geen publieke weg!" De aldus aangesprokene lachte hartelijk en hield zijn paard in. Toen stak hij zijn hand uit. „Spring op", zei hij, toen het ventje vlak voor 't paard stilhield. 't Kind aarzelde, greep toen de vriende lijk toegestoken hand en sprong. „Hoe heet u?" vroeg hij, toen hij 't zich gemakkelijk had gemaakt. „Ik heet Evan Warwick", antwoordde de ruiter ernstig. „En hoe heet jij?" „Mijn naam is George Alexander Dun can, en ik ben al 7 jaar, maar ik word al tijd Gaddy genoemd." Na een oogenblik zwijgen voegde hij er aan toe: „Zeg, ik veronderstel, of liever gezegd ik hoop, dat u niet toevallig den- gene bent, die de Barnethan claim heeft gekocht?" „Die ben ik wel, Gaddy", hernam de an der. „Maar waarom vraag je dat? Heb je speciale belangstelling voor de claim?" „Ik ben een groot vriend van juffrouw Cunninghame", vertelde hij. „En ik geloof, dat ik maar liever wil af stappen." „Maar waarom? Hoe heb ik 't nu, m'n jongen? Wie is juffrouw Cunninghame?" Gaddy sperde de oogen wijd open en keek zijn ondervrager verontwaardigd aan. „Wat, hebt u nog nooit van jufrouw Cun ninghame gehoord, van Christian Gun- ninghame?" klonk het verbaasd. „Zij is de eigenares van de Caroly zilver- en lood- mijnen." „Werkelijk? Daar wist ik niets van. Ik heb heusch nooit eerder over haar ge hoord." „Och kom", riep de jongen, „ik geloof er niets van. Iedereen kent juffrouw Cun ninghame, Chris heet ze eigenlijk. Ten minste, ik noem haar altijd zoo!" „Beste jongen, iedereen, is wel een beetje veel gezegd. Ik ken je vriendin niet en zooals ik je zooeven al zei, heb ik haar naam nooit eerder gehoord." „Onzin, dan bent u heelemaal niet „by". Waar hebt u in vredesnaam gewoond?" „Tot voor heel kort in Engeland", ant woordde Warwick lachend. „Juffrouw Cun- ninghame's roem is nog niet tot daar door gedrongen. „Maar ze heeft vroeger in Engeland ge woond", zei de jongen ijverig. „Ze is pas een paar jaar geleden naar Amerika gekomen. Ze vertelt er dikwijls van. Ze is een schat. Toen Mammie stierf was ik nog heel klein en toen heeft ze mij by zich genomen, 't Is gek, dat u haar in Engeland niet gekend hebt." „Engeland kan niet in de palm van je hand, mijn zoon", sprak de man. „Is die juf frouw Cunninghame een oudere dame?" ging hij voort. ,,'n Oudere dame? Oud, Chris oud? Dat is 'n goeie mop! Neen hoor, ze is 'n meisje, en een modi meisje ook, dat kan ik u ver tellen, tenminste dat vind ik." „Ik ben verlangend je vriendin eens te ontmoeten." En Warwick glimlachte ge amuseerd. „Maar dat is waar ook! Nu ik er goed over nadenk, herinner ik me, dat er een mijn is, die Carolay heet, en dat die mijn een paar mijl van Barnethan ligt. Maar ik heb nooit geweten dat die mijn 't eigendom van een vrouw was." „Ze heeft alles zelf in handen", antwoord de Gaddy trotsch. „Ze kan alles, dat wil ik u wel vertellen. Vanaf 't oogenblik, dat haar oom stierf, is zij hier niet meer van daan gegaan. Zoo is ze nu eenmaal. Als ik groot genoeg ben, trouw ik met haar. Maar, weet u", voegde hij er weifelend aan toe: „U moet 't maar niet akelig vinden, als ze in 't begin wat onaardig tegen u is." „Maar waarom zou ze onaardig tegen me zy'n?" informeerde zijn nieuwe vriend. „Ja ziet u, we hoorden dat iemand we wisten natuurlijk niet, dat u 't was de Barnethan claim had gekocht. Nu en, natuurlijk was Chris razend." „Maar waarom?" De jongen bewoog zich heen en weer. „Ik weet niet of ze 't prettig vindt, als ik 't u vertel" antwoordde hij, in twijfel zijn krullebol schuddend. „Maar, daar komt ze juist aan". Warwick richtte zijn blik naar de richting waarheen de jongen keek, en zag 'n lenige meisjesachtige gestalte, die vlug de rotsachtige helling aan zijn linker kant afdaalde. Toen ze ongeveer dertig meter van den weg af was, stond ze stil en hield de hand boven de oogen. „Ben jij dat, Gaddy?" riep ze met een lage, doch heldere en buitengewoon vèr- dragende stem. „Ja", was 't laconieke antwoord. „Goed geraden, ik ben 't." 't Meisje kwam dichterbij en Warwick zag, dat ze jong was, een goed figuur had en er vrij knap uitzag. Er was iets won derlijk schichtigs in haar gezicht zoo iets als de onschuldige waakzaamheid van een jong wild vogeltje een blik, die iets fascineerends had. Ze droeg een verschoten roode muts, ver over haar voorhoofd getrokken, een don kerblauwe rok, die nauwelijks tot haar fij ne enkels reikte en daarboven een vuur- roode blouse, met een breeden leeren riem om het middel. Warwick nam zwijgend zijn pet af en steeg van zijn paard Gaddy bleef waar hij was en zei terloops: ,,'t Is de man van de Barnethan claim, Chris. Hij heet Evan Warwisck, maar hij is heelemaal niet zoo als w(j dachten, heusch niet. Hij lijkt wer kelijk heel geschikt." Het meisje verstarde en richtte zich hoog op. „Bent u de eigenaar van de Barnethan claim?" vroeg ze met een bestudeerd koude stem. „Ja", antwoordde hy rustig. „Ik heb de Barnethan claim gekocht". „Aha", zei ze, met licht opgeheven kin. „We zijn landgenooten, hoor ik", ging hy voort, „en ik hoop, dat wij behalve bu ren, ook vrienden zullen worden." „Het is nauwelijks nabuurschap te noe men", antwoordde ze met een zorgvuldig onderdrukte vijandigheid in haar stem en manieren. „Niet? Ik had gedacht, dat in Canada een paar mijlen niet telden. Ik beschouw u en mijn nieuwen kameraad Gaddy ten minste als naaste buren", klonk het onverstoor baar. „Ik vrees geen tijd te hebben, nieuwe vrienden te maken", hernam zy uit de hoogte. „Ik heb 't heel druk. Wat Gaddy betreft hij zal wel doen, wat hij graag wil; hij is een erg ondeugende, ongehoor zame jongen." „Maar Chris", verdedigde de beschuldig de zich, „nu overdrijf je 'n beetje"; maar met een styve hoofdknik in de richting van Warwick, keerde 't meisje zich om en be gon de helling te beklimmen. Or.wilig liet Gaddy zich op den grond glijden. „Ze is een echte Iersche", mom pelde hy zuchtend. „Ik zal haar maar gauw achterna loopen en 't weer goed ma ken. Dag meneer, ik vind je 'n erg ge schikt type en ik weet zeker, dat je geen leelyke rol speelt met de Barnethan claim". (Wordt vervolgd). De nieuwe burgemeester van Maastricht, jhr. mr. W. Michiels van Kessenich, verlaat het gouvernementsgebouw Ter gelegenheid van den aanstaanden Moederdag schonk de Ned. Banket- te Maastricht na de eedsaflegging in handen van den bakkers Vereeniging honderd taarten aan het Gemeentelijk Tehuis voor commissaris der Koningin in Limburg mr. dr. W. G. A. van Ouden van Dagen te Amsterdam Sonsbeeck Een snapshot van de traditioneele studenten roeiwedstrijden, de Varsity, welke op Hemelvaartsdag op de roeibaan van het Boschplan te Amsterdam werden gehouden Het Genootschap .Liefdadigheid naar Vermogen" heeft te Amsterdam zijn jaarlijksche groote collecte gehouden. Ook de zilverentram ontbrak niet Te Breda werd Donderdag het groote jaarlijksche nationaal concours hippique gehouden, waarvan hierboven een snapshot De Amsterdamsche dierentuin mocht zich op Hemelvaartsdag weer in een druk bezoek verheugen in verband met den op dien dag gebruikelijk verlaag den toegangsprijs. Belangstelling voor de airaffe

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 9