Ceid^clic (Boii^ant
De boomgaarden in de Beemster staan thans in vollen
bloei. Een fraai tafreeltje in de omgeving van Purmerend
Dr. Chr. Th. Groothoft, die tot diree-
teur der Staatsmijnen is benoemd
Fleet Street te Londen is in feestkleed
gestoken voor de kroningsplechtigheden.
Een kijkje op de versiering van dit
belangrijk centrum der Engelsche
hoofdstad
Koning George VI en Koningin Elizabeth van Engeland hebben Dinsdag
in Westminster Abbey een repetitie in verband met de aanstaande
kroningsplechtigheid bijgewoond. Het vorstelijk paar bij het verlaten
van het gebouw
Een van de zeven Comenius-ramen, voorstellende den Vrede
van Breda, welke ramen Zaterdag in de Comenius kapel te
Naarden zullen worden onthuld. Deze ramen zijn door ver
schillende Tsjechische kunstenaars vervaardigd
Het Permanent Hof van Internationale Justitie behandelde Dinsdag de zaak betreffende de wateraffapping
van de Maas, welke door de Nederlandsche regeer ing tegen de Belgische aanhangig is gemaakt
FEUILLETON
DE VIERDE MAN
(Een gevaJ uit de practjjk van Inspecteur
Sanders, lid der Centrale Recherche),
door
UDO VAN EWOUD.
(Nadruk verboden).
50)
„Misschien zou men het als een der vele
attracties van het bal hebben opgevat", op
perde Wils en zonder eenigen overgang een
plotseling bij hem opkomende gedachte uit
sprekend, vervolgde hij: „Merkwaardig, dat
ik Adams niet herkend heb, toen ik hem
rakelings in de woning van zuster Robert
passeerde. De eenige reden, die ik hiervoor
kan opgeven, is dat nij een jas en een hoed
droeg, die ik niet van hem kende. Maar
toen hij daar zoo met den rug naar me toe
stond, heb ik toch onmiddellijk het gevoel
gehad, dat ik den man meer had gezien."
„Ja, wanneer we er toen in geslaagd wa
ren de hand op hem te leggen, zou ons dat
heel wat moeite bespaard hebben", ant
woordde Sanders. „En toch, Miel, ben ik
achteraf blij, dat hij door dat handigheidje
om z'n zuster in zijn gedaante naar de
tramhalte in de Linnaeusstraat te sturen,
kans heeft gezien onbemerkt te ontkomen.
Want wat wisten we toen van hem? Niets
immers !Hij zou het hebben kunnen doen
voorkomen, alsof hij in zijn kwaliteit van
amateur-detective een onderhoud met de
verpleegster wenschte te hebben. En wel
licht zouden we 'n dergelijke verklaring
hebben geaccepteerd. De bewijzen van zyn
schuld hebben we pas later gekregen: de
telegrammen, de verrassende confrontatie
met zijn zuster, de verklairng van de taxi
chauffeur, enz. Bovendien hebben we de
politie nog op het spoor gebracht van eeni
ge heeren, die ook noodig aan de samenle
ving moesten worden onttrokken. Daarte
genover staat, dat Hellinger eenige dagen
langer is vastgehouden maar daarvoor zal
hij zeker schadeloos worden gesteld."
„Nu je den naam Hellinger noemt", zei
Wils, na een korte pauze, „blijkt er nog
iets te zijn, wat me niet geheel duidelijk is.
Hoe is Adams er in geslaagd het briefje
waarin Leuvensteyn verzocht met den trein
van 7.10 te reizen, door Hellinger onder
teekend te krijgen? Ik begrijp nu wel, dal
het verhaal van dat jongmensch, dat het
bezwaren epistel zou hebben gebracht, ver
zonnen is, en dat niemand anders dan
Adams zelf het heeft opgesteld, maar de
kwestie van de handteekening is me toch
duister."
„De hoofdcommissaris in Rotterdam heeft
met Hellinger bij diens invrijheidsstelling
hierover ong een kort onderhoud gehad",
antwoordde Sanders, Daarbij bleek, dat Hel
linger eenige malen zijn handteekening
heeft geplaatst onder stukken, welke op de
aanvrage van de verlangde hypotheek be
trekking hadden. Hst vermoeden ligt nu
voor de hand, dat Hellinger een van deze
malen gemeend heeft, zijn naam onder een
dergelijk stuk te plaatsen, terwijl hij in
werkelijkheid schreef op een blanco vel pa
pier, dat Adams op een handige manier
misschien'zóó, dat de afscheiding der beide
vellen bedekt werd door een vloeiblad,
daaronder geschoven had. Zooiets is zeer
goed mogelijk. De procuratiehouder kwam
daardoor dus in het bezit van Hellinger's
handteekening, waarboven ruimte genoeg
was om er het verzoek aan Leuvensteyn
neer te tikken. Ik zou voor al die trouvoil-
les overigens aker eenige waardeering
kunnen kosteren, wanneer zij niet ten doel
hadden gehad een onschuldige te laten boe
ten voor hetgeen door hem werd misdre
ven. Die poging vind ik op zichzelf echter
zoo laag en zoo weinig, in overeenstem
ming met het eergevoel, waarop zelfs me
nige beroepsmisdadiger nog terecht prat
gaat, dat zij geen ruimte laat voor waardee
ring, in welken vorm dan ook. Trouwens",
zoo besloot hij, „m'n waardeering in deze
zaak gaat slechts één kant uit en wel in
richting van zekeren Emiel Wils, den eer
sten reporter van het dagblad „De Mer-
cuur". Jij hebt door dit unieke geval door
eigen scherpzinnigheid m'n belangstelling
weten op te wekken. Miel en nu alles ach
ter den rug is, kan ik je daarvoor slechts
dankbaar zijn."
Sanders stond op en stak den reporter
de hand toe, die deze aannam en in de zijne
sloot.
„Je hebt de politie een belangrijken dienst
bewezen, Miel", zei hij warm. „Ik vermoed
dat ik niet de eenige zal zijn, die je daar
voor hulde brengt, maar dat ook hoogere
autoriteiten zich geroepen voelen van htin
erkentelijkheid blijk te geven. Geen van
hen is echter in staat je hulp zoo op de
juiste waarde te schatten als ik en weest
er daarom van overtuigd, dat niemand haar
beter zal kunnen waardeeren.
Wils, die nu eveneens was opgestaan,,
klopte zijn vriend met de vrije linkerhand
lachend op den schouder.
„De rest spaar ik jer Wil. M'n belang
rijk aandeel in deze affaire wordt wel het
duidelijkst geillustreerd door m'n grenze-
looze verbazing bij de arrestatie van den
dader, in wien ik, tot voor eenige uren,
nooit meer dan een van m'n kennissen heb
kunnen zien. Laat mij er dus maar buiten.
De autoriteiten, waarvan je spreekt, zou
den in staat zijn eveneens m'n handig op
treden te Dusseldorf in herinnering te bren
gen en dan zou er van het aureool, waar
mee jij me nu omgeeft, niet veel overblij
ven. Wanneer mijn bemoeizucht in deze er
toe mocht hebbep bijgedragen de samen
werking met de politie in de toekomst nog
te bevorderen, ben ik meer dan genoeg be
loond."
„Bescheiden als steeds", antwoordde
Sanders, terwijl hij zich gereed maakte om
te vertrekken. „Maar toch was jij het, die
ons een draad in handen gaf. Dat ik er in
geslaagd ben dien draad tot het einde toe af
te wikkelen, is op zichzelf geen prestatie
Elke andere politieman zou daar in mijn
plaats eveneens n zijn geslaagd. Bij een
zaak ais deze komt het op de eerste belang
rijke ontdekking aan."
„Laten we niet wedijveren in bescheiden
heid, Wil", lachte de reporter. „Aan mfj dan
de eer van het goede begin en aan jou die
van de finishing toch. Zoc goed?"
„Accoord! En de middenmoot komt dan
voor rekening van rechercheur Evertsen,
die met dit aandeel, naar ik hoop, ook te
vreden zal zijn!"
Besluit.
De sensatie, welke het bericht over de
oplossing van het raadsel-Leuvensteyn In
het ochtendblad van „De Mercuur" ver
oorzaakte, was geweldig. Hoewel de op
lage van het blad voor deze gelegenheid
met eenige tienduizenden exemplaren was
vermeerderd bleek zij nog te klein om aan
alle aanvragen te kunnen voldoen en zel
den was het avondblad met zooveel span
ning verwacht als op den dag, volgende op
dien van de arrestatie der beide Roberts.
Hoewel ook de andere avondbladen natuur
lijk uitvoerige verslagen bevatten over de
wijze, waarop de arrestatie zich had toe
gedragen, voelde iedereen, dat slechts „De
Mercuur" van alles nauwkeurig op de hoog
te was en een serie artikelen van Wil'i
hand over de geruchtmakende moordzaak
vond dan ook eenige dagen lang duizen
den gretige lezers.
Daarna spitste men zich op de behande
ling van de zaak voor de rechtbank, doch
waar deze gebeurtenis samenviel met het
proces tegen Montagne, den beruchten
massa-moordenaar, bleek de belangstel
ling niet zoo groot als men aanvankelijk
had meenen te mogen verwachten. Het pu
bliek, dat nu ook de sensatie van over
de grens met lepels vol kreeg toegediend,
zag zich genoodzaakt aan elk der processen
een deel van zijn aandacht te schenken en
daarbij kwam dan nog, dat de behandeling
voor de rechtbank weinig nieuwe gezichts
punten opleverde.
Zooals inspecteur Sanders verwacht had,
weigerden de beide Roberts ook maar iets
los te laten over de internationale bende,
waarmee zij ongetwijfeld in verbinding
stonden. Wèl bleken zoowel de procuratie
houder als zijn zuster ter elfder ure te heb
ben ir.gt/.ien, dat hij het overstelpende be
wijsmateriaal waarover de justitie beschik
te, ontkennen niet zou baten, en nadat
eerst de verpleegster door de mand was ge
vallen, legde ook „Adams" spoedig een vol
ledige bekentenis af.
Z.O.Z.