STADS NIEUWS DONDERDAG 22 APRIL 1937 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. 2 HOE WORDT HET WEER 7 BETROKKEN. DE BILT SEINT: Meest matige Zuidelijke tot Westelijke wind, betrokken tot zwaar bewolkt, later wellicht opklarend, tijdelijk regen, aan vankelijk zachter. Hoogste barometerst.: 771.3 te Toulouse. Laagste barometerst.: 750.4 te Janmayen. Het minimum, dat gisteren over het ge- heele Westen in Centraal-Europa wind en buiig weer bracht, ligt thans over het Ska- gerak en vult geleidelijk op. Een nieuwe depressie vormt zich tusschen IJsland en Schotland. Het gebied van hoogen lucht druk in de Golf van Biyscaje neemt nog in beteekenis toe en heeft zich over geheel Centraal-Europa uitgebreid; dat in Finland verandert niet van plaats of beteekenis. Op IJsland is de luchtdruk langzaam stij gende. Geheel Centraal-Europa is over dekt met een zeer koude luchtmassa, die in midden-Duitschland helder weer brengt doch in de Alpen uiterst lage temperatu ren (Saentis minus 11 graden, Jungfrau- joch minus li graden, beiden met sneeuw val). Echter is de atmosfeertemperatuur boven Engeland en Ierland sterk gestegen er ligt aldaar een gebkd von zware be wolking met lichten regen, dat zich uit strekt tot ove. de Noordzee en het Kanaal. Het is te verwachten, dat dit regengebied zich ook tijdelijk over onze omgeving zal uitbreiden en gevolgd zal worden door be wolkt doch vast weer. LUCHTTEMPERATUUR. 10.7 gr. C. LICHT OP VOOR FIETSERS e. a. Van Dondtrdagnamiddag 7.39 ur tot Vrijdagmorgen 4.17 uur. HOOG WATER. Te Katwijk aan Zee op Vrijdag 23 April voorm. 1.30 en nam. 1.55 uur. sociale en economische instituten, maar vóór alles hebben wij daartoe veel nieuwe heiligen noodig. Zoodra xmder onze twee of drie millioen menschen er honderdduizend zijn, die morgen aan den dag beginnen te leven naar het Evangelie, dan is over vijftig jaar heel Nederland katholiek. Dat heb ik altijd ook bedoeld te bevorde ren èn met mijn stichtingen én met mijn be- keeringswerk. Niet de menschen maar overhevelen naar onze Kerk, maar ze vor men tot felle, vurige Katholieken. Het lukt echter nog lang niet zooals het moet. Hebt u den indruk, professor, dat het opgroeiend geslacht in de toekomst uw „honderdduizend heiligen" zal opleveren? Hebt u vertrouwen in de jongeren? Ja! Definitief. U moet mij natuurlijk goed begrijpen. Ik spreek niet over de groep letterkundigen, die zich „de jonge ren" noemt. Ik spreek over het komende geslacht in zijn geheel. Mijn ervaring heeft mij vooral groot vertrouwen gegeven in de jonge vrouw. Al wat ik met de stichting van Betha- nië en Nazareth meemaakte geeft mij de hoop, dat, wanneer dit geslacht eenmaal moeder is en zijn kinderen gaat opvoeden, dat hun nakomelingen misschien wel de honderdduizend hei ligen leveren, die Nederland noodig heeft. Een heel andere zaak, professor, meer uw leven als geleerde betreffende: Uw houding in de spellingkwestie heeft nogal de aandacht getrokken ie laatste jaren. Daar raakt u een moeilijk, maar een allesbehalve onbelangrijk punt. Dat punt is zóó moeilijk, dat ik volstrekt niet iede- ren doctor in de Nederlandsche letteren, laat staan lederen onderwijzer de bevoegd heid toeken er over te oordeelen. Slechts zeer weinigen kunnen daarover meepra ten. Aanvankelijk ben ik met al de knappe menschen meegegaan, die in de commissie- Marchant zaten. Totdat mij bleek, dat men den allerbelangrijksten kant van het vraag stuk niet zag: de sociologische zijde. Men heeft de vraag niet gesteld: in hoe verre heeft de taal invloed op de opvoe ding van het volk? Ik heb mij eerst later gerealiseerd welk een groot stuk van mijn opvoe ding ik te danken heb aan de broeders van Oudenbosch, die mij zeiden: zoo moet het en zóó zul je schrijven. Het is mijn overtuiging, dat de op school geleerde regelmaat van een taal groo- ten invloed heeft op 't komende ge slacht. Wanneer men de spelling gaat instellen op het gemak van de men schen alleen, dan vrees ik dat 't jonge geslacht, waarop ik in andere opzich ten zooveel vertrouwen stel, een zwa- ren knauw krijgt in zijn eerbied voor de cultuur, voor den levznsstijl en de 1'tie. Toen ik dat inzag, ben ik om geslagen om de cultuur te verdedigen tegen de cultuurloosheid. Al de agitatie in het publiek om mijn houding, daar lach ik mee. Ik zal pal blij ven staan. Als hoogleeraar, professor, gaat de roep van u uit, dat u zoo menschelijk met uw studenten samenwerkt, werkgemeen schappen met hen vormt. Volgens mij moet het Christendom, dat zich openbaart in onderlinge liefde, zich het eerst uiten in de onmiddellijke om geving. Het eerst moet men die menschen helpen gezond maken, die men het dichtste bij zich heeft. Dat hebben de Apostelen in hun college gedaan. Op die gedachte rus ten de religieuze orden. En in den laatsten tijd groeit die idee sterk ond-r de Katho lieken in de landen om one heen. Ik heb hier bijvoorbeeld Pater Spieker uit Keulen bij mij gehad. U weet wel, dien man, die twee jaar lang in de Duitsche ge vangenissen heeft gezeten en die op het oogenblik in Chili zit. Weet u ook, dat de mannen uit Keulen nachtelijke omgangen hebben gehouden rond de gevangenis, waar hij in opgesloten zat? Zoozeer hielden ze van dien man. Zooveel invloed had hij. Hij heeft mij zelf verteld hoe hij dat bereikte. Hij heeft het apostolaat gescheiden van de liefdadigheid. Zijn Congregatie was geen instelling, die zwakkelingen op de been hield. Van zijn leden eischte hij vóór alles degelijk werk. Hij moest plichtgetrouwe ar beiders hebben, mannen, die hun vak ver stonden, die de tevredenheid van hun pa troons wegdroegen. Het lidmaatschap van zijn congregatie, de vriendschap van den priester moest in zijn gedachte een teeken van superioriteit zijn, geen teeken van hulpbehoevendheid. Zoo kon hij de prach tigste ontplooiing van een écht Christelijk, katholiek leven bereiken, een model-apos- tolaat. En die zelfde gedachte van Pater Spie ker is in Frankrijk uitgewerkt in de équi pes. Zelfs het Oxford-movement kan men als een uiting ervan beschouwen. Ik ben "het volkomen eens met Pater Spieker. In geheel denzelfden geest heb ik getracht te handelen met de vrouwen van Nazareth, met mijn bekeerlingen èn met mijn studenten. Vóór alles eisch ik van hen, dat zij hun plicht als student doen. Wanneer ze niet weten, wat ze moeten weten, hoon ik hen collectief voor pijpestelen met pap. Eerst hun plicht. Eerst stu- deeren. Heb ik hen zóó -><?evoed tot plichtzin nigheid, tot het begrijpen van hun taak, dan zie ik daarnaast mijn werk als priester. Naast de wetenschap kunnen wij, priesters, den studenten nog iets méér meegeven, iets voor hun leven. vVij kunnen niet alleen geleerden van hen maken, maar ook iets bijdragen tot de vorming van hun mensche- lijkheid. Het één werkt bevruchtend, stu wend op het ander. Geleidelijk heb ik mijn werkgemeenschap gevormd en de resulta ten zijn voortreffelijk. Met het geslacht stu denten, dat nu aan den gang is kom ik door dat samenwerken verder dan met het vo rige. Niet omdat de studenten beter zijn, maar omdat dit systeem beter werkt. Ik weet beslist, dat mijn studenten met plei- zier naar het college komen. HARTELIJKE HULDIGING IN DE AULA DER R.K. UNIVERSITEIT. In de aula van de Katholieke Universi teit werd Woensdagmiddag een feestelijke bijeenkomst gehouden, ter huldiging van prof. dr. Jac van Ginneken, aan wien, bij gelegenheid van zijn zestigsten verjaar dag een drietal wetenschappelijke eere bundels werd aangeboden en een drietal feest-uitgaven van de tijdschriften der jeugd-vereenigingen, welker oorsprong tot prof van Ginneken teruggaat. In een uitvoerig openingswoord schets te de voorzitter der huldigings-commissie, dr. J. Wils, het werkzaam leven van den zestig-jarigen 'hoogleeraar en bracht hij hem hulde voor den wetenschappelijken arbeid, in dat leven verricht, dank voor de gave van zijn heele persoonlijkheid aan zijn leerlingen en de vrouwen, die hem in zijn Stichtingen in meer dan de weten schap volgden. Telegrammen van hulde werden ver volgens voorgelezen van den minister van Onderwijs, den burgemeester van Ouden bosch, van hoogleeraren uit binnen- en buitenland, tot Tokio toe. Prof Baader, rector-magnificus der Nij- meegsche Universiteit, vertolkte in een in het Duitsch uitgesproken rede de hulde der wetenschap, die bovendien werd neer gelegd in een bundel linguïstische en phi- lologische schetsen, prof van Ginneken aangeboden door 42 hoogleeraren uit 16 verschillende landen. Dr. A. Weijnen schetste vervolgens, hoe prof. van Ginneken zijn studenten altijd had geleerd moeilijke kwesties midden in het hart aan te grijpen, ze zeker niet uit den weg te gaan. Een bundel „Bijdragen tot de Nederlandsche Taal- en Letterkun de" als extra-feestnummer van „Onze Taaltuin" verschenen, onderstreepte deze hulde der Neerlandici. Namens de thans nog studeerende leer lingen bood de heer Joh. Renders een werk aan „De Taalschat van het Limburg- sche Leven van Jezus". Mej. M. van der Kallen sprak namens de Vrouwen van Nazareth woorden van dank voor het vele goede, dat dezen van hun stichter prof. van Ginneken mochten ontvangen. Als huldeblijk bood zij den stichter een speciaal aan hem gewijd nummer van de „Zilveren Trompet" aan. Fraülein dr. Ruth Sinn en jkvr. IJ Bosch v. Draken- stein onderstreepte namens de Duitsche en Engelsche beweging deze woorden en bo den soortgelijke nummers van de tijd schriften „Die Gerade Linie" en The Grail Magazine" aan. Prof Van Ginneken sprak ten slotte een dankwoord. Fen druk bezo-hte receptie volgde. RECHTZAKEN AANRIJDING MET DOODELIJKEN AFLOOP TE WASSENAAR. Een wielrijder, die roekeloos den weg overstak. TWEE LEIDSCHE STUDENTEN HET SLACHTOFFER. Men zal zich nog het verkeersongeval herinneren, dat in Februari van dit jaar by den Deijl in gebeurd en waarbij de Leid- sche studenten Swaab en Leokie zijn omge komen. Op het moment, dat een auto uit de rich ting Haarlem komende, de kom van de ge meente wilde binnenrijden, stak een wiel rijder den weg over, zoo plotseling, dat het niet mogelijk bleek nog te remmen. De auto week naar links uit en kwam in bot sing met het motorrijwiel waarop de beide studenten gezeten waren. Deze werden er af geslingerd en vrijwel op slag gedood. De wielrijder, de 46-jarige landarbeider C. K. moest vanmorgen terecht staan we gens het veroorzaken van dood door schuld. Verscheidene getuigen werden gehoord. De politieagent, die het eerst ter plaatse was geweest, twee wielrijders, die achter verdachte hadden gereden, de automobilist, die de aanrijding had veroorzaakt en ten slotte diens medepassagiers. Uit een en ander kwam vast te staan, dat verdachte, toen hij den weg wilde overste ken, wel den auto had zien naderen, maar gedacht had nog gemakkelijk er voor langs te kunnen. De auto had evenwel een grootere snel heid dan de wielrijder meende en, toen deze laatste nog pas midden op den weg was, was de wagen al vlak achter hem. Door sterk naar links uit te halen was de wielrijder gespaard gebleven, helaas ten koste van twee andere weggebruikers, die aan de aanrijding niet de minste schuld hadden. De president, mr. Haga, noemde dit ge val een voorbeeld van verregaande en on beschaamde roekeloosheid, waarmee fiet sers somtijds plegen te rijden. „Als er niet zooveel goede autobestuur ders in Nederland waren, zouden er op deze wijze r.og veel meer ongelukken ge beuren", aldus de president. De officier van justitie, mr. B. H. Rouf- faer, wees op het tragische van dit ongeval, waarvan twee jonge menschen, die later voor de maatschappij van zeer veel betee kenis hadden kunnen zijn, het slachtoffer zijn geworden. De wijze van oversteken van den wiel rijder noemde spr. dan ook hoogst roekeloos en hij eischte een hechtenisstraf van twee maanden. De verdediger mr. E. T. Th. Kv/ast voer de tegen de beschuldiging aan, dat verdach te altijd op zeer voorzichtige wijze reed, waarbij het feit, dat hij voor een vrouw en negen kinderen te zorgen had, wel bewees, dat hij niet met zijn leven kon spelen. Pleiter betoogde, dat honderden fietsers per dag op roekelooze wijze oversieken en dat toezicht hierop hoogst noodzakelijk is. Verdachte is nu het slachtoffer gewor den van deze nalatigheid van de politie. Bovendien meende pleiter, dat de auto mobilist evenzeer schuld aan het ongeval had. Inplaats van te remmen, had hy een hoogst gevaarlijk manoeuvre gemaakt. De uitspraak is bepaald op 1 Mei. EEN WERKPLAATS OP WIELEN IS EEN OPLEGGER Wassenaarsche aannemer vrijgesproken Een aannemer in Wassenaar had m zijn tuin een werkplaats op wielen ge bouwd. Hij had dit gedaan zonder toestem ming van de bouwpolitie, die dan ook on middellijk procesverbaal opmaakte, omdat zij van oordeel was, dat de aannemer de bepalingen van de bouwverordening had overtreden. De aannemer evenwel was van meening dat de werkplaats heelemaal geen bouw werk was, maar een oplegger. Immers: de werkplaats stond op wielen en kon gere den worden naar elke plaats, waar de aan nemer haar wenschte. De Haagsche kantonrechter, mr. van Haeften, die nu moest beslissen wie van beide gelijk had, stelde dezer dagen ter plaatse een onderzoek in. Dat gebeurde in tegenwoordigheid van een ambtenaar der bouwpolitie en den aannemer. Dat zijn werkplaats inderdaad geen bouwwerk was, maar een oplegger, demonstreerde de aannemer door „de werkplaats op wie len" op den openbaren weg te rijden, waarna een tochtje door Wassenaar werd gemaakt. Het vehikel werd daarbij getrok ken door een auto. Hedenmorgen werd deze merkwaardige zaak voor het Haagsche kantongerecht voortgezet. De ambtenaar van het O. M., mr. Lange- meyer, zette uitvoerig uiteen, dat op het moment, waarop de bouwpolitie indertijd de overtreding had geconstateerd, de werkplaats practisch nog niet kon rijden. Toen was wel degelijk van een overtre ding sprake. De aannemer evenwel hal zyn vehikel destijds nog niet heelemaal gereed gehad. Spr. was van oordeel dat de werkplaats op dit moment niet beschouwd kon worden als een bouwwerk in den zin der wet. Be wezen is, dat het vehikel kan rijden. Op deze gronden vroeg de ambtenaar vrijspraak. Hij gaf den aannemer echter den raad het vehikel in den tuin te laten, omdat het lompe gevaarte op den weg het verkeer in moeilijkheden zau brengen. Ook de kantonrechter achtte de tenlas telegging niet wettig en overtuigend be wezen. Hij sprak den aannemer vrij. i De kwestie van de Voordek De Haagsche Rechtbank heeft heden uit spraak gedaan in de zaak van de gemeen te 's Gravenhage tegen den ontvanger der registratie. De gemeente eischte in deze zaak nietig verklaring van dwangbevelen tot beta ling van ƒ22.500, ƒ112.500, ƒ27.435 en 137.175, als registratierechten en boeten in verband met den aankoop van de bui tenplaatsen Voorde, Overvoorde, Steen voorde en Ockenburg. De gemeente stelt zich hierbij op het standpunt, dat de overdracht plaats had in het belang der volkshuisvesting in den zin van artikel 101 ten tweede der regis- tratiewet. De ontvanger voerde daartegen aan, wat de Voorde's betreft, dat deze panden buiten den Haag zijn gelegen, en voorts, aangezien aan de gronden niet de bestem ming van bouwterrein is gegeven, dat de aankoop niet heeft gestrekt tot recht- streeksche vermeerdering of verbetering van dc voor de huisvesting der bevolking bestemde woningruimte. Van de gemeente is daarop 2J^ pet. re gistratierecht gevorderd, vermeerderd met de boeten tot het vijfvoudige daarvan. De rechtbank heeft thans de gemeente goed opposante verklaard en de dwangbe velen buiten effect gesteld, hetgeen zeg gen wil, dat over de kwestie zelf verder geprocedeerd kan worden, doch de dwang bevelen worden opgeheven. DE RELLETJES IN DE SPAARN- DAMMERSTRAAT. TE AMSTERDAM. Verdachte door den kantonrechter vrijgesproken. Een twintigtal dienstweigeraars had op 10 Januari het plan vanuit Amsterdam een wandeling naar Veenhuizen te maken. Groepjes geestverwanten deden hen in de buurt van de Spaarndammerstraat uitge leide. De politie verbood dit en gelastte het publiek uiteen te gaan. Toen niet on middellijk gevolg werd gegeven aan dit bevel, werd de gummistok gebruikt. Een burger, de heer K. wilde den brigadier, die de leiding had, bewegen minder streng op te treden, doch deze voegde hem toe: „Gaat u 't maar op 't bureau vertellen." Toen K. in de richting van het politiebu reau ging, kreeg hij onverhoeds eenige klappen met den gummistok. Hij liep door en kreeg nog eenige slagen. Op het bureau gekomen diende hij een klacht in wegens mishandeling tegen den agent. Die klacht is nog hangende, maar intusschen werd tegen K. een procesverbaal opgemaakt, waarvoor deze thans terecht staat voor den kantonrechter. „Mij is niets gelast", zegt verd. „en ik heb me aan geen enkele last onttrokken. AGENDA LEIDEN. Donderdag, R.K. Transportarbeidersbond ,St. Bonifacius", Volksbond, 8 u. Zondag, Ned. Reisvereeniging voor Katho lieken. Fietstocht. Vertrek Kore- vaarstraat, 11 uur v.m. De avond-, nacht- en Zondagdienst der apotheken wordt van Maandag 19 tot en met Zondag 25 April a. s. waarge nomen door de apotheken: G. F. Reijst, Steenstraat 35, telefoon 136; A. J. Donk, Doezastraat 21, telef. 1313, en J. Doedens, Wilhelminapark 8, Oegstgeest, telef. 274. Ik wilde alleen den brigadier tot bezin ning brengen." Ambtenaar O.M.: Was u een geestver want van de dienstweigeraars? Verd.: Mijn zoon was bij het groepje wandelaars en ik wilde hem alleen goe dendag zeggen. De agent, die het proces-verbaal tegen K. had opgemaakt, bleef bij zijn verbaal. Volgens hem hadden de menschen geen gevolg gegeven aan het bevel uiteen te gaan. Verd. zou zijn fiets voor hem heb ben gehouden om hem te belemmeren. „En daarvoor, aldus get. gaf ik hem een paar klappen." Verd. wond zich hevig op en bleef er bij, dat de agent onjuiste verklaringen af legde. Getuigen a decharge verklaarden, dat de agent den heer K. overhoeds van ach teren heeft aangevallen. Allen zijn het er over eens, dat het publiek zich reeds ver spreide en van verzet was geen sprake, toen de agenten de wapens trokken. De getuigen hadden verd. zeer rustig zien loopen. Hij wisselde enkele woorden met den brigadier en werd toen plotseling door den agent aangevallen. De ambtenaar van het O.M. wilde zich aan het verbaal houden, daar z.i. de agent geen enkel belang heeft bij het niet juist voorstellen van het gebeurde. De dechar- ge-tuigen zijn bijna allen geestverwanten, hun verklaringen moeten dus met de grootste reserve worden beschouwd. Verd. bemoeide zich met zaken, die hem niets aangingen. Spr. vorderde f 50 boeten of 5 dagen hechtenis. De kantonrechter mr. I. van Creveld, overwaog, dat de décharge-getuigen een rustigen en betrouwbaren indruk hebben gemaakt. Ik ben bereid, aldus de kanton rechter, de politie zooveel mogelijk de hand boven het hoofd te houden, maar in dit geval is de politie blijkbaar haar hoofd kwijt geraakt. Het antwoord op de enkele woorden tot den brigadier had niet mogen zijn, dat verd. met de gummistok werd geslagen. Spr. achtte het tenlaste gelegde niet be wezen en sprak hem vrij. DE EMMABLOEMCOLLECTE. Morgen, Zaterdag 24 April, zal wederom de Emmabloem-collecte worden gehouden, de collecte die beoogt gelden te verzame len noodig voor het uitzenden van tubercu lose patiënten. Aan deze collecte, een van de collecten met de oudste brieven, blijft de naam verbonden van wijlen Koningin Emma, die zooveel gedaan heeft om het leed der lijdenden te verzachten. Zij was h*4, die elk jaar weer een der eersten was om Haar offer in de busjes der collectanten te doen. Dit jaar valt de dag samen met het 25- jarig jubileum van de Zuid-Hoü. Vereen, tot bestrijding der tuberculose. 25 jaar ge leden werd de bestrijding der tuberculose ter hand genomen. Wanneer wij terugzien op dit tijdvak, dan kunnen we constateeren, dat deze bestrijding een groot succes is ge weest. Enorm is de afname van het sterftecijfer aan deze gevreesde ziekte; desalniettemin sterven per jaar in Nederland nog altijd 3000 personen aan longtuberculose. De Gemeente, de Provincie, het Rijk steu nen ons werk met groote subsidies we kunnen echter de finantieele steun van de Burgerij niet missen. Dringend kom ik deze collecte in uw belangstelling aanbevelen. Laat toch ieder een, die gezond is, bedenken, hoe bevoor recht hij is boven een lijder aan deze ge vreesde ziekte. Door het offeren van uw kleine bijdrage helpt u mede om menschen, die buiten hun schuld ziek geworden zijn, hun gezondheid weer te geven. Laat deze collecte een succes worden, op dat wij voor elke patiënt die maatregelen zullen kunnen nemen noodig voor zijn her stel. Namens het Bestuur v. d. Vereen, tot bestrijding der tuberculose te Leiden. A. J. B. POORTMAN, secr.-penningm. ONTWIKKELINGSAVOND R. K. VOLKSBOND. Sluiting van het winterseizoen. In het Volksbondgebouw aan de Steen- schuur werd gisteravond de laatste ontwik kelingsavond van het winterseizoen ge houden. De opkomst was goed, de groote zaal was geheel bezet. De voorzitter, de heer J. H. Nijhuis, heette allen welkom, in het bijzonder de broeders dei Kruisvaart van St. Jan uit Rijswijk die dezen avond zouden verzor gen. Daarna werd door de broeders met de filmvertooning een aanvang gemaakt, wel ke er op was gericht allen duidelijk te maken, wat het doel en streven is van de Kruisvaarders van St. Jan. Op het witte doek werd het werk getoond, benevens de groote gebouwen-complexen, de opvoeding der jeugd, zoowel maatschappelijk als geestelijk, waardoor men een overzichtelijk beeld kreeg van alles wat er in het tehuis te Rijswijk omgaat. De duidelijke exoli- catie, welke daarbij werd gegeven door een der broeders, heeft zeker ertoe bijge dragen om film en woord tot een geheel te maken. Na deze eerste serie filmbeelden, sprak de eerw. broeder woorden van dank aan het Volksbondbestuur, dat zoo welwillend was geweest hen in de gelegenheid te stel len om van hun werkzaamheid en streven te mogen doen blijken. Hij hoopte, dat alle aanwezigen dit op prijs zouden stellen en beval daarvoor in ieders belangstelling het 2-cents-fonds aan, waardoor het hun mo gelijk zou zijn het begonn^p werk op vruchtbare en zegenrijke wijze voort te zetten. Tot de aanwezige zelateurs en zelatri- cen richtte hij een speciaal woord van dank, waarbij hy den -vensch uitsprak, dat zij nog lang hun beste krachten aan de belangen var. dit fonds mochten wijden. Wij beschouwen U als de schakel tusschen de leden en ons en daarom kunnen wij voor deze bereidwilligheid niet dankbaar genoeg zijn. Daarna werd de komische film met Jac kie Cogan: „Een Deugniet", vertoond, waar bij de kwajongensstreken van dezen deug niet niet nalieten menigmaal de lachlust der aanwezigen op te wekken. De komische film: „Oom Tom met zijn weeskinderen", die daverende lachsalvo's ontlokte, was een prettig slot van dezen goed geslaagden avond, waarop de heer v. Wel zich verdienstelijk van zijn taak kweet door het geheel met pianomuziek te illustreeren. Aan het einde betuigde de voorzitter zijn oprechten dank aan allen, die medege werkt hadden om dezen avond te doen slagen. DE DOORBRAAK HEERENGRACHT— ZIJLSINGEL. Zooals bekend besloot de gemeenteraad destijds om tot een kortere verbinding te komen tusschen het Zijlsingel-kwartier en de binnenstad een doorbraak te maken van de Heerengracht naar de Zijlsingel- gracht en daarover een brug te leggen. Deze doorbraak zal komen te liggen recht tegenover de Kerkpleinbrug. De Katoenfabriek zal geheel worden gesloopt, waaroor een rechte weg wordt verkregen via Oranjegracht en Waardgracht. Zooals bekend is in het gedeelte van de Katoenfabriek aan de Zijlsingelgracht thans de tabaksfabriek der fa Wijtenburg in wording. Daarnaast zal de nieuwe ver keersweg gelegd worden. De brug over de Zijlsingelgracht zal een vaste brug worden ter hoogte van De Ruyterstraat. De doorvaarthoogte kan niet te groote worden, omdat men anders geen goeden afrit naar den Zijlsin<?el kan ma ken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 2