Restauratie der Nieuwe Kerk
se*-
H. M. de Koningin bracht Maandag een bezoek aan de voor jaarsbloemententoonstelling .De Hotstadbloeni in de
nieuwe tentoonstellingshallen op Houtrust te den Haag. Een toto tijdens de bezichtiging
Een historisch bouwwerk behouden. De restauratie van de Nieuwe Kerk te Delft
b thans zoover gevorderd, dat een gedeelte van het interieur reeds van de
steigers is ontdaan
Na de tewaterlating van de .Nieuw Amsterdam' b men terstond met den afbouw van den Neder-
landschen oceaanreus begonnen. Een kijkje op de werkzaamheden
Na zijn stemplicht vervuld te hebben,
verlaat de Belgische premier Van Zee
land het stembureau te Brussel
rolklore De traditioneeie meiboom-pianung te Noorbeek in Limburg gaat met veel
ceremonieel gepaard. In optocht wordt de 30 meter lange den naar het dorpsplein gebracht,
om daar geplant te worden
De verkiezingen te brussel. De politie moest enkele malen handelend optreden,
om incidenten te voorkomen
FEUILLETON
DE VIERDE MAN
(Een geval uit de practjjk van inspecteur
Sanders, lid der Centrale Recherche),
door
UDO VAN EWOUD.
81)
„Je bent nog steeds zeer optimistisch,
Wil", meende de reporter. „De activiteit
van dien Arnhemschen speurder schijnt
haar uitwerking niet te hebben gemist,
maar je vergeet, dat er voor mij geen letter
te schrijven is vóórdat de dader goed en
wel achter slot en grendel zit. Tot zóólang
is mijn werkzaam aandeel in deze onder
neming niet veel meer dan liefhebberij en
als zoodanig wordt het door m'n directie
zoowel als door m'n collega's dan ook be
schouwd".
„Maak je maar niet ongerust, ouwe jon
gen! Als de voorteekenen niet bedriegen,
zal spoedig genoeg blijken, dat onze werk
zaamheden met de kwalificatie liefhebbe
rij wel wat heel laag getaxeerd zijn. Ik
voorspel je, dat oinnen veertien dagen de
naam van „De Mercuur" op aller lippen is,
dank zij het feit, dat een zekere meneer
Emiel Wils als eerste reporter aan dat blad
verbonden is."
„Ik hoop het", antwoordde deze, „maar
ik wil je wel eerlijk bekennen, dat ik den
toestand niet zoo rooskleurig inzie".
Ze reden nu door de geheel verlaten stra
ten van Utrecht en met onverminderde
snelheid zette de chauffeur koers in de
richting Arnhem.
Inspecteur Sanders scheen zich inderdaad
nergeca ongerust over te maken, want nau
welijks hadden zij de Domstad achter zich,
of het geluid van een regelmatige, diepe
ademhaling naast Wils bewees, dat diens
reisgenoot was ingeslapen.
De reporter trachtte dit voorbeeld te vol
gen, maar hoezeer hij zich ook moeite gaf,
de gedachte aan hetgeen hun in Dusseldorp
te wachten stond, uit zijn hoofd te bannen,
hij slaagde daarin niet. Bovendien was
daar nu weer de vraa^,, wat den inspecteur
zoo optimistisch deed zijn, welke zich tel
kens weer aan hem opdrong en waarop hij
het antwoord schudig moest blijven. Van
welken kant hij de zaak ook bekeek, er was,
behoudens het feit. dat men er in geslaagd
was de pseudo verpleegster te blijven vol
gen, geen enkeJ Lichtpunt. Verwachtte San
ders, dat juist daar in Dusseldorp iets ont
dekt zou worden, wat hier voor allen een
geheim was gebleven? Wist hij meer. dan
hij hem. Wils, verteld had?' Had de huis
zoeking misschien, zonder dat hij of Han
Adams er iets van bemerkt hadden, toch
iets belangrijks aan het licht gebracht?
Deze en dergelijke vragen lieten hem geen
rust, terwijl h: met gesloten oogen achter
over in de kussens leunde. Toen hij einde
lijk, vermoeid van ^et denken, de oogen
even opsloeg, zag hij recht voor zich de on
beweeglijke gestalte van den chauffeur, die
als een standbeeld achter het stuurrad zat
en zich niet in het minst scheen te bekom
meren, om hetgeen zich achter zijn rug
afspeelde. Wils trachttp zich in de duister
nis te oriënteeren. Een breede straatweg
met zware boomen, die als sombere schadu
wen voorbij flitsten. Hier en daar een bui
tenplaats, waarin wel ~Me menschelijk le
ven gebluscht scheen, dan plotseling meer
dere huizen, tramrails en stratlantaarns: ze
naderden Arnhem,
Hij knipte het lampje in den wagen aan
en keek op zijn horloge. Bijna vijf uur. Nog
herinnerde slechts een enkele voorbij rate
lende wagen of een haastige, diep in den
kraag van zijn jas gedoken voetganger aan
den naderenden dag. De Westervoortsche
Dijk lag echter nog geheel verlaten en
voort ging het weer, in een te~po van 70
K.M., in de richting Zevenaar.
Het werd tijd Sanders te wekken, die zich
door niets in zijn gezonden slaap liet sto
ren. Toen Wils hem echter onzacht door
elkaar schudde, was hij plotseling klaar
wakker en bewees slechts een onwelluiden
de geeuw, dat de behoefte aan slaap nog
aanwezig was.
„We naderen de grens", zei Wils, toen de
inspecteur een blik naar buiten wierp en
de daar nog steeds heerschende duisternis,
die als een sluier om den wagen hing,
trachtte te doordringen.
„Dat begrijp ik, anders zou je niét zoo
onverstandig zijn geweest om te te wek
ken". klonk het gemelijk.
De grenscontrole leverde geen moeilijk
heden op. De ligitimatiepapieren van den
inspecteur verrichtten wonderen en voor
kwamen zelfs, dat Wils en de chauffeur
werden lastig gevallen. Wel was op het ge
laat van den Hollandschen zoowel als van
den Duitschen douane-beambte eenige
nieuwsgierigheid te lezen met betrekking
tot het doel van deze nachtelijke grenspas
sage, maar geen van beiden achtten zij zich
bevoegd hiernaar tc informeeren.
Ruim een balf uur vóór het vertrek van
den trein stopte de wagen voor het station
Emmerik en toen een roode gloed in het
Oosten den naderenden dag aankondigde,
waren zij reeds weer onderweg naar de
plaats van bestemming: Dusseldorp.
Wils heeft een ontmoeting.
Slechts weinig steden in het oude Europa
kunnen bogen op het bezit van een zoo ac
tieve vereeniging vooi vreemdelingenver
keer als Dusseldorp, dat haar snelle opkomst
voor een groot deel aan een intensieve pro
paganda op dit gebied te danken heeft.
De groote Machinetentoonstelling, in het
begin van deze eeuw gehouden, heeft voor
het eerst de aandacht der geheele wereld
op de „Kunst und Gartenstadt,, zooals
Dusseldorp terecht genoemd wordt, geves
tigd en sindsdien is een vooruitstrevend ge
meentebestuur er in geslaagd de stad te
maken tot een centrum van vreemdelingen
verkeer dat ook in het buitenland een uit
stekende reputatie geniet.
Terecht heeft men ingezien, dat de aan
wezigheid van groot-industrieën voor een
gemeente nog geen beietsel behoeft te zijn
om zich ook op kunstgebied te onderschei
den. Hoewel in het bijzonder de machine-
industrie in Dusseldoip een zeer belang
rijke plaats inneemt, valt dit den vreemde
ling, die de stad bezoekt, niet onmiddel
lijk op.
De groote fabriekscomplexen n.l. voor
het meerendeel in de voorsteden gelegen,
zijn er nooit in geslaagd, het stadsbeeld, dat
vooral ook uit een oogpunt van moderne
stedenbouwkunst de aandacht verdient, te
overheerschen. Breede verkeerswegen,
waarin de handeldrijvende middenstand op
waardige wijze vertegenwoordigd is, ruime
pleinen en fraai aangelegde plantsoenen
geven Dusseldorp het karakter van een
welvarende handelsstad, die weliswaar het
jagende, alles beheerschende tempo en de
cosmopolitische sfeer van de metropolis
mist, maar desondanks den vreemdeling een
milieu biedt, waarin hij zich ook als niet-
Rijnlander behaaglijk moet gevoelen.
Hoewel de omstandigheden, waaronder
Wils en Sanders het ruime Stationsplein
betraden geen gelegenheid lieten om
zich te vermeien in den aanblik, die de
stad op dezen zonnigeri winterochtend bood,
kostte het hun toch eenige moeite zich ge
heel los te maken van de herinneringen,
die beiden aan een vorig bezoek bewaarden.
Uit de hal] van het station komend, ble
ven zij even staan als om het welbekende
stadsbeeld diep Ln zich op te nemen en
Wils, de gedachten van zijn metgezel ra
dend, kon dan ook niet nalaten op te mer-
Ken, dat ook hij het betreurd*, in deze stad
ie misdaad te moeten achtervolgen.
Slechts enkele stappen scheidden hen van
het Hansa Hotel, dat de Arnhemsche re
chercheur genoemd had als de plaats, waar
hij eventueel bericht voor hen zou achter
laten. Zij zochten zich een weg tusschen de
af en aanrijdende taxi's door, naar den in
gang van het hotel, die bewaakt werd door
een met veel goud gegaloneerden portier,
bij wien Sanders naar de aanwezigheid van
den heer Evertsen uit Holland informeerde.
De man stelde zich in verbinding met een
eveneens, zij het in een minder imposant
uniform gestoken collega, die in een, vrij
wel geheel door de centrale van de huis
telefoon in beslag genomen kantoortje
troonde en keerde, na met dezen eenige
woorden gewisseld te hebben, rerug met de
verzekering het ernstig te betreuren, te
moeten mededeelen, dat de heer Evertsen
wel een kamer besproken had, maar daar
den afgeloopen nacht geen gebruik van had
gemaakt.
(Wordt vervolgd).