DE INDISCHE BEGROOTING 'f DONDERDAG 1 APRIL 1937 DE LE1DSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 11 EERSTE KAMER Rede van dr. Colijn Vergadering van gisteren. Na de pauze behandelt de heer OSSEN- DORP (S.D.) de kortingswet. De heer KOLFF (C.H.^ zet uiteen dat de devaluatie de opleving in Indië zeer gunstig heeft beïnvloed. Spr. is slecht te spreken over de hou ding van de Indische Regeering t.o.v. de N.S.B., wier doelstelling in Indië prec.es dezelfde is als hier. De scherpste waakzaam heid acht spr. geboden. De heer DE MARCHANT (N.S.B.) brengt hulde aan den afgetreden G.-G. en spreekt de hoop uit dat de nieuwe G.-G. tegen het communisme dat Indië van Holland wil los maken, krachtig zal optreden. Spr. is te dien aanzien slechts half gerust. In Indië wordt de N.S.B. op de juiste wijze behandeld, beter dan in Holland. De N S.B. is in Indië en Holland echter één geheel. Spr. bepleit een krachtige versterking van de Indische defensie. Minister Colijns beleid kan spr. niet goed keuren. Louter uit sympathie met Indië zal de N.S.B. vóór de begrooting stemmen. Wat de pensioenkorting betreft, spr. schaart zich aan de zijde van hen, die het recht van den staat betwisten op de pen sioenen te korten. De heer OTTEN (V.D.) bespreekt de con- tingenteering van boter. In dit opzicht is onze koloniale politiek anders dan de En- gelsche, die zegt: Engeland eerst, vervol gens het Keizerrijk, de vreemdelingen het laatst. De behandeling van de zuivelbe- langhebbenden is grievend en steekt sterk af bij de bevoorrechting van de textiel in dustrie. De Minister antwoordt. MINISTER COLIJN behandelt eerst enkele afzonderlijke onderwerpen. De loonbelasting komt het eerst in aan merking wanneer lasten kunnen worden verlicht. Er is echter geen enkele klacht over deze belasting. Wat de boter betreft, er is hier geen contingenteering doch een afspraak tus- schen den directeur van Economische Za ken en de importeurs van boter. Australië koopt tweemaal zooveel in Indië als Indië in Australië. De Indische thee geniet de zelfde voorrechten als de producten van the British Empire. Het zou voor de thee doo- delijk zijn geweest indien Australië als markt verloren ging. Dat zou weinig min der dan een ramp zijn. Spr, heeft overleg gepleegd met de In dische Regeering 'en het resultaat daarvan is dat na de afgesproken 6 maanden de im port van Nederlandsche boter zal toenemen, naarmate het verbruik van boter in Indië toeneemt, in verband met de grootere wel vaart. Overigens is het percentage van het •boterverbruik dat door Ned. boter wordt ingenomen, in enkele jaren gestegen van 3 tot 25 pCt. Art. 177 zal op den duur wel verdwijnen, dioch thans is daarvoor geen meerderheid te vinden. Jhr. De Jonge a bien merité sa patrie, van den nieuw opgetreden G.G. heeft spr. goede verwachtingen. De moeilijkheden voor den Indo zijn ont staan door de algemeene ontwikkeling van het geheele lichaam der Indische bevolking; vooral door de indianisalie is voor den Indo een vacuum ontstaan Men heeft naar land- bouwmogelijkhoden gezocht, doch stuit op adatrechten van de bevolking op den grond. De commissie Spit beziet dit vraagstuk en spr. heeft op een spoedig rapport aange drongen. Nieuw-Guinea is niet geschikt voor kolo nisatie van Europeanen, zooals de heer De Marchant meent. Het heele denkbeeld is onzinnig. Al de eeuwen door heeft zich daar geen inlandsche bevolking gevestigd, het geen boekdeelen spreekt. Men spreekt over hoogvlakten, maar men moet eerst be wij- zijn dat die bestaan, en dit heeft de heer De Marchant nagelaten. Dat is spr's grief. Wat de defensie betreft, spr. heeft bij de defensiebegrooting uiteengezet dat er op het program der Regeering drie kruisers staan. Als spr. geen acht hoeft te slaan op de financieele gevolgen, kan hij nog wel een rijker program maken dan de heer De Mar chant. Doch het program der Regeering vergt al 40 50 millioen per jaar méér. Spr. wil niet verder gaan dan de grens, bepaald door de financieele ruïne van het land. Het Europeesche contingent in het Indi sche leger wordt den laatsten tijd sterk ver hoogd. Tegen een gezond nationalisme heeft de Regeering niets, hier noch in Indië; het streven van de N.S.B. in Nederland is ech ter onnationaa., want zij wil de vervanging van den rechtsstaat dooi den machtsstaat. De houding van de Indische Regeermg tegenover de N.S.B. is eenigszins anders dan hier, maar de N.S.B. is daar ook fat soenlijk, en hier niet. De heer VAN VESSEM (N.S.B.): Dat moet nog bewezen worden. MINISTER COLIJN: Maar dat wordt eiken dag bewezen, al is het maar in de pers. Wat de NSB-pers zich tegenover de Regeering veroorlooft, wordt door geen an der gepresseerd. Wat de begrooting betreft, spr. geeft toe, dat men aan cijfers niet zooveel heeft. Er zijn vele onzekere factoren. Veel van den verbeterden toestand moet worden toege schreven aan de herbewapening en omtrent de duurzaamheid weet men niets. Voor de laatste maal spr. hoopt ten minste, dat het de laatste maal is zal spreker nog eens uiteenzetten hoe het staat met de extra-bijdrage van 3.5 millioen van de petroleum-maatschappijen. Spr. wilde 5 millioen als extra-belasting hebben uit olie; men kon echter niet den goeden vorm vinden, opdat die belasting niet op de bevolking zou drukken. Men is toen tot de bekende overeenkomst gekomen: geen fraaie figuur, maar voor spr. was de hoofdzaak de vijf millioen. De omstandigheden maakten dat de extra maatregel dit jaar maar 3 1/2 millioen kon opbrengen. Spreker hoopi dat de winsten van de oliemaatschappij ei. zoo groot zijn dat aanzienlijke bijdragen in de schatkist komen. De 5a-contracten brengen al meer dan normaal op. Het algemeene financieele beeld is gunsti ger geworden, doch men moet dit niet over drijven. Het eigenlijke tekort bedraagt 60 k 70 millioen. Op ruime schaal kan het geld nog niet worden uitgegeven, al is hier en daar een uitbreiding geschied. Op de laatste salarissen wordt al een 'oeslag gegeven van 5 pet. De loonen in b«t vrije bedrijf dienen ver beterd, voordat tot winstuitkeering wordt overgegaan. Spt heeft geen enkel wapen om dit te effettueeren, doch hij kan ze smeden. Hij heeft zooveel vertrouwen in de directies der cultures, dat hij gelooft dat deze zich zullen gedragen naar spr.'s woor den. Anders zal hij zeker niet aarzelen dwingend recht toe te passen. Al jaren geleden heeft spr. gewezen op de te groote afhankelijkheid van de Indi sche bevolking van de Indische cultures. Doch er is al meer inheemsche industrie dan velen denken, al is het misschien niet schematisch gebeurd. Nederland kan geen aanmerking maken op de houding van Japan. Die is volkomen vriendschappelijk, er was geen enkele aan leiding tot klachten. Er worden in Japan wel eens lezingen gehouden die ons niet aangenaam zijn, doch ook het omgekeerde komt voor. Er is thans geen enkex punt van geschil tusschen beide landen. Reeds in 1918 heeft spr. zijn denkbeelden omtrent de staatkundige hervormingen in Ned.-Indië uiteengezet. Begin met autono me ontwikkeling van de bevolking in locaal gebied, en verder een geleidelijke ontwik keling; spr. zou dan tenslotte niet terug deinzen voor ministerieele verantwoorde lijkheid voor eilanden als Java en Sumatra. Daarboven zal een centrale overkapping moeten komen. Doch dai eischt een ontwik keling van meer dan b.v. 14 dagen! Men moet den gezonden nationalen stre vingen gelegenheid geven zich uit te leven in publiekrechtelijke lagere organen. Er wordt in Indië veel grief gekweekt, b.v. ten opzichte van de defensie, terwijl men beter weet. Wat Nederland op economisch gebied voor Indië heeft gedaan is zeer belangrijk, maar het valt niet altijd in het oog. Als 40 mil lioen van de clearing gereserveerd wordt voor den export van Indië is dat van groote waarde, doch dat ziet niemand. Als Kamerleden naar Indië gingen reizen om besprekingen te voeren met Volksraad leden, zou het er wel erg veel op lijken dat de Kamer op den stoel van de Regeering wilde gaan zitten. Spr. vindt zulke reizen overbodig. Inzake de pensioenen was spr. het bijna met den heer Ossendorp eens. Doch slechts bijna. Een nieuw beginsel heeft spr. in 1934 niet geïntroduceerd. Het is het uitgangspunt van de Pensioenwet '22. Bij de pensioenregeling voor het spoorwegpersoneel is het aanvaard. Waarom hier dan niet. Het is een redelijk en billijk voorstel. Van de kortingen zal zoo spoedig mogelijk worden afstand ge daan; de verbeteringen blijven behouden. De Indische begrooting de instelling van een Rubberfonds, de financieele tegemoet koming aan Indië en de heffing van een extra-uitvoerrecht worden aangenomen z.h.s. De herberekening der pensioenen wordt in stemming gebracht. 15 leden stemmen voor, 8 stegen, (S.D., N.S.B., V.D., R.K. tegen). Het quorum is dus niet aanwezig. Over het ontwerp zou hedenmorgen op- nieuwe worden gestemd De vergadering werd daarop verdaagd tot hedenmorgen. In de vergadering van de Eerste Kamer van hedenochtend is het wetsontwerp tot her berekening van de Indische pensioenen met 24 tegen 15 stemmen aangenomen. (Tegen stemden de aanwezige soc. de- mocr., vrijz. democr., N S B.-ers en de R.K. Nivard en de Bruyn). De overige Indische wetsontwerpen en de Surinaamsche begrooting voor 1937 zijn zonder debat en zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. KERKNIEUWS PATERS REDEMPTORISTEN. De hoogw. pater generaal der Redempto risten, Patricius Murray, te Rome heeft voor de vice-provincie van Paramaribo (Suriname) benoemd: tot vice-provinciaal den hoogeerw. pater L. Verheijen en tot diens consultoren de zeereerw. paters W. Austermöller en Steph. Kuypers; tot rec tor van het klooster SL Petrus en Paulus te Paramaribo den zeereerw. pater Steph. Kuypers, en tot superior van het klooster St. Rosa van Lima, eveneens te Paramaribo, den zeereerw. pater H. SoL De waterleiding-kwestie te Bodegraven Mr. Romme zal voor de gemeente optreden Gistermiddag werd onverwacht een ver gadering van den gemeenteraad gehouden. Juist Zaterdag was deze op het laatste nippertje uitgeschreven. Eenig punt van de agenda was dan ook de aanwijzing van een procureur ter verdediging van de ge meentebelangen tegenover de N.V. Bode graaf sche Waterleiding, die de gemeente voor het Haagsche gerechtshof daagde in verband met de vraag of de N.V. houd ster van de waterleidingsconcessie is of niet. Het exploit werd Zaterdag geteekend, terwijl de behandeling van de zaak op 6 April plaats heeft en dus een spoedver gadering noodig was. Alle leden waren aanwezig. Na de ope ning werden verschillende ingekomen stuk ken voor kennisgeving aangenomen. Daar onder waren enkele goedkeuringen van raadsbesluiten, een rapport van de comm. tot wering van schoolverzuim en een voor stel van die commissie ter voorziening van de vacture-Maaskant. Vervolgens werd het exploit van den deurwaarder de Kool te Woerden namens de N.V. Bodegraaf sche Waterleiding, voorgelez'en. Mr. Briët is procureur voor de Water leiding. De burgemeester werd gedag vaard zich op 6 April door een procureur te doen vertegenwoordigen bij de arr. rechtbank te Den Haag. De Waterleiding heeft de rechtbank gevraagd te willen be slissen of de concessie, die indertijd aan de heeren Visser en Smit is verleend en die is ingebracht in de N.V. thans rechtens in het bezit van de N.V. is, welk recht door de gemeente wordt ontkend. De voorz. stelt voor een procureur te benoemen. De heer de Mars verzet zich daar niet tegen, maar spreekt toch zijn verwonde ring en misnoegen uit over de houding van de Waterleiding, die de hulp van de rechtbank inroept, terwijl alle geschillen bij een comm. van arbitrage behooren te komen. De voorz. acht deze bespreking niet noodig. De procureur moet verder de zaak behandelen. De heer de Mars wil een leidraad geven. De heer Lugtenburg uit eveneens zijn verontwaardiging over de houding vau de Waterleiding. Weth. v. d. Poll ging vervolgens uitvoerig op het standpunt van de Waterleiding in. Hij sloot zich aan bij de woorden reeds door de heeren de Mars en Lugtenburg gesproken en achtte het proces overbodig, omdat inmenging van den rechter bij voor baat is afgesneden in de concessie en men bovendien wat men nu wel bereiken wil, evengoed had kunnen verkrijgen langs anderen weg. Hij ziet in de heele zaak Sproeten komen vroeg In het voorjaar, koop tijdig een pot SpPIltola Bij alle Drogisten. een poging om toch weer zelf de concessie in handen te krengen. Een klein incident ontstond tusschen den wethouder en zijn collega Batelaan en den voorzitter, die het standpunt van den spreker niet konden deelen. Tegenover den heer Been, die zelfs nog bereid was als nog, wanneer de Waterleiding dit vroeg, de erkenning uit te spreken, uitte de wet houder den wensch nu maar voort te gaan. De Waterleiding had nu dezen weg geko zen, een weg, die voor haar veel gevaar lijker is dan voor de gemeente en die moet nu maar gevolgd worden. De gemeente heeft niets te verliezen, de N.V. een heele- boel en wanneer de toeleg mislukt, heeft de gemeente vele rechten in handen. De voorz. was het met deze uitlegging niet geheel eens, dcch waar niemand zich verzette tegen het benoemen van een pro cureur, stelde hij voor daartoe over te gaan. Van verschillende kanten vroeg men echter een geheime zitting ter bespreking van deze keuze. Aanvankelijk scheen de voorz. daar niet veel ooren naar te heb ben, doch tenslotte werd tot een comité zitting overgegaan, de zooveelste reeds over de nog altijd niet opgeloste waterlei dingmisère. Het duurde opnieuw bijna uur, eer de deuren weer werden geopend. Na de heropening werd onmiddellijk ge stemd. 7 stemmen werden uitgebracht op prof. Romme te Amsterdam en 6 op mr. Fruin te Rotterdam. Mr. Romme werd dus aangewezen, terwijl mr. Fruin e.v. bij ver hindering zal worden uitgenoodigd. Hier na werd de vergadering gesloten. Dame: „Waarom laat u me niet instap pen? Er zijn toch twee plaatsen vrij?" Conducteur: „Maar niet naast elkaar!" EEN KUSTWEG IN ZEEUWSCH- VLAANDEREN. Door de streekplancommissie van Wes telijk Zeeuwsch-Vlaanderen (omvatten de gemeenten Breskens, Groede, Nieuw- vliet, Cadzand en Retranchement), werd besloten een weg te doen ontwerpen van Breskens langs de zeekust tot de grensge meente Retranchement, waar aansluiting gemaakt zou moeten worden op de wegen naar de Belgische badplaatsen. Het ont werp van dezen weg, gemaakt door Ir. D. Roosenburg en Jhr. Ir. J. de Ranitz, heeft eenigen tijd ter visie gelegen en moge in het kort hier worden besproken, aldus schrijft ons de K. N. A. C. Van Breskens, waar de weg zich nog even door een betrekkelijk nauw gedeelte van de bebouwde kom begeeft, loopt hij direct naar het Noord-Westen langs het voormalige fort Frederik Hendrik om van daar af met de kustlijn mee te buigen naar het Westen. Om redenen van waterstaat kundigen aard wordt het niet toelaatbaar geacht den weg op de kruin van den zee dijk te leggen, zoodat hij, behoudens enkele afsnijdingen, grootendeels vlak achter den dijk komt te liggen. Gelukkig zijn er en kele uitzonderingen op dezen regel en zal men nu en dan van een fraai uitzicht kun nen genieten, zoowel over zee en buiten- dijksgelegen gronden zooals de geïnun deerde Zwarte Polder, als naar enkele markante punten in het Zeeuwsche land binnendijks, zooals het Zwarte Gat en en kele Polders. Bij Cadzand buiet de weg met een groo te bocht naar het Zuiden naar de gemeente Retranchement, ten Noorden waarvan het uitwateringskanaal wordt gekruist. Op Belgisch gebied wordt dan de aansluiting gevonden op den weg naar KnockeLe Zoute. Het Zwin wordt dus, tot geruststelling van vele natuurliefhebbers, niet gekruist en kan in zijn wilden staat ongerept blij ven. Het voorloopige dwarsprofiel voorziet in een rijbaanbreedte van 6 m., die zoo noodig later kan worden uitgebreid tot 12 M., waarop de kruinsbreedte van de aarde- baan ruim berekend is. Over enkele weg- vakken zijn ook gescheiden banen voor op- en afgaand verkeer ontworpen. Wiel rijders zullen over de geheele lengte van den weg kunnen -worden geweerd, daar zij een geheel afzonderlijk rijwielpad ter be schikking krijgen met een tracé, dat op en kele plaatsen ver van den rijweg is ge legen. In het algemeen zullen de wielrij ders van meer uitzicht genieten, daar het rijwielpad grootendeels op den dijk is ge legen, hetgeen echter bij zwaren wind niet altijd zal worden gewaardeerd. Hier en daar zijn terzijde van den weg kleine bebouwingskernen zoodanig ontwor pen, dat zij door boschranden worden om geven, en dus geen storend, doch veel eer- doer een verlevendigend element vormen. Door den aanleg van parallelwegen is er voor gezorgd, dat er niet meer uitmon dingen op den nieuwen weg komen dan reeds door kruising met bestaande wegen het geval zou zijn. Bijzondere aandacht in het ontwerp is ook besteed aan de toekom stige beplanting van den weg, waarbij voor een prettige afwisseling tusschen beplan ting met populieren, knotwilligen, abeelen, eiken en met daartusschen eemge open vakken is zorg gedragen. De aanleg van dezen ongeveer 16 km. langen weg zal zeker belangrijk kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van dit voor al in den zomer zoo aantrekkelijke gedeel te van de Nederlandsche kust en zal in het bijzonder ook voor het toeristisch verkeer van en naar de Belgische badplaatsen van groote waarde kunnen zyn. Het is te hopen, dat spoedig overeenstem ming zal kunnen worden bereikt tusschen verschillende overheidsinstanties omtrent de financiering van dit project. VOOR IN NOOD VERKEERENDE MiSSIE VAN MGR. P. VERRIET OP CURACAO DIERBARE LANDGENOOTEN, Nu het ten slotte op vertrekken aankomt, en ik mijn afscheidswoord moet neerschrij ven, weet ik bijna niet, hoe mijn gevoelens van dankbaarheid in enkele trekken te schetsen. De vele vertrouwelijke brieven waarmee mijn meeste weldoeners hun gif ten deden vergezeld gaan hebben een bezit gevormd, dat mij vooral als priester zeer dierbaar is gewordenGij hebt mij uw geestelijke en tijdelijke nooden verhaald en mijn arm zwak gebed verzocht. Velen hebben medelijden met mij gehad omdat zij zelf ook door zorgen en kommer ver teerd werden. O hoe kostbaar zijn hun brie ven die ik als zoovele souvenirs naar de missie meeneem. Dierbare vrienden, velen zeggen, dat zij niet begrijpen, hoe in dezen tijd zulk een succes mogelijk is. Uw gebed en de pen ningskes der weduwen hebben God be wogen ons werk te zegenen. Uw gebed en dat der talrijke religieuzen, die mij zoo edel moedig hun steun toezegden. Uw gebed en de voorspraak van de H. Maagd, van den grooten H. Jozef en van de talrijke lieve Heiligen Gods die door U en door mij zijn aangeroepen, hébben dit wonder van Christelijke charitas ge wrocht. Op de eerste plaats dank aan God zon der Wiens hulp wij zelfs geen goede ge dachte kunnen vormen. Hij heeft in Zijn oneindige Liefde de harten mijner weldoe ners tot geven gestemd. Aan Hem zij de eer en de glorie in alle eeuwigheid. Op de tweede plaats dank aan ons Hoog waardig Episcopaat, dat zoo welwillend Zijn buitengewonen en onmisbaren steun gaf om dit succes te bereiken. Moge het goede, dat door Hun medewerking in de Nederlandsche kolonie van Curasao tot stand zal komen, honderdvoudig aan Hun eerbiedwaardige personen een aan de aan Hen toevertrouwde diocesen vergolden worden. Op de derde plaats dank aan de katholieke Pers die zooveel kosten heeft gemaakt en zooveel plaatsruimte heeft afgestaan met de telkens terugkeerende aanmoedigingen tot geven. En dan tenslotte dank aan alle gevers, zoowel aan hen die veel als aan hen die weinig gaven. Elke gift was mij dierbaar en is zeker nog meer dierbaar aan Gods hart. Onwillekeurig komen mij de woorden op de lippen die wy, priesters, eiken morgen in de H. Mis bidden: Quid retribuam Do- mine. Wat zal ik weergeven o Heer? Dierbare Landgenooten. In mijn 20-jarig missieleven heb ik Gods goedheid vaak zoo zichtbaar ondervonden dat ik na dit nieuw bewijs van Zijn goedheid mij afvraag hoe zal de, rest van mijn leven voldoende zijn om Hem mijn trouw en dankbaarheid te betuigen? Goddank dat O. L. H. ons Zijn eeuwigheid geeft om Hem te loven en te prijzen. Diezelfde God is ook goed voor U. Zooals de Missionaris het ondervindt dat God zich nooit door edelmoedigheid laat overtreffen, zoo zult ook gij het ondervinden. En in zoo ver mijn zwak gebed hiertoe zal kunnen bijdragen, kunt U van mijn kant daarop rekenen. Vrijdagmorgen vertrek ik tevreden en ge lukkig voor de 3de maal naar Curagao. Is Curagao nu uit den nood? Neen, de waar heid gebiedtTnij dit te zeggen. Een nieuwe kerk zal Monseigneur kunnen bouwen. Dat is de kerk van Jan Doret, maar, zooals Mon seigneur mij nog pas schreef, waar zullen we het geld vandaan krijgen om een nieuwe kerk te bouwen op Groot Kwartier om de kerk van Montagne te vergrooten en om een geheel nieuwe missiestatie te bouwen op Aruba waar een nieuwe kerk, pastorie, zusterhuis en school noodig zijn? Dat zijn de zorgen voor den kerkenbouw. En de niet minder groote zorg voor de rijpere jeugd kwelt onzen Bisschop. Wij konden het onlangs nog in de bladen lezen dat het Leger des Heils zich voorstelt intens te gaan werken voor de rijpere jeugd van Curagao. Deze jeugd is ongeveer geheel en al katholiek. Loge en Leger des Heils heb ben geldelijke middelen om de jeugd te trekken, die de missie niet heeft tenzy het moederland edelmoedig blijft. En daarom blijf ik onze missie in uwe edelmoedigheid aanbevelen. Voorloopig houd ik mijn giro nummer aan, terwijl de Z. E. pater Biesta Berg en D. weg 40, Nijmegen, gemachtigd is, de aalmoezen die nakomen te innen er mij op te sturen. Dierbare Landgenooten, nogmaals mijn oprecht hartelijken dank. Ik beveel mij aan in uwe gebeden. Van mijn kant zal ook ik U nooit vergeten. Met hartelijken Christus-groet, Uw toegenegene Pater A. DE BRUIJN O.P. Pastorie Berg en Dalsche weg 40, Nijmegen. Giro 288575. Het totaal aan giften bedraagt f 16019.77. Nagekomen giften voo:r de Missie van Curagao: N. N. Warmond ƒ5; N. N. War mond 1; A. te O. 1; NJï. 1. Begrafenisstoeten hebben nu officieel voorrang, 't Getuigt van weinig eer bied bij sommige weggebruikers voor 's menschen laitsten gang, dat dit voorschrift in de wet moest komen! En omdat samenwerking en beleefd- I heid langs den weg voor veilig ver keer onmisbaar zijn, rekent de A. N. W. B. op iiw medewerking en op üw goede voorbeeld! LEGENDE ONTWORPEN WEG KUSTWEG - ZEEUW5CH-VLAANDEREN 5CH00NDIJKE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 11