DINSDAG 9 MAART 1937 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 7 COLLECTIEVE ARBEIDS OVEREENKOMSTEN. Aan de memorie van antwoord op het voorioopig verslag over het wetsontwerp tot algemeen verbindend en onverbindend verklaren van bepalingen van collect.eve arbeidsovereenkomsten is het volgende ont leend: De vrees, dat het ontwerp een verdere stap zal blijken op den weg, die tot steeds dieper ingrijpende overheidsbemoeiing leidt, acht de regeering ongegrond. Veel eer zal langs dezen weg op den duur in perking dier bemoeiing mogelijk blijken, doordat een belangrijk gedeelte der ar beidsbescherming aan de bedrijfs-genooien ter regeling zal kunnen worden overge laten. In het midden latende, of de bepalingen in zake de fondsen, het leerlingwezen en de z.g. getalsverhoudingen noodig maken, het collectief contract voor een langer tüdvak dan een jaar af te sluiten, wordt opge merkt, dat partijen, indien zij dat wensche- lijk achten, ook in de toekomst de over eenkomst voor langer dan een jaar kunnen aangaan. Bij de uitvoering der wet valt te onder scheiden tusschen: 1. het voor de eerste maal verbindend verklaren van bepalingen van een collec tieve arbeidsovereenkomst; 2. het verlengen der verbindend-verkla ring, indien de werking dier overeenkomst na het verstrijaen van den termijn, waar voor de verbindendverklaring is uitgespro ken, voortduurt; 3. het verbindend verklaren van wijzi gingen, die partijen wenschen aan te bren gen m bepalingen van een collectieve ar beidsovereenkomst, welke ingevolge arakei 2 algemeen verbindend zijn verklaard. In het eerste geval behoort, naar het oor deel van de regeering, in het algemeen het advies te worden ingewonnen van een niet ambtelijk college. Bij de onder 2 bedoelde verlenging zal advies worden gevraagd, indien wijzigingen in de economische om standigheden twijfel doen rijzen, of ver lenging behoort te worden toegestaan. In het onder 3 vermelde geval zal een com missie worden gehoord, indien de wijzigin gen, welke partijen wenschen aan te bren gen, van voldoende beteekenis zijn. De regeering ziet vooralsnog geen vol doende redenen om te voldoen aan den aan drang van vele leden tot inschakelen van een controle-instantie, belast met het toe zicht op de naleving van verbindend ver klaarde bepalingen. Naar aanleiding van de daaromtrent ge stelde vraag, geeft de regeering als haar meening te kennen, dat verbindendverkla ring niet ten gevolge behoeft te hebben, dat een staking, welke ten doel heeft om onverbindend verklaarde bepalingen eener collectieve arbeidsovereenkomst opgenomen te krijgen in individueele arbeids-overeen- komslen, als een onrechtmatige daad be schouwd wordt. UITBREIDING BLOEMBOLLEN EXPORT Schrijven van de Haarlemsche Kamer van Koophandel De Kamer van Koophandel voor Haar lem en omstreken heeft besloten een brief te zenden aan den minister van Landbouw en Visschery inzake uitbreiding van den bloembollenexport. De aanwending van een deel der in Ne derland gestorte gelden op de Neder- landsch-Duitsche clearjng tot aflossing van de vorderingen, die op Sonder- en Zwi- schen-konti werden gestort, werd in Sep tember 1934 geblokkeerd. In het voor 1937 met Duitschland afge sloten clearing-verdrag werd overeenge komen, dat nadat in Jan. 1937 alle op 24 September 1934 geblokkeerde vorderin gen zouden zijn afgelost het vrijkomen de percentage der clearinggelden in de eerste plaats zal worden gebruikt om de positie van de Nederlandsch-Duitsche clea- ring, die in 1935 ontstanen nieuwen ach terstand vertoont, welke in 't begin van 1937 nog ongeveer 35 millioen gulden be droeg, te versterken. Het is ons bekend aldus het schrijven dat zoodra deze omstandigheden het zullen veroorloven, beide regeeringen zul len nagaan of een deel van de vrijkomen de 15 pet. der clearinggelden beschikbaar kan worden gesteld voor de verruiming van den uitvoer naar Duitschland. Voor het bloembollenbedrijf, hetwelk in het district dezer Kamer een uiterst voor name plaats inneemt, zop het van groot belang zijn, indien een groot deel der vrij komende gelden dienstbaar zou kunnen worden gemaakt aan de uitbreiding van den uitvoer van bloembollen naar Duitsch land. Zulks temeer, omdat Duitschland een belangrijk afzetgebied kan vormen van vroege tulpen, van welk deel een belang rijk surplus aanwezig is, welk surplus vooral veroorzaakt wordt door den gerin- geren export naar Duitschland. De minister wordt verzocht aan deze be langrijke materie zijn aandacht te willen schenken. DE RIJMPRENT. Namen de schoolbesturen niet genoeg af? De regeering heeft besloten de rijmprent uitgegeven ter gelegenheid van het huwe lijk van H. K. H. Prinses Juliana ook voor het publiek verkrijgbaar te stellen. Exem plaren kunnen worden aangevraagd, by de rijksuitgeverij. De Nederlandsche Consul te Barcelona in Den Haag, De Minister van Buitenlandsche Zaken brengt ter algemeene kennis, dat de heer Ch. J. H. Daubanton, consul der Nederlan den te Barcelona, morgen voor belangheb benden te spreken za! zijn in het departe ment van Buitenlapdsche Zaken, Plein 23, 's-Gravenhage en wel 's namiddags van 3 tot 5 uur TH. VAN MAANENt Directeur van de Ned. Heidemaatschappij In den ouderdem van 54 jaar is gister morgen te Arnhem plotseling overleden de heer Th. van Maanen, directeur van de Ned. Heide-Maatschappij. Zoo men weet was de heer Van Maanen eerst het vorige jaar benoemd tot directeur van deze maat schappij, zoodat zijn loopbaan als zoodanig wel heel kort is geweest. De heer van Maanen werd op 4 Januari 1883 te Woudenberg geboren. Hij genoot zijn opleiding te Amersfoort en daarna begon hij zijn loopbaan in de Zuivelindus trie. Hij maakte om zich te bekwamen in dit vak in 1801 een studiereis naar Dene- msrken en in 1902 naar Engeland. In het daarop volgende jaar volgde hij de eerste tweejarige cursus van de Heide-Maat- schappij. In 1906 volgde zijn benoeming aan het hoofdkantoor der Maatschappij te Utrecht. Na verschillende functies doorloopen te hebben werd de heer Van Maanen in 1913 benoemd tot inspecteur van de technische dienst en op 1 Febr. 1920 volgde hij de heer J. G. Bessem, die naar Rotterdam vertrok, als adjunct-directeur van de Ned. Heidemaatschappij op. Tenslotte werd hij op 6 April 1936 benoemd tot directeur als opvolger van J. P. van Lonkhuysen. TIJDELIJKE AFSLUITING VAN DEN WEG HAASTRECHT—OUDEWATER. Sinds Zondag en tut 23 October zal het gedeelte van den provincialen weg Gouda De MeernUtrecht tusschen Haastrecht en Oudewater wegens reconstructiewerkzaam- heden op werkdagen (des Zaterdags tot 1 uur) voor alle verkeei zijn afgesloten. Des Zaterdagnamiddags, des Zondags en op Feestdagen zal de weg dus voor het verkeer ter beschikking zijn. In 1936 werd het gedeelte Gouda Haastrecht van dezen weg belangrijk ver beterd, de bovengenoemde werkzaamheden vinden plaats aan hst aansluitende wegvak. Het verkeer van Den Haag en Rotterdam via Gouda zal zijn weg thans moeten nemen over den weg (met twee tollen) Gouda Bodegraven, die by Bodegraven uitkomt op den 'hoofdverbindingsweg Leiden Utrecht. De door Gouda te volgen weg zal door borden duidelijk worden aangegeven. Wanneer zeer binnenkort het eerste ge deelte van den autoweg Den HaagUtrecht tot Zoetermeer zal worden opgesteld (12 K.M.) mag op een toeneming van het ver keer van den Haag naar Utrecht via Goud-a worden gerekend. Te hopen valt derhalve, dat met de voorgenomen werkzaamheden de uiterste spoed zal worden betracht. DE FILM „GOLGOTHA" IN BESLAG GENCMEN. In de gemeentelijke concertzaal te Haar lem zouden gisteravond twee voorstellin gen worden gegeven door den heer J. Th. v. d. Wal, filmoperateur te Haarlem met aanbeveling van het Haarlemsch Co mité voor Katholieke Actie van de film „Golgotha", waarin Harry Baur op zoo voortreffelijke wijze de hoofdrol vervult. Ongeveer ruim een half uur nadat de eerste voorstelling moest beginnen, deelde de heer v. d. Wal den velen bezoekers mede, dat de vertooning niet door kon gaan omdat een deurwaarder r'? film vlak voor het begin der voorstelling in beslag had genomen. De bezoekers konden hun entreegeld te rugkrijgen. Het beslag is uitgebracht vanwege de eigenaresse van de film, de Fransche Film Mij. France-Europe, lid van den Ned. Bios coopbond, met machtiging van de presi dent van de rechtbank te Haarlem. De Fransche Mij zou de film alleen ver huurd hebben voor vertooning in berloten bijeenkomsten en in kloosters, pensionaten en dergelijke. Het gaat er nu maar om: wat verstaat men onder „dergelijke". De film was verhuurd door de eigena resse aan het Paedagogiseh Filminstituut te Zutphen, welke de film op haar beurt had verhuurd aan de stichting ..Gezins film" voor vertoomng in het openbaar. De Stichting „Gezinsfilm" heeft de film dan ook reeds vijftig maal in het openbaar vertoond zonder ooit moeilijkheden gehad te hebben en had de film thans verhuurd aan den heer v. d. Wal; ook voor vertoo ning in het openbaar. Hoewel eerst was gemeld, dat de Ned. Bioscoopbond, buiten deze actie staat, ver nemen wij, dat de Bioscoopbond 2000. boete opgelegd zou hebben aan de Fran sche Mij., indien deze Mij. de vertooningen van „Golgotha" irt het openbaar niet zou onmogelijk maken. FILMKEURING IN 1936. De aard der aangeboden films minder onschuldig. Ontleend is aan het verslag over de werkzaamheden der Centrale Commissie voor de keuring van films in het jaar 1936: De bijzondere regeling van de keuring van Nederlandsche actualiteiten heeft in het jaar 1936, in het algemeen genomen goed voldaan. In totaal zijn tot 1 Januari 1937 door de centrale commissie behandeld 24.720 films. Uit de percentages van de meterlengten der nieuwe films blykt, dat er thans is toegelaten voor alle leeftijden 48.2 pCt. (vorig jaar 54.8 pCt.), boven 14 jaar 23.8 pCt. (18.8 pCt.), welke vermindering en vermeerdering vrijwel tegen elkaar opwe gen. In totaal zijn 38 films niet toegelaten, t.w.: 1 documentaire film, 6 kleine en 31 groote speelfilms. Hier zyn eenige by, wel ke ook reeds in een vorig verslag vermeld werden en nu opniduw verboden werden. De lengte der films, welke voor alle leef tijden zijn toegelaten, is met 7.1 pCt. afge nomen, terwijl die der films, toegelaten boven 14. jaar, met 5.4 pCt. vermeerderde. De aard der aangeboden films was min der onschuldig, zoodat een grooter deel slechts voor een hoogeren leeftyd kon wor den vrijgegeven. Uit een tabel blijkt, dat Amerika een veel grooter aantal films importeerde. Was dit aantal m 1935 kleiner dan in 1934, in 1936 was die achteruitgang niet alleen ge stuit, maar overtrof de invoer van dien over 1934. Ook percentsgewijs steeg Ame rika belangrijk bij 1935 vergeleken. Duitsch land leverde een even groot aantal films als in 1935, wat niet alleen een stilstand beteekent, maar percentsgewijs ook een achteruitgang, in aanmerking genomen het grooter totaal-aantal groote films. Tewaterlating „Nieuw Amsterdam", Naar men ons meldt, heeft H. M. de Koningin zich bereid verklaard, in den namiddag van 10 April ie doopplechtig heid te verlichten en de tewaterlating bij te wonen van het zich op een der hellin gen van de Rotterdamsche Droogdok Maat schappij in aanbouw bevindend stoom schip „Nieuw Amsterdam" van de Hol landAmerika lijm RECHTZAKEN DE MIJDRECHTSCHK MILLIOENENAFFAIRE. Behandeling wordt op Donderdag 1 April voorgezet. Naar wij vernemen zal het Amsterdamsch Gerechtshof Donderdag 1 April a.s. de be handeling van de Mijdrechtsche millioenen- zaak voortzetten. De kweeker J. B. uit Mijdrecht speelt in deze omvangrijke strafzaak de hoofdrol. Hij maakt aanspraken op de door mevrouw van Wieringen nagelaten millioenen. Hij legde ten bewijze van zijn rechten stukken over, die later in een strafproces valsch werden verklaard, de rechtbank veroor deelde hem tot twee en een half jaar ge vangenisstraf, een straf, die door het Hof tot vier jaar werd verhoogd. Terwijl hij zijn straf onderging, deed hü door zijn raadslieden mr. Venhuyzen en mr. ten Bokkel uit Haarlem, een nieuw stuk in de civiele procedure overleggen. Uit dat nieuwe stuk, onderteekend met den naam van mevr. van Wieringen, zou blijken dat hij recht had op landerijen ter waarde van drie ton. De geschiedenis herhaalde zich, weder om betwistte de tegenpartij de echtheid en ten tweede male maakte het O. M. een strafprocedure tegen den Mijdrechtenaar aanhangig. Conform den eisch veroordeelde de rechtbank den man wegens gebruik ma ken van een valsch geschrift, tot twee jaar gevangenisstraf. In October j.l. diende deze tweede zaak tegen B. voor het Hof. Na een zeer uitvoe rig getuigenverhoor gelastte dit college een onderzoek naar verd.'s geestvermogens. De deskundigen achtten hem toerekeningsvat baar. Voor deze voortgezette behandeling zyn wederom eenige getuigen gedagvaard. VAN M'N BOEKENTAFEL De Koddige avonturen van Boffle. Uitgave N.V. Albert Heyn. Behoeven we „Boffie" nog aan u voor te stellen? Maanden en maanden lang reeds spreekt deze kleine snaak u toe. In con- ranten- en bioscoopreclame's, op aanplak borden, schuttingen en waar niet al meer hebt u Boffie gezien, het leuke ventje met het groote presenteerblad, waarop tal van kopjes geurige Albert Eeijn's Koffie prij ken. Zooals zoovele malen met een reclame object geschiedt, is ook Boffie het onder werp geworden van een leutig kinderver haaltje. De koddige avonturen van Boffie, een fraai geïllustreerd boekje, waarvan het bezit voor de jeugd een blijde en welkome verrassing is. Op vermakelyk-onderhoudende wijze, wordt in dit boekje verhaald, wie Boffie is, hoe hy bij Albert Heyn reclame-wandelaar wordt, hoe hij daarbij aller harten wint en de menschen zelfs hun werk in den steek laten, om eerst te genieten van het geurige kopje koffie, dat Albert Heijn's Boffie voor hen gereed houdt. Een orgineele manier van goede reclame maken, welke zeer zeker de aandacht ver dient en zeker ook zal inslaan. In het boekje, dat 42 pagina's beslaat, is ten slotte ook opgenomen het Boffie-lied, vervaardigd door Louis Davids. Wat moet ge weten van den dienstplicht? Op bovenstaande vraag geeft een Hand leiding voor ouders, voogden, hoofden van onderwijsinrichtingen, a.s. dienstplichtigen enz., samengesteld door M. Verhoeven, ka pitein toegevoegd i.d.c., een antwoord. Aan den dienstplicht wordt gewoonlijk weinig of niet gedacht tot het oogenblik waarop de dienstplichtige „op moet ko men" en dan weet men niet, wat er alle maal gebeuren kan, welke rechten een dienstplichtige heeft, welke verzoeken hij kan doen en zoo meer. Men laat de zaak op z'n beloop en het komt vanzelf in orde, maar het is toch prettig om tydig te weten, waar men aan toe is. Het handige 30 bladzijden tellende boek je van kapitein Verhoeven is daarbij een betrouwbare gids. Het geeft inlichtingen omtrent alles en nog wat over den dienst plicht en bevat- bovendien modellen van verzoekschriften, welke zeer goede diensten kunnen bewijzen. De Handleiding wordt uitgegeven door de firma Joh. Enschedé en Zonen te Haar lem en is verkrijgbaar voor 0.35. UIT DE OMGEVING BILLEGOM. Nieuwe conversie-leeling. De gemeen te Hillegom geeft uit 1.303.000 ZV, pet. obligaties in stukken van 1000, koers van uitgifte 99 pet. met recht van voorkeur voor de houders van niet-uitgelote obliga ties der per 12 April 1937 aflosbaar gestel de 4 pet. obligatie-leening 1*34, een en an der onder voorbehoud, dat de nieuwe lee ning doorgaat. De leening is a pari aflos baar in 34 jaar, beginnende in 1938. De vaste schuld der gemeente bedroeg op 1 Jan. 1937 ƒ2.820.412, of ƒ243 per in woner. Hiervan komt ten laste van de be drijven ƒ807.028.05 en ten laste van wo ningbouwvereniging ƒ857.186.93; totaal 1.674.215.05 voor geldelijke productieve doeleinden of 144 per inwoner, zoodat rechtstreeks ten laste der gemeente blijft 1.146.197.08 d.w.z. voor geldelijk impro ductieve doeleinden (ƒ99 per inwoner). Van de bedrijven leverde het Waterlei dingbedrijf over het jaar 1935 een batig saldo van ƒ5.186.42, waarvan aan de ge meente 747.11 kon worden uitgekeerd. In de begrooting voor 1937 zijn de uitkomsten van het Gasbedrijf in het Waterleidingbe drijf opgenomen met een batig saldo van respectievelijk 190.38 en 3022.67. Voor de gemeentefondsbelasting is de ge meente ingedeeld in de 3e klasse en voor de psrsoneele belasting in de 6e. Het totaal zuiver inkomen der inwoners bedroeg: over 1929/30 ƒ6.638.568, over 1930/31 ƒ6.667.207; over 1931/32 ƒ6.784.251; over 1932/33 ƒ5.013.000; over 1933/34 ƒ3.684.313; over 1934/35 ƒ3.648.044. Het to taal zuiver vermogen der inwoners bedroeg over 1930/31 ƒ30.930.000; over 1931/32 19.396.000; 1932/33 ƒ16.359.000; over 1933/34 13.244.000. Examen M.U.L.O. =- Het schriftelijk ge deelte van het M.U.L.O.-examen wordt dit jaar gehouden op Donderdag 3 en Vrijdag 4 Juni. Voor dezen omtrek worden ds exa mens hier ter plaatse in Hotel „Flora" ge houden. Motersport. Bij de gehouden Motor wedstrijden in het Langeveld te Noord- wijkerhout werd de heer Frans Visbach al hier le in de 125 c.c.-klasse (oefenklasse). NOORDWLÏK. Belastin gverhooging. De by den gemeenteraad ingediende be grooting voor het dienstjaar 1937 wijst, wat den gewonen dienst aangaat een eindcijfer aan van 782.898.80. Voor het sluitend ma ken der begrooting is beschikt over een deel der algemeene reserve, ten bedrage .van 26.730. Bovendien stellen B. en W. den gemeen teraad voor de opcenten op de gemeente fondsbelasting te brengen van 65 op 75 en de opcenten op de hoofdsom der personeele belasting met 30 te verhoogen en aldus te bepalen op 120210. Deze heffing is pro gressief; zij begint met een belastbare huurwaarde van 175, terwijl 210 opcenten zullen worden geheven bij een huurwaarde boven de 900. Reclasseering. Door het bedanken van notaris A. B. Ter Haar, die deze functie wegens drukke werkzaamheden niet langer kan vervullen, is benoemd tot correspon dent der R.K. Reclasseeringsvereeniging, de heer J. H. A. van der Weijden, Pické- straat 49, alhier. NIEUW VEEN. De brug voor het nieuwe Raadhuis. Het melken van een nieuwe brug voor het nieuwe Gemeentehuis is door Burgemeester en Wethouders opgedragen aan de firma Bodegraven en de Pater te Nieuwkoop, de aannemers van het nieuwe Raadhuis. Voor dit werk werden uitgenoodigd de plaatselijke metselaars en voornoemde firma. De inschrijvingssommen waren de navolgende: J. Kwakkenbos te Nieuwveen voor 695.P. Egberts te Nieuwveen voor 685.Bodegraven en de Pater te Nieuwkoop voor 635.Van de firma v. Dijk alhier kwam geen biljet binnen. TER-AAR. Een woning verbrand. Hedenmorgen heeft te Korteraar een felle brand gewoed in de woning van de weduwe H., bewoond door G. B. Te circa half zes werd de brand ontdekt boven op zolder bij den schoorsteen. Spoe dig wisten de bewoners een deel van het meubilair uit het huis te dragen, en de brandweer, die terstond ter plaatse was, kon den brand voorioopig beheerschen. Later eobter begon het op andere plaatsen te brengen en wel zoo hevig, dat het rieten dak van de woning vlam vatte; aan blus- sohen viel toen niet meer te denken. De motorspuit bepaalde zich toen uitsluitend tot het beschermen van de belendende per- ceelen, wat met succes gelukte. De Burgemeester was bij het blusschings- werk aanwezig. Vorige week Zaterdag was ook in dit perceel een begin van brand geconstateerd; toen echter wist men het vuur onmiddel lijk te blusschen. Omtrent de oorzaak van den brand is ons nog niets bekend. STOMP WIJK. Geboren: Maria Johanna Francisca, dochter van J. W. M. Boogmans en G. A. Luiten Helena Petronella. dochter van W. J. A. v. d. Drift en A. P. den Hollander Gerardus Nicolaas, zoon van F. G. van Rijn en M. J. Lelieveld. YEÜR, Geboren: Bartholomeus Hendricus Jozef, zoon van A. J. v. d. Lans en J. H. Zandbergen Klaasje Ida, dochter van R. Klarenberg en Y. Glasbergen. RUNSBURG. GEMEENTERAAD. Na een korte discussie is gisteravond in den Gemeenteraad van Rijnsburg een rege ling van de bijdragen aan ziekenfondsen cn z. h. st. aangenomen. Het onbewoonbaar-verklaren van 28 woningen. Voorts kwam in behandeling, een voor stel van B. en W. om over te gaan tot onbe woonbaarverklaring van 28 woningen. De Inspecteur der Volkshuisvesting had een lijst van 69 woningen die voor onbewoon baarverklaring in aanmerking kwamen, opgesteld. De voorzitter zegt met de wet houders en den heer Kort een rondgang gemaakt te hebben, waarbij is gebleken, dat de voorgestelde 28 woningen hun in ziens niet voor verbetering vatbaar waren. Voor de overige 41 woningen achten B. en W. wel verbetering mogelijk. Voor deze 41 woningen wil daarop- de heer Zandbergen 16 voorstellen indienen, hetgeen de heer v. Duyn steunt. De heer Zandbergen herinnerde eraan, dat het ge meentebestuur indertijd aan de woning- bouwvereeniging „Spinoza" had verzocht mede te deelen waarop een toen voorgeno men bouw van 41 woningen was gebaseerd; Uit de verstrekte lijst van slechte woningen noemde spreker enkele voorbeelden. In De cember 1935 gaf de Minister van Sociale Zaken te kennen, dat het bouwen van 41 woningen wenschelijk en noodig was. B. en W. bekommerden zich echter niet om dit advies. De vereeniging ging niet in op een voorstel van 21 woningen van B. en W., omdat dit de huur per woning te hoog zou maken. De Inspecteur van de Volksgezond heid stelde daarop te Rijnsburg een onder zoek in en achtte van 69 woningen den toestand zoo slecht, dat zij onbewoonbaar verklaard te worden. De heer Zandbergen betreurt voorts de afkeerigheid van sociale maatregelen bij B. en W. Ook van de zijde der predikanten was helaas geen protest gehoord, hoewel zij toch met de slechte toe standen, zooals de rieten en houten afschei dingen tusschen twee woningen, bekend moesten zijn. Spr. acht dit in strijd met het Christelijk beginsel: „Hebt uw naasten lief gelijk uzelven". Hij vindt het onbegrij pelijk, dat de voorzitter zich niet boven deze belangenpolitiek verhief. De gang van zaken zal intusschen wel niet de instem ming hebben van de hoogere instanties. Spr. bepleit, dat het College de belangen van alle ingezetenen zal behartigen en geen groepsbelangen zal voorstaan. Hij vraagt, of de beginselen van de C.-H. en de A.-R. alleen maar paradepaarden zyn nu de ver kiezingen in het zicht komen, of dat deze beginselen nu in praktijk zullen worden gebracht. Het is spr. telkens gebleken, dat deze met voeten worden getreden. De heer Kralt protesteert, constateert, dat men vrij is op het voorstel kritiek uit te oefenen, maar dat het treden van begin selen met onbewoonbaarverklaring niets te maken heeft. De voorzitter ontneemt dan den heer Zandbergen het woord. De heer v. Duijn zegt, dat de lijdensweg van de bouwplannen zeer juist door den heer Zandbergen is weergegeven. De heer Kralt stelt voor, dat B. en W. voor de resteerende 41 woningen nagaan, wat er aan verbeterd moet worden en dat zij dan de eigenaren in de gelegenheid stel len de woningen in orde te brengen. De heer Van Duyn vindt het beter, eerst onbewoonbaar te verklaren en dan de aan vragen voor verbouwing af te wachten. De voorzitter acht dit onmogelijk door den ontruimingstermijn. Daarna lichten beide partijen aan de hand van enkele woningen hun standpunt toe. De heer Kralt vindt het onjuist, dat de heer Zandbergen het rapport van den Inspecteur der Volkshuisvesting als richt snoer heeft genomen. De heer v. d. Gugten, die zegt huiseige naar te zijn, is sterk gekant tegen het voor stel van B. en W. De huiseigenaren hebben hun handen vol om hun eigen huis in stand te houden. Hij stelt voor de 21 woningen nogmaals te onderzoeken. Het onbewoonbaarver klaren van 61 wo ningen wordt daarna verworpen. Vóór de heeren v. Duyn en Zandbergen. Het voor stel van B. en W. werd aangenomen met 93 st. Tegen de heeren v. d. Gugten, Kralt en Knijf. Bij de rondvraag vraagt de heer Zand bergen of B. en W. nu bereid is aan het bouwplan van 41 woningen mede te wer ken. De voorzitter antwoordt hierop, dat B. en W. op het oogenblik niet voor deze vraag staan. Tenslotte vraagt de heer v. Duyn nog, wanneer B. en W. de tarieven van gas en electriciteit denken te verlagen en hoeveel. Weth. v. d. Vijver antwoordt, dat deze zullen gewijzigd worden volgens de aan genomen overeenkomst, zoodra deze door de gemeente Leiden is bekrachtigd. Er is echter vertraging ontstaan door de behan deling van de Leidsche Gemeentebegroo- ting. Er was tariefsverlaging in het uitzicht gesteld. Spr. heeft gepoogd een definitief aanbod te krijgen. Leiden wilde alleen overnemen. De heer Zandbergen wil B. en W. machti gen opnieuw besprekingen te voeren, want hij vreest, dat nog meer menschen zich zullen laten afsnijden van gas en electri citeit. De heer de Vijver zegt, dat het nu wel spoedig te Leiden in behandeling zal komen en ook de voorzitter stelt voor eerst ai te wachten. OEGSTGEEST. Toestand raadslid Krujzinga. De toe stand van het raadslid Kruizinga, verpleger in „Endegeest", is langzaam vooruitgaan: -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 7