VRUDAG 12 FEBRUARI 1937
DE LEIUSt'HE COURANT
CERDE BLAD - PAG. 9
VQAGEM OVED OriJ GELOOF
Vraag 152. We lezen in de Evangeliën,
dat Jesus aan drie menschen, aan het doch
tertje van Jaïrus, aan den jongeling van
Naïm en aan Lazarus den weldaad van de
ten-leve n-o pwekking heeft bewe
zen. Was dat eigenlijk wel een w e 1-
d a a d? Ze waren toch zeker uitverkoren
zielen, en na hun dooa eeuwig gelukkig; nu
moesten zij na hun opwekking weer op
nieuw ais menschen met vrijen wil hun
best doen om de eeuwige zaligheid te be
reiken. En bovendien: als de dood een
straf is was het dan voor hen niet erger
dat zij tweemaal die straf moesten
ondergaan?
Antwoord. We kunnen wel veilig aan
nemen, dat Lazarus in Gods genade ge
storven was, maar volkomen zekerheid
hierover bezitten we niet. Wat we wei
zeker weten is, dat hij na zijn dood niet
het bizonder oordeel heeft ondergaan.
Want na het bizonder oordeel is het voor
den mensch onverbiddelijk beslist, of hij
eeuwig gelukkig of eeuwig ongelukkig zal
zijn. Dit leert het geloof Welnu, omdat van
glip eeuwigheid vaststond, dat Lazarus na
zijn verrijzenis nog een tijd zou doorbren
gen op aarde om zijn eeuwige zaligheid te
verdienen, is hij na zijn (eerste) dood niet
door God geoordeeld Zijn ziel verbleef toen
dus niet in den Hemel; in ^eder geval zijn
ziel genoot niet de eeuwige gelukzaligheid;
Waar zijn ziel dan wel verbleef kunnen we
niet zeggen: dit is ons niet geopenbaard;
zelfs weten we niet, of zijn ziel toen zich
bewust was van haar toestand, of zich be
vond in een soort van bewusteloosheid; in
ieder geval hebben de evangelisten daar
van niets geschreven.
Inderdaad is de dood een straf voor den
mensch. Maar we moeten hierbij niet ver
geten, dat het heel natuurlijk is voor
den mensch, dat hij sterft. God had aan de
eerste menschen de onsterfelijkheid van het
lichaam gegeven als een buitennatuurlijke
gave. Door de zonde is die buiten natuur
lijke gave hem ontnomen. Dat Lazarus
tweemaal onderworpen is geweest aan die
straf was het noodzakelijk gevolg van het
feit dat Christus hem ten leven opwekte.
En dit was inderdaad een weldaad, zoowel
voor Lazarus zelf, die daardoor een lang
duriger leven verkreeg als voor zijn zus
ters en zijn vrienden.
Hierbij mogen we nog opmerken, dat het
eerste doel van Christus' wonderen niet is
geweest: het bewijzen van' stoffelijke wel
daden, maar het bevestigen van Zijne
goddelijke zending, d.w.z. de waarheid
daarvan bewijzen.
Wat hierboven is gezegd van Lazarus
geldt ook van den jongeling van Naïm, en
het dochtertje van Jaïrus.
Vraag 153. Voor het verdienen
van een aflaat wordt soms vereischt,
dat men „bidt tot intentie van Zijne Heilig
heid den Paus". Hoelang moet men dan
bidden, om de aflaat te verdienen? Welke
gebeden moet men dan bidden? Of is men
dan vrij in zijn keuze?
Antwoord. Niet „s o m s", maar „g e-
w o o n 1 ij k" wordt voor het verdienen van
een volle aflaat een gebed tot intentie van
Z.H. den Paus vereischt, een gebed dus vol
gens de m e e n i n g van Z.H en die is
dan: tot verheffing der Katholieke Kerk,
tot uitroeiing der ketterijen, de bekeering
der zondaren, den vrede en de eendracht
onder de Christenvorsten, en de andere
noodwendigheden der Christenheid.
Dit gebed moet altijd een mondgê-
bed zijn, dus een gebed met den geest al
leen, een overweging, volstaat niet; wel mag
het door meerderen afwisselend worden
gebeden (b.v. een Litanie, psalm enz.), of
door één worden voorgebeden, terwijl de
anderen aandachtig volgen.
Soms worden bepaalde gebeden
voorgeschreven.
Wanneer geen bepaalde gebeden
zijn voorgeschreven, dan mogen deze naar
eigen keuze worden genomen. Wat de h o e-
veelheid en de duur der gebeden
betreft, heeft Pius XI den 20sten Sept. 1933
bepaald, dat het voldoende is om één
maal Onze Vader, Wees ge
groet en Eere aan denVader
te bidden, of een ander gebed van gelijke
tijdsduur. Hiermee volstaat men b.v. voor
het verdienen van den vollen aflaat ver
bonden aan het Gebed voor het Kruisbeeld
na de H. Communie.
Voor één soort van aflaten echter moet
een uitzondering worden gemaakt, n.l. voor
de zoogenoemde totiesquotie s-a f-
laten, d.w.z. die aflaten, (volle aflaten),
die men verdient zoo dikwijls men
een kerk bezoekt; dan zijn deze gebeden
bepaald, n.L zesmaal Onze Vader,
Wees gegroet en Eere aan den Vader
die men niet door andere gebeden mag ver
vangen. Dit is b.v. het geval met de Por-
tiuncula-aflaat (op 1 en 2 Augustus of daar
op volgende Zondag) en de aflaat voor de
geloovige zielen op 1 en 2 November.
Nog kan worden opgemerkt, dat meer
malen wordt voorgeschreven, dat deze ge
beden moeten worden verricht t ij d e n s
het kerkbezoek; staat dit er niet uitdruk
kelijk bij. dan kan men ze ook elders bid
den, maar dan moet tijdens het kerkbezoek
toch iets worden gebeden.
Vraag 154. Wat is het verschil tusschen
„v a s t e n" en „o n t h o u d i n g"?
Welke katholieken zijn verplicht onder
groote zonde te vasten? Kunt U mij een
beknopte samenvatting geven van het be
grip „v a s t e n"?
Antwoord. U schrijft, dat het U geble
ken is, dat de meeste katholieken geen
onderscheid weten tusschen vasten en
onthouding, of, in elk geval niet
weten, dat men op sommige dagen ver
plicht is te vasten. Dit is, geloof ik, wel
te sterk uitgedrukt. Misschien dat er heel
veel zijn, die dat verschil niet met zooveel
woorden kunnen formuleeren, maar het
practisch toch wel weten In elk geval weet
ce goede katholiek wel, dat hij op de dagen
van de groote Vasten maar één vollen maal
tijd mag gebruiken.
Als U echter schrijft, dat vele katholieken
uit uw omgeving op dit puni onwetend zijn,
dan is het wel van belang uw vragen hier
te beantwoorden, en, omda' de groote Vas
ten is begonnen, nog vóór andere ingezon
den vragen, die nog op een antwoord wach
ten.
De Kerk legt aan alle katholieken, die
hun 21ste jaar voleind hebben (dus vanaf
den dag, waarop zij 21 jaar worden) en
hun 60ste jaar oog met zijn ingetreden (dus
tot aan den dag, waarop zij 59 jaar oud
worden) de plicht op, sommige dagen te
vasten, d.w.z., zij mogen op die dagen
slechts eenmaal een vollen maaltijd
gebruiken, 's avonds een zoogenaamde col
latie (eenige boterhammen met wat kaas,
een ei of een stukje visch) en 's morgens
een stukje brood; de volle maaltijd mag
ook worden/omgewisseld met de collatie.
Zulke dagen heeten vastendagen, b.v.
alle weekdagen van de groote Veertigdaag-
sche Vasten.
De Kerk gebiedt aan allen, die hun 7de
jaar voleind hebben, op sommige dagen zich
te onthouden van vleesch en jus uit vleesch.
Zulke dagen zijn b.v. alle Vrijdagen van het
jaar.
Nu hoort men dikwijls zeggen: „Morgen
is het vastendag", terwijl men bedoelt: ,,'t Is
onthoudingsdag, magerdag".
Een magerdag kan met een vastendag
samenvallen, zooals b.v. alle Vrijdagen in
de groote Vasten. Ook alle Quatertemper
dagen zijn tegelijk vasten- en mager-dagen.
Als een vastendag niet tegelijk mager
dag is, mogen zij, die moeten vasten, slechts
eenmaal per dag vleesch (jus uit vleesch)
gebruiken," en wel alleen bij de hoofd
maaltijd.
Zoowel de vastenwet als de onthoudings-
wet verplichten onder zware zonde. Men
maakt zich echter alleen aan zware zonde
schuldig, als men deze wetten wetens en
willens aanmerkelij k overtreedt. De
overtreding is slechts dagelij ksche zonde,
wanneer men zonder reden slechts een klei
ne hoeveelheid van de verboden spijs
neemt. Ik zeg: zonder reden. Want wanneer
men b.v. op een magerdag een spijs heeft,
waarin eenige kleinere stukjes spek zijn
achtergebleven, dan mag men die spijs toch
nemen. Men moet het met de Kerkelijke
Wet wel ernstig nemen, maar zich van den
anderen kant wachten voor al te groote
angstvalligheid.
Natuurlijk kan men zoowel van de Vas
ten als van de Onthoudingswet om wettige
reden ontslagen zijr.
Voor een volledige beschrijving van de
Vasten- en Onthoudingswet verwijzen wij
U naar het aanhangsel van de Katechismus.
Vraag 155. In het Evangelie van het
bruiloftsmaal wordt verhaald, dat, na de
weigering van de eerstgenoodigden, de ar
men en ongelukkigen van de wegen en
kruispunten werden „gedwongen" om
binnen te treden. Toen zag de heer er een
zitten zonder bruilofskleed. Deze werd toen
„in de uiterste duisternis" geworpen. Maar
hij was toch niet schuldig, omdat hij toch
ook was „gedwmgen" erin te gaan? En hij
werd nog wei aangesproken met „vriend"!
Antwoord. Het tweede deel van de pa
rabel over het bruiloftsmaal is een duide
lijk toespeling op het laatste oordeel, waar
ook de goeden van de slechten zullen ge
scheiden worden. In de brudoftszaal waren
meerdere slechten (Mt. XXII 10) en slechts
één wordt als voorbgeld gesteld. In zoo
verre heeft de gelijkenis veel overeen
komst met die van het vischnet, waarin
goede en slechte visschen zijn, en pas na
de vangst heeft de schifting plaats.
Om eenmaal deel te mogen hebben aan
het eeuwige bruilofsmaal in den Hemel
moet men het Kleed der heiligmakende ge-
'nade dragen, hetgeen hiei wordt aangeduid
met het dragen van het bruilofskleed, het
feestkleed: en die gedachte geeft in de
parabel den doorslag. Hóe en waar die
gast ervoor had moeten zorgen, dat hij een
feestkleed had, wordt hier niet verder ver
haald: er wordt slechts verondersteld, dat
hij tijd had om behoorlijke kleeding aan te
trekken, zoodat de heer de slordigheid van
dien gast opvatte als een blijk van verach
ting vjor zijn feest.
Dat hij werd aangesproken met
„v r i e n d", verzacht wel schijnbaar het
verwijt, maar daarom ju^st verraadt de
vraag van den heer den ontzettenden ernst
van het verwijt Ook Judas werd in den
hof van Olijven door Christus aangespro
ken met „vriend".
Nog een groot aantal vragen moesten
blijven liggen. Maar alle krijgen ze hun
beurt.
Correspondentie-adres: Mr. A. Diepen-
brock, pr.. Seminarie „Hageveld" Heem
stede.
GEMENGDE BERICHTEN
BOTSING TUSSCHEN TWEE AUTO'S.
Een der inzittenden overleden.
Gisteravond zijn op den Bredaschen weg,
bij het kruispunt Gilze-Rijen, twee auto's
met elkaar in botsing geweest, hetgeen een
inwoner uit Teteringen het leven heeft ge
kost.
Bij genoemd kruispunt reed een auto,
bestuurd door zekeren Theeuwes uit Tete
ringen.. tegen een vrachtauto van de A.T.O.
doordat laatstgenoemde wagen plotseling
stopte De botsing was zoo hevig, dat de
naast Theeuwes in de cabine zittende Chr. j
Oomen, eveneens uit Teteringen, uit den
wagen werd geslingerd. Zwaar gewond
bleef de man op den weg liggen. Het slacht
offer is naar hel St. Ignatiusziekenhuis te
Breda overgebracht, waar hij kort na aan
komst is overleden. Theeuwes werd ernstig
aan de hand gewond.
AUTOBUS EN VRACHAUTO IN
BOTSING.
Twee gewonden.
Te Maartensdijk is gisteren op den Hoo-
gen dijk een autobus van den dienst Hil
versumUtrecht aangereden door een
vrachtauto, welke met steenen was gela
den. De bus, die in de richting Utrecht
reed, stopte op dat moment om een passa
gier bij den tol op te nemen. De bestuurder
van de vrachtauto heeft dit waarschijn
lijk te laat opgemerkt, met het gevolg, dat
hij met zijn wagen in volle vaart op de
bus inreed. De vrachtauto werd ernstig be
schadigd, terwijl de bus er met een paar
gebroken ruiten en een lichte beschadiging
aan de achterzijde van de carosserie af
kwam. Een passagier van de bus en een in
zittende van den vrachtwagen werden licht
gewond door glassplinters.
WONING TE LEEMHORST INGESTORT.
Vader en driejarig kind gewond.
In het gehucht Leemhorst onder Tege-
len is de achterbouw van de woning van
den arbeider J. E. geheel onverwachts in
gestort. De arbeider, die op het binnen
plaatsje stond, werd door vallende brok
stukken getroffen, terwijl zijn driejarig
zoontje, dat hij op den arm had, onder de
brokstukken werd bedolven. Toegeschoten
omwonenden slaagden .er Spoedig in het
kind te bevrijden. Nadat geneeskundige
hulp was geboden, bleek dat beiden vrij
ernstige kwetsuren hadden bekomen. Het
gezin heeft thans een andere woning be
trokken; aangezien verdere instortingen
niet onmogelijk worden geacht, zijn ook dei
andere woningen van het uit vier woningen
bestaande blok ontruimd.
BEWUSTELOOS LANGS DEN WEG
GEVONDEN.
Door een patrouille der Kon. Mareohaus-
see werd in den nacht van Dinsdag op
Woensdag op den rijksweg nabij Swalmen
de 41-jarige loonslager L. v. L. uit Roer
mond, die in Swalmen woont, bewusteloos
tusschen rijweg en rijwielpad gevonden. De
marechaussees, die dachten, dat de man
onder drankinvloed verkeerde, brachten
hem naar zijn woning, waar hij te bed werd
gelegd. Toen hij echter bewusteloos bleef,
werd een geneesheer ontboden, die een
schedelbreuk constateerde. In den loop van
den dag is v. L. overleden. Een onderzoek
naar de doodsoorzaak is thans gaande.
BRAND IN EEN LADDERFABRIEK EN
BEZEMBINDERIJ
Veel schade aangericht
Vannacht te ruim twee uur is brand uit
gebroken in de opslagplaats en werkplaats
van de ladderfabriek en bezembinderij van
N. L. van der Hoeff aan den Toerijstuin te
Rotterdam.
Deze Toerijstuin is slechts ongeveer
twee en een hal ven meter breed terwijl de
panden die zeer oud zijn, vrij grillig ge
legen zijn en onderling door gangetjes en
slopjes met elkander verbonden zijn. Spoe
dig sloeg uit het geheele rijtje panden een
dikke rook naar buiten en de brandweer,
die aanvankelijk, met weinig materiaal was
uitgerukt, doch later op het alarm „groote
brand" spoedig met veel materiaal ter
plaatse was. had dan ook geen gemakkelij
ke taak. Men had groote moeite om den
vuurhaard te ontdekken, zoodat de brand
weer eerst na geruimen tijd het vuur in
den vollen omvang kon bestrijden. Men
had een zeer groot aantal slangen van de
slangenwagens en van den motorspuit uit
gelegd, terwijl, daar er een oogenblik ge
vaar bestond voor uitbreiding naar de
zijde van de Hoofdsteeg, een aantal slan
gen in de reserve gehouden werd.
Men is er evenwel in geslaagd het vuur
tot de steenen werkplaatsen, die achter en
tusschen de huizen ingebouwd staan, te
beperken. In het gebouw bevond zich een
groote hoeveelheid hout voor de ladders,
o.a. 40 a 50.000 sporten, alsmede een hoe
veelheid rijshout voor de bezemfabricage.
In dit brandbare materiaal vond het vuur
zooals vanzelf spreekt, gretig voedsel.
Te kwart voor vijf. kon de brandweer
zeggen, dat zij het vuur meester was, De
schade is aanzienlijk. De eigenaar was
slechts laag verzekerd.
DE OVERVAL TE BUDEL.
De toestand van het slachtoffer is nog
zorgwekkend.
In verband met den overval te Budel op
9 dezer op de 69-jarige; weduwe Looimans
kan nog worden medegedeeld, dat giste
ren door de rfiarechaussee te Budel naar
Roermond is gebracht de 22-jarige J. T. v,
d. S. Na te zijn verhoord is hij verdacht
van poging tot doodslag in het huis van
bewaring opgesloten. Verdachte bekende
reeds spoedig na zijn arrestatie. Hij zegde
uit wraak te hebben gehandeld, omdat een
schoonzuster van het slachtoffer eenige ja
ren geleden den verdachte eens zou heb
ben verraden.
De vrouw, die naar het ziekenhuis te
Weert is overgebracht, verkeert nog steeds
in levensgevaar, meldt de „N. R. Crt.".
DE OVERVAL OP EEN POSTAUTO
TE DEN HAAG.
Vermoedelijk een der daders gearresteerd.
Er schijnt eenig licht te komen in den
misdadigen overval op een postauto, welke
voor eenige dagen in de J. P. Coenstraat te
Den Haag heeft plaats gehad.
Zoodra de ee.ste berichten omtrent dezen
overval in de pers verschenen, waarin
sprake was van een auto, welke in de buurt
was gezin en waarvan het nummer bekend
was, heeft een garagehouder van het Bleij-
enburg zich bij de politie gemeld en mede
gedeeld, dat op den avond van den overval
een man bij hem was gekomen en een auto
had gehuurd, welke beantwoordde aan de
beschrijving, waarover de politie beschik
te. In het bij de politie opgegeven nummer
was echter een kleine afwijking.
De garagehouder kon ook den naam van
den huurder opgeven. Hij kon zich daarbij
zeer goed herinneren, dat de man den wa
gen kort na zes uur in de garage had terug
gebracht.
De politie volgde dit spoor en het gelukte
haar den man, die den wagen gehuurd had,
op te sporen.
Het is een zekere J. H. E., die nog niet
lang in den Haag is gevestigd en eigenlijk
geen vast domicilie heeft. Hij vertoeft nu
eens hier en dan weer daar. Hij was in den
Haag nog nooit met de politie in aanraking
geweest, doch een voorloopig onderzoek
wees uit, dat hij in andere gemeenten min
der gunstig bekend staat.
Toen de politie erin geslaagd was E. op
te sporen, werd hij gearresteerd en op het
hoofdbureau van politie verhoord. Hij ont
kent echter hardnekkig iets met den over
val uitstaande te hebben. Wel gaf hij toe
iets, wat hij ook kwalijk ontkennen kon,
daar bij confrontatie de garagehouder hem
herkende dat hij op den bewusten avond
op het Bleijenburg een auto had gehuurd
en daarmede eenige boodschappen had ge
daan.
De man wordt voorloopig in bewaring
gehouden, aangezien de politie het vermoe
den heeft, dat hij wel degelijk bij den over
val betrokken is en men gelooft, dat de
thans gearresteerde de chauffeur is geweest
van de auto, welke in de J. P Coenstraat
ten tijde van het misdrijf is gesignaleerd.
Het onderzoek wordt vanzelfsprekend
naarstig voortgezet en de politie hoopt
thans deze geschiedenis binnenkort tot vol
ledige klaarheid te kunnen brengen.
HET MAASWATER STIJGT.
Reeds stremming voor de scheepvaart.
Naar uit Blerick gemeld wordt, is ten
gevolge van het steeds wassende Maaswater
de vaart voor schepen, welke hoog boven
het watervlak liggen, gestremd. Schepen
met hooger stand dan zes meter boven het
watervlak dat zijn vooral de Rijnschepen,
welke lading hebben ingenomen aan den
kopentip te Born kunnen niet meer door
de brug varen. Enkele schepen moesten
reeds ten Noorden van de brug voor anker
gaan. Het water stijgt nog steeds.
GEVAARLIJKE RECLAME VOOR
GENEESMIDDELEN.
Het Departement van Sociale Zaken deelt
mede:
Onder de vele vormen van reclame waar
mede geneesmiddelen aan het publiek wor
den aanbevolen komen ook de huis- aan
huisbezorging voor, waarbij monsters ge
neesmiddelen via de brievenbus aan de in
woners worden verstrekt.
Afgezien van het gevaar, dat in het al
gemeen aan fiet ongecontroleerd gebruik
van geneesmiddelen verbonden is, is een
waarschuwend woord hier in het bijzon
der op zijn plaats, daar zulke monsters ge
makkelijk in handen van kinderen kunnen
komen en door dezen, wanneer de genees
middelen er smakelijk uitzien, b.v. als cho-
colaadjes, in een hoeveelheid worden op
gegeten, die gevaarlijk kan zyn, hetgeen
trouwens ook reeds is voorgekomen. Daar
om wordt aangeraden er op te letten, dat
aan huis bezorgde monsters van geneesmid
delen niet in verkeerde handen komen, in
het bijzonder, dat ze niet door kinderen
worden gesnoept.
Fraude met havengelden ontdekt.
De gemeentepolitie te Doesburg heeft bij
het havenbedrijf aldaar onregelmatigheden
geconstateerd, welke dateeren van 1934 en
waarvoor de 65-jarige M., aan wien met
ingang van 1 Januari jJ. op zijn verzoek
eervol ontslag is verleend, verantwoorde
lijk moet worden gesteld.
De onregelmatigheden zijn op zeer bij
zondere wijze aan het licht gekomen, meldt
de „Tel.". Toen aan M. ontslag verleend
werd als havenmeester, tevens controleur
op de inning der bruggelden, overwoog het
gemeentebestuur of op dezen tak van dienst
bezuinigd zou kunnen worden door ver
andering in de inrichting van het haven
bedrijf. Voorloopig werd daarom aan de
gemeentepolitie de inning van het haven
geld opgedragen. De agenten zouden ,om
beurten het werk verrichten. Daarbij bleek
meermalen, dat de administratie niet ge
heel in orde was. De inspecteur van poli
tie, de heer J. H. Houwink, stelde daarom
een nauwkeurig onderzoek in. Hierbij
bleek, dat verschillende havengelden over
de jaren 1934 tot en met 1936 niet ver
antwoord waren.
Naar uit het voorloopig ingestelde on
derzoek blijkt, zou de gemeente voor eenige
honderden guldens benadeeld zijn. De ha
venmeester heeft bekend de niet verant
woorde gelden ten eigen bate te hebben
aangewend. Er gaan geruchten, dat hij zöu
hebben aangeboden het tekort aan te zui
veren.
SPORT
WIELRENNEN
DE ZESDAAGSCHE TE ANTWERPEN
Pijnenburg—Slaats winnaars
Gistermiddag gaf de Amerikaan Wal-
rhout op en toen tegen twee uur de Duit-
sche koppelgenoot van Pellenaars, Schön,
den strijd wegens voortdurende maagpijn
moest staken, vormde onze landgenoot on
middellijk met den Amerikaan een nieuw
koppel, dat met twee ronden achterstand
begon.
Van de sprints van drie uur hadden Bil-
liet en Guimbretière de eerste en tweede
gewonnen, toen het NederlandschAme-
rikaansche koppel er plotseling met een
enorme snelheid tusschenuit trok om een
ronde terug te nemen, wat inderdaad ge
lukte.
De sprints konden toen weer doorgang
vinden en achteareenvolgens won Pijnen
burg de derde en vierde en Buy se de vijf
de sprint.
Rustig werd het daarna niet. De Belgen
Meerschaert en Verreycken waren de eeni-
gen die op twee ronden achterstand van de
leiders lagen. Zij namen hiermee natuur
lijk geen genoegen en deden uitlooppoging
op uitlooppoging om een ronde terug te
winnen. Aanvankelijk gelukte dit niet; de
overige koppels wezen hen met beslist
heid terug, maar de Belgen wisten van geen
ophouden, steeds maar weer probeeerden
zij het en hun taaiheid werd tenslotte te
gen vijf uur beloond, toen zij er werkelijk
in slaagden een ronde te nemen, waardoor
zij meteen op de zesde plaats nestelden
door hun puntenaantal.
Het werd toen langzamerhand stampvol.
Ondanks de hooge prijzen stroomde het
publiek de poorten van het Sportpaleis
binnen en op de meest onmogelijke plaat
sen klitten zij te zamen, om toch maar
vooral niets van den strijd te missen. Maar
er was geen strijd te zien. Er werd in een
stevig tempo gereden, maar de renners
hielden elkaar te veel in het oog, dan dat
een enkele poging om strijd te ontketenen
succes zou kunnen hebben. De wedstrijd
leiders probeerden het toen met premies.
Een premie van 3000 francs, die dagelijks
PIJNENBURG EN SLAATS
de winnaars van de Antwerpsche
Zesdaagsche.