3)e £öiebclve 0ou4cmt jury. Een overzicnt tijdens de keuring op de inter- hondententoonstelling in Royal Agricultural Hall te Londen Het wereldvermaarde Canadeesehe ijshockey-team, dat Donderdagavond op de Amsterdamsche kunst ijsbaan een wedstrijd speelde tegen de .Blauwe Zes° De .neus" In de takels Een typisch snapshot van de constructie der nieuw® zeppelin L.Z 130 te Friedrichshaien. Het gevaarte zal nog dit jaar gereed zijn FEUILLETON WAT HET SCHILDERIJ VERBORG Naar het Engeisch door THEA BLOEMERS. (Wadrak verboden). HOOFDSTUK XVII. trokken de nieuwe jassen, die ze ter eere van Rosalie gekocht had den, uit en legden die zorgzaam in de auto. „Ik ben bang, dat dit niet zacht genoeg is voor het arme schaap", meende Came ron. met een blik op den bundel. „Wat moeten we anders doen? Ik kan niets beters verzinnen", zei Chicago Char ley een beetje hulpeloos. Het was Ronald, die een oplossing vond. „Geef mij Rosalie en pluk zooveel gras als je kunt." Hij stak de armen uit naar het bewuste- looze meisje. „Voorzichtig, jong", vermaande Charley, Rosalie overgevend. Toen begon hij han denvol van het lange gras te pukken, dat er m overvloed groeide. In vijf minuten hadden hij en de oude Schot al een hee- len berg bijeen. Sadie sloeg Ronald gade, zooals hij daar stond, met Rosalie m de armen. Het eene oogenblik gloeiden zijn oogen van haat, en dan werden ze ineens zacht als die van een moeder en ze zag hoe zijn armen zich vas ter om de hulpelooze gestalte sloten. „Zoo genoeg?" vroeg Charley met een blik op den grashoop. „Ja", sprak Ronald en vervolgde, op de jassen in de auto wijzend: „Snijd alle voe ringen open en stop er zooveel gras in als je kunt." „Da's een goed idee", vond Chicago Char ley en ging aan 't werk. De meisjes werden zoo gemakkelijk mo gelijk neergevlijd en d e mannen besloten Sadie verder geen vragen te stellen, hoe wel ze haar toestand meer aan schrik dan aan lichamelijk letsel toeschreven. Zij had den medelijden met de millionnairsdochter, vooral omdat ze het vreeselijke nieuws over haar vader's faillissement en dood niet scheen te hebben gehoord, doch het was het van koorts gloeiende meisje, dat hun harten haast deed stilstaan van angst bij de gedachte dat ze haar zouden kunnen verliezen. „O. je moet niet met hem trouwen. Sa- die.... zou ik nu onopgemerkt in dien auto kunnen kruipenSadie, Sadie, kom naar buiten.... O, hij heeft hem ver- moord.-.. hij was nog zoo slecht niet Dick Bryce is een slecht mensch een moordenaar. Sadie, Sadie, waar ben je?" Zoo ijlde Rosalie en riep steeds wanhopig om haar kiasgenoote. die naast haar zal en op Ronald's verzoek haar hand vast hield. Ze zou veel liever naast den knappen pelsjager hebben gezeten, want de fris- sche lucht deed haar goed en ze kwam steeds meer op verhaal. „Wat zou ze bedoelen met dien iemand. die vermoord is? En ze noemt den naam van dien ellendeling nogal eens", wendde Ronald zich tot Chicago Charley, die chauf feerde. „Onze Rose is dezelfde niet meer, sinds die vèrwenschte deugniet in Glenconnel opgedoken is", viel dé oude man woedend uit. „Oom Charley Ocm Charley laat me niet doodschieten hij wil me ach terhalen". gilde Rosalie plotseling en ging rechtop zitten met gloeiende wangen en glinsterende oogen. „Pak het stuur, jong", fluisterde Char ley. Hij verwisselde van plaats met Ro nald en naam Rosalie in zijn armen. „Zoo kindje als je dit nu maar weet je bent veilig bij je oom Charley, hoor, en wie probeeren mocht je kwaad te doen, die zal er van langs krijgen." Zijn stem scheen Rosalie eenigszins te kalmeeren, maar toen de auto stopte bij den eersten dokter, dien ze passeerden, schudde deze bedenkeiijk het hoofd en vroeg, welke schok het meisje in dezen gevaarlijken toestand had gebracht. „Dat moeten we nog uitvinden, dokter", zei de jonge pelsjager grimmig. „We zijn zoo nieuwsgierig als wat om er achter te komen, en als u denkt, dat het andere meisjes in staat is om te praten, wel. dan denk ik dat ze ons wel een eind op weg kan helpen", vulde Chicago Char ley aan en wendde zich tot Sadie. De dokter liet Sadie bouillon, een warm bad en kleeren van zijn dochter geven, met het verrassende resultaat, dat het jonge meisje weldra weer heelemaal de oude was, beheerscht, vol zelfvertrouwen en arrogant zooals ze met iets minachtends in haar blik het troepje gouddelvers opnam. Het beviel haar niet om door Chicago Charley zoo vaderlijk te worden behandeld. „Het is eigenlijk niet voor jullie ooren bestemd, maar dit kan ik jullie wel zeggen, dat het Rosalie's engen schuld is, dat ze zoo ziek is. Als ze beter wordt, zal ze jullie mis schien zelf alles wel vertellen", verklaarde Sadie uit de hoogte. Charlie stond op en trachtte zijn toorn te onderdrukken. „Alles wat onze Rosalie aangaat, is voor onze ooren bestemd, en al zien we er niet zoo fijn uit als uw eigen deftige vrienden juffie, wij zijn mannen met nog iets van een hart onder ons ruwe uiterlijk. Het lijkt ons niks anders dan uw plicht, dat u ons op het goede spoor brengt, zoodat we met een kunnen handelen", zei hij niet al te vriedelijk. Maar Sadie Brown bleef ongevoelig voor zijn argumentatie. „Ik vrees, dat ik u niet kan inlichten", klonk het snibbig en met eenigen nadruk op het persoonlijk voornaamwoord. Toen mengde Ronald zich met besliste stem in het gesprek. „Ga daar zitten en zeg ons alles wat u weet", verzocht hij kortaf en als u het ons niet vertellen wilt, zult u uw verhaal aan de politie moeten doen." Onder den invloed van zijn toon en be velenden blik vertelde de millionnairsdoch ter haperend de heele geschiedenis. „Ikverliet Columbus College, toen de lichten uit waren, omeheen kennis van me te ontmoeten, die me zou meenemen naar een feest." Hier zweeg Sadie, maar Ronald drong op een toon, die geen tegenspraak toeliet, aan: „Ga door „Hij zou me veilig thuisbrengen en juist toen we zouden terugkeeren en hij even weg was om mijn mantel te halen, kwam Rosalie Moran, die met blijkbaar gezien had en gevolgd was. te voorschijn en nep me plotseling van achter een heester in den tuin. waar ze zich verborgen had. Sadie's stem klonk verongelijkt, hetgeen Charley's volle verontwaardiging wekte. „Ik vermoed, juffie, dat onze Rosa u een dienst dacht te bewijzen, en geen slechte ook En in ieder geval is het een vent van niks. die een jong meisje meeneemt naar een partij, midden in den nacht, als ze in d'r bed hoort." Sadie keek hem m_-delijdend aan alsof ze wilde zeggen: „Ik zal het je maar niet kwalijk nemen, want men kan niet van je verwachten, dat je dergelijke dingen be grijpt." Ze scheen haar verklaring hiermee als geëindigd te beschouwen, maar Ronald keek haar met dringende oogen aan: „En wat gebeurde er toen?" „Wel.... ehze deed me een heel verhaal over lui, die van plan waren me te ontvoeren om' een hoog losgeld van mijn vader te krijgen. Mijn vader is de ban kier Brown, hier uil de stad, weet u", legde ze uit. Nu de afschuwelijke nachtmerrie van de gevangenschap achter haar lag. werd Sa- die bepaald trotsch op haar avontuur. Het zou haar voor immer de heldin van de school maken, meende ze. Ze vergaf Ro salie zelfs het winnen an den gouden be ker. Met kennelijk welbehagen vertelde ze de rest. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 5